direct naar inhoud van Artikel 17 Maatschappelijk - Defensie
Plan: Buitengebied Rucphen 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0840.9000B0001-DEF2

Artikel 17 Maatschappelijk - Defensie

17.1 Bestemmingsomschrijving
17.1.1 Bestemming

De voor 'Maatschappelijk - Defensie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'militair oefenterrein': een militair oefenterrein waarop tevens helicopterlandingen zijn toegestaan met bijbehorende bebouwing zoals bergingen, toiletgebouwen, kantine, kantoor, gebouwen ten behoeve van communicatiedoeleinden, een instructielokaal en een slechtweeraccommodatie, een en ander met behoud van de aanwezige natuur- en landschapswaarden;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'munitiedepot': tevens een munitiedepot;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk – militair mobiliteitscentrum': een militair mobiliteitscentrum met bebouwing ten behoeve van opslag, onderhoud, instructie, beheer en uitgifte van goederen en materialen, een en ander met behoud van de aanwezige natuur- en landschapswaarden;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk – tentenkamp': een militair tentenkamp, met behoud van de aanwezige natuur- en landschapswaarden;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning': tevens een bedrijfswoning met daaraan ondergeschikt een aan huis gebonden beroep met een maximale vloeroppervlakte van 50 m², met dien verstande dat de activiteiten in de woning worden uitgeoefend en de woonfunctie in overwegende mate behouden blijft;
  • f. groenvoorzieningen, infrastructurele voorzieningen, openbare nutsvoorzieningen, waterhuishoudkundige voorzieningen en andere voorzieningen ten dienste van de bestemming.

17.1.2 Toelaatbare bebouwing

Op deze gronden mogen, met inachtneming van de op de kaart aangegeven aanduidingen, uitsluitend ten dienste van de in lid 17.1.1 genoemde bestemmingen worden opgericht:

  • a. gebouwen;
  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

17.2 Bouwregels
17.2.1 Gebouwen

Gebouwen mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de afstand tussen gebouwen onderling, indien deze niet aaneengesloten zijn gebouwd, bedraagt minimaal 3 meter.

Daarnaast gelden de onder sub a tot en met sub d specifieke regels.

a Aanduiding 'militair oefenterrein'

Gebouwen mogen ter plaatse van de aanduiding 'militair oefenterrein' worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de goothoogte bedraagt maximaal 3 meter;
  • b. de oppervlakte van een gebouw bedraagt maximaal 20% van het bestemmingsvlak;
  • c. de afstand van gebouwen tot aan de as van de weg bedraagt minimaal 25 meter.

b Aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - militair mobiliteitscentrum'

Gebouwen mogen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - militair mobiliteitscentrum' worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte bedraagt maximaal 10 meter;
  • b. het bebouwingspercentage bedraagt maximaal 50%;
  • c. de afstand van gebouwen tot aan de as van de weg bedraagt minimaal 30 meter;
  • d. de afstand van gebouwen tot de zijdelingse perceelsgrens bedraagt minimaal 10 meter.

c Aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - tentenkamp'

Gebouwen mogen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - tentenkamp' worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de goothoogte bedraagt maximaal 3,5 meter;
  • b. de oppervlakte van een gebouw bedraagt maximaal 200 m², met dien verstande dat de gezamenlijke maximale oppervlakte aan gebouwen niet meer bedraagt dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwde oppervlakte' is aangegeven;
  • c. de afstand van gebouwen tot aan de as van de weg bedraagt minimaal 25 meter.

d Bedrijfswoningen met bijbehorende bouwwerken

Bedrijfswoningen met bijbehorende bouwwerken mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de goothoogte van een bedrijfswoning bedraagt maximaal 5 meter;
  • b. de bouwhoogte van een bedrijfswoning bedraagt maximaal 9 meter;
  • c. de inhoud van een bedrijfswoning bedraagt maximaal 750 m³;
  • d. de dakhelling van een bedrijfswoning bedraagt bij toepassing van hellende dakvlakken minimaal 30° en maximaal 65°;
  • e. de afstand van een bedrijfswoning tot de as van de weg bedraagt minimaal 15 meter;
  • f. de goothoogte van bijbehorende bouwwerken bedraagt maximaal 3,5 meter;
  • g. de bouwhoogte van bijbehorende bouwwerken bedraagt maximaal 6 meter;
  • h. de gezamenlijke oppervlakte van bijbehorende bouwwerken bedraagt maximaal 100 m²;
  • i. de afstand van bijbehorende bouwwerken tot de voorgevellijn van de bedrijfswoning bedraagt minimaal 1 meter;
  • j. de afstand van een bedrijfswoning met bijbehorende bouwwerken tot de perceelsgrenzen bedraagt minimaal 3 meter.

