Plan: | Binnenstad |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0796.0002067-1401 |
“Beschermen waar nodig en ontwikkeling waar mogelijk”
Een binnenstad wordt per definitie gekenmerkt door een zekere spanning tussen bescherming, conserveren en behouden enerzijds en ruimte open laten voor nieuwe ontwikkelingen anderzijds. Al te starre bescherming kan leiden tot bevriezing waardoor kleinschalige aanpassingen als gevolg van maatschappelijke ontwikkelingen zeer omslachtige procedures met zich mee kunnen brengen. Te veel globaliteit en flexibiliteit biedt weinig sturingsmogelijkheden. Als leidend principe wordt dan ook uitgegaan van “beschermen waar nodig en ontwikkelen waar mogelijk”.
Conserveren versus ontwikkelen
Het bestemmingsplan is overwegend conserverend van karakter; zowel de ruimtelijke inrichting als de functionele inrichting van de binnenstad zullen naar verwachting de komende tien jaar niet ingrijpend veranderen. Het beleid is in hoofdzaak gericht op een algemene kwalitatieve verbetering van de binnenstad.
Door middel van afwijkings- en wijzigingsregels wordt flexibiliteit in het plan gebracht. Voorafgaand aan de toepassing van deze bevoegdheden dient een belangenafweging plaats te vinden.
Naar aanleiding van het voorgaande kiest de gemeente voor een eindbestemmingsmethodiek waarbij een onderscheid wordt gemaakt naar verzamelbestemmingen en maatbestemmingen.
Verzamelbestemmingen en maatbestemmingen
In het voorliggende bestemmingsplan wordt een onderscheid gemaakt naar zogenoemde verzamelbestemmingen en maatbestemmingen.
De verzamelbestemmingen betreffen de bestemmingen “Centrum”, “Gemengd” en “Wonen”. Binnen de bestemmingen “Centrum” en “Gemengd” zijn meerdere functies ondergebracht die typerend zijn voor een centrumgebied, dan wel een gemengd gebied. De functies binnen de bestemmingen zijn, onder voorwaarden, uitwisselbaar.
Naast verzamelbestemmingen zijn aan het plangebied een aantal maatbestemmingen toegekend (o.a Centrum-Horeca, Centrum 1, Kantoren, Maatschappelijk, Cultuur en Ontspanning). Het betreft veelal bestemmingen voor panden/functies die van grote ruimtelijke invloed zijn op de omgeving, bijvoorbeeld door de vormgeving van het pand of de functie, en/of waarvan de opstallen niet zonder meer benut kunnen worden voor een andere functie dan de bestaande functie. Voorts betreft het bestemmingen van het openbaar gebied (Verkeer, Verkeer-Verblijf).