direct naar inhoud van Regels
Plan: Bedrijventerreinen Elzenburg-De Geer-Oss-2011
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0828.BPelznbrgross2011-OH01

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan:

het bestemmingsplanBedrijventerreinen Elzenburg-De Geer-Oss-2011 van de gemeente Oss;

1.2 bestemmingsplan:

de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0828.BPelznbrgross2011-OH01.gml met de bijbehorende regels en bijlage;

1.3 aan de hoofdfunctie ondergeschikte incidentele detailhandel:

detailhandel in goederen die niet behoren tot het perifeer toegestane assortiment en die voor een beperkte periode per jaar worden aangeboden, zoals seizoensgebonden producten en éénmalige partijverkoop, en met uitzondering van kleding en voedings- en genotsmiddelen, waarbij deze vorm van detailhandel een beperkt onderdeel vormt van de normale bedrijfsvoering van de hoofdfunctie en een maximale oppervlakte heeft van 5% van de verkoopvloeroppervlakte en met een absoluut maximum van 100 m2 ;

1.4 aan huis verbonden beroep:

een beroep dat in of bij een woning door de bewoner wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is;

1.5 aanbouw:

een aan een hoofdgebouw toegevoegde, afzonderlijke ruimte die qua afmetingen en/of visueel opzicht (onder meer voor wat betreft goothoogte, dakhelling en/of dakvorm), ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;

1.6 aanduiding:

een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;

1.7 aanduidingsgrens:

de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;

1.8 ABC-goederen

auto's, boten, caravans, motoren en banden;

1.9 bebouwing:

één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;

1.10 bedrijf/bedrijfsactiviteit:

de uitoefening van opslag-, handels-, transport- en industriële en ambachtelijke bedrijven, een en ander met uitsluiting van agrarische bedrijven, detailhandel, horeca, dienstverlening, zelfstandige kantoren, maatschappelijke voorzieningen en voorzieningen op het gebied van cultuur en ontspanningen met dien verstande dat een bij het bedrijf/de bedrijfsactiviteit behorende kantoorfunctie geheel en uitsluitend ten dienste van dat bedrijf is toegestaan, waarbij de kantoorfunctie ten hoogste 30% van het bruto vloeroppervlak en ten hoogste 1.500 m2 bedraagt;

1.11 bedrijfsgebouw:

een gebouw dat dient voor de uitoefening van een bedrijf of bedrijfsactiviteit;

1.12 bedrijfsverzamelgebouw

een gebouw dat dient voor de huisvesting van verschillende en afzonderlijke bedrijven, waarbij eventueel faciliteiten, zoals onder meer kopieermachines, ict-voorzieningen, parkeervoorzieningen, vergaderruimtes enz., gedeeld worden of kunnen worden;

1.13 bedrijfsvloeroppervlak:

de totale binnenwerkse oppervlakte van winkels, kantoren en/of bedrijven, inclusief de verdiepingsvloeren, met inbegrip van daarbij behorende magazijnen en overige dienstruimten;

1.14 bedrijfswoning/dienstwoning:

een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein, noodzakelijk is;

1.15 beperkt kwetsbaar object:

een object waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een richtwaarde voor het risico c.q. een risicoafstand tot een risicovolle inrichting is bepaald die in acht genomen moet worden;

1.16 bestaande situatie:
  • a. ten aanzien van bebouwing: bebouwing zoals die aanwezig is op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan dan wel mag worden gebouwd krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde bouwvergunning of omgevingsvergunning;
  • b. ten aanzien van gebruik: gebruik van gronden en opstallen zoals dat aanwezig is op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan;
1.17 bestemmingsgrens:

de grens van een bestemmingsvlak;

1.18 bestemmingsvlak:

een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;

1.19 bijgebouw:

een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;

1.20 bouwen:

het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;

1.21 bouwgrens:

de grens van een bouwvlak;

1.22 bouwlaag:

een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of nagenoeg gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder;

1.23 bouwmarkt:

detailhandel met een al dan niet geheel overdekte verkoopvloeroppervlakte van minimaal 1000 m², waarop het volledige assortiment van bouw- en doe-het-zelf-producten aan zowel vakman als particulier grotendeels op basis van zelfbediening ten verkoop wordt aangeboden;

1.24 bouwmassa:

een verzameling gebouwen bestaande uit een vrijstaand hoofdgebouw dan wel twee of meer aaneengebouwde hoofdgebouwen inclusief aan- en uitbouwen;

1.25 bouwperceel:

een aaneengesloten stuk grond waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;

1.26 bouwperceelgrens:

de grens van een bouwperceel;

1.27 bouwvlak:

een geometrisch bepaald vlak waarmee gronden zijn aangeduid waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;

1.28 bouwwerk:

elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;

1.29 cultuurhistorische waarde:

De aan een bouwwerk of een gebied toegekende waarde die wordt gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis heeft gemaakt van dat bouwwerk of dat gebied;

1.30 detailhandel:

het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;

1.31 functie:

activiteiten ten behoeve waarvan gebruik van gebouwen en/of gronden of aangewezen delen daarvan is toegestaan;

1.32 garagebedrijf:

een bedrijf dat uitsluitend of in hoofdzaak is bestemd voor verkoop, onderhoud en reparatie van motorvoertuigen zonder de verkoop van motorbrandstoffen;

1.33 gebouw:

elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

1.34 geluidgevoelige bebouwing:

bebouwing die als geluidgevoelig is aangemerkt in de Wet geluidhinder;

1.35 geluidzoneringplichtige inrichtingen:

inrichtingen als bedoeld in artikel 41 van de Wet geluidhinder, die in belangrijke mate geluidhinder kunnen veroorzaken en waarvoor op grond van die wet de verplichting geldt tot vaststelling van een geluidszone rond het betrokken terrein;

1.36 groothandel:

het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan wederverkopers, dan wel aan instellingen of personen tot aanwending in een andere bedrijfsactiviteit;

1.37 grootschalige detailhandel:

detailhandel met een minimumverkoopvloeroppervlak van 1000 m², onder meer in meubels, keukens en/of badkamers alsmede een bouwmarkt;

1.38 grove bouwmaterialen:

producten of materialen, welke worden gebruikt bij het oprichten van bouwwerken, te weten: stenen, grof aardewerk, cement- en betonwaren, zand, constructiehout en constructiestaal of -ijzer;

1.39 hoofdfunctie:

een functie waarvoor het hoofdgebouw als belangrijkste functie mag worden gebruikt;

1.40 hoofdgebouw:

een gebouw dat op een bouwperceel door zijn constructie of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als het belangrijkste gebouw op een bouwperceel kan worden aangemerkt;

1.41 horeca van categorie 3

een bedrijf dat in hoofdzaak gericht is op het bedrijfsmatig verstrekken van ter plaatse bereide snacks, ijs en kleine maaltijden voor consumptie, zowel ter plaatse als elders, met daaraan ondergeschikt het verstrekken van dranken, zoals een snackbar, cafetaria, maaltijdafhaalcentrum, lunchroom en ijssalon.

1.42 kampeermiddel:
  • een tent, een tentwagen, een kampeerauto of een caravan;
  • enig ander onderkomen of enig ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, voorzover geen bouwwerk zijnde;

een en ander voorzover deze onderkomens of voertuigen of gewezen voertuigen geheel of gedeeltelijk blijvend zijn bestemd of opgericht of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;

1.43 kantoor:

een ruimte of bij elkaar horende ruimten die bestemd is/zijn om voornamelijk te worden gebruikt voor administratieve werkzaamheden of dienstverlening;

1.44 kringloopwinkel:

een winkel waar uitsluitend kringloopartikelen worden verkocht;.

1.45 kwetsbaar object:

een object waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde voor het risico c.q. een risicoafstand tot een risicovolle inrichting is bepaald die in acht genomen moet worden;

1.46 maatschappelijk c.q. maatschappelijke voorzieningen:

maatschappelijke voorzieningen op het gebied en/of in de vorm van: asielzoekerscentrum, bibliotheek, drugsopvang, gezondheidszorg (incl. apotheek), jeugdopvang, kinder- en naschoolse opvang, onderwijs, openbare bestuur en dienstverlening, praktijkruimte, religie en levensbeschouwing, uitvaartcentrum, verenigingsleven, welzijnsinstelling, zorgboerderij, zorginstelling, alsmede ondergeschikte detailhandel en horeca in combinatie met en ten dienste van deze voorzieningen;

1.47 milieuzoneringslijst:

de lijst van handels- en bedrijfsactiviteiten, die onderdeel uitmaakt van de regels, waarin deze activiteiten naar milieucategorie zijn onderscheiden;

1.48 ondergeschikte detailhandel:

beperkte, op de eindgebruiker gerichte verkoop van goederen, die functioneel rechtstreeks verband houden met bedrijfsactiviteiten, die als hoofdfunctie worden uitgeoefend;

1.49 peil:
  • a. voor bouwwerken op een perceel, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: de hoogte van de kruin van de weg ter plaatse van de hoofdtoegang;
  • b. in alle andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende, afgewerkte, normale maaiveld;
1.50 productiegebonden detailhandel:

beperkte, op de eindgebruiker gerichte verkoop van goederen vanuit een bedrijf dat die goederen vervaardigt/produceert, bewerkt en/of toepast in het productieproces, waarbij de detailhandelsfunctie ondergeschikt is aan de productiefunctie;

1.51 prostitutie:

het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;

1.52 risicovolle inrichting:

een inrichting waarbij ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) een grenswaarde, richtwaarde voor het risico c.q. risicoafstand moet worden aangehouden bij het in een bestemmingsplan toelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten;

1.53 ruimtelijke kwaliteit:

de kwaliteit van de ruimte zoals bepaald door de gebruikswaarde, de belevingswaarde en de toekomstwaarde van die ruimte;

1.54 seksinrichting:

de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden; onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf waaronder tevens begrepen een erotische-massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;

1.55 straatprostitutie:

het door handelingen, houding, woord, gebaar of op andere wijze passanten tot prostitutie bewegen, uitnodigen of aanlokken;

1.56 uitbouw:

de vergroting van een bestaande ruimte in een hoofdgebouw, die qua afmetingen en/of in visueel opzicht (onder meer wat betreft (goot)hoogte, dakhelling en/of dakvorm), ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;

1.57 verkoopvloeroppervlakte (vvo):

de totale oppervlakte van de voor het publiek toegankelijke en zichtbare winkelruimte, inclusief de etalageruimte en de ruimte achter de toonbank;

1.58 vuurwerkbedrijven:

inrichtingen waar professioneel vuurwerk en/of meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk aanwezig is;

1.59 werk:

een werk of constructie geen gebouw of bouwwerk zijnde;

1.60 woning:

een complex van ruimten, geschikt en bestemd voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden;

1.61 woninginrichting:

meubilair, woonaccessoires, vloerbedekking, tapijten, stoffering en aanverwante artikelen ten behoeve van de inrichting van een woning;

1.62 woonhuis:

een gebouw dat één woning omvat en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid kan worden beschouwd;

Artikel 2 Wijze van meten

Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:

2.1 afstand tot de zijdelingse perceelsgrens:

de kortste afstand van het verticale vlak in de zijdelingse perceelsgrens tot enig punt van het op dat bouwperceel voorkomende bouwwerk;

2.2 bebouwde oppervlakte van een bouwperceel:

de oppervlakte van alle op een bouwperceel aanwezige bouwwerken samen;

2.3 bebouwingspercentage:

de oppervlakte, die met gebouwen is bebouwd, uitgedrukt in procenten van de oppervlakte van het bouwperceel, voor zover dat is gelegen binnen de bestemming, of binnen een in de regels nader aan te duiden gedeelte van die bestemming; de oppervlakte wordt altijd in gehele getallen bepaald;

2.4 bovenkant spoorstaaf:

de hoogte van de bovenkant van de laagste spoorstaaf;

2.5 breedte, diepte c.q. lengte van een bouwwerk:

tussen de buitenwerkse hoofdgevelvlakken en/of de harten van gemeenschappelijke scheidingsmuren;

2.6 de dakhelling:

langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;

2.7 de goothoogte van een bouwwerk:

vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;

2.8 de inhoud van een bouwwerk:

tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.

