direct naar inhoud van Artikel 4 Recreatie - Verblijfsrecreatie
Plan: Verblijfsrecreatieterreinen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0824.verblijfsrecreatie-VG02

Artikel 4 Recreatie - Verblijfsrecreatie

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. verblijfsrecreatie;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein': voor verblijfsrecreatie in een kampeermiddel en/of bouwwerk ten behoeve van recreatief nachtverblijf;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'recreatiewoning': voor verblijfsrecreatie in een recreatiewoning;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning': tevens voor een bedrijfswoning;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel': tevens voor een parkwinkel;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'horeca tot en met categorie 1b': tevens voor horeca tot en met categorie 1b van de Staat van Horeca-activiteiten; 
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'horeca tot en met categorie 1c': tevens voor horeca tot en met categorie 1c van de Staat van Horeca-activiteiten;
  • h. ter plaatse van de aanduiding 'horeca van categorie 2': tevens voor een café voor zover voorkomend in de categorie 2 van de Staat van Horeca-activiteiten;
  • i. ter plaatse van de aanduiding 'groen' uitsluitend:
    • 1. bos, natuur, heidevelden en vennen;
    • 2. behoud, herstel en/of ontwikkeling van aanwezige en potentiële natuur-, landschaps- en cultuurhistorische waarden;
    • 3. water, (natuurvriendelijke) oevers en bijbehorende voorzieningen zoals aanlegsteigers;
  • j. ter plaatse van de aanduiding 'tennisbaan': tevens voor een onoverdekte tennisbaan;
  • k. ter plaatse van de aanduiding 'wellness': uitsluitend voor een schoonheidscentrum met bijbehorende wellnessfaciliteiten;
  • l. ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie': tevens een zend-/ ontvangstinstallatie;
  • m. ter plaatse van de aanduiding 'zwembad': tevens voor een onoverdekt zwembad;
  • n. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 1': tevens voor recreatief nachtverblijf in groepsaccommodaties;
  • o. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 2': tevens een recreatieve poort ten behoeve van:
    • 1. de opvang van recreanten die gebruik maken van de recreatieve poort als toegang naar de aangrenzende openbare bos- en natuurgebieden;
    • 2. startpunt van wandel- en fietsroutes;
    • 3. informatievoorziening voor de recreanten.
  • p. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 3': tevens ten behoeve van:
  • q. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - 1': uitsluitend ontsluitingswegen met niet meer dan één rijstrook, fiets- en voetpaden en bijbehorende dagrecreatieve, nuts- en groenvoorzieningen (bermen, bermbeplantingen en dergelijke);
  • r. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - 2': tevens een nooduitgang;
  • s. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - 1' uitsluitend:
    • 1. het behoud, herstel en/of ontwikkeling van de levensgemeenschap bos;
    • 2. landschapsbouw, houtteelt en op natuurontwikkeling gerichte bosbouw;
    • 3. het behoud van landschappelijke, cultuurhistorische, abiotische en natuur(wetenschappelijke)waarden;
    • 4. extensief dagrecreatief medegebruik;
  • t. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - 2' uitsluitend:
    • 1. het behoud en herstel en/of ontwikkeling van natuur(wetenschappelijke), abiotische, landschappelijke en cultuur;
    • 2. historische waarden;
    • 3. extensief dagrecreatief medegebruik;
  • u. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - 3' uitsluitend:
    • 1. het behoud, herstel en/of ontwikkeling van de levensgemeenschappen gebonden aan watermilieus en oeverzones;
    • 2. het behoud herstel en/of ontwikkeling van landschappelijke, cultuurhistorische, abiotische en natuur(wetenschappelijke) waarden;
    • 3. waterhuishoudkundige doelstellingen;
    • 4. extensief dagrecreatief medegebruik;
  • v. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - beekherstel': het herstel van natuur- en landschapswaarden en de natuurlijke waterloop van de beek;
  • w. centrale voorzieningen voor gezamenlijk gebruik ten behoeve van de verblijfsrecreatie op hetzelfde terrein;
  • x. spel-, sport- en speelvoorzieningen en kleinschalige dagrecreatieve voorzieningen;
  • y. de bij deze bestemming behorende voorzieningen zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen en (ontsluitings)wegen;
  • z. kampeermiddelen voor de tijdelijke huisvesting van op het bedrijf werkzaam zijnde recreatiepersoneel.

