direct naar inhoud van Hoofdstuk 8 Vooroverleg
Plan: Meerendonk, deel 5
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0796.0002191-1401

Hoofdstuk 8 Vooroverleg

Op 9 maart 2012 is in het kader van het overleg als bedoeld in artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening de ruimtelijke onderbouwing 'Meerendonk, deel 5 - 36 woningen' toegezonden aan:

  • 1. Provincie Noord-Brabant, Directie Ruimtelijke Ontwikkeling en Handhaving;
  • 2. VROM-Inspectie, Regio Zuid;
  • 3. Waterschap Aa en Maas.

Van de Provincie Noord-Brabant en het Waterschap Aa en Maas is een vooroverlegreactie ontvangen. Beide reacties worden als vooroverlegreactie in het kader van dit ontwerpbestemmingsplan meegenomen.

1. Provincie Noord-Brabant, Directie Ruimtelijke Ontwikkeling en Handhaving

De provincie heeft zich beperkt tot de vraag hoe de omgevingsvergunning/het projectbesluit zich verhoudt tot de provinciale belangen die op basis van het provinciale ruimtelijke beleid relevant zijn. De voorontwerp- omgevingsvergunning/het voorontwerpprojectbesluit geeft de provincie geen aanleiding tot het maken van opmerkingen.

Voor kennisgeving aangenomen.

2. Waterschap Aa en Maas

Uitgangspunt voor het waterschap is dat het totaalplan voor Meerendonk, waar deel 5 onderdeel van is, hydrologisch neutraal wordt ontwikkeld. Door gewijzigde inzichten zal het natuurgebied niet meer worden ingezet voor waterberging. Het waterschap respecteert de overeengekomen berging in de leggerwatergang (westelijk deel), op basis van oude gemaakte afspraken in 2006 en 2007. Voor de resterende hemelwaterberging moet een locatie zo dicht mogelijk bij het plangebied worden gezocht. Het bergen van hemelwater in het watersysteem (afwateringsgebied Zuid) is, met uitzondering van de al eerder genoemde berging in de leggerwatergang, in strijd met het hemelwaterbeleid van het waterschap en het hemelwaterbeleid in het nog vast te stellen gemeentelijke Waterstructuurplan. Als sprake is van een sloop-nieuwbouwsituatie kan het waterschap instemmen met berging in het watersysteem, mits dit goed is onderbouwd. De Meerendonk is echter een nieuwbouwlocatie. Het waterschap zal met de voorgestelde oplossing geen watervergunning verlenen en daarmee ook niet voorsorteren op toekomstig vast te stellen beleid, dat wil zeggen het gemeentelijk Waterstructuurplan. Voor het restant aan te bergen hemelwater moet een waterbergingsvoorziening worden aangelegd. Het waterschap verzoekt om deze op te nemen in de waterparagraaf, inclusief de geactualiseerde wateropgavegegevens. Uiteindelijk moet voor het plan een watervergunning worden aangevraagd die het waterschap zal toetsen aan zijn Keur.

In de waterparagraaf van het ontwerpbestemmingsplan zijn de geactualiseerde watergegevens opgenomen. Op basis van deze gegevens moet volgens het waterschap een waterbergingsvoorziening worden aangelegd voor 1.496 m³. Vooralsnog houdt de gemeente vast aan het uitgangspunt dat hiervoor een klein deel van de beschikbare berging kan worden benut in het afwateringsgebied Zuid 2, buiten het nieuwe woongebied. De kans op wateroverlast is in dit gebied veel kleiner dan wat volgens de normen van het waterschap maximaal toelaatbaar is: de Watersysteemanalyse uit 2008 toont hier een forse overcapaciteit aan waterberging. Dit kan worden ingezet om het bergingstekort van Meerendonk op te lossen. Dit sluit naar de mening van de gemeente wel aan op het nog niet vastgestelde gemeentelijke Waterstructuurplan, op basis waarvan wordt gestreefd naar 'robuuste' oplossingen. Tussen gemeente en waterschap zal gedurende de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan en voorafgaand aan de vaststelling van het bestemmingsplan overleg plaatsvinden over de gekozen oplossing en mogelijke alternatieven.

Verder is de watergang aan de oostzijde van het plangebied op het moment niet aan te merken als een leggerwatergang. Meerendonk wordt steeds verder uitgebreid. Op 5 hectare verhardingsoppervlak waarbij vertraagd wordt afgevoerd op een watergang, ligt de grens om een watergang als leggerwatergang te gaan aanmerken. De toename van verharding voor Meerendonk bedraagt op basis van de ruimtelijke onderbouwing, naast afkoppeling, 4 hectare en wellicht wordt dit nog meer in de toekomst. Het is belangrijk om rekening te houden met deze grens van 5 hectare.

Voor kennisgeving aangenomen. Ook dit zal onderwerp zijn van het overleg tussen gemeente en het waterschap, gedurende de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan en voorafgaand aan de vaststelling van het bestemmingsplan.