2.9 de bouwhoogte van een bouwwerk:

vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, luchtkokers, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;

2.10 de oppervlakte van een bouwwerk:

tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;

2.11 de hoogte van een windturbine:

vanaf het peil tot aan de (wieken)as van de windturbine.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Bedrijf - 1

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven, met dien verstande, dat:
    • 1. uitsluitend bedrijven zijn toegestaan die voorkomen in de categorieën 3 tot en met 5 van de milieuzoneringslijst, met dien verstande dat:
    • 2. geluidzoneringsplichtige inrichtingen zijn toegestaan;
    • 3. risicovolle inrichtingen zijn toegestaan;
    • 4. vuurwerkbedrijven en zelfstandige kantoren niet zijn toegestaan;
    • 5. bedrijven die voorkomen in de categorie 2 van de milieuzoneringsllijst zijn toegestaan in bedrijfsverzamelgebouwen;
  • b. bedrijfswoning ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
  • c. bouwmarkt ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - bouwmarkt', met dien verstande dat aan de hoofdfunctie ondergeschikte incidentele detailhandel is toegestaan;
  • d. een installatiebedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - installatiebedrijf', met dien verstande dat daarbij behorende niet zelfstandige detailhandel in centrale verwarmingsmaterialen, isolatiematerialen, sanitaire artikelen, keukeninrichtingen, wand- en vloertegels met bijbehorende voeg- en lijmstoffen en openhaarden en kachels en de daarbij behorende brandstoffen is toegestaan;
  • e. kringloopwinkel ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - kringloopwinkel';
  • f. detailhandel in ABC-goederen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - detailhandel in ABC-goederen';
  • g. geluidzoneringsplichtige inrichtingen zijn niet toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf uitgesloten - geluidzoneringsplichtige inrichtingen';
  • h. een zendmast ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie';
  • i. buitenopslag, met dien verstande dat buitenopslag uitsluitend is toegestaan achter de naar de weg gekeerde bouwgrens;
  • j. aan de hoofdfunctie ondergeschikte verkeers- en groenvoorzieningen, railverkeersvoorzieningen, nutsvoorzieningen, tuinen, erven en terreinen.
3.2 Bouwregels
3.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. Gebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd.
  • b. De breedte van een bouwperceel dient tenminste 20 meter te bedragen.
  • c. De oppervlakte van een bouwperceel dient tenminste 2.000 m2 te bedragen.
  • d. De afstand van gebouwen tot één zijdelingse perceelgrens dient minimaal 3 m te bedragen.
  • e. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' is aangegeven.
  • f. Kelders zijn toegestaan.
3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. De bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 3,5 m, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde bouwgrens niet meer dan 2,5 m mag bedragen.
  • b. De bouwhoogte van reclamemasten mag niet meer bedragen dan 15 m.
  • c. De bouwhoogte van zendmasten, ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie' mag niet meer bedragen dan 75 m.
  • d. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan in sub a, b en c genoemd, mogen uitsluitend achter de naar de weg gekeerde bouwgrens worden gebouwd, met dien verstande dat de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' is aangegeven.
3.2.3 Bedrijfswoningen

Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende regels:

  • a. De bouwhoogte van bedrijfswoningen mag niet meer bedragen dan 10 m.
  • b. De inhoud van een bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 500 m3.
  • c. Er is één bedrijfswoning toegestaan per aanduiding 'bedrijfswoning'.
3.2.4 Bebouwingspercentage

Het bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan 70%.

3.3 Afwijken van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken:

  • a. van het bepaalde in 3.2.1 en toestaan dat gebouwen buiten het bouwvlak en achter de naar het water gekeerde bouwgrens worden gebouwd voor zover dit noodzakelijk is voor de bedrijfsvoering en uitsluitend ten behoeve van watergebonden bedrijven mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
    • 1. de veiligheid op het water is gewaarborgd;
    • 2. de bereikbaarheid van het water is gewaarborgd;
    • 3. het gebruik van het water wordt niet belemmerd.
  • b. van het bepaalde in 3.2.1 en toestaan dat de bouwhoogte van bouwwerken ten behoeve van de ontvangst van treinen en het laden en lossen vóór de naar de weg gekeerde bouwgrens niet meer dan 25 meter mag bedragen voor zover dit noodzakelijk is voor de bedrijfsvoering en mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van het straatbeeld en/of het landschap.
3.4 Afwijken van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen:

  • a. van het bepaalde in lid 3.1 om bedrijven toe te laten die niet in de milieuzoneringslijst zijn genoemd, voorzover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden te behoren tot de volgens lid 3.1 toegelaten categorieën van de milieuzoneringslijst, zulks met uitsluiting van vuurwerkbedrijven;
  • b. van het bepaalde in lid 3.1 en toestaan dat gronden en gebouwen worden gebruikt voor de uitoefening van detailhandel in grove bouwmaterialen en brand- en explosiegevaarlijke stoffen;
  • c. van het bepaalde in lid 3.1 en toestaan dat gronden en gebouwen worden gebruikt voor de uitoefening van detailhandel als niet-zelfstandig onderdeel van installatiebedrijven, waarbij het verkoopvloeroppervlak ten hoogste 250 m2 mag bedragen;
  • d. van het bepaalde in lid 3.1 en buitenopslag toestaan vóór de naar de weg gekeerde bouwgrens, voor zover dit ruimtelijk toelaatbaar is.
3.5 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen door de aanduiding 'bedrijfswoning' te verwijderen, indien de bedrijfswoning ter plaatse niet meer als zodanig aanwezig is en/of voor de duur van tenminste één jaar niet meer als zodanig in gebruik is.

Artikel 4 Bedrijf - 2

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven, met dien verstande, dat:
    • 1. uitsluitend bedrijven zijn toegestaan die voorkomen in de categorieën 1 tot en met 3 van de milieuzoneringslijst:
    • 2. geluidzoneringsplichtige inrichtingen niet zijn toegestaan;
    • 3. risicovolle inrichtingen niet zijn toegestaan;
    • 4. vuurwerkbedrijven niet zijn toegestaan;
    • 5. zelfstandige kantoren zijn toegestaan uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'kantoor' met dien verstande dat het brutovloeroppervlak niet meer mag bedragen dan de maat die is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'vloeroppervlakte; bvo (m2)';
  • b. detailhandel in ABC-goederen, grove bouwmaterialen, brand- en explosiegevaarlijke stoffen, landbouwwerktuigen, zonwering, vijvers, zwembaden en tuinhuisjes;
  • c. detailhandel in keukens, badkamers, tegels en sanitair, met dien verstande dat het een nevenactiviteit dient te zijn bij bedrijfsactiviteiten in de vorm van productie en installatie en tevens dat het verkoopvloeroppervlak in de vorm van een showroom ten hoogste 250 m2 mag bedragen;
  • d. detailhandel als nevenactiviteit bij verhuurbedrijven voor bouwgereedschappen en bouwbenodigdheden;
  • e. bedrijven die voorkomen in de categorie 4 van de milieuzoneringslijst ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf van categorie 4';
  • f. risicovolle inrichtingen ter plaatse van de aanduiding 'risicovolle inrichting';
  • g. een verkooppunt motorbrandstoffen met lpg ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - verkooppunt motorbrandstoffen met lpg';
  • h. bedrijfswoning ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', met dien verstande dat een beroep aan huis met een maximale oppervlakte van 25 m2 is toegestaan;
  • i. horeca ter plaatse van de aanduiding 'horeca van categorie 3';
  • j. detailhandel in de vorm van een woninginrichtingwinkel ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - woninginrichting';
  • k. een zendmast ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie';
  • l. aan de hoofdfunctie ondergeschikte verkeers- en groenvoorzieningen, railverkeersvoorzieningen, nutsvoorzieningen, tuinen, erven en terreinen.
4.2 Bouwregels
4.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. Gebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd.
  • b. De breedte van een bouwperceel dient tenminste 20 meter te bedragen.
  • c. De oppervlakte van een bouwperceel dient tenminste 1.000 m2 te bedragen.
  • d. De afstand van gebouwen tot één zijdelingse perceelgrens dient minimaal 3 m te bedragen.
  • e. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' is aangegeven.
  • f. Kelders zijn toegestaan.
4.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. De bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 3,5 m, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde bouwgrens niet meer dan 2,5 m mag bedragen.
  • b. De bouwhoogte van reclamemasten mag niet meer bedragen dan 15 m.
  • c. De bouwhoogte van zendmasten, ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie' mag niet meer bedragen dan 75 m.
  • d. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan in sub a, b en c genoemd, mogen uitsluitend achter de naar de weg gekeerde bouwgrens worden gebouwd, met dien verstande dat de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' is aangegeven.
4.2.3 Bedrijfswoningen

Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende regels:

  • a. De bouwhoogte van bedrijfswoningen mag niet meer bedragen dan 10 m.
  • b. De inhoud van een bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 600 m3.
  • c. Er is één bedrijfswoning toegestaan per aanduiding 'bedrijfswoning'.
4.2.4 Horeca

Voor het bouwen van horeca gelden de volgende regels:

  • a. de maximale gezamenlijke oppervlakte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 650 m².
  • b. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 7,5 m.
  • c. De bouwhoogte van bijgebouwen mag niet meer bedragen dan 4,5 m.
4.2.5 Bebouwingspercentage

Het bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan 70%.

4.3 Afwijken van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 4.2.1 onder b indien dit ten behoeve van doelmatige bedrijfsvoering noodzakelijk is tot tenminste 10 meter.

4.4 Afwijken van de gebruiksregels

Met een omgevingsvergunning kan, mits er geen onevenredige aantasting van de bedrijfsvoering van omliggende bedrijven plaatsvindt, worden afgeweken:

  • a. van het bepaalde in lid 4.1 om bedrijven toe te laten uit ten hoogste een categorie hoger, voorzover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) geacht kan worden te behoren tot de volgens lid 4.1 toegelaten categorieën van de milieuzoneringslijst, zulks met uitsluiting van vuurwerkbedrijven en nieuwe risicovolle en geluidzoneringsplichtige inrichtingen;
  • b. van het bepaalde in lid 4.1 om bedrijven toe te laten die niet in de milieuzoneringslijst zijn genoemd, voorzover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden te behoren tot de volgens lid 4.1 toegelaten categorieën van de milieuzoneringslijst, zulks met uitsluiting van risicovolle en geluidzoneringsplichtige inrichtingen en vuurwerkbedrijven;
  • c. van het bepaalde in lid 4.1 en toestaan dat gronden en gebouwen worden gebruikt voor productiegebonden detailhandel in woninginrichting en bouwmaterialen, met dien verstande dat het verkoopvloeroppervlak ten hoogste 250 m2 mag bedragen;
  • d. van het bepaalde in lid 4.1 en toestaan dat gronden en gebouwen worden gebruikt voor de uitoefening van detailhandel als niet-zelfstandig onderdeel van installatiebedrijven, waarbij het verkoopvloeroppervlak ten hoogste 250 m2 mag bedragen;
  • e. van het bepaalde in lid 4.1 en toestaan dat de kantoorfunctie ten hoogste 50% van het bruto vloeroppervlak en ten hoogste 1.500 m2 bedraagt.
4.5 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd:

  • a. de aanduiding 'bedrijf van categorie 4' te wijzigen of te verwijderen, indien dit op grond van gewijzigde inzichten omtrent milieuzonering of wijziging of beëindiging van de betreffende inrichtingen milieuhygiënisch gewenst is.
  • b. de aanduiding 'risicovolle inrichting' te wijzigen of te verwijderen, indien dit op grond van gewijzigde inzichten omtrent milieuzonering of wijziging of beëindiging van de betreffende inrichtingen milieuhygiënisch gewenst is.

Artikel 5 Groen

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen;
  • b. bermen en beplantingen;
  • c. speelvoorzieningen en kunstobjecten;
  • d. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • e. voorzieningen voor langzaam verkeer;
  • f. nutsvoorzieningen.
5.2 Bouwregels
5.2.1 Gebouwen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

5.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. De bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 2 m;
  • b. De bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan 4 m.
5.2.3 Kleine gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen

In afwijking van het bepaalde in lid 5.2.1 mogen op deze gronden gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen worden gebouwd. Hiervoor gelden de volgende regels:

  • a. De inhoud van een gebouw mag niet meer bedragen dan 15 m3
  • b. De hoogte van een gebouw mag niet meer bedragen dan 3 m.

Artikel 6 Verkeer

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wegen, straten en paden, die hoofdzakelijk gericht zijn op de afwikkeling van het doorgaande verkeer;
  • b. parkeervoorzieningen;
  • c. nutsvoorzieningen;
  • d. groenvoorzieningen;
  • e. speelvoorzieningen en kunstobjecten;
  • f. evenementen;
  • g. voorzieningen ten behoeve van afvalinzameling, openbaar vervoer en telecommunicatie;
  • h. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • i. trafogebouw ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening'.
6.2 Bouwregels
6.2.1 Algemene bouwregels

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen, maar uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd. Hiervoor gelden de volgende regels:

  • a. De bouwhoogte van palen, masten en portalen voor geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer mag niet meer bedragen dan 12 m.
  • b. De bouwhoogte van signalerings- en telecommunicatiemasten mag niet meer bedragen dan 12 m.
  • c. De bouwhoogte van kunstobjecten mag niet meer bedragen dan 12 m.
  • d. De bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 4 m.
6.2.2 Gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen

In afwijking van het bepaalde in lid 6.2.1 mogen op deze gronden gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen worden gebouwd. Hiervoor gelden de volgende regels:

  • a. De inhoud van een gebouw mag niet meer bedragen dan 15 m3.
  • b. De hoogte van een gebouw mag niet meer bedragen dan 3 m.
  • c. De oppervlakte van een gebouw ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening' mag niet meer bedragen dan 300 m2.
  • d. De hoogte van een gebouw ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening' mag niet meer bedragen dan 4 m.
6.3 inrichtingsregels

De indeling van het profiel van de weg mag uitsluitend plaatsvinden volgens het aangegeven dwarsprofiel.