4.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

4.2.1 Toelaatbare bebouwing

Op deze gronden mag worden gebouwd:

  • a. ter plaatse van het bouwvak:
    • 1. gebouwen en overkappingen ten behoeve van alle voorzieningen;
    • 2. recreatiewoningen met bijbehorende aan- of uitbouwen en bijgebouwen;
    • 3. bouwwerk, geen gebouwen zijnde;
  • b. ter plaatse van het bouwvak op een standplaats;
  • c. buiten het bouwvak:
    • 1. bouwwerk, geen gebouwen zijnde.

Met inachtneming van het volgende:

4.2.2 Maatvoeringen

Afstanden

  • a. de afstand van gebouwen tot aan de perceelsgrens bedraagt minimaal 2,5 m;
  • b. de afstand van een bouwwerk voor recreatief nachtverblijf en/ of een recreatiewoning tot aan de standplaatsgrens bedraagt 0 of ten minste 1 m;
  • c. de afstand tussen een bijgebouw en een standplaatsgrens en/ of de perceelsgrens van een recreatiewoning bedraagt ten minste 1 m.

Oppervlakten, inhoud, goot- en bouwhoogten

  • d. het totale oppervlak aan gebouwen en overkappingen als bedoeld in lid 4.2.1 onder a.1 ten behoeven van alle voorzieningen bedraagt ten hoogste het met de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' aangegeven bebouwingspercentage van het bouwvak;
  • e. de oppervlakte, inhoud, goot- en bouwhoogte van gebouwen, overkappingen en bouwwerken ten behoeve van recreatief nachtverblijf bedragen ten hoogste de navolgende maten:

gebouw en/of bouwwerk ten behoeve van recreatief nachtverblijf   oppervlakte   inhoud   goothoogte   bouwhoogte  
bouwwerken ten behoeve van recreatief nachtverblijf inclusief aan-, uit- en bijgebouwen   54 m²     3,5 m   3,5 m  
recreatiewoning inclusief aan-, uit- en bijgebouwen   60 m²     3,5 m   7 m  
bedrijfswoning inclusief aan- en uitbouwen     750 m³   5,5 m   10 m  
bijgebouw bij een bedrijfswoning   100 m²     2,75 m   4,75 m  
carport bij een bedrijfswoning   25 m²       2,75 m  
gebouwen en overkappingen ten behoeve van de voorzieningen
 
zie aanduiding 'maximum bebouwingspercentage'     6 m   9 m  

met dien verstande dat:

  • f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - 1' geldt voor de oppervlakte van bouwwerken ten behoeve van recreatief nachtverblijf en/of recreatiewoning ten hoogste de navolgende maten:

standplaatsgrootte / perceelsgrootte    tot 150 m²   150 - 300 m²   300 - 500 m²   groter dan 500 m²  
maximum oppervlakte bouwwerken ten behoeve van recreatief nachtverblijf inclusief aan- , uit- en bijgebouwen   54 m²   72 m²   82 m²   95 m²  
maximum oppervlakte
recreatiewoning inclusief aan-, uit en bijgebouwen  
63 m²   66 m²   82 m²   95 m²  

  • g. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - 2' gelden voor de oppervlakte, inhoud, goot- en bouwhoogte van gebouwen ten hoogste de navolgende maten:

gebouw   oppervlakte   inhoud   goothoogte   bouwhoogte  
gebouwen en overkappingen   625 m2     6 m   9 m  

