Plan: | Heiakker I |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0794.1400BP170154-2000 |
In deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan 'Heiakker I' met identificatienummer NL.IMRO.0794.1400BP170154-2000 van de gemeente Helmond;
de geometrische bepaalde planobjecten met bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
een ambachtelijk bedrijf dat, uitsluitend door de bewoner(s) van een woning, in of vanuit een (gedeelte van) een woning en/of in of vanuit een (gedeelte van) een daarbij behorend bijgebouw wordt uitgeoefend waarbij de woning in hoofdzaak de woonfunctie behoudt;
een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, zakelijk, maatschappelijk, juridisch, (para)medisch, therapeutisch, lichaamsverzorgend, ontwerptechnisch of kunstzinnig of hiermee gelijk te stellen gebied, dat uitsluitend door de bewoner(s) van een woning in of vanuit die woning of een bijbehorend bijgebouw wordt uitgeoefend, waarbij de woning in hoofdzaak de woonfunctie behoudt;
een gebouw dat als afzonderlijke ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in directe verbinding staat, welk gebouw onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat qua afmetingen ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
een vlak met eenzelfde aanduiding, begrensd door een aanduidingsgrens;
woning deel uitmakend van ten minste drie middels het hoofdgebouw verbonden woningen;
een van de weg afgekeerde gevel van een hoofdgebouw, aan- of uitbouw of aangebouwd bijgebouw die parallel of nagenoeg parallel loopt aan de voorgevel van het hoofdgebouw;
denkbeeldige lijn die strak loopt langs de achtergevel van een hoofdgebouw tot aan de perceelsgrenzen;
inventariserend veldonderzoek uitgevoerd conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA);
begeleiding uitgevoerd conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA);
opgraving uitgevoerd conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie waarbij de archeologische waarden worden veiliggesteld;
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied voorkomende archeologische relicten;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouw zijnde;
het percentage van het bouwperceel voor zover gelegen binnen het bouwvlak, dat ten hoogste mag worden bebouwd;
een op de kaart als zodanig aangegeven vlak, dat niet door bebouwing mag worden overschreden, tenzij die overschrijding krachtens deze regels is of kan worden toegestaan;
een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren, verhandelen en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, niet zijnde consumentgebonden dienstverlening, aan huis gebonden beroepen daaronder niet begrepen;
het totale oppervlak van de bouwlagen van een (horeca of dienstverlenend) bedrijf, kantoor of winkel met inbegrip van de daartoe behorende magazijnruimte en overige dienstruimten;
een object waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een richtwaarde voor het risico dan wel een risicoafstand is bepaald, waarmee rekening moet worden gehouden;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak, met eenzelfde bestemming;
een geometrisch bepaald vlak, voorzien van de aanduiding 'bijgebouwen' waarop volgens deze regels aan- en uitbouwen, bijgebouwen, overkappingen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, zijn toegestaan;
een vrijstaand gebouw dat zowel qua afmetingen als in functioneel opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
de grens van een bouwvlak;
de begane grond of een verdieping van een gebouw; een onderhuis, zolderverdieping of vliering worden hier niet onder begrepen;
een aaneengesloten stuk grond waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
de grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde zijn toegestaan;
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct of indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die de goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, inbegrepen het daarbij behorend en daaraan ondergeschikt verstrekken van consumpties voor gebruik ter plaatse;
een ondergeschikte toevoeging in de vorm van een op de begane grond en buiten de gevel van een hoofdgebouw uitgebouwd gedeelte van een ruimte, meestal uitgevoerd in glas, metselwerk en/of hout;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten, ruimte vormt;
het doen gebruiken, laten gebruiken en in gebruik geven;
een woning of een ander gebouw met een geluidsgevoelige functie zoals bedoeld in de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder;
woning in een gebouw dat tenminste twee boven elkaar gelegen woningen bevat;
woning waarvan het hoofdgebouw door middel van een aan- of uitbouw verbonden is met een ander hoofdgebouw en waarbij één zijgevel van het hoofdgebouw in de zijdelingse perceelsgrens wordt gebouwd;
voorzieningen in de vorm van de aanplant van struiken en heesters, plantsoenen, parken, etc.;
een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is;
een bedrijf waar hoofdzakelijk overdag en/of in de avonduren dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin logies wordt verstrekt, zoals een café, restaurant, hotel, pension en naar de aard en openingstijden daarmee gelijk te stellen bedrijven, een en ander al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie, met uitzondering van een seksinrichting;
afdekking van een gebouw met een dakhelling van minimaal 15° en maximaal 75°;
een object waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde voor het risico c.q. een risicoafstand tot een risicovolle inrichting is bepaald, die in acht genomen moet worden;
een (gedeelte van een) bouwwerk, waarvan de vloer is gelegen onder peil;
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met tenminste een dak en niet of slechts aan één zijde voorzien van een wand, bestaande wanden van overige gebouwen niet meegerekend;
de kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is;
woning met open binnenplaats, tenminste aan drie zijden met gebouwen omsloten;
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotische/pornografische aard plaatsvinden, waaronder in ieder geval worden verstaan een (raam)prostitutiebedrijf, een erotische massagesalon, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;
een als bijlage bij deze regels behorende en daarvan onderdeel uitmakende lijst van bedrijven en instellingen;
alle zodanige gebouwde bouwwerken, niet zijnde gebouwen, die zijn geplaatst ten gerieve of in het belang van het publiek, ten dienste van het verkeer of ter verfraaiing, zoals lichtmasten, verkeersinstallaties, verkeersborden, standbeelden, monumenten, fonteinen, banken, abri's, hekken en palen;
een woning die onderdeel uitmaakt van een bouwmassa bestaande uit twee hoofdgebouwen;
een gebouw dat als vergroting van een bestaande ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw, welk gebouw door de vorm kan worden onderscheiden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
het doen uitvoeren, laten uitvoeren en in uitvoering geven;
de naar de weg gekeerde gevel van een gebouw welke door gevelindeling als meest representatieve gevel van het gebouw dient te worden aangemerkt;
een denkbeeldige lijn die strak loopt langs de voorgevel van een hoofdgebouw tot aan de perceelsgrenzen;
de lijn die wordt gevormd door de voorgevel van een woning en het verlengde daarvan en die, met uitzondering van overschrijdingen die volgens deze regels zijn of kunnen worden toegestaan, door de bebouwing niet mag worden overschreden.
woning, welke niet door het hoofdgebouw noch middels een aanbouw met een andere woning of ander gebouw verbonden is;
een (gedeelte van een) gebouw, geschikt en bestemd voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden;
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
tussen de zijdelingse grens van het bouwperceel en een bepaald punt van het bouwwerk, waar die afstand het kortst is;
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken, dan wel de harten van de scheidsmuren;
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, de druiplijn, het boeiboord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
tussen de bovenzijde van de vloeren van geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen bouwlagen;
vanaf het peil tot aan de (wieken)as van de windturbine;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken van de voor- en achtergevel van een hoofdgebouw;
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
van het peil tot aan de bovenzijde van de vloer van het ondergrond gelegen (deel van het) gebouw.
Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwonderdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, liftschachten, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouwgrenzen niet meer dan 1 m bedraagt.
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bijbehorende bouwwerken geen gebouwen zijnde, parkeervoorzieningen, paden en overige verhardingen en met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'waterberging' open onverharde verbindingen worden gerealiseerd met een minimale breedte van 9,5 m.
Voor het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
Onder strijdig gebruik wordt ten minste verstaan het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 3.2 onder b en c voor een bouwhoogte tot maximaal 10 m, mits dit stedenbouwkundig aanvaardbaar is.
De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouw zijnde, andere werken en voorzieningen.
Op de als zodanig bestemde gronden mag niet worden gebouwd, met uitzondering van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming, waarvan de bouwhoogte maximaal 2 m1 bedraagt.
Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 4.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken of werkzaamheden:
Uitvoering van de genoemde werken en/of werkzaamheden is in strijd met de bestemming, indien daardoor dan wel door de daaraan (direct of indirect) te verwachten gevolgen een onevenredige aantasting van de waarden van deze gronden kan plaatsvinden. Onder de waarden van deze gronden worden verstaan de natuurlijke en landschappelijke waarde van de gronden als bedoeld in dit artikel.
De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bijbehorende gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde zoals tribunes, tuinen en erven, leidingen, groenvoorzieningen, speelvoorzieningen, water, wateropvang- en infiltratievoorzieningen, parkeervoorzieningen, ontsluitingswegen en paden en overige verhardingen.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde gelden de volgende bepalingen:
Onder strijdig gebruik wordt ten minste verstaan het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 5.1 ten behoeve van een kinderdagverblijf of buitenschoolse opvang, mits:
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bijbehorende bouwwerken, geen gebouw zijnde.
Voor het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, gelden de volgende bepalingen:
De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bijbehorende bouwwerken, geen gebouw zijnde.
Voor het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde gelden de volgende bepalingen:
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bijbehorende bouwwerken, geen gebouw zijnde, viaducten, dammen, duikers, sluizen, steigers en kademuren;
Voor het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, gelden de volgende bepalingen:
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bijbehorende gebouwen, bouwwerken geen gebouw zijnde, tuinen en erven, leidingen, openbare nutsvoorzieningen, water, wateropvang- en infiltratievoorzieningen, parkeervoorzieningen, paden en overige verhardingen.