Artikel 7 Verkeer - Railverkeer

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer - Railverkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. spoorwegvoorzieningen;
  • b. wegen en straten;
  • c. geluidwerende voorzieningen;
  • d. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • e. ongelijkvloerse kruisingen ten behoeve van wegen, straten en water;
  • f. groenvoorzieningen.
7.2 Bouwregels

Op of in deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd. Hiervoor gelden de volgende regels:

  • a. De bouwhoogte van draagconstructies voor bovenleidingen, seinpalen, bakens en andere railverkeersvoorzieningen mag niet meer bedragen dan 15 m.
  • b. De bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 2,5 m.
  • c. De bouwhoogte van bouwwerken voor het onderbrengen van voorzieningen van de elektrotechnische systemen ten opzichte van de Bovenkant Spoorstaaf mag niet meer bedragen dan 7 m.
  • d. De bouwhoogte van geluidschermen gemeten vanaf de Bovenkant Spoorstaaf mag niet meer bedragen dan 8 m.
  • e. De bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 4 m.

Artikel 8 Verkeer - Verblijf

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer - Verblijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wegen, woonstraten, erven en pleinen;
  • b. parkeervoorzieningen;
  • c. nutsvoorzieningen;
  • d. groenvoorzieningen;
  • e. speelvoorzieningen en kunstobjecten;
  • f. evenementen;
  • g. voorzieningen ten behoeve van afvalinzameling, openbaar vervoer en telecommunicatie;
  • h. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.
8.2 Bouwregels
8.2.1 Algemene bouwregels

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen, maar uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd. Hiervoor gelden de volgende regels:

  • a. De bouwhoogte van palen, masten en portalen voor geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer mag niet meer bedragen dan 8 m.
  • b. De bouwhoogte van signalerings- en telecommunicatiemasten mag niet meer bedragen dan 12 m.
  • c. De bouwhoogte van kunstobjecten mag niet meer bedragen dan 8 m.
  • d. De bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 4 m.
8.2.2 Kleine gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen

In afwijking van het bepaalde in lid 8.2.1 mogen op deze gronden gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen worden gebouwd. Hiervoor gelden de volgende regels:

  • a. De inhoud van een gebouw mag niet meer bedragen dan 15 m3.
  • b. De bouwhoogte van een gebouw mag niet meer bedragen dan 3 m.
8.3 Specifieke gebruiksregels

Onder verboden gebruik als bedoeld in de Wet ruimtelijke ordening en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt in ieder geval verstaan:

  • a. bewoning van gronden en opstallen;
  • b. de uitoefening van bedrijf en/of detailhandel.

Artikel 9 Water

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. water en waterhuishoudkundige voorzieningen, waaronder voorzieningen voor waterberging, -aanvoer en -afvoer, zoals vaarwater, watergangen, waterlopen en waterpartijen;
  • b. groenvoorzieningen;
  • c. voorzieningen voor het verkeer te water, de waterbeheersing, verkeer en verblijf, waaronder bruggen, duikers, kades, taluds, voorzieningen voor laden en lossen en gelijksoortige voorzieningen;
  • d. recreatief medegebruik.
9.2 Bouwregels

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen, doch uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd, met dien verstande, dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer mag bedragen dan de maximale toegestane bouwhoogte van het aangrenzende bouwperceel.

9.3 Specifieke gebruiksregels

Onder verboden gebruik als bedoeld in de Wet ruimtelijke ordening en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval verstaan de bewoning van vaartuigen.

Artikel 10 Leiding - Hoogspanningsverbinding

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de aanleg, instandhouding en bescherming van bovengrondse hoogspanningsleidingen.

10.2 Bouwregels

In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald ten aanzien van het bouwen krachtens de overige bestemmingen van deze gronden, mogen op of in deze bestemming uitsluitend hoogspanningsmasten en andere bouwwerken ten dienste van bovengrondse hoogspanningsleidingen worden gebouwd.

10.3 Afwijken van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 10.2 ten behoeve van bouwen voor en in overeenstemming met de overige bestemmingen van deze gronden, met dien verstande dat alvorens vergunning wordt verleend advies wordt ingewonnen van de beheerder van de leiding.

10.4 Omgevingsergunning
10.4.1 Vergunningsplicht

Het is verboden op of in deze gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning, de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren, die de veiligheid kunnen schaden of de continuïteit van de energievoorziening in gevaar kunnen brengen:

  • a. het aanbrengen van hoogopgaande beplanting of bomen;
  • b. het aanbrengen van bovengrondse constructies, installaties of apparatuur hoger dan 2,5 m;
  • c. het opslaan van materialen of stoffen, die het gevaar van brand of explosie kunnen opleveren;
  • d. het ophogen, verlagen, afgraven of egaliseren van de bodem, of anderszins wijzigen van maaiveld- of weghoogte;
10.4.2 Uitzondering

Het onder 10.4.1 vervatte verbod geldt niet voor de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden:

  • a. die het normale onderhoud en beheer van de leiding betreffen;
  • b. die op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan in uitvoering zijn.
10.4.3 Toelaatbaarheid

De werken en werkzaamheden als bedoeld onder 10.4.1 zijn slechts toelaatbaar indien door die werken en werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen geen onevenredige aantasting van de belangen van de leidingen en/of energievoorziening ontstaat of kan ontstaan.

Alvorens te beslissen omtrent een vergunning als bedoeld onder 10.4.1 wordt het advies ingewonnen van de beheerder van de leiding.

Artikel 11 Leiding - Riool

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de aanleg, instandhouding en bescherming van ondergrondse riooltransportleidingen.

11.2 Bouwregels

In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald ten aanzien van het bouwen krachtens de overige bestemmingen mogen op of in deze gronden uitsluitend bouwwerken worden opgericht tot een bouwhoogte van 3 m ten behoeve van ondergrondse riooltransportleidingen.

11.3 Afwijken van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 11.2 ten behoeve van bouwen voor en in overeenstemming met de overige bestemmingen van deze gronden, met dien verstande dat alvorens vergunning wordt verleend advies wordt ingewonnen van de beheerder van de leiding.

11.4 Omgevingsvergunning
11.4.1 Vergunningsplicht

Het is verboden op of in deze gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning, de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren, die de veiligheid kunnen schaden of de continuïteit van de energievoorziening in gevaar kunnen brengen:

  • a. het uitvoeren van graafwerkzaamheden;
  • b. het uitvoeren van heiwerken of het anderszins indrijven van voorwerpen in de bodem;
  • c. het aanbrengen van diepwortelende en/of hoogopgaande beplanting en/of bomen;
  • d. het ophogen, verlagen, afgraven of egaliseren van de bodem, of anderszins wijzigen van maaiveld- of weghoogte;
  • e. het aanleggen van waterlopen of het vergraven, verruimen of dempen van bestaande waterlopen.
11.4.2 Uitzondering

Het onder 11.4.1 vervatte verbod geldt niet voor de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden:

  • a. die het normale onderhoud en beheer van de leiding betreffen;
  • b. die op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan in uitvoering zijn.
11.4.3 Toelaatbaarheid

De werken en werkzaamheden als bedoeld onder 11.4.1 zijn slechts toelaatbaar indien door die werken en werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen geen onevenredige aantasting van de belangen van de leidingen en/of afvalwaterzuivering ontstaat of kan ontstaan.

Alvorens te beslissen omtrent een vergunning als bedoeld onder 11.4.1 wordt het advies ingewonnen van de beheerder van de leiding.

Artikel 12 Leiding - Water

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Leiding - Water' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de aanleg, instandhouding en bescherming van ondergrondse watertransportleidingen.

12.2 Bouwregels

In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald ten aanzien van het bouwen krachtens de overige bestemmingen mogen op of in deze gronden uitsluitend bouwwerken worden opgericht tot een bouwhoogte van 3 m ten behoeve van ondergrondse watertransportleidingen.

12.3 Afwijken van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 12.2 ten behoeve van bouwen voor en in overeenstemming met de overige bestemmingen van deze gronden, met dien verstande dat alvorens vergunning wordt verleend advies wordt ingewonnen van de beheerder van de leiding.

12.4 Omgevingsvergunning
12.4.1 Vergunningsplicht

Het is verboden op of in deze gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning, de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren, die de veiligheid kunnen schaden of de continuïteit van de drinkwatervoorziening in gevaar kunnen brengen:

  • a. het uitvoeren van graafwerkzaamheden;
  • b. het uitvoeren van heiwerken of het anderszins indrijven van voorwerpen in de bodem;
  • c. het aanbrengen van diepwortelende en/of hoogopgaande beplanting en/of bomen;
  • d. het ophogen, verlagen, afgraven of egaliseren van de bodem, of anderszins wijzigen van maaiveld- of weghoogte;
  • e. het aanleggen van waterlopen of het vergraven, verruimen of dempen van bestaande waterlopen.
12.4.2 Uitzondering

Het onder 12.4.1 vervatte verbod geldt niet voor de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden:

  • a. die het normale onderhoud en beheer van de leiding betreffen;
  • b. die op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan in uitvoering zijn.
12.4.3 Toelaatbaarheid

De werken en werkzaamheden als bedoeld onder 12.4.1 zijn slechts toelaatbaar indien door die werken en werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen geen onevenredige aantasting van de belangen van de leidingen en/of drinkwatervoorziening ontstaat of kan ontstaan.

Alvorens te beslissen omtrent een vergunning als bedoeld onder 12.4.1 wordt het advies ingewonnen van de beheerder van de leiding.

Artikel 13 Waarde - Archeologie

13.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de instandhouding en bescherming van op of in die gronden aanwezige archeologische waarden.

13.2 Omgevingsvergunning
13.2.1 Vergunningsplicht

Het is, zo nodig in afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald, verboden om zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en/of in de in dit artikel bedoelde gronden de volgende werken en/of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren over een oppervlakte van 1.000 m² of meer en dieper dan 0,3 m ten opzichte van het maaiveld:

  • a. graafwerkzaamheden en/of grondbewerkingen, ploegen, roeren en omwoelen van gronden, waaronder begrepen het aanleggen van drainage;
  • b. het ophogen, verlagen of egaliseren van de bodem;
  • c. heiwerkzaamheden of het op andere wijze indrijven van objecten in de bodem;
  • d. het aanbrengen van diepwortelende beplantingen en het rooien van diepwortelende beplanting waarbij stobben worden verwijderd;
  • e. het verlagen van het waterpeil;
  • f. het graven, verbreden en verdiepen van sloten, vijvers, zwembaden en andere wateren;
  • g. het aanbrengen van ondergrondse transport-, energie-, telecommunicatieleidingen of andere leidingen en de daarmee verbandhoudende constructies;
  • h. het verharden van wegen, paden of parkeergelegenheid en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
  • i. het plaatsen en/of verwijderen van funderingen;
  • j. graafwerkzaamheden en/of grondbewerkingen ten behoeve van de bouw van gebouwen en andere bouwwerken.
13.2.2 Uitzondering

Geen vergunning als bedoeld in artikel 13.2.1 is vereist voor werken en werkzaamheden:

  • a. in het kader van archeologisch onderzoek en archeologische opgravingen, mits deze worden verricht door een ter zake deskundige als bedoeld in de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie;
  • b. die op het moment van het van kracht worden van het plan legaal in uitvoering waren of legaal konden worden uitgevoerd krachtens een voor dat tijdstip geldende dan wel aangevraagde vergunning;
  • c. die bestaan uit het aanbrengen van ondergrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen dan wel andere leidingen en de daarmee verband houdende constructies, voor zover deze worden aangebracht binnen een bestaand leidingentracé binnen de daarvoor oorspronkelijk gegraven sleuf;
  • d. die het normale gebruik, onderhoud en/of beheer betreffen van de gronden. Binnen de agrarische bestemmingen worden in ieder geval grondbewerkingen ten dienste van het agrarische gebruik beschouwd als normaal gebruik, mits de bodem tot niet meer dan 0,5 m onder maaiveld wordt geroerd.
13.2.3 Toelaatbaarheid
  • a. Een vergunning als bedoeld in artikel 13.2.1 mag alleen worden verleend indien:
  • 1. door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen de archeologische waarden van het betreffende terrein niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind, en
  • 2. uit door de aanvrager overgelegd archeologisch onderzoek conform de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie naar het oordeel van burgemeester en wethouders blijkt dat dat de archeologische waarden van het betreffende terrein in voldoende mate zijn vastgesteld en zo nodig zijn zekergesteld, dan wel dat er geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, dan wel de archeologische waarden door de werken of werkzaamheden niet of niet onevenredig worden geschaad.
  • b. Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan het archeologische onderzoek en het archeologische onderzoeksrapport als bedoeld in artikel 13.2.3 onder a.
  • c. In het belang van de archeologische monumentenzorg kunnen aan de omgevingsvergunning in ieder geval de volgende voorwaarden worden verbonden:
  • 1. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor monumenten in de bodem kunnen worden behouden;
  • 2. de verplichting tot het doen van opgravingen;
  • 3. de verplichting om de activiteit die tot bodemverstoring leidt, te laten begeleiden door de gemeentelijke archeolooog dan wel een andere deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door burgemeester en wethouders bij de ontheffing te stellen kwalificaties.