  • h. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - 3' geldt:
    • 1. de recreatiewoningen dienen vier aan één te worden gebouwd;
    • 2. voor de oppervlakte, inhoud, goot- en bouwhoogte van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten hoogste de navolgende maten:

  oppervlakte   inhoud   goothoogte   bouwhoogte  
4 recreatiewoningen inclusief aan- en uitbouwen en bijgebouwen   350 m²        
recreatiewoning inclusief aan- en uitbouwen en bijgebouwen     600 m³
 
5,5 m   7,5 m  
bouwwerk, geen gebouwen zijnde bij een recreatiewoning   5 m²       2 m  

  • i. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste de navolgende maten:

bouwwerk, geen gebouwen zijnde   bouwhoogte  
licht- en vlaggenmasten   10 m  
erf- en terreinafscheidingen op gronden die zijn gekeerd naar de openbare weg en die liggen buiten een bouwvak   1 m  
erf- en terreinafscheidingen elders   2 m  
speeltoestellen   5 m  
pergola's   2,75 m  
ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie': een zend- en ontvangstinstallatie   41 m  
vrijstaande antennemasten   18 m  
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde   2 m  

4.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.2.2 onder e voor het toestaan van een hogere goot en/of bouwhoogte met inachtneming van het volgende:

  • a. de goot en/of bouwhoogte mag ten hoogste met 1 m worden verhoogd;
  • b. de bebouwing dient aan te sluiten bij de bebouwingselementen uit de omgeving.

4.4 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik van gronden gelden de volgende regels:

4.4.1 Algemeen
  • a. permanente bewoning of laten bewonen van kampeermiddelen, bouwwerken ten behoeve van recreatief nachtverblijf en/of recreatiewoningen met bijbehorende aan-, uit- en bijgebouwen is niet toegestaan;
  • b. recreatief nachtverblijf in bijgebouwen is niet toegestaan;
  • c. kampeermiddelen zijn alleen toegestaan ter plaatse van een standplaats;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 5' geldt dat in de recreatiewoningen hotelkamers zijn toegestaan;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm recreatie - 6': is uitsluitend verblijfsrecreatie met een bedrijfsmatige exploitatie toegestaan;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 9' geldt dat uitsluitend verblijfsrecreatie in een kampeermiddel is toegestaan;
  • g. het gebruiken van een gebouw ten behoeve van het ontvangen of verlenen van mantelzorg is niet toegestaan;
  • h. het gebruik of te laten gebruiken van gronden en / of bouwwerken als seksinrichting of voor straatprostitutie is niet toegestaan;
  • i. het is niet toegestaan onbebouwde gronden te gebruiken voor:
    • 1. de opslag van voor vaten, kisten, al dan niet voor gebruik geschikte werktuigen en machines of onderdelen daarvan, oude en nieuwe (bouw)materialen, afval, puin, grind of brandstoffen met een hoogte en een oppervlakte van respectievelijk meer dan 1,5 m en 50 m²;
    • 2. als uitstallings- opslag- en standplaats voor kampeer- en verblijfsmiddelen en boten;
    • 3. als opslagplaats voor bagger en grondspecie;
    • 4. bevi-inrichtingen zijn niet toegestaan.

4.4.2 Aantallen
  • a. het maximale aantal standplaatsen bedraagt ten hoogste het met de aanduiding 'maximale aantal standplaatsen' aangegeven aantal;
  • b. het maximale aantal recreatiewoningen bedraagt ten hoogste het met de aanduiding 'maximum aantal recreatiewoningen' aangegeven aantal;
  • c. het aantal bijgebouwen op een standplaats of bij een recreatiewoning bedraagt ten hoogste 1;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 4' geldt:
    • 1. ten minste 76 standplaatsen zijn bedoeld voor verblijfsrecreatie in kampeermiddelen en alleen gedurende het zomerseizoen
    • 2. ten hoogste 4 standplaatsen zijn bedoeld voor een bouwwerk ten behoeve van recreatief nachtverblijf.
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 5' geldt dat:
    • 1. verblijfsrecreatie op verblijfsrecreatie op ten minste 290 standplaatsen alleen tijdens het zomerseizoen is toegestaan;
    • 2. het aantal hotelkamers bedraagt ten hoogste 20 voor alle recreatiewoningen gezamenlijk.
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 7' geldt:
    • 1. ten minste 80 standplaatsen zijn bedoeld voor verblijfsrecreatie in kampeermiddelen en alleen gedurende het zomerseizoen;
  • g. per bouwvak met de aanduiding 'bedrijfswoning' is ten hoogste 1 bedrijfswoning toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 8' 2 bedrijfswoningen zijn toegestaan;
  • h. het minimum aantal parkeerplaatsen bedraagt ten minste het met de aanduiding 'minimum aantal parkeerplaatsen' aangegeven aantal.

