direct naar inhoud van Artikel 30 Waterstaat - Inundatiegebied
Plan: Buitengebied 2010, bestuurlijke lus
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0823.BPBGfase12010-VG03

Artikel 30 Waterstaat - Inundatiegebied

30.1 Bestemmingsomschrijving
30.1.1

De voor Waterstaat - inundatiegebied aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het vergroten van het waterbergend oppervlak bij wateroverlast.

30.2 Bouwregels

30.2.1 In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen mag niet worden gebouwd, met uitzondering van bouwwerken geen gebouwen zijnde ten behoeve van de opvang van water, waarvan de bouwhoogte niet meer dan 2 m mag bedragen.

30.2.2 Het bepaalde in 30.2.1 geldt niet voor bouwen binnen een bouwvlak.

30.3 Ontheffing van de bouwregels

30.3.1 Burgemeester en wethouders kunnen, met inachtneming van de procedureregels in artikel 37, ontheffing verlenen van het bepaalde in artikel 30.1 voor het bouwen overeenkomstig de andere bestemmingen, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van het waterbergend vermogen van de gronden. Voor de verlening van deze ontheffing wordt advies ingewonnen bij Waterschap De Dommel. Indien sprake is van ondergronds bouwen dient voor het verlenen van deze ontheffing van het Waterschap De Dommel een positief advies te zijn verkregen.

30.4 Aanlegvergunning

30.4.1 Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het ophogen van gronden;
  • b. het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden, banen, parkeervoorzieningen en andere oppervlakteverhardingen;
  • c. het aanleggen, verdiepen, verbreden en dempen van sloten, watergangen en overige waterpartijen en het aanbrengen van drainage als dit een aantasting van het waterbergend vermogen van de gronden tot gevolg heeft.


30.4.2 Het in artikel 30.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden:

  • a. welke het normale onderhoud betreffen;
  • b. die op het moment van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn of uitgevoerd kunnen worden op grond van een voor dat tijdstip aangevraagde dan wel verleende vergunning;
  • c. die worden uitgevoerd binnen een bouwvlak of bestemmingsvlak waar gebouwen zijn toegestaan.


30.4.3 De in artikel 30.4.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de in artikel 30.1.1 genoemde waarden van het gebied en hieraan door het stellen van voorwaarden niet of onvoldoende kan worden tegemoet gekomen.