Hoofdstuk 3 Algemene regels

Artikel 14 Antidubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Artikel 15 Algemene bouwregels

15.1 Afwijken ten behoeve van milieuhygiënisch gewenste voorzieningen

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van de bouwregels ten behoeve van het treffen van milieuhygiënische voorzieningen zoals het omkasten van installaties indien dit vanuit milieu-oogpunt gewenst is, mits;

  • a. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzenden gronden;
  • b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van het straatbeeld en/of het landschap.
15.2 Overschrijding van bouwgrenzen door bouwdelen
15.2.1 Direct toegestane overschrijding van bouwgrenzen

In afwijking van het bepaalde in de bestemmingsregels in Hoofdstuk 2 mag de bebouwingsgrens door bouwdelen worden overschreden. Hiervoor gelden de volgende regels:

  • a. Ingangspartijen, balkons en luifels van gebouwen mogen de voorgevelrooilijn met ten hoogste 1,5 m overschrijden, mits de afstand tot de openbare weg of ander openbaar gebied niet minder bedraagt dan 2 m;
  • b. Ondergeschikte bouwdelen van gebouwen zoals plinten, pilasters, kozijnen, hemelwaterafvoeren, ventilatiekanalen en rookkanalen mogen de bouwgrens met ten hoogste 0,5 m overschrijden.
15.2.2 Afwijken ten behoeve van overschrijding van bouwgrenzen

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van de bouwregels ten behoeve van andere of ruimere overschrijdingen van de bouwgrens en/of een bestemmingsgrens door andere onderdelen van gebouwen dan genoemd in lid 15.2.1, mits:

  • a. de bouwgrens met niet meer dan 2 meter wordt overschreden;
  • b. de bouwwerken niet lager worden aangebracht dan 4,20 meter boven een rijbaan en 2,20 meter boven een voetpad en er overigens geen bezwaren bestaan uit het oogpunt van verkeersveiligheid;
  • c. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en van het straat- en bebouwingsbeeld.

Artikel 16 Algemene gebruiksregels

16.1 Verboden gebruik

Onder verboden gebruik als bedoeld in de Wet ruimtelijke ordening en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt in ieder geval verstaan:

  • a. gebruik van gronden, gebouwen, bouwwerken en onderkomens ten behoeve van een seksinrichting en/of escortbedrijf;
  • b. de opslag van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke bestemming onttrokken goederen en van materialen, emballage en afval, behoudens voorzover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik;
  • c. het gebruik van vrijstaande bijgebouwen voor bewoning.

Artikel 17 Algemene aanduidingsregels

17.1 Geluidszone - industrie

Op de gronden gelegen binnen de aanduiding 'Geluidszone - industrie' mag, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, geen geluidgevoelige bebouwing worden opgericht, tenzij een hogere waarde is vastgesteld en gebouwd wordt met inachtneming van die hogere waarde.

17.2 geluidszone - industrie begrenzing geluidsgezoneerd industrieterrein

De gronden ter plaatse van de aanduiding 'geluidszone - industrie begrenzing geluidsgezoneerd industrieterrein' vormen het geluidsgezoneerd industrieterrein als bedoeld in de Wet Geluidhinder.

17.3 wro-zone - ontheffingsgebied 1

Met een omgevingsvergunning kan, binnen de aanduiding 'wro-zone - ontheffingsgebied 1', worden afgeweken van de bouwregels ten behoeve van een overschrijding van de maximale bouwhoogte tot ten hoogste 58 m over ten hoogste 10% van het bouwperceel, mits deze overschrijding noodzakelijk is uit een oogpunt van doelmatige bedrijfsvoering en mits deze overschrijding stedenbouwkundig aanvaardbaar is.

17.4 wro-zone - ontheffingsgebied 2

Met een omgevingsvergunning kan, binnen de aanduiding 'wro-zone - ontheffingsgebied 2', worden afgeweken van de bestemmingsregels ten behoeve van de vestiging van kantoren op de verdieping met dien verstande dat;

  • a. de maximale oppervlakte van het kantoor niet meer bedraagt dan 200 m2;
  • b. het kantoor geen baliefunctie heeft;
  • c. kan worden voldaan aan de parkeerbehoefte op eigen terrein.

Artikel 18 Afwijken van de regels algemeen

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:

  • a. de in de regels gegeven maten, afmetingen en percentages tot niet meer dan 10% van die maten, afmetingen en percentages;
  • b. de regels en toestaan dat het beloop of het profiel van wegen of de aansluiting van wegen onderling in geringe mate wordt aangepast, indien de verkeersveiligheid en/of –intensiteit daartoe aanleiding geeft;
  • c. van de regels en toestaan dat het bouwvlak in geringe mate worden overschreden, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft;
  • d. de regels en toestaan dat openbare nutsgebouwtjes, wachthuisjes ten behoeve van het openbaar vervoer, telefooncellen, gebouwtjes ten behoeve van de bediening van kunstwerken, toiletgebouwtjes, en naar aard daarmee gelijk te stellen gebouwtjes worden gebouwd, met dien verstande dat:
    • 1. de inhoud per gebouwtje niet meer dan 50 m3 mag bedragen;
    • 2. de bouwhoogte niet meer dan 3,5 m mag bedragen;
  • e. de regels ten aanzien van de maximaal toegestane bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en toestaan dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wordt vergroot:
    • 1. ten behoeve van kunstwerken, geen gebouwen zijnde, tot niet meer dan 40 m;
    • 2. ten behoeve van voor waarschuwings- en/of communicatiemasten tot niet meer dan 50 m;
    • 3. ten behoeve van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, tot niet meer dan 10 m;
  • f. de regels ten aanzien van de maximaal toegestane bouwhoogte van gebouwen ten behoeve van een overschrijding van deze maximaal toegestane bouwhoogte voor plaatselijke verhogingen, zoals liftkokers, lichtkappen, schoorstenen en technische ruimten, met dien verstande dat:
    • 1. de maximale oppervlakte van de vergroting bij gebouwen niet meer mag bedragen dan 10% van het betreffende platte dakvlak of de horizontale projectie van het schuine dakvlak;
    • 2. de overschrijding van de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 15 m;
    • 3. de overschrijding noodzakelijk is ten behoeve van de bedrijfsvoering;
    • 4. vooraf advies is gevraagd aan het ministerie van Defensie in verband met de ligging binnen een radarverstoringsgebied.

Artikel 19 Algemene wijzigingsregels

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om het plan te wijzigen:

  • a. Door de bestemmingsgrenzen, bouwgrenzen, andere grenslijnen en aanduidingen met ten hoogste 15 m te verschuiven, indien een gewijzigde uitvoering van het plan om ruimtelijke, verkeerskundige of technische redenen gewenst is.
  • b. Door het onderbrengen van bedrijfsactiviteiten in een andere categorie in de tot het plan behorende milieuzoneringslijst c.q. door het onderbrengen van nieuwe of andere bedrijfsactiviteiten, indien de opgenomen vermelding niet meer juist of volledig is.
  • c. Ten behoeve van de bouw van telecommunicatiemasten en daarmee vergelijkbare voorzieningen, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
  • 1. wijziging is alleen mogelijk van de bestemmingen 'Groen', 'Verkeer' en 'Verkeer - Verblijf';
  • 2. de hoogte van bouwwerken mag niet meer bedragen dan 50 m;
  • 3. de omvang van de wijzigingslocatie mag niet meer zijn dan 25 m2;
  • 4. uit onderzoek moet gebleken zijn, dat plaatsing ter plaatse in het belang van communicatievoorziening noodzakelijk en verantwoord is, waarbij het onderzoek in ieder geval betrekking moet hebben op:
      • de mogelijkheden van plaatsing van deze voorzieningen op bestaande gebouwen of bouwwerken;
      • de benutting van de mogelijkheden van gemeenschappelijk gebruik door telecommunicatiebedrijven;
      • de inpassing van de mast in landschappelijk en stedenbouwkundig opzicht.

Artikel 20 Overige regels

20.1 Verwijzing naar andere wettelijke regelingen

Waar in dit plan wordt verwezen naar andere wettelijke regelingen, wordt geduid op de regelingen zoals die luiden op het tijdstip van de ter-inzage-legging van het ontwerpbestemmingsplan.

20.2 Regeling toepasselijkheid bouwverordening

De regels van de Bouwverordening ten aanzien van onderwerpen van stedenbouwkundige aard blijven overeenkomstig het gestelde in artikel 9 lid 2 van de Woningwet buiten toepassing, behoudens ten aanzien van de volgende onderwerpen:

  • a. de bereikbaarheid van gebouwen voor gehandicapten;
  • b. de parkeergelegenheid en laad- en losmogelijkheden.

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

Artikel 21 Overgangsrecht

21.1 Overgangsrecht bouwwerken
  • 1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een bouwvergunning of omgevingsvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    • a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    • b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  • 2. Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het eerste lid voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
  • 3. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsregels van dat plan.
21.2 Overgangsrecht gebruik
  • 1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee strijdig is, mag worden voortgezet.
  • 2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  • 3. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode van langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  • 4. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik, dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsregels van dat plan.
  • 5. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid mag gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan of viel onder het algemeen overgangsrecht van het voorheen geldende bestemmingsplan op het adres Rijnstraat 18 uitsluitend worden voortgezet door de personen, diens rechtsopvolgers uitgesloten, die op het tijdstip van de ter inzageligging van dit ontwerpbestemmingsplan als exploitant/huurder bekend zijn van de sportschool Cidjero aan de Rijnstraat 18.

Artikel 22 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als:

Regels van het bestemmingsplanBedrijventerreinen Elzenburg-De Geer-Oss-2011.