4.4.3 Voorzieningen
  • a. een parkwinkel is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel';
  • b. de verkoopvloeroppervlakte van een parkwinkel bedraagt ten hoogste 100 m²;
  • c. daar waar horeca is toegestaan is dit alleen toegestaan ten dienste van het ter plaatse gevestigde recreatieterrein;
  • d. een onoverdekt zwembad is alleen toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'zwembad';
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm recreatie - 9': zijn uitsluitend gebouwen voor sanitaire voorzieningen ten behoeve van de verblijfsrecreatie op hetzelfde terrein toegestaan.

4.4.4 Uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige

Uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten

is uitsluitend toegestaan in een bedrijfswoning, met inachtneming van de volgende

regels:

  • a. de activiteit is in zijn uiterlijke verschijningsvorm ondergeschikt aan de woning en de woonomgeving;
  • b. de activiteit naar omvang ondergeschikt is aan het wonen, dus niet meer dan 40% van de vloeroppervlakte van het gebouw en totaal niet meer dan 80 m2 in beslag neemt;
  • c. de activiteit is milieuhygiënisch inpasbaar in de woonomgeving;
  • d. de activiteit wordt hoofdzakelijk verricht door de bewoner, mogelijk ondersteund door ten hoogste 1 medewerker;
  • e. er is geen sprake van een ontoelaatbare publieks- of verkeersaantrekking, mede in verband met eventueel reeds in de directe nabijheid aanwezige beroepsvestigingen;
  • f. er is of kan voldoende worden voorzien in parkeergelegenheid voor werknemers en bezoekers;
  • g. er vindt geen detailhandel plaats, anders dan ten behoeve van ter plaatse vervaardigde of gebruikte goederen;
  • h. op geen andere wijze wordt hinder of overlast veroorzaakt;
  • i. door de aard van de werkzaamheden of de persoonlijke omstandigheden van de bewoner(s) de activiteit niet of bezwaarlijk anders dan aan huis of op de betreffende locatie kan worden uitgeoefend;
  • j. de activiteiten zijn niet toegestaan in een bijgebouw.

4.5 Afwijken van de gebruiksregels
4.5.1 Aanleg onoverdekt zwembad

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.4.3 onder d voor de aanleg van een onoverdekt zwembad met inachtneming van het volgende:

  • a. het zwembad mag uitsluitend ten dienste zijn aan het ter plaatste gevestigde recreatiebedrijf;
  • b. een onoverdekt zwembad is alleen toegestaan ter plaatse van het bouwvak;
  • c. de oppervlakte van het zwembad dient afgestemd te zijn op de omvang van het recreatiebedrijf en bedraagt ten hoogste 250 m²;
  • d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken worden niet onevenredig aangetast;
  • e. bij het bij een omgevingsvergunning afwijken is het bevoegd gezag bevoegd om nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en afmeting van het zwembad alsmede met betrekking ten aanzien van voorzieningen ter afscherming van het zwembad, indien dit noodzakelijk is ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken, danwel voor een verantwoorde en evenwichtige inpassingen van het zwembad in de omgeving.

