Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: kom Sprundel, Krommestraat 55
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0840.2583K0008-DEF1

Artikel 1 Begrippen

In deze regels wordt verstaan onder:
 
  1. plan

    het bestemmingsplan  ‘ kom Sprundel, Krommestraat 55 ' van de gemeente Rucphen ;
  2. bestemmingsplan
    de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0840.2583K0008-DEF1 met de bijbehorende regels;
  3. verbeelding
    de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0840.2583K0008-DEF1;
  4. aanduiding
    een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangegeven, waar ingevolge de regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
  5. aanduidingsgrens
    de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
  6. aaneengebouwd
    blokken van meer dan twee aaneengebouwde hoofdgebouwen;
  7. aan huis gebonden beroep
    een beroep dat in een woning door de bewoner wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar hoofdfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is.
  8. aan- of uitbouw
    een uit de gevel springend, in architectonisch opzicht ondergeschikt deel van een hoofdgebouw dat door de indeling en inrichting is bestemd hoofdzakelijk te worden gebruikt overeenkomstig het gebruik van het hoofdgebouw;
  9. achtererf
    gedeelte van het erf dat aan de achterzijde van het hoofdgebouw is gelegen;
  10. achtergevel van een gebouw
    het meest achterwaarts gelegen deel van een hoofdgebouw;
  11. afgewerkt bouwterrein 
    de gemiddelde hoogte van de gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde omringende grond;
  12. Awb
    de Algemene wet bestuursrecht, zoals die luidde ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
  13. bebouwing
    één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
  14. bedrijfsmatig gebruik
    het gebruik van (een gedeelte van) een gebouw voor het verrichten van werkzaamheden van dienstverlenende en/of ambachtelijke aard met als doel daaruit hoofd- of neveninkomsten te betrekken, waarbij geen sprake is van een zich als specifiek opgeleid persoon naar buiten presenterende beroepsbeoefenaar en waarvan de omvang in activiteiten zodanig is dat deze, met behoud van de woonfunctie, kunnen worden uitgeoefend;
  15. beroepsmatig gebruik
    het gebruik van (een gedeelte van) een gebouw voor een zelfstandig en onder eigen naam uitoefenen van een dienstverlenend beroep op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, lichaamsverzorgend, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen gebied door een daarvoor specifiek opgeleid persoon en waarvan de omvang in activiteiten zodanig is dat deze, met behoud van de woonfunctie, kunnen worden uitgeoefend;
  16. bestaand
    ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
  17. bestemmingsgrens
    de grens van een bestemmingsvlak;
  18. bestemmingsvlak
    een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
  19. bijgebouw
    een met het hoofdgebouw verbonden of daarvan vrijstaand gebouw dat door zijn ligging, functie, constructie of afmetingen ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
  20. bouwen
    het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
  21. bouwgrens
    de grens van een bouwvlak;
  22. bouwlaag
    een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door gelijke of bij benadering gelijke
    hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder;
  23. bouwperceel
    een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
  24. bouwperceelsgrens
    de grens van een bouwperceel;
  25. bouwvlak:
    een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangegeven, waar ingevolge
    de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn
    toegelaten;
  26. bouwwerk
    elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal,
    die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect
    steun vindt in of op de grond;
  27. detailhandel
    het bedrijfsmatig te koop aanbieden, hieronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen, verhuren en/of leveren van goederen aan diegenen die deze goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
  28. dienstverlening
    het bedrijfsmatig verlenen van diensten, zoals reisbureaus, wasserettes, autorijschool en videotheek;
  29. druiplijn
    onderste horizontale lijn van een dakvlak dat geen goot heeft, bijvoorbeeld bij een rieten dak;
  30. erf
    een deel van het bouwperceel ten dienste van het gebruik van de aanwezige gebouwen;
  31. erfafscheiding
