a. Bij toepassing van een ontheffingsbevoegdheid, die onderdeel uitmaakt van dit plan, is op de voorbereiding van het besluit de procedure als bedoeld in de afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.
b. Bij toepassing van een wijzigingsbevoegdheid, die onderdeel uitmaakt van dit plan, is op de voorbereiding van het besluit de procedure als bedoeld in de afdeling 3.4. van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.
c. Bij toepassing van de nadere eisenregeling is de in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht opgenomen procedure van toepassing.
d. Bij toepassing van de aanlegvergunning als bedoeld in deze regels is de procedure als bedoeld in artikel 3.18 van de Wet ruimtelijke ordening van toepassing.
e. Bij toepassing van de intrekkingsplicht van een ontheffing is de in de afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht opgenomen procedure van toepassing.