4.5.2 Realiseren parkwinkel

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.4.3 onder a voor het realiseren van een parkwinkel met inachtneming van het volgende:

  • a. de parkwinkel mag uitsluitend ten dienste zijn aan het ter plaatse gevestigde recreatiebedrijf;
  • b. per bouwvak is ten hoogste 1 parkwinkel toegestaan;
  • c. de verkoopvloeroppervlakte bedraagt ten hoogste 100 m²;
  • d. vooraf dient uit onderzoek te blijken dat de parkwinkel vanuit oogpunt van exploitatie van het desbetreffende recreatiebedrijf noodzakelijk is;
  • e. een parkwinkel is alleen toegestaan ten dienste van het ter plaatse gevestigde recreatieterrein;
  • f. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken worden niet onevenredig aangetast;
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'wellness' is een parkwinkel niet toegestaan.

4.5.3 Afwijking mantelzorg

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid

4.4.1 onder f voor het bieden van mantelzorg in een bedrijfswoning, aan- of uitbouw of

een bijgebouw, met in achtneming van het volgende:

  • a. afwijking wordt slechts verleend ter plaatse van percelen waarop krachtens het plan een bedrijfswoning is toegestaan die ook feitelijk aanwezig is;
  • b. afwijking wordt slechts verleend indien sprake is van een goed woon- en verblijfsklimaat;
  • c. afwijking wordt slechts verleend indien sprake is van medische noodzaak, onderschreven door een zorgdeskundige en uitsluitend gedurende de periode dat mantelzorg noodzakelijk is;
  • d. per woning is slechts 1 aan- of uitbouw of bijgebouw tot een maximale omvang van 80 m² als ruimte voor mantelzorg toegestaan;
  • e. de afstand van de woning tot het bijgebouw dat voor mantelzorg wordt gebruikt bedraagt niet meer dan 30 meter;
  • f. in samenhang met de afwijking voor het gebruik is bouwen toegestaan mits in overeenstemming met het bepaalde in 4.2;
  • g. afwijking leidt niet tot onevenredige aantasting van gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van naastgelegen percelen.

4.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
4.6.1 Aanlegverbod zonder omgevingsvergunning

Het is verboden op of in de gronden met de aanduiding 'groen', 'specifieke vorm van natuur - 1', 'specifieke vorm van natuur - 2' en/of 'specifieke vorm van natuur - 3' en/of 'specifieke vorm van water- beekherstel' zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden) de volgende werken, voor zover geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren :

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'groen':
    • 1. het planten, verwijderen, kappen of rooien van bomen of andere opgaande beplanting;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - 1', 'specifieke vorm van natuur - 2' en 'specifieke vorm van natuur - 3' :
    • 1. het aanleggen of verharden van wegen of paden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
    • 2. het uitvoeren van grondbewerkingen, waartoe worden gerekend afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren, ontginnen, ophogen en aanleggen van drainage tenzij ter vervanging van reeds bestaande drainage;
    • 3. het aanleggen van boven- of ondergrondse kabels en leidingen en het aanbrengen van daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur;
    • 4. het planten, verwijderen, kappen of rooien van bomen of andere opgaande beplanting;
    • 5. het aanleggen van dammen, kades, duikers, vlonders, schoeiingen of aanlegplaatsen voor recreatievaartuigen;
    • 6. het aanleggen van opslag-, stort-, of bergplaatsen waaronder baggerdepots.
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water- beekherstel':
    • 1. het aanleggen of verharden van wegen of paden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
    • 2. het aanleggen van dammen, kades, duikers, vlonders, schoeiingen of aanlegplaatsen voor recreatievaartuigen;
    • 3. het aanleggen van opslag-, stort-, of bergplaatsen waaronder baggerdepots.

4.6.2 Uitzonderingen op het aanlegverbod

Het verbod van lid 4.6.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:

  • a. normaal onderhoud en beheer ten dienste van de bestemming betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan.