Bijlagen bij de regels

Bijlage 1 Milieuzoneringslijst

SBI-
2008  
  OMSCHRIJVING   AFSTANDEN IN METERS    
  nr     geur   stof   geluid   gevaar   grootste afstand   categorie  
01   -   LANDBOUW EN DIENSTVERLENING T.B.V. DE LANDBOUW                      
016   0   Dienstverlening t.b.v. de landbouw:                      
016   1   - algemeen (o.a. loonbedrijven): b.o. > 500 m²   30   10   50       10     50   D   3.1  
016   2   - algemeen (o.a. loonbedrijven): b.o.<= 500 m²   30   10   30       10     30     2  
016   3   - plantsoenendiensten en hoveniersbedrijven: b.o. > 500 m²   30   10   50       10     50     3.1  
016   4   - plantsoenendiensten en hoveniersbedrijven: b.o. <= 500 m²   30   10   30       10     30     2  
0162     KI-stations   30   10   30   C     0     30     2  
10, 11   -                        
10, 11   -   VERVAARDIGING VAN VOEDINGSMIDDELEN EN DRANKEN                      
101, 102   0   Slachterijen en overige vleesverwerking:                      
101, 102   1   - slachterijen en pluimveeslachterijen   100   0   100   C     50   R   100   D   3.2  
101   2   - vetsmelterijen   700   0   100   C     30     700     5.2  
101   3   - bewerkingsinrichting van darmen en vleesafval   300   0   100   C     50   R   300     4.2  
101   4   - vleeswaren- en vleesconservenfabrieken: p.o. > 1000 m²   100   0   100   C     50   R   100     3.2  
101   5   - vleeswaren- en vleesconservenfabrieken: p.o. <= 1000 m²   50   0   50   C     30     50     3.1  
101   6   - vleeswaren- en vleesconservenfabrieken: p.o. <= 200 m²   30   0   50       10     50     3.1  
101, 102   7   - loonslachterijen   50   0   50       10     50     3.1  
108   8   - vervaardiging van snacks en vervaardiging van kant-en-klaar-maaltijden met p.o. < 2.000 m²   50   0   50       10     50     3.1  
102   0   Visverwerkingsbedrijven:                      
102   1   - drogen   700   100   200   C     30     700     5.2  
102   2   - conserveren   200   0   100   C     30     200     4.1  
102   3   - roken   300   0   50   C     0     300     4.2  
102   4   - verwerken anderszins: p.o.> 1000 m²   300   10   50   C     30     300   D   4.2  
102   5   - verwerken anderszins: p.o. <= 1000 m²   100   10   50       30     100     3.2  
102   6   - verwerken anderszins: p.o. <= 300 m²   50   10   30       10     50     3.1  
1031   0   Aardappelprodukten fabrieken:                      
1031   1   - vervaardiging van aardappelproducten   300   30   200   C     50   R   300     4.2  
1031   2   - vervaardiging van snacks met p.o. < 2.000 m²   50   10   50       50   R   50     3.1  
1032, 1039   0   Groente- en fruitconservenfabrieken:                      
1032, 1039   1   - jam   50   10   100   C     10     100     3.2  
1032, 1039   2   - groente algemeen   50   10   100   C     10     100     3.2  
1032, 1039   3   - met koolsoorten   100   10   100   C     10     100     3.2  
1032, 1039   4   - met drogerijen   300   10   200   C     30     300     4.2  
1032, 1039   5   - met uienconservering (zoutinleggerij)   300   10   100   C     10     300     4.2  
104101   0   Vervaardiging van ruwe plantaardige en dierlijke oliën en vetten:                      
104101   1   - p.c. < 250.000 t/j   200   30   100   C     30   R   200     4.1  
104101   2   - p.c. >= 250.000 t/j   300   50   300   C   Z   50   R   300     4.2  
104102   0   Raffinage van plantaardige en dierlijke oliën en vetten:                      
104102   1   - p.c. < 250.000 t/j   200   10   100   C     100   R   200     4.1  
104102   2   - p.c. >= 250.000 t/j   300   10   300   C   Z   200   R   300     4.2  
1042   0   Margarinefabrieken:                      
1042   1   - p.c. < 250.000 t/j   100   10   200   C     30   R   200     4.1  
1042   2   - p.c. >= 250.000 t/j   200   10   300   C   Z   50   R   300     4.2  
1051   0   Zuivelprodukten fabrieken:                      
1051   1   - gedroogde produkten, p.c. >= 1,5 t/u   200   100   500   C   Z   50   R   500     5.1  
1051   2   - geconcentreerde produkten, verdamp. cap. >=20 t/u   200   30   500   C   Z   50   R   500     5.1  
1051   3   - melkprodukten fabrieken v.c. < 55.000 t/j   50   0   100   C     50   R   100     3.2  
1051   4   - melkprodukten fabrieken v.c. >= 55.000 t/j   100   0   300   C   Z   50   R   300     4.2  
1051   5   - overige zuivelprodukten fabrieken   50   50   300   C     50   R   300     4.2  
1052   1   Consumptie-ijsfabrieken: p.o. > 200 m²   50   0   100   C     50   R   100     3.2  
1052   2   - consumptie-ijsfabrieken: p.o. <= 200 m²   10   0   30       0     30     2  
1061   0   Meelfabrieken:                      
1061   1   - p.c. >= 500 t/u   200   100   300   C   Z   100   R   300     4.2  
1061   2   - p.c. < 500 t/u   100   50   200   C     50   R   200     4.1  
1061     Grutterswarenfabrieken   50   100   200   C     50     200   D   4.1  
1062   0   Zetmeelfabrieken:                      
1062   1   - p.c. < 10 t/u   200   50   200   C     30   R   200     4.1  
1062   2   - p.c. >= 10 t/u   300   100   300   C   Z   50   R   300     4.2  
1091   0   Veevoerfabrieken:                      
1091   1   - destructiebedrijven   700   30   200   C     50     700   D   5.2  
1091   2   - beender-, veren-, vis-, en vleesmeelfabriek   700   100   100   C     30   R   700   D   5.2  
1091   3   - drogerijen (gras, pulp, groenvoeder, veevoeder) cap. < 10 t/u water   300   100   200   C     30     300     4.2  
1091   4   - drogerijen (gras, pulp, groenvoeder, veevoeder) cap. >= 10 t/u water   700   200   300   C   Z   50     700     5.2  
1091   5   - mengvoeder, p.c. < 100 t/u   200   50   200   C     30     200     4.1  
1091   6   - mengvoeder, p.c. >= 100 t/u   300   100   300   C   Z   50   R   300     4.2  
1092     Vervaardiging van voer voor huisdieren   200   100   200   C     30     200     4.1  
1071   0   Broodfabrieken, brood- en banketbakkerijen:                      
1071   1   - v.c. < 7500 kg meel/week, bij gebruik van charge-ovens   30   10   30   C     10     30     2  
1071   2   - v.c. >= 7500 kg meel/week   100   30   100   C     30     100     3.2  
1072     Banket, biscuit- en koekfabrieken   100   10   100   C     30     100     3.2  
10821   0   Verwerking cacaobonen en vervaardiging chocolade- en suikerwerk:                      
10821   1   - Cacao- en chocoladefabrieken: p.o. > 2.000 m²   500   50   100       50   R   500     5.1  
10821   2   - cacao- en chocoladefabrieken vervaardigen van chocoladewerken met p.o. < 2.000 m²   100   30   50       30     100     3.2  
10821   3   - cacao- en chocoladefabrieken vervaardigen van chocoladewerken met p.o. <= 200 m²   30   10   30       10     30     2  
10821   4   - Suikerwerkfabrieken met suiker branden   300   30   50       30   R   300     4.2  
10821   5   - Suikerwerkfabrieken zonder suiker branden: p.o. > 200 m²   100   30   50       30   R   100     3.2  
10821   6   - suikerwerkfabrieken zonder suiker branden: p.o. <= 200 m²   30   10   30       10     30     2  
1073     Deegwarenfabrieken   50   30   10       10     50     3.1  
1083   0   Koffiebranderijen en theepakkerijen:                      
1083   1   - koffiebranderijen   500   30   200   C     10     500   D   5.1  
1083   2   - theepakkerijen   100   10   30       10     100     3.2  
108401     Vervaardiging van azijn, specerijen en kruiden   200   30   50       10     200     4.1  
1089     Vervaardiging van overige voedingsmiddelen   200   30   50       30     200   D   4.1  
1089     Bakkerijgrondstoffenfabrieken   200   50   50       50   R   200     4.1  
1089   0   Soep- en soeparomafabrieken:                      
1089   1   - zonder poederdrogen   100   10   50       10     100     3.2  
1089   2   - met poederdrogen   300   50   50       50   R   300     4.2  
1089     Bakmeel- en puddingpoederfabrieken   200   50   50       30     200     4.1  
110101     Destilleerderijen en likeurstokerijen   300   30   200   C     30     300     4.2  
110102   0   Vervaardiging van ethylalcohol door gisting:                      
110102   1   - p.c. < 5.000 t/j   200   30   200   C     30   R   200     4.1  
110102   2   - p.c. >= 5.000 t/j   300   50   300   C     50   R   300     4.2  
1102 t/m 1104     Vervaardiging van wijn, cider e.d.   10   0   30   C     0     30     2  
1105     Bierbrouwerijen   300   30   100   C     50   R   300     4.2  
1106     Mouterijen   300   50   100   C     30     300     4.2  
1107     Mineraalwater- en frisdrankfabrieken   10   0   100       50   R   100     3.2  
12   -                        
12   -   VERWERKING VAN TABAK                      
120     Tabakverwerkende industrie   200   30   50   C     30     200     4.1  
13   -                        
13   -   VERVAARDIGING VAN TEXTIEL                      
131     Bewerken en spinnen van textielvezels   10   50   100       30     100     3.2  
132   0   Weven van textiel:                      
132   1   - aantal weefgetouwen < 50   10   10   100       0     100     3.2  
132   2   - aantal weefgetouwen >= 50   10   30   300     Z   50     300     4.2  
133     Textielveredelingsbedrijven   50   0   50       10     50     3.1  
139     Vervaardiging van textielwaren   10   0   50       10     50     3.1  
1393     Tapijt-, kokos- en vloermattenfabrieken   100   30   200       10     200     4.1  
139, 143     Vervaardiging van gebreide en gehaakte stoffen en artikelen   0   10   50       10     50     3.1  
14   -                        
14   -   VERVAARDIGING VAN KLEDING; BEREIDEN EN VERVEN VAN BONT                      
141     Vervaardiging kleding van leer   30   0   50       0     50     3.1  
141     Vervaardiging van kleding en -toebehoren (excl. van leer)   10   10   30       10     30     2  
142, 151     Bereiden en verven van bont; vervaardiging van artikelen van bont   50   10   10       10     50     3.1  
19   -                        
15   -   VERVAARDIGING VAN LEER EN LEDERWAREN (EXCL. KLEDING)                      
151,152     Lederfabrieken   300   30   100       10     300     4.2  
151     Lederwarenfabrieken (excl. kleding en schoeisel)   50   10   30       10     50   D   3.1  
152     Schoenenfabrieken   50   10   50       10     50     3.1  
  -                        
16   -   HOUTINDUSTRIE EN VERVAARDIGING ARTIKELEN VAN HOUT, RIET, KURK E.D.                      
16101     Houtzagerijen   0   50   100       50   R   100     3.2  
16102   0   Houtconserveringsbedrijven:                      
16102   1   - met creosootolie   200   30   50       10     200     4.1  
16102   2   - met zoutoplossingen   10   30   50       10     50     3.1  
1621     Fineer- en plaatmaterialenfabrieken   100   30   100       10     100     3.2  
162   0   Timmerwerkfabrieken, vervaardiging overige artikelen van hout   0   30   100       0     100     3.2  
162   1   Timmerwerkfabrieken, vervaardiging overige artikelen van hout, p.o. < 200 m2   0   30   50       0     50     3.1  
162902     Kurkwaren-, riet- en vlechtwerkfabrieken   10   10   30       0     30     2  
17   -                        
17   -   VERVAARDIGING VAN PAPIER, KARTON EN PAPIER- EN KARTONWAREN                      
1711     Vervaardiging van pulp   200   100   200   C     50   R   200     4.1  
1712   0   Papier- en kartonfabrieken:                      
1712   1   - p.c. < 3 t/u   50   30   50   C     30   R   50     3.1  
1712   2   - p.c. 3 - 15 t/u   100   50   200   C   Z   50   R   200     4.1  
1712   3   - p.c. >= 15 t/u   200   100   300   C   Z   100   R   300     4.2  
172     Papier- en kartonwarenfabrieken   30   30   100   C     30   R   100     3.2  
17212   0   Golfkartonfabrieken:                      
17212   1   - p.c. < 3 t/u   30   30   100   C     30   R   100     3.2  
17212   2   - p.c. >= 3 t/u   50   30   200   C   Z   30   R   200     4.1  
58   -                        
58   -   UITGEVERIJEN, DRUKKERIJEN EN REPRODUKTIE VAN OPGENOMEN MEDIA                      
1811     Drukkerijen van dagbladen   30   0   100   C     10     100     3.2  
1812     Drukkerijen (vlak- en rotatie-diepdrukkerijen)   30   0   100       10     100     3.2  
18129     Kleine drukkerijen en kopieerinrichtingen   10   0   30       0     30     2  
1814   A   Grafische afwerking   0   0   10       0     10     1  
1814   B   Binderijen   30   0   30       0     30     2  