Voor het bouwen van woningen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van aan- en uitbouwen en bijgebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 9.2.1 onder a ten behoeve van een vermindering van de afstand tot de zijdelingse bouwperceelsgrens met maximaal 1 m, mits dit passend is in het straat- en bebouwingsbeeld.
Onder strijdig gebruik wordt ten minste verstaan het gebruik van bouwwerken voor:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 9.3 onder a voor de uitoefening van een aan huis gebonden bedrijf, mits:
De voor 'Waarde - Archeologie hoog' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de op en/of in deze gronden verwachte hoge archeologische waarden.
Op de voor 'Waarde - Archeologie hoog' aangewezen gronden mag, in afwijking van wat elders in de regels is bepaald, niet worden gebouwd.
Het bouwverbod geldt niet:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 10.2.1 voor het bouwen van bouwwerken ten dienste van de in artikel 10.1 genoemde doeleinden of van een overige aan deze gronden toegekende bestemming, zulks ter beoordeling door de archeoloog, mits:
Het is op of in deze gronden verboden om zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning aanlegactiviteit de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:
De genoemde werken en/of werkzaamheden zijn slechts toelaatbaar, indien en voor zover met een archeologisch onderzoek is vastgesteld dat door die werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen geen onevenredige aantasting van de aanwezige archeologische waarden ontstaat of kan ontstaan.
Indien het niet mogelijk is de door archeologisch onderzoek vastgestelde aanwezige archeologische waarden geheel of gedeeltelijk te behouden, wordt aan de aanlegvergunning het voorschrift verbonden dat voorafgaand aan het uitvoeren van de werken en/of werkzaamheden een archeologische opgraving of archeologische begeleiding zal plaatsvinden.
Er is geen omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden nodig:
Burgemeester en wethouders kunnen, overeenkomstig artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, het plan wijzigen in die zin dat de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie hoog' wordt verwijderd, indien en voor zover met een archeologisch onderzoek is aangetoond dat:
In het geval van strijdigheid van bepalingen gaan de bepalingen van dit artikel vóór de bepalingen die op grond van andere artikelen voor desbetreffende gronden van toepassing zijn.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Onder strijdig gebruik wordt ten minste verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:
Ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone - industrie' mogen, in afwijking van het bepaalde in de bouwregels per bestemming, geen woningen of andere geluidsgevoelige gebouwen worden opgericht of geluidsgevoelige terreinen worden gerealiseerd. Deze bepaling is niet van toepassing indien een hogere grenswaarde voor de geluidsbelasting is vastgesteld, welke is gelegen tussen de 50 en 55 dB(A).
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - gasverdeelstation' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het tegengaan van een te hoog veiligheidsrisico van kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten in verband met het gasverdeelstation.
In afwijking van het bepaalde bij de daar voorkomende bestemmingen mogen geen nieuwe gebouwen worden gebouwd ten behoeve van de in artikel 14.2.1 genoemde functies.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in de artikelen 14.2.1 en 14.2.2 voor het toestaan van de in artikel 14.2.2 genoemde functies en het bouwen van gebouwen ten behoeve van die functies, mits ter plaatse een aanvaardbaar woon- en leefklimaat kan worden gerealiseerd.
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen voor het verwijderen van de aanduiding 'veiligheidszone - gasverdeelstation' mits het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van de betreffende risicovolle inrichting wordt beëindigd.
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - vaarweg' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van een goede en veilige doorvaart van de scheepvaart op de rijksvaarweg, alsmede het in stand houden en beheren van de rijksvaarweg.
Voor vergunningplichtige activiteiten binnen deze vrijwaringszone wordt verwezen naar de Waterwet, het Waterbesluit en de Legger Rijkswaterstaatswerken, zoals deze gelden op het moment van de beslissing op een initiatief door het bevoegd gezag, Rijkswaterstaat, tevens beheerder van de rijksvaarweg.
In afwijking van het bepaalde in de daar voorkomende bestemmingen mogen er binnen de vrijwaringszone geen bouwwerken worden gebouwd met uitzondering van bouwwerken gerelateerd aan of ten behoeve van de rijksvaarweg.
Het bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 14.3.2 ten behoeve van het bouwen van bouwwerken, onder de voorwaarde dat deze op grond van de daar voorkomende bestemmingen zijn toegestaan en belemmeringen worden voorkomen voor:
zulks in overleg met, en na toestemming van, de beheerder van de rijksvaarweg.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van:
Een omgevingsvergunning als bedoeld in 15.1 kan slechts worden verleend, mits:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in de vorm van het aanbrengen van geringe veranderingen in de plaats, ligging en/of afmetingen van bestemmingsgrenzen, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 17.1 indien:
Deze regels kunnen worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Heiakker I'.