4.6.3 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning

De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 4.6.1 zijn slechts toelaatbaar, indien daardoor de natuur-, landschaps- en/of cultuurhistorische waarden zoals omschreven in lid 4.1 niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast.

4.7 Wijzigingsbevoegdheid
4.7.1 Vergroting oppervlakte bouwwerken ten behoeve van recreatief nachtverblijf en recreatiewoningen

Burgemeester en wethouders kunnen de oppervlakte van bouwwerken ten behoeve van recreatief nachtverblijf en/of recreatiewoningen met bijbehorende aan-, uit- en bijgebouwen, zoals genoemd in lid 4.2.2 onder e vergroten met inachtneming van het volgende:

  • a. de oppervlakte van de nieuwe bouwwerken ten behoeve van recreatief nachtverblijf en/of recreatiewoningen inclusief aan-, uit en bijgebouwen is gekoppeld aan de grootte van de percelen en bedragen ten hoogste de navolgende maten:

standplaatsgrootte / perceelsgrootte    tot 150 m²   150 - 300 m²   300 - 500 m²   groter dan 500 m²  
maximum oppervlakte
bouwwerken ten behoeve van recreatief nachtverblijf inclusief aan- , uit- en bijgebouwen  
54 m²   72 m²   82 m²   95 m²  
maximum oppervlakte
recreatiewoning inclusief aan-, uit en bijgebouwen  
63 m²   66 m²   82 m²   95 m²  

  • b. er wordt voldaan aan de overige regels zoals genoemd in lid 4.2 en lid 4.4;

Met inachtneming van het volgende:

  • c. op het verblijfsrecreatieterrein is geen sprake van illegaal gebruik in de vorm van permanente bewoning;
  • d. de betrokken ondernemer dient aan de hand van een ondernemingsplan aan te tonen dat een (verdere)uitbreiding of verandering van gebruiksfuncties en/of bouwmogelijkheden noodzakelijk is vanuit een oogpunt van een goede bedrijfsexploitatie;
  • e. een verzoek tot wijziging dient vergezeld te gaan van een kwaliteitsverbeteringsplan, dat tevens inzicht verschaft omtrent de mogelijke gevolgen van de voorgestane ontwikkelingen voor de omgeving (ontsluiting, verkeersaantrekkende werking, parkeervoorzieningen, gevolgen voor natuur en landschap, groenvoorzieningen);
  • f. de wijziging mag geen onevenredige schade tot gevolg hebben voor omringende recreatieve, natuur, abiotische en/of landschappelijke waarden en/of de belangen van derden, ook niet door cumulatie van activiteiten;
  • g. voorzieningen zijn alleen toegestaan ten dienste van het ter plaatse gevestigde recreatieterrein;
  • h. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken worden niet onevenredig aangetast;
  • i. voor zover de wijziging betrekking heeft op nieuwe bouwmogelijkheden dient:
    • 1. er steeds een goede landschappelijke inpassing plaats te vinden, afgestemd op de landschappelijke en/of ecologische waarden uit de omgeving;
    • 2. de bebouwingen zoveel mogelijk aan te sluiten bij bestaande bebouwingselementen;
  • j. wijziging leidt niet tot een nadelige beïnvloeding van de normale afwikkeling van het verkeer dan wel tot een onevenredige parkeerdruk;
  • k. toepassing van de wijzigingsbevoegdheid is uitsluitend mogelijk indien op het verblijfsrecreatieterrein sprake is van verblijfsrecreatie met een bedrijfsmatige exploitatie of deze bij toepassing van de wijzigingsbevoegdheid krijgt;
  • l. de wijziging geen onevenredige nadelige gevolgen mag hebben voor het waterbeheer en indien nodig voldoende extra waterberging wordt gerealiseerd;
  • m. de wijzigingsbevoegdheid wordt niet toegepast indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • n. er is een privaatrechtelijke overeenkomst gesloten met de gemeente waarin in ieder geval toepassing wordt gegeven aan:
    • 1. (het behoud van) de kwaliteitsverbetering;
    • 2. afspraken ten aanzien van aanleg en onderhoud van de landschappelijke inpassing;
    • 3. afspraken ten aanzien van eventuele benodigde waterberging.