1813     Grafische reproduktie en zetten   30   0   10       10     30     2  
1814     Overige grafische aktiviteiten   30   0   30       10     30   D   2  
19   -                        
19   -   AARDOLIE-/STEENKOOLVERWERK. IND.; BEWERKING SPLIJT-/KWEEKSTOFFEN                      
191     Cokesfabrieken   1000   700   1000   C   Z   100   R   1000     5.3  
19201     Aardolieraffinaderijen   1500   100   1500   C   Z   1500   R   1500     6  
19202   A   Smeeroliën- en vettenfabrieken   50   0   100       30   R   100     3.2  
19202   B   Recyclingbedrijven voor afgewerkte olie   300   0   100       50   R   300     4.2  
19202   C   Aardolieproduktenfabrieken n.e.g.   300   0   200       50   R   300   D   4.2  
201, 212, 244     Splijt- en kweekstoffenbewerkingsbedrijven   10   10   100       1500     1500   D   6  
20   -                        
20   -   VERVAARDIGING VAN CHEMISCHE PRODUKTEN                      
2011   0   Vervaardiging van industriële gassen:                      
2011   1   - luchtscheidingsinstallatie v.c. >= 10 t/d lucht   10   0   700   C   Z   100   R   700     5.2  
2011   2   - overige gassenfabrieken, niet explosief   100   0   500   C     100   R   500     5.1  
2011   3   - overige gassenfabrieken, explosief   100   0   500   C     300   R   500     5.1  
2012     Kleur- en verfstoffenfabrieken   200   0   200   C     200   R   200   D   4.1  
2012   0   Anorg. chemische grondstoffenfabrieken:                      
2012   1   - niet vallend onder "post-Seveso-richtlijn"   100   30   300   C     300   R   300   D   4.2  
2012   2   - vallend onder "post-Seveso-richtlijn"   300   50   500   C     700   R   700   D   5.2  
20141   A0   Organ. chemische grondstoffenfabrieken:                      
20141   A1   - niet vallend onder "post-Seveso-richtlijn"   300   10   200   C     300   R   300   D   4.2  
20141   A2   - vallend onder "post-Seveso-richtlijn"   1000   30   500   C     700   R   1000   D   5.3  
20141   B0   Methanolfabrieken:                      
20141   B1   - p.c. < 100.000 t/j   100   0   200   C     100   R   200     4.1  
20141   B2   - p.c. >= 100.000 t/j   200   0   300   C   Z   200   R   300     4.2  
20149   0   Vetzuren en alkanolenfabrieken (niet synth.):                      
20149   1   - p.c. < 50.000 t/j   300   0   200   C     100   R   300     4.2  
20149   2   - p.c. >= 50.000 t/j   500   0   300   C   Z   200   R   500     5.1  
2015     Kunstmeststoffenfabrieken   500   300   500   C     500   R   500     5.1  
2016     Kunstharsenfabrieken e.d.   700   30   300   C     500   R   700     5.2  
202   0   Landbouwchemicaliënfabrieken:                      
202   1   - fabricage   300   50   100   C     1000   R   1000     5.3  
202   2   - formulering en afvullen   100   10   30   C     500   R   500   D   5.1  
203     Verf, lak en vernisfabrieken   300   30   200   C     300   R   300   D   4.2  
2110   0   Farmaceutische grondstoffenfabrieken:                      
2110   1   - p.c. < 1.000 t/j   200   10   200   C     300   R   300     4.2  
2110   2   - p.c. >= 1.000 t/j   300   10   300   C     500   R   500     5.1  
2120   0   Farmaceutische produktenfabrieken:                      
2120   1   - formulering en afvullen geneesmiddelen   50   10   50       50   R   50     3.1  
2120   2   - verbandmiddelenfabrieken   10   10   30       10     30     2  
2041     Zeep-, was- en reinigingsmiddelenfabrieken   300   100   200   C     100   R   300     4.2  
2042     Parfumerie- en cosmeticafabrieken   300   30   50   C     50   R   300     4.2  
2051     Kruit-, vuurwerk-, en springstoffenfabrieken   30   10   50       1000   V   1000     5.3  
2052   0   Lijm- en plakmiddelenfabrieken:                      
2052   1   - zonder dierlijke grondstoffen   100   10   100       50     100     3.2  
2052   2   - met dierlijke grondstoffen   500   30   100       50     500     5.1  
205902     Fotochemische produktenfabrieken   50   10   100       50   R   100     3.2  
205903   A   Chemische kantoorbenodigdhedenfabrieken   50   10   50       50   R   50     3.1  
205903   B   Overige chemische produktenfabrieken n.e.g.   200   30   100   C     200   R   200   D   4.1  
2060     Kunstmatige synthetische garen- en vezelfabrieken   300   30   300   C     200   R   300     4.2  
22   -                        
22   -   VERVAARDIGING VAN PRODUKTEN VAN RUBBER EN KUNSTSTOF                      
221101     Rubberbandenfabrieken   300   50   300   C     100   R   300     4.2  
221102   0   Loopvlakvernieuwingsbedrijven:                      
221102   1   - vloeropp. < 100 m2   50   10   30       30     50     3.1  
221102   2   - vloeropp. >= 100 m2   200   50   100       50   R   200     4.1  
2219     Rubber-artikelenfabrieken   100   10   50       50   R   100   D   3.2  
222   0   Kunststofverwerkende bedrijven:                      
222   1   - zonder fenolharsen   200   50   100       100   R   200     4.1  
222   2   - met fenolharsen   300   50   100       200   R   300     4.2  
222   3   - productie van verpakkingsmateriaal en assemblage van kunststofbouwmaterialen   50   30   50       30     50     3.1  
23   -                        
23   -   VERVAARDIGING VAN GLAS, AARDEWERK, CEMENT-, KALK- EN GIPSPRODUKTEN                      
231   0   Glasfabrieken:                      
231   1   - glas en glasprodukten, p.c. < 5.000 t/j   30   30   100       30     100     3.2  
231   2   - glas en glasprodukten, p.c. >= 5.000 t/j   30   100   300   C   Z   50   R   300     4.2  
231   3   - glaswol en glasvezels, p.c.< 5.000 t/j   300   100   100       30     300     4.2  
231   4   - glaswol en glasvezels, p.c. >= 5.000 t/j   500   200   300   C   Z   50   R   500     5.1  
231     Glasbewerkingsbedrijven   10   30   50       10     50     3.1  
232, 234   0   Aardewerkfabrieken:                      
232, 234   1   - vermogen elektrische ovens totaal < 40 kW   10   10   30       10     30     2  
232, 234   2   - vermogen elektrische ovens totaal >= 40 kW   30   50   100       30     100     3.2  
233   A   Baksteen en baksteenelementenfabrieken   30   200   200       30     200     4.1  
233   B   Dakpannenfabrieken   50   200   200       100   R   200     4.1  
2351   0   Cementfabrieken:                      
2351   1   - p.c. < 100.000 t/j   10   300   500   C     30   R   500     5.1  
2351   2   - p.c. >= 100.000 t/j   30   500   1000   C   Z   50   R   1000     5.3  
235201   0   Kalkfabrieken:                      
235201   1   - p.c. < 100.000 t/j   30   200   200       30   R   200     4.1  
235201   2   - p.c. >= 100.000 t/j   50   500   300     Z   50   R   500     5.1  
235202   0   Gipsfabrieken:                      
235202   1   - p.c. < 100.000 t/j   30   200   200       30   R   200     4.1  
235202   2   - p.c. >= 100.000 t/j   50   500   300     Z   50   R   500     5.1  
23611   0   Betonwarenfabrieken:                      
23611   1   - zonder persen, triltafels en bekistingtrille   10   100   200       30     200     4.1  
23611   2   - met persen, triltafels of bekistingtrillers, p.c. < 100 t/d   10   100   300       30     300     4.2  
23611   3   - met persen, triltafels of bekistingtrillers, p.c. >= 100 t/d   30   200   700     Z   30     700     5.2  
23612   0   Kalkzandsteenfabrieken:                      
23612   1   - p.c. < 100.000 t/j   10   50   100       30     100     3.2  
23612   2   - p.c. >= 100.000 t/j   30   200   300     Z   30     300     4.2  
2362     Mineraalgebonden bouwplatenfabrieken   50   50   100       30     100     3.2  
2363, 2364   0   Betonmortelcentrales:                      
2363, 2364   1   - p.c. < 100 t/u   10   50   100       10     100     3.2  
2363, 2364   2   - p.c. >= 100 t/u   30   200   300     Z   10     300     4.2  
2365, 2369   0   Vervaardiging van produkten van beton, (vezel)cement en gips:                      
2365, 2369   1   - p.c. < 100 t/d   10   50   100       50   R   100     3.2  
2365, 2369   2   - p.c. >= 100 t/d   30   200   300     Z   200   R   300     4.2  
237   0   Natuursteenbewerkingsbedrijven:                      
237   1   - zonder breken, zeven en drogen: p.o. > 2.000 m²   10   30   100       0     100   D   3.2  
237   2   - zonder breken, zeven en drogen: p.o. <= 2.000 m²   10   30   50       0     50     3.1  
237   3   - met breken, zeven of drogen, v.c. < 100.000 t/j   10   100   300       10     300     4.2  
237   4   - met breken, zeven of drogen, v.c. >= 100.000 t/j   30   200   700     Z   10     700     5.2  
2391     Slijp- en polijstmiddelen fabrieken   10   30   50       10     50   D   3.1  
2399   A0   Bitumineuze materialenfabrieken:                      
2399   A1   - p.c. < 100 t/u   300   100   100       30     300     4.2  
2399   A2   - p.c. >= 100 t/u   500   200   200     Z   50     500     5.1  
2399   B0   Isolatiematerialenfabrieken (excl. glaswol):                      
2399   B1   - steenwol, p.c. >= 5.000 t/j   100   200   300   C   Z   30     300     4.2  
2399   B2   - overige isolatiematerialen   200   100   100   C     50     200     4.1  
2399   C   Minerale produktenfabrieken n.e.g.   50   50   100       50     100   D   3.2  
2399   D0   Asfaltcentrales: p.c.< 100 ton/uur   100   50   200       30     200     4.1  
2399   D1   - asfaltcentrales, p.c. >= 100 ton/uur   200   100   300     Z   50     300     4.2  
24   -                        
24   -   VERVAARDIGING VAN METALEN                      
241   0   Ruwijzer- en staalfabrieken:                      
241   1   - p.c. < 1.000 t/j   700   500   700       200   R   700     5.2  
241   2   - p.c. >= 1.000 t/j   1500   1000   1500   C   Z   300   R   1500     6  
245   0   IJzeren- en stalenbuizenfabrieken:                      
245   1   - p.o. < 2.000 m2   30   30   500       30     500     5.1  
245   2   - p.o. >= 2.000 m2   50   100   1000     Z   50   R   1000     5.3  
243   0   Draadtrekkerijen, koudbandwalserijen en profielzetterijen:                      
243   1   - p.o. < 2.000 m2   30   30   300       30     300     4.2  
243   2   - p.o. >= 2.000 m2   50   50   700     Z   50   R   700     5.2  
244   A0   Non-ferro-metaalfabrieken:                      
244   A1   - p.c. < 1.000 t/j   100   100   300       30   R   300     4.2  
244   A2   - p.c. >= 1.000 t/j   200   300   700     Z   50   R   700     5.2  
244   B0   Non-ferro-metaalwalserijen, -trekkerijen e.d.:                      
244   B1   - p.o. < 2.000 m2   50   50   500       50   R   500     5.1  
244   B2   - p.o. >= 2.000 m2   200   100   1000     Z   100   R   1000     5.3  
2451, 2452   0   IJzer- en staalgieterijen/ -smelterijen:                      
2451, 2452   1   - p.c. < 4.000 t/j   100   50   300   C     30   R   300     4.2  
2451, 2452   2   - p.c. >= 4.000 t/j   200   100   500   C   Z   50   R   500     5.1  
2451, 2452   0   IJzer- en staalgieterijen/ -smelterijen:                      
2451, 2452   1   - p.c. < 4.000 t/j   100   50   300   C     30   R   300     4.2  
2451, 2452   2   - p.c. >= 4.000 t/j   200   100   500   C   Z   50   R   500     5.1  
2453, 2454   0   Non-ferro-metaalgieterijen/ -smelterijen:                      
2453, 2454   1   - p.c. < 4.000 t/j   100   50   300   C     30   R   300     4.2  
2453, 2454   2   - p.c. >= 4.000 t/j   200   100   500   C   Z   50   R   500     5.1  
25   -                        
25, 31   -   VERVAARD. EN REPARATIE VAN PRODUKTEN VAN METAAL (EXCL. MACH./TRANSPORTMIDD.)                      
251, 331   0   Constructiewerkplaatsen                      
251, 331   1   - gesloten gebouw   30   30   100       30     100     3.2  
251, 331   1a   - gesloten gebouw, p.o. < 200 m2   30   30   50       10     50     3.1  
251, 331   2   - in open lucht, p.o. < 2.000 m2   30   50   200       30     200     4.1  
251, 331   3   - in open lucht, p.o. >= 2.000 m2   50   200   300     Z   30     300     4.2  
2529, 3311   0   Tank- en reservoirbouwbedrijven:                      
2529, 3311   1   - p.o. < 2.000 m2   30   50   300       30   R   300     4.2  
2529, 3311   2   - p.o. >= 2.000 m2   50   100   500     Z   50   R   500     5.1  
2521, 2530, 3311     Vervaardiging van verwarmingsketels, radiatoren en stoomketels   30   30   200       30     200     4.1  
255, 331   A   Stamp-, pers-, dieptrek- en forceerbedrijven   10   30   200       30     200     4.1  