17.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:

  • a. bij de bedrijfswoning mag maximaal één niet overdekt zwembad worden opgericht, met dien verstande dat:
    • 1. het zwembad binnen het op de kaart aangegeven bouwvlak wordt opgericht;
    • 2. de afstand tot de voorgevellijn van de bedrijfswoning minimaal 3 meter bedraagt;
    • 3. de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens minimaal 5 meter bedraagt;
    • 4. de afstand tot de bedrijfswoning maximaal 20 meter bedraagt;
  • b. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen bedraagt maximaal 2,50 meter;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - militair mobiliteitscentrum' dan wel de aanduiding 'militair oefenterrein' bedraagt de hoogte van een zend-/ en ontvangstinstallatie maximaal 40 meter;
  • d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal 5 meter.

17.3 Afwijken van de bouwregels
17.3.1 Uitbreiding tentenkamp

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 17.2.1 sub c onder b voor de uitbreiding van het tentenkamp, met dien verstande dat:

  • a. de oppervlakte maximaal 2.000 m² bedraagt;
  • b. wanneer sprake is van kappen van bomen, compensatie plaatsvindt;
  • c. er geen sprake is van een aantoonbaar onevenredige aantasting van in de omgeving aanwezige landschappelijke, natuurlijke, cultuurhistorische, bodem- en waterhuishoudkundige en milieuhygiënische waarden;
  • d. er geen sprake is van een aantoonbaar onevenredige aantasting van de belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden en (agrarische) bedrijven.

17.4 Specifieke gebruiksregels
17.4.1 Verboden gebruik

Tot het verboden gebruik wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van gronden voor het opslaan, storten of bergen van materialen en producten, behoudens zover zulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • b. het gebruik van gronden voor kampeermiddelen, behoudens zulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de gronden;
  • c. het gebruik van bouwwerken voor statische opslag, behoudens zulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de bouwwerken;
  • d. het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor detailhandel, anders dan als ondergeschikte nevenactiviteit bij ter plaatse uitgeoefende bedrijfsactiviteiten;
  • e. het gebruik van bedrijfs- en/of bijgebouwen voor bewoning;
  • f. het gebruik van ruimten binnen de woning en/of bijgebouwen bij de woning voor aan huis verbonden beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten;
  • g. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een seksinrichting.

17.5 Afwijken van de gebruiksregels
17.5.1 Beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 17.1.1 en lid 17.4 sub f voor de uitoefening van beroeps- en/of bedrijfsmatige activiteiten in de woning en bijbehorende bouwwerken, met dien verstande dat:

  • a. het gebruik een kleinschalig karakter heeft en zal behouden en naar aard met het woonkarakter van de omgeving in overeenstemming is;
  • b. het uitoefenen van de activiteiten niet tot gevolg heeft dat het uiterlijk aangezien van de woning zodanig verandert, dat de woning het karakter van een woning geheel of gedeeltelijk verliest;
  • c. de gezamenlijke vloeroppervlakte van de woning en bijbehorende bouwwerken dat wordt gebruikt voor de activiteiten bedraagt maximaal 70 m²;
  • d. het uitoefenen van activiteiten die vergunnings- of meldingsplichtig is op grond van de Wet milieubeheer of andere milieuwetgeving niet is toegestaan, tenzij het gebruik de woonfunctie op zichzelf en in relatie tot zijn omgeving niet zal aantasten;
  • e. degene die de activiteiten in de woning en/of bijbehorende bouwwerken uitvoert tevens gebruiker van de woning is;
  • f. het niet betreft zodanige verkeersaantrekkende activiteiten die kunnen leiden tot een nadelige beïnvloeding van de normale afwikkeling van het verkeer dan wel tot een onevenredige parkeerdruk op de openbare ruimte;
  • g. de uitoefening van detailhandel niet is toegestaan, uitgezonderd als ondergeschikte nevenactiviteit gerelateerd aan het desbetreffende bedrijf.