direct naar inhoud van Artikel 20: Water
Plan: Kernen Waterland 2013
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0852.BPKILUIWAZU013-va01

Artikel 20: Water

Link naar de toelichting van 'Water'

20.1. Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. sloten, vaarten en daarmee gelijk te stellen waterlopen;
  • b. waterpartijen;
  • c. oevers;

met daaraan ondergeschikt:

  • d. schaats- en kanovaartroutes, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - recreatieve schaats- en kanoroute';
  • e. ligplaatsen voor woonschepen, ter plaatse van de aanduiding 'woonschepenligplaats';
  • f. wegen en paden;
  • g. groenvoorzieningen;
  • h. aanleggelegenheid;
  • i. nutsvoorzieningen;
  • j. kleinschalige duurzame energiewinning;

met de daarbijbehorende:

  • k. andere bouwwerken, waaronder steigers, bruggen, duikers en/of dammen.
20.2. Bouwregels
20.2.1. Gebouwen en overkappingen

Op of in deze gronden worden geen gebouwen en overkappingen gebouwd.

20.2.2. Andere bouwwerken

Voor het bouwen van andere bouwwerken geldt:

  • a. er worden geen andere bouwwerken ten behoeve van de opwekking van windenergie gebouwd;
  • b. steigers en naar de aard daarmee gelijk te stellen andere bouwwerken mogen uitsluitend worden gebouwd, mits er een doorvaartbreedte van ten minste 6,00 m gehandhaafd blijft;
  • c. de diepte van een steiger bedraagt ten hoogste 1,00 m, tenzij de gronden ter plaatse zijn voorzien van de aanduiding 'steiger', in welk geval de bepaling ten aanzien van de diepte niet van toepassing is;
  • d. de bouwhoogte van een steiger bedraagt ten hoogste de hoogte van de aangrenzende oever;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - recreatieve schaats- en kanoroute' bedraagt:
    • 1. de doorvaarthoogte van bruggen, duikers en daarmee gelijk te stellen overspanningen en overkluizingen, ten minste 1,20 m;
    • 2. de doorvaartbreedte van bruggen, duikers en daarmee gelijk te stellen overspanningen en overkluizingen, en de waterloop ten minste 3,00 m.
  • f. de bouwhoogte van overige andere bouwwerken bedraagt ten hoogste 5,00 m.
20.3. Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik als ligplaats voor woonschepen dan wel andere vaartuigen die als zodanig gebruikt worden, tenzij de gronden ter plaatse zijn voorzien van de aanduiding 'woonschepenligplaats'.