255, 331   B   Smederijen, lasinrichtingen, bankwerkerijen e.d.   50   30   100       30     100   D   3.2  
255, 331   B1   Smederijen, lasinrichtingen, bankwerkerijen e.d., p.o. < 200 m2   30   30   50       10     50   D   3.1  
2561, 3311   0   Metaaloppervlaktebehandelingsbedrijven:                      
2561, 3311   1   - algemeen   50   50   100       50     100     3.2  
2561, 3311   10   - stralen   30   200   200       30     200   D   4.1  
2561, 3311   11   - metaalharden   30   50   100       50     100   D   3.2  
2561, 3311   12   - lakspuiten en moffelen   100   30   100       50   R   100   D   3.2  
2561, 3311   2   - scoperen (opspuiten van zink)   50   50   100       30   R   100   D   3.2  
2561, 3311   3   - thermisch verzinken   100   50   100       50     100     3.2  
2561, 3311   4   - thermisch vertinnen   100   50   100       50     100     3.2  
2561, 3311   5   - mechanische oppervlaktebehandeling (slijpen, polijsten)   30   50   100       30     100     3.2  
2561, 3311   6   - anodiseren, eloxeren   50   10   100       30     100     3.2  
2561, 3311   7   - chemische oppervlaktebehandeling   50   10   100       30     100     3.2  
2561, 3311   8   - emailleren   100   50   100       50   R   100     3.2  
2561, 3311   9   - galvaniseren (vernikkelen, verchromen, verzinken, verkoperen ed)   30   30   100       50     100     3.2  
2562, 3311   1   Overige metaalbewerkende industrie   10   30   100       30     100   D   3.2  
2562, 3311   2   Overige metaalbewerkende industrie, inpandig, p.o. <200m2   10   30   50       10     50   D   3.1  
259, 331   A0   Grofsmederijen, anker- en kettingfabrieken:                      
259, 331   A1   - p.o. < 2.000 m2   30   50   200       30     200     4.1  
259, 331   A2   - p.o. >= 2.000 m2   50   100   500     Z   30     500     5.1  
259, 331   B   Overige metaalwarenfabrieken n.e.g.   30   30   100       30     100     3.2  
259, 331   B   Overige metaalwarenfabrieken n.e.g.; inpandig, p.o. <200 m2   30   30   50       10     50     3.1  
27, 28, 33   -                        
27, 28, 33   -   VERVAARDIGING VAN MACHINES EN APPARATEN                      
27, 28, 33   0   Machine- en apparatenfabrieken incl. reparatie:                      
27, 28, 33   1   - p.o. < 2.000 m2   30   30   100       30     100   D   3.2  
27, 28, 33   2   - p.o. >= 2.000 m2   50   30   200       30     200   D   4.1  
28, 33   3   - met proefdraaien verbrandingsmotoren >= 1 MW   50   30   300     Z   30     300   D   4.2  
26, 28, 33   -                        
26, 28, 33   -   VERVAARDIGING VAN KANTOORMACHINES EN COMPUTERS                      
26, 28, 33   A   Kantoormachines- en computerfabrieken incl. reparatie   30   10   30       10     30     2  
26, 27, 33   -                        
26, 27, 33   -   VERVAARDIGING VAN OVER. ELEKTR. MACHINES, APPARATEN EN BENODIGDH.                      
271, 331     Elektromotoren- en generatorenfabrieken incl. reparatie   200   30   30       50     200     4.1  
271, 273     Schakel- en installatiemateriaalfabrieken   200   10   30       50     200     4.1  
273     Elektrische draad- en kabelfabrieken   100   10   200       100   R   200   D   4.1  
272     Accumulatoren- en batterijenfabrieken   100   30   100       50     100     3.2  
274     Lampenfabrieken   200   30   30       300   R   300     4.2  
293     Elektrotechnische industrie n.e.g.   30   10   30       10     30     2  
2790     Koolelektrodenfabrieken   1500   300   1000   C   Z   200   R   1500     6  
26, 33   -                        
26, 33   -   VERVAARDIGING VAN AUDIO-, VIDEO-, TELECOM-APPARATEN EN -BENODIGDH.                      
261, 263, 264, 331     Vervaardiging van audio-, video- en telecomapparatuur e.d. incl. reparatie   30   0   50       30     50   D   3.1  
2612     Fabrieken voor gedrukte bedrading   50   10   50       30     50     3.1  
26, 32, 33   -                        
26, 32, 33   -   VERVAARDIGING VAN MEDISCHE EN OPTISCHE APPARATEN EN INSTRUMENTEN                      
26, 32, 33   A   Fabrieken voor medische en optische apparaten en instrumenten e.d. incl. reparatie   30   0   30       0     30     2  
29   -                        
29     VERVAARDIGING VAN AUTO'S, AANHANGWAGENS EN OPLEGGERS                      
291   0   Autofabrieken en assemblagebedrijven                      
291   1   - p.o. < 10.000 m2   100   10   200   C     30   R   200   D   4.1  
291   2   - p.o. >= 10.000 m2   200   30   300     Z   50   R   300     4.2  
29201     Carrosseriefabrieken   100   10   200       30   R   200     4.1  
29202     Aanhangwagen- en opleggerfabrieken   30   10   200       30     200     4.1  
293     Auto-onderdelenfabrieken   30   10   100       30   R   100     3.2  
30   -                        
30   -   VERVAARDIGING VAN TRANSPORTMIDDELEN (EXCL. AUTO'S, AANHANGWAGENS)                      
301, 3315   0   Scheepsbouw- en reparatiebedrijven:                      
301, 3315   1   - houten schepen   30   30   50       10     50     3.1  
301, 3315   2   - kunststof schepen   100   50   100       50   R   100     3.2  
301, 3315   3   - metalen schepen < 25 m   50   100   200       30     200     4.1  
301, 3315   4   - metalen schepen >= 25m en/of proefdraaien motoren >= 1 MW   100   100   500   C   Z   50     500     5.1  
3831     Scheepssloperijen   100   200   700       100   R   700     5.2  
302, 317   0   Wagonbouw- en spoorwegwerkplaatsen:                      
302, 317   1   - algemeen   50   30   100       30     100     3.2  
302, 317   2   - met proefdraaien van verbrandingsmotoren >= 1 MW   50   30   300     Z   30   R   300     4.2  
303, 3316   0   Vliegtuigbouw en -reparatiebedrijven:                      
303, 3316   1   - zonder proefdraaien motoren   50   30   200       30     200     4.1  
303, 3316   2   - met proefdraaien motoren   100   30   1000     Z   100   R   1000     5.3  
309     Rijwiel- en motorrijwielfabrieken   30   10   100       30   R   100     3.2  
3099     Transportmiddelenindustrie n.e.g.   30   30   100       30     100   D   3.2  
31   -                        
31   -   VERVAARDIGING VAN MEUBELS EN OVERIGE GOEDEREN N.E.G.                      
310   1   Meubelfabrieken   50   50   100       30     100   D   3.2  
9524   2   Meubelstoffeerderijen b.o. < 200 m2   0   10   10       0     10     1  
321     Fabricage van munten, sieraden e.d.   30   10   10       10     30     2  
322     Muziekinstrumentenfabrieken   30   10   30       10     30     2  
323     Sportartikelenfabrieken   30   10   50       30     50     3.1  
324     Speelgoedartikelenfabrieken   30   10   50       30     50     3.1  
32991     Sociale werkvoorziening   0   30   30       0     30     2  
32999     Vervaardiging van overige goederen n.e.g.   30   10   50       30     50   D   3.1  
38   -                        
38   -   VOORBEREIDING TOT RECYCLING                      
383201     Metaal- en autoschredders   30   100   500     Z   30     500     5.1  
383202   A0   Puinbrekerijen en -malerijen:                      
383202   A1   - v.c. < 100.000 t/j   30   100   300       10     300     4.2  
383202   A2   - v.c. >= 100.000 t/j   30   200   700       10     700     5.2  
383202   B   Rubberregeneratiebedrijven   300   50   100       50   R   300     4.2  
383202   C   Afvalscheidingsinstallaties   200   200   300   C     50     300     4.2  
35   -                        
35   -   PRODUKTIE EN DISTRIB. VAN STROOM, AARDGAS, STOOM EN WARM WATER                      
35   A0   Elektriciteitsproduktiebedrijven (electrisch vermogen >= 50 MWe)                      
35   A1   - kolengestookt (incl. meestook biomassa), thermisch vermogen > 75 MWth   100   700   700   C   Z   200     700     5.2  
35   A2   - oliegestookt, thermisch vermogen > 75 MWth   100   100   500   C   Z   100     500     5.1  
35   A3   - gasgestookt (incl. bijstook biomassa), thermisch vermogen > 75 MWth,in   100   100   500   C   Z   100   R   500     5.1  
35   A4   - kerncentrales met koeltorens   10   10   500   C     1500     1500   D   6  
35   A5   - warmte-kracht-installaties (gas), thermisch vermogen > 75 MWth   30   30   500   C   Z   100   R   500     5.1  
35   B0   bio-energieinstallaties electrisch vermogen < 50 MWe:                      
35   B1   - covergisting, verbranding en vergassing van mest, slib, GFT en reststromen voedingsindustrie   100   50   100       30   R   100     3.2  
35   B2   - vergisting, verbranding en vergassing van overige biomassa   50   50   100       30   R   100     3.2  
35   C0   Elektriciteitsdistributiebedrijven, met transformatorvermogen:                      
35   C1   - < 10 MVA   0   0   30   C     10     30     2  
35   C2   - 10 - 100 MVA   0   0   50   C     30     50     3.1  
35   C3   - 100 - 200 MVA   0   0   100   C     50     100     3.2  
35   C4   - 200 - 1000 MVA   0   0   300   C   Z   50     300     4.2  
35   C5   - >= 1000 MVA   0   0   500   C   Z   50     500     5.1  
35   D0   Gasdistributiebedrijven:                      
35   D1   - gascompressorstations vermogen < 100 MW   0   0   300   C     100     300     4.2  
35   D2   - gascompressorstations vermogen >= 100 MW   0   0   500   C     200   R   500     5.1  
35   D3   - gas: reduceer-, compressor-, meet- en regelinst. Cat. A   0   0   10   C     10     10     1  
35   D4   - gasdrukregel- en meetruimten (kasten en gebouwen), cat. B en C   0   0   30   C     10     30     2  
35   D5   - gasontvang- en -verdeelstations, cat. D   0   0   50   C     50   R   50     3.1  
35   E0   Warmtevoorzieningsinstallaties, gasgestookt:                      
35   E1   - stadsverwarming   30   10   100   C     50     100     3.2  
35   E2   - blokverwarming   10   0   30   C     10     30     2  
35   F0   windmolens:                      
35   F1   - wiekdiameter 20 m   0   0   100   C     30     100     3.2  
35   F2   - wiekdiameter 30 m   0   0   200   C     50     200     4.1  
35   F3   - wiekdiameter 50 m   0   0   300   C     50     300     4.2  
36   -                        
36   -   WINNING EN DITRIBUTIE VAN WATER                      
36   A0   Waterwinning-/ bereiding- bedrijven:                      
36   A1   - met chloorgas   50   0   50   C     1000   R   1000   D   5.3  
36   A2   - bereiding met chloorbleekloog e.d. en/of straling   10   0   50   C     30     50     3.1  
36   B0   Waterdistributiebedrijven met pompvermogen:                      
36   B1   - < 1 MW   0   0   30   C     10     30     2  
36   B2   - 1 - 15 MW   0   0   100   C     10     100     3.2  
36   B3   - >= 15 MW   0   0   300   C     10     300     4.2  
41, 42, 43   -                        
41, 42, 43   -   BOUWNIJVERHEID                      
41, 42, 43   0   Bouwbedrijven algemeen: b.o. > 2.000 m²   10   30   100       10     100     3.2  
41, 42, 43   1   - bouwbedrijven algemeen: b.o. <= 2.000 m²   10   30   50       10     50     3.1  
41, 42, 43   2   Aannemersbedrijven met werkplaats: b.o. > 1000 m²   10   30   50       10     50     3.1  
41, 42, 43   3   - aannemersbedrijven met werkplaats: b.o.< 1000 m²   0   10   30       10     30     2  
45, 47   -                        
45, 47   -   HANDEL/REPARATIE VAN AUTO'S, MOTORFIETSEN; BENZINESERVICESTATIONS                      
451, 452, 454     Handel in auto's en motorfietsen, reparatie- en servicebedrijven   10   0   30       10     30     2  
451     Handel in vrachtauto's (incl. import en reparatie)   10   10   100       10     100     3.2  
45204   A   Autoplaatwerkerijen   10   30   100       10     100     3.2  
45204   B   Autobeklederijen   0   0   10       10     10     1  
45204   C   Autospuitinrichtingen   50   30   30       30   R   50     3.1  
45205     Autowasserijen   10   0   30       0     30     2  
453     Handel in auto- en motorfietsonderdelen en -accessoires   0   0   30       10     30     2  
46   -                        
46   -   GROOTHANDEL EN HANDELSBEMIDDELING                      
4621   0   Grth in akkerbouwprodukten en veevoeders   30   30   50       30   R   50     3.1  
4621   1   Grth in akkerbouwprodukten en veevoeders met een verwerkingscapaciteit van 500 ton/uur of meer   100   100   300     Z   50   R   300     4.2  
4622     Grth in bloemen en planten   10   10   30       0     30     2  
4623     Grth in levende dieren   50   10   100   C     0     100     3.2  
