direct naar inhoud van 7.2 Bestemmingsregels
Plan: Bestemmingsplan Haagakkers II
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0823.BPOOHaag4001-VAS2

7.2 Bestemmingsregels

De regels in verband met de bestemmingen kennen allen een gelijke opbouw (voor zover van toepassing). De bestemmingsomschrijving betreft de centrale bepaling van elke bestemming. Het betreft een omschrijving waarin limitatief de functies worden genoemd, die binnen de bestemming zijn toegestaan.

De bouwregels zijn direct gerelateerd aan de bestemmingsomschrijving. Ook het gebruik van grond en bebouwing is gekoppeld aan de bestemmingsomschrijving. In de bouwregels staan uitsluitend bepalingen die betrekking hebben op het bouwen. Bouwregels zijn dan ook alleen van toepassing bij de toetsing van aanvragen om bouwvergunning. De ontheffing van de bouwregels geven burgemeester en wethouders de bevoegdheid om onder voorwaarden ontheffing te verlenen van een specifieke regel. De specifieke gebruiksregels vormen een nadere concretisering van het toegestane gebruik.

Artikel 3 Agrarisch

De bestemming 'Agrarisch' is gelegd op twee percelen die worden ingesloten door de bestaande lintbebouwing aan de Andreasstraat en de nieuwbouw van Haagakkers II. Deze gronden behouden hun agrarische bestemming. De gronden zijn niet bedoeld voor het bouwen van opstallen, daar er ook geen agrarisch bouwvlak op deze gronden is gelegen.

Artikel 4 Groen

De bestemming 'Groen' is gelegd op verschillende plantsoenen, groenstroken en overige aanplanten binnen het plangebied, die kunnen worden aangemerkt als structureel groen. De gronden zijn ook bestemd voor waterberging, zodat de drie te realiseren wadi's binnen deze bestemming aangelegd kunnen worden conform de eisen van en afspraken met het waterschap.

Gebouwen zijn binnen deze bestemming niet toegestaan.

Artikel 5 Tuin

De bestemming 'Tuin' is opgenomen in de zone voor de voorgevel van hoofdgebouwen binnen de bestemming 'Wonen' en in een enkel geval aan de zijkant van een woning. Hoofdgebouwen zijn binnen de bestemming niet toegestaan, binnen de bestemming mogen wel aan- en uitbouwen worden opgericht, in de vorm van erkers en entreepartijen. In de bouwregels zijn hiervoor voorwaarden opgenomen waaraan dan voldaan moet worden. Tevens mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden opgericht tot een hoogte van maximaal 2 m.

Artikel 6 Verkeer

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor wegen en straten, voet- en rijwielpaden, parkeer-, groen- en speelvoorzieningen, waterhuishoudkundige voorzieningen en nutsvoorzieningen. Gebouwen zijn binnen deze bestemming niet toegestaan. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn wel toegestaan. De maximale afmetingen hiervan zijn de bouwregels opgenomen.

Artikel 7 Water

De binnen het plangebied gelegen waterlopen zijn als 'Water' bestemd. Hiervoor geldt dat gebouwen niet zijn toegestaan.

Artikel 8 Wonen

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor woningen. Tevens zijn de gronden bestemd voor bij de woning behorende aan-, uit- en bijgebouwen en overkappingen, tuinen en erven en bouwwerken geen gebouwen zijnde.

Als hoofdgebouw mogen woningen worden opgericht uitsluitend binnen de op de verbeelding opgenomen bouwvlakken. De maximaal toegestane goot- en bouwhoogte is opgenomen op de plankaart.

Aan-, uit- en bijgebouwen mogen zowel in als buiten het bouwvlak worden gebouwd op een minimale afstand van 3 m van de voorgevel van het hoofdgebouw en het verlengde daarvan. Voor het bouwen van aan-, uit- en bijgebouwen gelden regels, ten aanzien van onder andere de maximale diepte, oppervlakte, hoogte en afstand tot zijdelingse perceelgrenzen. Deze regels zijn opgenomen in artikel 8.2.2.

De bouwvlakken op de verbeelding kunnen geheel worden bebouwd. Voor zover aan-, uit- en bijgebouwen en overkappingen buiten het bouwvlak worden opgericht is in de regels een maximum bebouwingsoppervlak buiten het bouwvlak opgenomen van 50%.

Voorts is een regeling specifiek voor overkappingen opgenomen. Deze mogen onder voorwaarden worden opgericht op het zijerf, in of achter het verlengde van de voorgevel van het hoofdgebouw.

Daarnaast mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden opgericht met een maximale hoogte van 3 m.

Burgemeester en wethouders zijn eveneens bevoegd om ten aanzien van een aantal nader genoemde aspecten nader eisen te stellen.

In de bestemming is een ontheffingsbevoegdheid voor burgemeester en wethouders opgenomen om ontheffing te verlenen voor een hogere goot- en bouwhoogte van een aan- en uitbouw en aangebouwd bijgebouw dan op de verbeelding opgenomen.

Binnen de bestemming zijn aan-huis-verbonden beroepen toegestaan. Hieraan zijn voorwaarden verbonden welke zijn opgenomen in artikel 8.5.2.

In deze bestemming is eveneens een tweetal specifieke gebruiksverboden opgenomen. Het betreft het verbod tot gebruik van bijgebouwen bij woningen als zelfstandige woning en als afhankelijke woonruimte en het verbod tot gebruik van gronden en bebouwing ten behoeve van een seksinrichting. Onder voorwaarden is het via ontheffing van burgemeester en wethouders mogelijk om bijgebouwen te gebruiken als afhankelijke woonruimte.

Vanwege het nu nog aanwezig agrarisch bedrijf aan De Maneschijn 3 en de daarbij behorende geurcontour (zie ook paragraaf 5.3) is tot slot een wijzigingsbevoegdheid opgenomen in artikel 8.6.1. Binnen het aangegeven wijzigingsgebied mogen geen woningen gebouwd worden aangezien het bouwen van geurgevoelige objecten binnen de geurcontour niet mogelijk is. Wanneer het bedrijf gesaneerd is, verdwijnt de geurcontour. Burgemeester en wethouders kunnen het plan dan wijzigen, conform artikel 3.6 van de Wet op de ruimtelijke ordening, door het toevoegen van bouwvlakken op de verbeelding en de daarbij behorende aanduidingen. Door het opnemen van bouwvlakken en aanduidingen kunnen hoofdgebouwen gebouwd worden. De regels voor het bouwen van hoofdgebouwen zijn opgenomen in artikel 8.2.1.