4.7.2 Uitbreiding of verandering van gebruiksfuncties en/of bouwmogelijkheden

Het bevoegd gezag kan het plan wijzigen ten behoeve van:

  • a. het veranderen van de bestemming Recreatie - Verblijfsrecreatie zonder functieaanduiding in de bestemming Recreatie - Verblijfsrecreatie met een functieaanduiding (uitsluitend de aanduidingen zoals genoemd in lid 4.1 en 4.4) en omgekeerd alsmede het veranderen van een aanduiding in een andere of extra aanduiding teneinde wisseling en uitbreiding van gebruiksfuncties mogelijk te maken;
  • b. het veranderen van de contouren en/of situering van de bouwvlakken;
  • c. het vergroten van het aantal bouwwerken ten behoeve van recreatief nachtverblijf en/of recreatiewoningen.

Met inachtneming van het volgende:

  • d. op het verblijfsrecreatieterrein is geen sprake van illegaal gebruik in de vorm van permanente bewoning;
  • e. de betrokken ondernemer dient aan de van een ondernemingsplan aan te tonen dat een (verdere)uitbreiding of verandering van gebruiksfuncties en/of bouwmogelijkheden noodzakelijk is vanuit een oogpunt van een goede bedrijfsexploitatie;
  • f. een verzoek tot wijziging dient vergezeld te gaan van een kwaliteitsverbeteringsplan, dat tevens inzicht verschaft omtrent de mogelijke gevolgen van de voorgestane ontwikkelingen voor de omgeving (ontsluiting, verkeersaantrekkende werking, parkeervoorzieningen, gevolgen voor natuur en landschap, groenvoorzieningen);
  • g. voorzieningen zijn alleen toegestaan ten dienste van het ter plaatse gevestigde recreatieterrein;
  • h. de wijziging mag geen onevenredige schade tot gevolg hebben voor omringende recreatieve, natuur, abiotische en/of landschappelijke waarden en/of de belangen van derden, ook niet door cumulatie van activiteiten;
  • i. voor zover de wijziging betrekking heeft op nieuwe bouwmogelijkheden dient:
    • 1. er steeds een goede landschappelijke inpassing plaats te vinden, afgestemd op de landschappelijke en/of ecologische waarden uit de omgeving;
    • 2. de bebouwingen zoveel mogelijk aan te sluiten bij bestaande bebouwingselementen;
  • j. de maximaal toegestane oppervlakte aan bebouwing mag bij wijziging niet meer bedragen dan 20% van het huidige toegestane bebouwingspercentage;
  • k. een uitbreiding van het aantal verblijfseenheden mag niet meer bedragen dan 20% van het maximum aantal dat op basis dat ingevolge de regels is toegestaan;
  • l. wijziging leidt niet tot een nadelige beïnvloeding van de normale afwikkeling van het verkeer dan wel tot een onevenredige parkeerdruk;
  • m. toepassing van de wijzigingsbevoegdheid is uitsluitend mogelijk indien op het verblijfsrecreatieterrein sprake is van verblijfsrecreatie met een bedrijfsmatige exploitatie of deze bij toepassing van de wijzigingsbevoegdheid krijgt;
  • n. de wijziging geen onevenredige nadelige gevolgen mag hebben voor het waterbeheer en indien nodig voldoende extra waterberging wordt gerealiseerd;
  • o. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken worden niet onevenredig aangetast;
  • p. er is een privaatrechtelijke overeenkomst gesloten met de gemeente waarin in ieder geval toepassing wordt gegeven aan:
    • 1. (het behoud van) de kwaliteitsverbetering;
    • 2. afspraken ten aanzien van aanleg en onderhoud van de landschappelijke inpassing;
    • 3. afspraken ten aanzien van eventuele benodigde waterberging.