4624     Grth in huiden, vellen en leder   50   0   30       0     50     3.1  
46217, 4631     Grth in ruwe tabak, groenten, fruit en consumptie-aardappelen   30   10   30       50   R   50     3.1  
4632, 4633     Grth in vlees, vleeswaren, zuivelprodukten, eieren, spijsoliën   10   0   30       50   R   50     3.1  
4634     Grth in dranken   0   0   30       0     30     2  
4635     Grth in tabaksprodukten   10   0   30       0     30     2  
4636     Grth in suiker, chocolade en suikerwerk   10   10   30       0     30     2  
4637     Grth in koffie, thee, cacao en specerijen   30   10   30       0     30     2  
4638, 4639     Grth in overige voedings- en genotmiddelen   10   10   30       10     30     2  
464, 46733     Grth in overige consumentenartikelen   10   10   30       10     30     2  
46499   0   Grth in vuurwerk en munitie:                      
46499   1   - consumentenvuurwerk, verpakt, opslag < 10 ton   10   0   30       10   V   30     2  
46499   2   - consumentenvuurwerk, verpakt, opslag 10 tot 50 ton   10   0   30       50   V   50     3.1  
46499   3   - professioneel vuurwerk, netto expl. massa per bewaarplaats < 750 kg (en > 25 kg theatervuurwerk)   10   0   30       500   V   500     5.1  
46499   4   - professioneel vuurwerk, netto expl. massa per bewaarplaats 750 kg tot 6 ton   10   0   30       1000   V   1000     5.3  
46499   5   - munitie   0   0   30       30     30     2  
46711   0   Grth in vaste brandstoffen:                      
46711   1   - klein, lokaal verzorgingsgebied   10   50   50       30     50     3.1  
46711   2   - kolenterminal, opslag opp. >= 2.000 m2   50   500   500     Z   100     500     5.1  
46712   0   Grth in vloeibare en gasvormige brandstoffen:                      
46712   1   - vloeistoffen, o.c. < 100.000 m3   50   0   50       200   R   200   D   4.1  
46712   2   - vloeistoffen, o.c. >= 100.000 m3   100   0   50       500   R   500   D   5.1  
46712   3   - tot vloeistof verdichte gassen   50   0   50       300   R   300   D   4.2  
46713     Grth minerale olieprodukten (excl. brandstoffen)   100   0   30       50     100     3.2  
46721   0   Grth in metaalertsen:                      
46721   1   - opslag opp. < 2.000 m2   30   300   300       10     300     4.2  
46721   2   - opslag opp. >= 2.000 m2   50   500   700     Z   10     700     5.2  
46722, 46723     Grth in metalen en -halffabrikaten   0   10   100       10     100     3.2  
4673   0   Grth in hout en bouwmaterialen:                      
4673   1   - algemeen: b.o. > 2000 m²   0   10   50       10     50     3.1  
4673   2   - algemeen: b.o. <= 2000 m²   0   10   30       10     30     2  
46735   4   zand en grind:                      
46735   5   - algemeen: b.o. > 200 m²   0   30   100       0     100     3.2  
46735   6   - algemeen: b.o. <= 200 m²   0   10   30       0     30     2  
4674   0   Grth in ijzer- en metaalwaren en verwarmingsapparatuur:                      
4674   1   - algemeen: b.o. > 2.000 m²   0   0   50       10     50     3.1  
4674   2   - algemeen: b.o. < = 2.000 m²   0   0   30       0     30     2  
46751     Grth in chemische produkten   50   10   30       100   R   100   D   3.2  
46752     Grth in kunstmeststoffen   30   30   30       30   R   30     2  
4676     Grth in overige intermediaire goederen   10   10   30       10     30     2  
4677   0   Autosloperijen: b.o. > 1000 m²   10   30   100       30     100     3.2  
4677   1   - autosloperijen: b.o. <= 1000 m²   10   10   50       10     50     3.1  
4677   0   Overige groothandel in afval en schroot: b.o. > 1000 m²   10   30   100       10     100   D   3.2  
4677   1   - overige groothandel in afval en schroot: b.o. <= 1000 m²   10   10   50       10     50     3.1  
466   0   Grth in machines en apparaten:                      
466   1   - machines voor de bouwnijverheid   0   10   100       10     100     3.2  
466   2   - overige   0   10   50       0     50     3.1  
466, 469     Overige grth (bedrijfsmeubels, emballage, vakbenodigdheden e.d.   0   0   30       0     30     2  
47   -                        
47   -   DETAILHANDEL EN REPARATIE T.B.V. PARTICULIEREN                      
4791     Postorderbedrijven   0   0   50       0     50     3.1  
952     Reparatie t.b.v. particulieren (excl. auto's en motorfietsen)   0   0   10       10     10     1  
55   -                        
55   -   LOGIES-, MAALTIJDEN- EN DRANKENVERSTREKKING                      
562     Cateringbedrijven   10   0   30   C     10     30     2  
49   -                        
49   -   VERVOER OVER LAND                      
491, 492   0   Spoorwegen:                      
491, 492   1   - stations   0   0   100   C     50   R   100   D   3.2  
491, 492   2   - rangeerterreinen, overslagstations (zonder rangeerheuvel)   30   30   300   C     300   R   300   D   4.2  
493     Bus-, tram- en metrostations en -remises   0   10   100   C     0     100   D   3.2  
493     Taxibedrijven   0   0   30   C     0     30     2  
493     Touringcarbedrijven   10   0   100   C     0     100     3.2  
494   0   Goederenwegvervoerbedrijven (zonder schoonmaken tanks): b.o. > 1000 m²   0   0   100   C     30     100     3.2  
494   1   - Goederenwegvervoerbedrijven (zonder schoonmaken tanks) b.o. <= 1000 m²   0   0   50   C     30     50     3.1  
495     Pomp- en compressorstations van pijpleidingen   0   0   30   C     10     30   D   2  
52   -                        
52   -   DIENSTVERLENING T.B.V. HET VERVOER                      
52241   0   Laad-, los- en overslagbedrijven t.b.v. zeeschepen:                      
52241   1   - containers   0   10   500   C     100   R   500     5.1  
52241   2   - stukgoederen   0   30   300   C     100   R   300   D   4.2  
52241   3   - ertsen, mineralen e.d., opslagopp. >= 2.000 m2   50   700   1000   C   Z   50     1000     5.3  
52241   4   - granen of meelsoorten, v.c. >= 500 t/u   100   500   500   C   Z   100   R   500     5.1  
52241   5   - steenkool, opslagopp. >= 2.000 m2   50   700   700   C   Z   100     700     5.2  
52241   6   - olie, LPG, e.d.   300   0   100   C     1000   R   1000     5.3  
52241   7   - tankercleaning   300   10   100   C     200   R   300     4.2  
52242   0   Laad-, los- en overslagbedrijven t.b.v. binnenvaart:                      
52242   1   - containers   0   10   300       50   R   300     4.2  
52242   10   - tankercleaning   300   10   100       200   R   300     4.2  
52242   2   - stukgoederen   0   10   100       50   R   100   D   3.2  
52242   3   - ertsen, mineralen, e.d., opslagopp. < 2.000 m²   30   200   300       30     300     4.2  
52242   4   - ersten, mineralen, e.d., opslagopp. >= 2.000 m²   50   500   700     Z   50     700     5.2  
52242   5   - granen of meelsoorten , v.c. < 500 t/u   50   300   200       50   R   300     4.2  
52242   6   - granen of meelsoorten, v.c. >= 500 t/u   100   500   300     Z   100   R   500     5.1  
52242   7   - steenkool, opslagopp. < 2.000 m2   50   300   300       50     300     4.2  
52242   8   - steenkool, opslagopp. >= 2.000 m2   50   500   500     Z   100     500     5.1  
52242   9   - olie, LPG, e.d.   100   0   50       700   R   700     5.2  
52102, 52109   A   Distributiecentra, pak- en koelhuizen   30   10   50   C     50   R   50   D   3.1  
52109   B   Opslaggebouwen (verhuur opslagruimte)   0   0   30   C     10     30     2  
5221   1   Autoparkeerterreinen, parkeergarages   10   0   30   C     0     30     2  
5221   2   Stalling van vrachtwagens (met koelinstallaties)   10   0   100   C     30     100     3.2  
64   -                        
53   -   POST EN TELECOMMUNICATIE                      
531, 532     Post- en koeriersdiensten   0   0   30   C     0     30     2  
61   A   Telecommunicatiebedrijven   0   0   10   C     0     10     1  
61   B0   zendinstallaties:                      
61   B1   - LG en MG, zendervermogen < 100 kW (bij groter vermogen: onderzoek!)   0   0   0   C     100     100     3.2  
61   B2   - FM en TV   0   0   0   C     10     10     1  
61   B3   - GSM en UMTS-steunzenders (indien bouwvergunningplichtig)   0   0   0   C     10     10     1  
77   -                        
77   -   VERHUUR VAN TRANSPORTMIDDELEN, MACHINES, ANDERE ROERENDE GOEDEREN                      
7711     Personenautoverhuurbedrijven   10   0   30       10     30     2  
7712, 7739     Verhuurbedrijven voor transportmiddelen (excl. personenauto's)   10   0   50       10     50   D   3.1  
773     Verhuurbedrijven voor machines en werktuigen   10   0   50       10     50   D   3.1  
714     Verhuurbedrijven voor roerende goederen n.e.g. met uitzondering van verhuur van films en kleding   10   10   30       10     30   D    
62   -                        
62   -   COMPUTERSERVICE- EN INFORMATIETECHNOLOGIE                      
62   A   Computerservice- en informatietechnologie-bureau's e.d.   0   0   10       0     10     1  
58, 63   B   Datacentra   0   0   30   C     0     30     2  
72   -                        
72   -   SPEUR- EN ONTWIKKELINGSWERK                      
721     Natuurwetenschappelijk speur- en ontwikkelingswerk   30   10   30       30   R   30     2  
722     Maatschappij- en geesteswetenschappelijk onderzoek   0   0   10       0     10     1  
63, 69tm71, 73, 74, 77, 78, 80tm82   -                        
63, 69tm71, 73, 74, 77, 78, 80tm82   -   OVERIGE ZAKELIJKE DIENSTVERLENING                      
812     Reinigingsbedrijven voor gebouwen   50   10   30       30     50   D   3.1  
74203     Foto- en filmontwikkelcentrales   10   0   30   C     10     30     2  
82991     Veilingen voor landbouw- en visserijprodukten   50   30   200   C     50   R   200     4.1  
82992     Veilingen voor huisraad, kunst e.d.   0   0   10       0     10     1  
84   -                        
84   -   OPENBAAR BESTUUR, OVERHEIDSDIENSTEN, SOCIALE VERZEKERINGEN                      
8422     Defensie-inrichtingen   30   30   200   C     100     200   D   4.1  
8425     Brandweerkazernes   0   0   50   C     0     50     3.1  
37, 38, 39   -                        
37, 38, 39   -   MILIEUDIENSTVERLENING                      
3700   A0   RWZI's en gierverwerkingsinricht., met afdekking voorbezinktanks:                      
3700   A1   - < 100.000 i.e.   200   10   100   C     10     200     4.1  
3700   A2   - 100.000 - 300.000 i.e.   300   10   200   C   Z   10     300     4.2  
3700   A3   - >= 300.000 i.e.   500   10   300   C   Z   10     500     5.1  
3700   B   rioolgemalen   30   0   10   C     0     30     2  
381   A   Vuilophaal-, straatreinigingsbedrijven e.d.   50   30   50       10     50     3.1  
381   B   Gemeentewerven (afval-inzameldepots)   30   30   50       30   R   50     3.1  
381   C   Vuiloverslagstations   200   200   300       30     300     4.2  
382   A0   Afvalverwerkingsbedrijven:                      
382   A1   - mestverwerking/korrelfabrieken   500   10   100   C     10     500     5.1  
382   A2   - kabelbranderijen   100   50   30       10     100     3.2  
382   A3   - verwerking radio-actief afval   0   10   200   C     1500     1500     6  
382   A4   - pathogeen afvalverbranding (voor ziekenhuizen)   50   10   30       10     50     3.1  
382   A5   - oplosmiddelterugwinning   100   0   10       30   R   100   D   3.2  
382   A6   - afvalverbrandingsinrichtingen, thermisch vermogen > 75 MW   300   200   300   C   Z   50     300   D   4.2  
382   A7   - verwerking fotochemisch en galvano-afval   10   10   30       30   R   30     2  
382   C0   Composteerbedrijven:                      
382   C1   - niet-belucht v.c. < 5.000 ton/jr   300   100   50       10     300     4.2  
382   C2   - niet-belucht v.c. 5.000 tot 20.000 ton/jr   700   300   100       30     700     5.2  
382   C3   - belucht v.c. < 20.000 ton/jr   100   100   100       10     100     3.2  
382   C4   - belucht v.c. > 20.000 ton/jr   200   200   100       30     200     4.1  
382   C5   - GFT in gesloten gebouw   200   50   100       100   R   200     4.1  
96   -   OVERIGE DIENSTVERLENING                      
96011   A   Wasserijen en strijkinrichtingen   30   0   50   C     30     50     3.1  
96011   B   Tapijtreinigingsbedrijven   30   0   50       30     50     3.1  
96012     Chemische wasserijen en ververijen   30   0   30       30   R   30     2  
96013   A   Wasverzendinrichtingen   0   0   30       0     30     2