Buitengebied fase 2 2013

Status: Vastgesteld
Identificatie: NL.IMRO.0823.BPBGfaseII2013-VAS1
Plantype: gemeentelijke overheid/bestemmingsplan

Artikel 13 Maatschappelijk - Militair oefenterrein

 

13.1 Bestemmingsomschrijving

 

13.1.1 Algemeen

De voor Maatschappelijk – militair oefenterrein aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. het houden van militaire oefeningen;

  2. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk – logistieke inrichting' militaire doeleinden in de vorm van een logistieke inrichting;

  3. houtproductie;

  4. behoud van bosgroeiplaats;

  5. extensief recreatief medegebruik;

  6. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk – gevarenzone munitieopslagplaats c' tevens een munitieopslagplaats c;

  7. wegen, paden en overige infrastructurele voorzieningen;

  8. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;

 

alsmede:

  1. behoud, herstel en ontwikkeling van landschappelijke, natuurwaarden en ecologische waarden zoals bos- en heidegebieden en behoud van biotopen van amfibieën, bosvogels en plantengezelschappen.

 

13.2 Bouwregels

 

13.2.1 Algemeen

Voor het bouwen van gebouwen geldt dat de afstand van gebouwen tot de as van de weg niet minder mag bedragen dan 15 m.

 

13.2.2 Hoofdgebouwen

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:

  1. gebouwen mogen slechts worden opgericht ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - logistieke inrichting';

  2. de oppervlakte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 200 m²;

  3. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 10 m;

  4. het maximale bebouwingspercentage is 5% van het bouwvlak.

 

13.2.3 Ondergronds bouwen

Voor ondergronds bouwen geldt het bepaalde in lid 34.2 Ondergronds bouwen.

 

13.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

  1. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte voor de voorgevelrooilijn maximaal 1 m mag bedragen;

  2. de bouwhoogte respectievelijk oppervlakte van overkappingen mag niet meer bedragen dan 3 m respectievelijk 30 m2;

  3. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 5 m.

 

13.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde sub 13.2.4 onder a en toestaan dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen wordt verhoogd tot 5 m, indien dit noodzakelijk is voor het landsbelang.

 

13.4 Specifieke gebruiksregels

Onder gebruik strijdig met de bestemming wordt in ieder geval begrepen:

  1. het gebruik van gronden voor het opslaan, storten of bergen van materialen en producten, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;

  2. het gebruik van gronden en bouwwerken voor de uitoefening van een seksinrichting.