Buitengebied fase 2 2013
Status: | Vastgesteld |
Identificatie: | NL.IMRO.0823.BPBGfaseII2013-VAS1 |
Plantype: | gemeentelijke overheid/bestemmingsplan |
Artikel 11 Maatschappelijk
11.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Maatschappelijk aangewezen gronden zijn bestemd voor:
maatschappelijke voorzieningen, ter plaatse aangeduid zoals hierna opgenomen in de tabel 'Staat van maatschappelijke voorzieningen':
aanduiding |
functie/aard bebouwing |
adres |
toegestane |
re |
religie (kapel) |
Straten 12 |
50 |
re |
religie (kapel) |
Spreeuwelsedijk 1 |
22 |
re |
religie (kapel) |
Dr. J. van de Mortellaan 15 |
7 |
sm-kdv en nso |
specifieke vorm van maatschappelijk -kinderdagverblijf en naschoolse opvang |
Hoolkot 2a |
360 |
sm-sct |
specifieke vorm van maatschappelijk - scouting |
Konijnenberg 2 |
275 |
on |
onderwijsvoorzieningen (conferentie/studiecentrum) |
Montfortlaan 12 |
2.945 |
on |
onderwijsvoorzieningen (school) |
Montfortlaan 20 |
1.125 |
sm-vz |
verslavingszorg |
Oerlesedijk 1 |
965 |
sm-pir |
piëtarots |
Proosbroekweg |
- |
re |
religie (kapel) |
Proosbroekweg 11 |
93 |
on |
onderwijsvoorzieningen (conferentie/studiecentrum) ondersteunende horecavoorzieningen |
Spreeuwelsedijk 9 |
5.160 70 |
Tabel: Staat van maatschappelijke voorzieningen
ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' een bedrijfswoning;
en de niet in de tabel 'Staat van maatschappelijke voorzieningen' opgenomen bestaande en vergunde bedrijfsmatige nevenactiviteiten ten tijde van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan;
de nevenactiviteiten zoals opgenomen in bijlage 3 'Nevenactiviteiten' bij deze regels;
wegen, paden en overige infrastructurele voorzieningen;
parkeervoorzieningen;
groenvoorzieningen;
speelvoorzieningen;
water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
tuinen, erven en terreinen;
alsmede voor:
het behoud van de volgende cultuurhistorische en landschapswaarden:
de aangeduide kenmerkende landschapselementen ter plaatse van de aanduiding 'waardevol landschapselement';
de cultuurhistorische waarde van panden, zoals opgenomen in bijlage 4 'Monumenten en beeldbepalende panden' bij deze regels.
11.2 Bouwregels
11.2.1 Algemeen
Gebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd binnen het bouwvlak
De maximale oppervlakte aan bebouwing, exclusief de bedrijfswoning met bijbehorende bouwwerken, mag per maatschappelijke voorziening niet meer bedragen dan is opgenomen in de tabel 'Staat van maatschappelijke voorzieningen';
In afwijking van het bepaalde sub 11.2.2 en sub 11.2.3 gelden ter plaatse van de dubbelbestemming 'Waarde - Beschermd dorpsgezicht' voor het bouwen van hoofdgebouwen en van bedrijfswoningen en bijbehorende bouwwerken afwijkende maatvoeringseisen van artikel 27.
De afstand tot de zijdelingse perceelsgrens mag niet minder bedragen dan 5 m.
De afstand van gebouwen tot de as van de weg mag niet minder bedragen dan 15 m.
11.2.2 Hoofdgebouwen
Voor het bouwen van hoofdgebouwen geldt de volgende bepaling:
De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 10 m.
11.2.3 Bedrijfswoningen en bijbehorende bouwwerken
Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende bepalingen:
Ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' is één bedrijfswoning toegestaan.
De goothoogte mag niet meer bedragen dan 4,5 m.
De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 10 m.
De inhoud mag niet meer bedragen dan 750 m3.
De dakhelling mag niet minder bedragen dan 12° en niet meer bedragen dan 45°.
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken (bijgebouwen, aan- en uitbouwen) bij bedrijfswoningen gelden de volgende bepalingen:
Een bijbehorend bouwwerk mag uitsluitend achter de voorgevelrooilijn van de bedrijfswoning worden gebouwd.
De goothoogte mag niet meer bedragen dan 4 m.
De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 5,5 m.
