Buitengebied fase 2 2013

Status: Vastgesteld
Identificatie: NL.IMRO.0823.BPBGfaseII2013-VAS1
Plantype: gemeentelijke overheid/bestemmingsplan

Artikel 10 Horeca

 

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor horeca aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. horecavoorzieningen, ter plaatse aangeduid zoals hierna opgenomen in de tabel 'Staat van horecabedrijven':

 

aanduiding

functie/aard
bebouwing

Adres

toegestane oppervlakte
bebouwing in m²

h=d

restaurant/café

Bestseweg 52

1.100

h=b

pannenkoekenhuis

Nieuwedijk 37

450

h=d

café/zaal/hotel

Notel 42

1.050

h=d

café/restaurant met kegelcentrum

Oude Grintweg 69a

1.000

h=d

café/restaurant

Oude Grintweg 90

930

h=d

café/restaurant, trekkershutten en bed & breakfast

Oude Grintweg 100

1.000

h=d

café

Proosbroekweg 6a

305

h=d

café, zalencentrum, groepsaccommodatie, opslagloods en speelvoorziening alsmede pitch en put.

Spoordonkseweg 80/80b

2.300, exclusief bedrijfswoning

h=d

uitspanning, trekkershutten en bed & breakfast

Straten 13

250

Tabel: Staat van horecabedrijven

 

  1. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' tevens een bedrijfswoning;

  2. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie – toeristenpoort' een toeristenpoort;

  3. de niet in de tabel 'Staat van horecabedrijven' opgenomen bestaande en vergunde bedrijfsmatige nevenactiviteiten ten tijde van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan

  4. de nevenactiviteiten zoals opgenomen in bijlage 3 'Nevenactiviteiten' bij deze regels.

  5. terrassen;

  6. water en waterhuidhoudkundige voorzieningen;

  7. wegen, paden en overige infrastructurele voorzieningen;

  8. parkeervoorzieningen;

  9. groenvoorzieningen;

  10. tuinen, erven en terreinen.

 

10.2 Bouwregels

 

10.2.1 Algemeen

  1. Gebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd binnen het bouwvlak

  2. De maximale oppervlakte aan bebouwing, exclusief de bedrijfswoning met bijbehorende bouwwerken, mag per horecabedrijf niet meer bedragen dan is opgenomen in de tabel 'Staat van horecabedrijven';

  3. Tevens mogen hoofdgebouwen in de vorm van trekkershutten van 20 m2 per hut worden opgericht, met dien verstande dat:

  1. ter plaatse van Oude Grintweg 100 het aantal trekkershutten maximaal 10 mag bedragen met een oppervlakte van maximaal 30 m2 per hut;

  2. ter plaatse van Straten 13 het aantal trekkershutten maximaal 5 mag bedragen met een oppervlakte van maximaal 30 m2 per hut.

  3. de bouwhoogte van een trekkershut mag niet meer bedragen dan 4 m;

  1. De afstand tot de zijdelingse perceelsgrens mag niet minder bedragen dan 5 m.

  2. De afstand van gebouwen tot de as van de weg mag niet minder bedragen dan 15 m.

  3. In afwijking van het bepaalde sub 10.2.2 en sub 10.2.3 gelden ter plaatse van de dubbelbestemming 'Waarde - Beschermd dorpsgezicht' voor het bouwen van hoofdgebouwen (niet zijnde hoofdgebouwen in de vorm van trekkershutten) en van bedrijfswoningen en bijbehorende bouwwerken afwijkende maatvoeringseisen van artikel 27.

  4. De afstand van gebouwen tot de as van de weg mag niet minder bedragen dan 15 m.

 

10.2.2 Hoofdgebouwen

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:

  1. De goothoogte mag niet meer bedragen dan 6 m.

  2. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 10 m.

  3. De dakhelling van hoofdgebouwen mag niet minder bedragen dan 12° en niet meer bedragen dan 45°.

 

10.2.3 Bedrijfswoningen en bijbehorende bouwwerken

  1. Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende bepalingen:

  1. Ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' is één bedrijfswoning toegestaan.

  2. De goothoogte mag niet meer bedragen dan 4,5 m.

  3. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 10 m.

  4. De inhoud mag niet meer bedragen dan 750 m3.

  5. De dakhelling mag niet minder bedragen dan 12° en niet meer bedragen dan 45°.

 

  1. Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken (bijgebouwen, aan- en uitbouwen) bij bedrijfswoningen gelden de volgende bepalingen:

  1. Een bijbehorend bouwwerk mag uitsluitend achter de voorgevelrooilijn van de bedrijfswoning worden gebouwd.

  2. De goothoogte mag niet meer bedragen dan 4 m.

  3. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 5,5 m.

  4. De bebouwde oppervlakte mag niet meer bedragen dan 120 m2.

 

10.2.4 Ondergronds bouwen

Voor ondergronds bouwen geldt het bepaalde in lid 34.2 Ondergronds bouwen.

 

10.2.5 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

  1. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen uitsluitend worden gebouwd binnen het bouwvlak;

  2. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte voor de voorgevelrooilijn maximaal 1 m mag bedragen;

  3. de bouwhoogte respectievelijk oppervlakte van reclameaanduidingen mag niet meer bedragen dan 2 m respectievelijk 1,5 m2;

  4. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 4 m.

 

10.3 Afwijken van de bouwregels

 

10.3.1 Algemene voorwaarden voor afwijken

In het geval burgemeester en wethouders gebruik maken van de bevoegdheid tot afwijken van de gebruiksregels betrekken zij daarbij de volgende overwegingen:

  1. Er vindt geen onevenredige aantasting plaats van:

  1. het straat- en bebouwingsbeeld en de woonsituatie;

  2. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

 

10.3.2 Afwijkingen

Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in de subleden 10.2.2 en 10.2.3 en toestaan dat de dakhelling wordt verkleind c.q. vergroot, mits het landelijke karakter van het gebied niet onevenredig wordt aangetast en mits de maximaal toegestane inhoudsmaat voor een bedrijfswoning zoals bepaald sub 10.2.2 niet wordt overschreden.

 

10.4 Specifieke gebruiksregels

 

10.4.1 Strijdig gebruik

Onder gebruik strijdig met de bestemming, wordt in ieder geval begrepen:

  1. het gebruik van de gronden voor het opslaan, storten of bergen van materialen en producten, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gericht gebruik;

  2. het gebruik van de gronden voor andere doeleinden dan de per perceel aangeduide horeca-activiteit;

  3. het gebruik van bouwwerken voor het bedrijfsmatig vervaardigen, opslaan, verwerken of herstellen van goederen en het opslaan en be- of verwerken van producten, tenzij dit plaatsvindt ten behoeve van de ter plaatse toegestane bedrijvigheid;

  4. het gebruik van gronden en bouwwerken voor detailhandel, behoudens detailhandel gericht op de bestemming;

  5. het gebruik van gronden en bouwwerken voor de uitoefening van een seksinrichting;

  6. het gebruik van gronden en bouwwerken voor wonen, behoudens de toegestane bedrijfswoningen;

  7. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken voor bewoning.

 

10.4.2 Aan huis verbonden beroeps- en/of bedrijfsactiviteiten

Voor de uitoefening van een aan huis verbonden beroeps- en/of bedrijfsactiviteit geldt het bepaalde in lid 36.3.