direct naar inhoud van Artikel 14 Waarde - Landschap
Plan: Rechtvaart 2010
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0809.BPRechtvaart-VG01

Artikel 14 Waarde - Landschap

14.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Landschap' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het beheer, behoud en herstel van de aanwezige natuur- en landschapswaarden in de vorm van houtsingels.

14.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bouwwerken gelden de volgende bepalingen:

  • a. op de tot Waarde - Landschap bestemde gronden mogen uitsluitend worden opgericht bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van de daar voorkomende bestemmingen;
  • b. de bouwregels van de daar voorkomende bestemmingen zijn van overeenkomstige toepassing.
14.3 Aanlegvergunning
14.3.1 Aanlegvergunningplichtige werken

Het is verboden zonder of in afwijking van een aanlegvergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, niet zijnde bouwwerken, of werkzaamheden uit te voeren of te laten voeren:

  • a. het verlagen van de bodem of het afgraven van gronden, waarvoor geen ontgrondingsvergunning is vereist;
  • b. het uitvoeren van grondbewerkingen dieper dan 40 cm, waartoe ook gerekend wordt woelen, mengen, diepploegen, egaliseren, aanleggen van drainage en ontginnen;
  • c. het verlagen van het grondwaterpeil;
  • d. het aanleggen, verbreden of verharden van wegen, paden of parkeergelegenheden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
  • e. het aanleggen van ondergrondse transport-, energie-, telecommunicatie- of andere leidingen en daarmee verband houdende constructies;
  • f. het graven, verbreden en dempen van sloten, vijvers en andere wateren;
  • g. vellen en rooien van bomen en andere houtopstanden en handelingen die de dood of beschadigingen van bomen of houtopstanden tengevolge kunnen hebben.
14.3.2 Uitzonderingen

Het onder 14.3.1 vervatte verbod geldt niet voor de werken of werkzaamheden:

  • a. binnen het kader van het op de bestemming van die gronden gerichte normale onderhoud en beheer, dan wel die welke voortvloeien uit het normale gebruik;
  • b. waarvoor ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan aanlegvergunning is verleend;
  • c. welke ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan in uitvoering waren.
14.3.3 Afweging

De onder 14.3.1 bedoelde werken of werkzaamheden zijn toelaatbaar, indien door die werken en werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de ter plaatse aanwezige houtsingels.