De bebouwde oppervlakte mag niet meer bedragen dan 120 m2.
11.2.4 Ondergronds bouwen
Voor ondergronds bouwen geldt het bepaalde in lid 34.2 Ondergronds bouwen.
11.2.5 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:
de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte voor de voorgevelrooijlijn maximaal 1 m mag bedragen;
de bouwhoogte respectievelijk oppervlakte van overkappingen mag niet meer bedragen dan 3 m respectievelijk 30 m2;
de bouwhoogte respectievelijk oppervlakte van reclameaanduidingen mag niet meer dan 2 m respectievelijk 1,5 m2 bedragen;
de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 4 m bedragen.
11.3 Afwijken van de bouwregels
11.3.1 Afwijkingen
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde sub 11.2.3 en toestaan dat de dakhelling wordt verkleind c.q. vergroot, mits het landelijke karakter van het gebied niet onevenredig wordt aangetast en mits de maximaal toegestane inhoudsmaat voor een bedrijfswoning zoals bepaald sub 11.2.3 niet wordt overschreden.
11.3.2 Algemene voorwaarden voor afwijken
In het geval burgemeester en wethouders gebruik maken van de bevoegdheid tot afwijken van de gebruiksregels betrekken zij daarbij de volgende overwegingen:
Er vindt geen onevenredige aantasting plaats van:
het straat- en bebouwingsbeeld en de woonsituatie;
de verkeersveiligheid en de sociale veiligheid;
de milieusituatie;
de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
11.4 Specifieke gebruiksregels
11.4.1 Strijdig gebruik
Onder gebruik strijdig met de bestemming wordt in ieder geval begrepen:
het gebruik van gronden voor het opslaan, storten of bergen van materialen en producten, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
het gebruik van de gronden, gebouwen en bouwwerken voor andere doeleinden dan de per perceel aangeduide maatschappelijke voorzieningen;
het gebruik van gronden, gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, voor het bedrijfsmatig vervaardigen, opslaan, verwerken of herstellen van goederen en het opslaan en be- of verwerken van producten;
het gebruik van gronden en bouwwerken voor de uitoefening van een seksinrichting;
het gebruik van gronden en bouwwerken voor detailhandel, behoudens detailhandel gericht op de bestemming;
het gebruik van gronden en bouwwerken voor wonen, behoudens de toegestane bedrijfswoningen;
het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken voor bewoning;
het gebruik van gronden en bouwwerken voor het houden van evenementen.
11.4.2 Aan huis verbonden beroeps- en/of bedrijfsactiviteiten
Voor de uitoefening van een aan huis verbonden beroeps- en/of bedrijfsactiviteit geldt het bepaalde in lid 36.3.
11.5 Afwijken van de gebruiksregels
11.5.1 Houden van evenementen
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde sub 11.4.1 onder h voor het houden van evenementen met dien verstande dat:
maximaal 4 evenementen per kalenderjaar mogen plaatsvinden;
een evenement maximaal 5 aaneengesloten dagen, inclusief op- en afbouwen, mag plaatsvinden;
parkeren op eigen terrein plaatsvindt;
geen afbreuk wordt gedaan aan de belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden en (agrarische) bedrijven.
11.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
11.6.1 Werken en werkzaamheden
Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren ter plaatse van de aanduiding 'waardevol landschapselement':
het verwijderen, rooien en/of kappen van houtwallen en/of houtsingels en/of andere houtopstanden;
het aanleggen, verbreden en/of verharden van wegen, paden, banen, parkeervoorzieningen en andere oppervlakteverhardingen;
het aanbrengen van ondergrondse of bovengrondse transportleidingen, energie- en/of communicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur;
het wijzigen van de grondsamenstelling en/of het aanbrengen van voorzieningen, waaronder afschermende materialen, ten behoeve van de aanleg van paardenbakken;
het verrichten van handelingen, die de dood of ernstige beschadiging van beplanting tot gevolg kunnen hebben.
11.6.2 Uitzonderingen
Het sub 11.6.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden:
die het normale onderhoud, gebruik en beheer betreffen;
waarvoor op het tijdstip van de inwerkingtreding van dit plan reeds omgevingsvergunning is verleend;
die reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van dit plan op basis van een verleende vergunning.
11.6.3 Toelaatbaarheid
De sub 11.6.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de landschapswaarden van de gronden.