    de grens van het erf;
  32. escortbedrijf
    de natuurlijke persoon, groep of rechtspersoon die bedrijfsmatig, of van omvang alsof zij bedrijfsmatig was, prostitutie aanbiedt die op een andere plaats dan in de bedrijfsruimte (van een seksinrichting) wordt uitgeoefend;
  33. gebouw
    elk bouwwerk, dat voor een mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
  34. gevellijn
    denkbeeldige dan wel op de verbeelding aangegeven lijn die strak langs de gevel van een gebouw loopt tot aan de bouwperceelsgrenzen;
  35. hoofdgebouw
    een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn constructie, afmetingen, ligging of functie dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste gebouw valt aan te merken;
  36. kantoor
    een gebouw of een gedeelte daarvan, dat dient voor het bedrijfsmatig verlenen van diensten waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen, waaronder congressen en vergaderaccommodaties;
  37. kap
    een constructie van één of meer dakvlakken;
  38. maatvoeringsvlak
    een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangegeven, waar een bepaalde maatvoering geldt;
  39. mantelzorg
    alle vormen van langdurige zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende door personen uit diens directe omgeving, waarbij de zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie en de gebruikelijke zorg van huisgenoten voor elkaar overstijgt;
  40. nutsvoorziening
    voorziening ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, schakelhuisjes, duikers, gemaalgebouwtjes en telefooncellen;
  41. omgevingsvergunning:
    vergunning als bedoeld in artikel 2.1. van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
  42. overkapping
    een bouwwerk geen gebouw zijnde voorzien van een gesloten dak en van maximaal twee wanden;
  43. peil
    1. voor gebouwen, waarvan de toegang onmiddellijk aan de weg grenst: de hoogte van de weg ter plaatse van de hoofdtoegang;
    2. in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte
      bouwterrein;
  44. prostitutie
    het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
  45. raamprostitutie
    een seksinrichting met één of meer ramen van waarachter de prostitué/prostituee tracht de aandacht van passanten op zich te vestigen met als doel het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
  46. seksautomatenhal
    een inrichting of daarmee gelijk te stellen gelegenheid waarin door middel van automaten filmvoorstellingen en/of live-shows van erotische en/of pornografische aard kunnen worden gegeven;
  47. seksbioscoop en/of -theater
    een inrichting of daarmee gelijk te stellen gelegenheid waarin door vertoningen van erotische en/of pornografische aard kunnen worden gegeven;
  48. seksinrichting
    de voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting
    worden in elk geval verstaan: een prostitutiebedrijf, waaronder begrepen een erotisch-massagesalon, een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;
  49. straatprostitutie  
    het zich op de openbare weg respectievelijk op openbare ruimten of in een zich op de openbare weg respectievelijk openbare ruimte bevindend voertuig beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
  50. voorerf
    gedeelte van het erf dat aan de voorkant van het hoofdgebouw is gelegen;
  51. voorgevel van een gebouw
    het meest naar de wegzijde gekeerde deel van een hoofdgebouw;
  52. vrijstaand
    een gebouw zonder gemeenschappelijke wand met een ander gebouw;
  53. Wabo
    Wet van 6 november 2008, houdende regels inzake een vergunningstelsel met betrekking tot activiteiten die van invloed zijn op de fysieke leefomgeving en inzake handhaving van regelingen op het gebied van de fysieke leefomgeving (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht);
  54. weg
    als bedoeld in artikel 1, lid 1, sub b van de Wegenverkeerswet 1994, zoals die luidde ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
  55. Wgh
    de Wet geluidhinder, zoals die luidde ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
  56. Ww
    de Woningwet, zoals die luidde ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
  57. woning
    een gebouw, dat dient voor de huisvesting van personen;
  58. Wro
    de Wet ruimtelijke ordening, zoals die luidde ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
  59. zijerf  
    gedeelte van het erf dat aan de zijkant van het hoofdgebouw is gelegen;
  60. zijgevel van een gebouw
    een gevel van een hoofdgebouw, die niet een voorgevel of een achtergevel is;