direct naar inhoud van Artikel 12 Wonen
Plan: Centrumgebied
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0785.BP2011004Centrum-vg01

Artikel 12 Wonen

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen;
  • b. tuinen, erven en verhardingen;
  • c. water en waterhuishoudkundige voorzieningen, alsmede kunstwerken ten behoeve van waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • d. een parkeerkelder, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - parkeerkelder';
  • e. horeca uit categorie C van de Staat van horeca-activiteiten op de begane grondlaag van de gebouwen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'horeca';
  • f. bedrijven op de begane grondlaag van de gebouwen, voor zover voorkomend in de categorie A of B van de Staat van bedrijfsactiviteiten, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'atelier', met dien verstande, dat ter plaatse van de aanduiding 'atelier' op de begane grondlaag van de gebouwen niet mag worden gewoond;
  • g. een kantoor op de begane grondlaag ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van kantoor - kantoor op de begane grond';

met dien verstande dat:

  • h. de woning en/of daarbij behorende bijgebouwen mogen tevens worden gebruikt voor de uitoefening van een aan huis verbonden beroep, met dien verstande, dat maximaal 30% van het bestaande vloeroppervlak van de woning en/of bijgebouwen tot een oppervlakte van maximaal 60 m², mag worden gebruikt voor de uitoefening van een aan huis verbonden beroep;
  • i. de woning en/of daarbij behorende bijgebouwen mogen tevens worden gebruikt voor de uitoefening van een aan huis verbonden bedrijf, met dien verstande, dat maximaal 30% van het bestaande vloeroppervlak van de woning en/of de bijgebouwen, tot een oppervlakte van maximaal 60 m², mag worden gebruikt voor de uitoefening van een aan huis verbonden bedrijf;
  • j. aangebouwde bijgebouwen mogen worden gebruikt voor wonen;
  • k. ter plaatse van de aanduiding 'garage' uitsluitend garageboxen zijn toegestaan.
12.2 Bouwregels
12.2.1 Algemeen

Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 12.1 omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende regels:

  • a. toegestaan zijn:
    • 1. woningen;
    • 2. daarbij behorende bijgebouwen;
    • 3. garagegeboxen;
    • 4. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • b. buiten het bouwvlak en het gebied ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' mogen geen gebouwen worden gebouwd;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' mag het aantal wooneenheden niet meer bedragen dan is aangegeven;
  • d. ondergronds bouwen is uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak, tot een verticale diepte van maximaal 5 meter, behoudens parkeerkelders.
12.2.2 Hoofdgebouwen

Voor het bouwen van hoofdgebouwen, zijnde woningen, gelden naast het bepaalde in lid 12.2.1 de volgende regels:

  • a. als hoofdgebouw zijn uitsluitend toegestaan:
    • 1. vrijstaande, twee-aaneengebouwde en aaneengebouwde woningen;
    • 2. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'gestapeld': gestapelde woningen;
  • b. woningen zijn uitsluitend toegestaan binnen een bouwvlak;
  • c. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' mag de goothoogte respectievelijk de bouwhoogte van gebouwen niet meer bedragen dan in het bouwvlak is aangegeven;
  • e. de woning dient met de voorgevel in of op een afstand van niet meer dan 2 meter uit het naar de weg gekeerde deel van de begrenzing van het bouwvlak te worden gebouwd.
12.2.3 Bijgebouwen

Voor het bouwen van bijgebouwen gelden naast het bepaalde in lid 12.2.1 de volgende regels:

  • a. bijgebouwen mogen worden gebouwd binnen het bouwvlak of het gebied ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen';
  • b. de gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' mag bij een bouwperceel kleiner dan 150 m² niet meer bedragen dan 50 m²;
  • c. de gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' mag bij een bouwperceel van 150 m² tot 200 m² niet meer bedragen dan 60 m²;
  • d. de gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' mag bij een bouwperceel van 200 m² tot 250 m² niet meer bedragen dan 68 m²;
  • e. de gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' mag bij een bouwperceel van 250 m² tot 500 m² niet meer bedragen dan 75 m²;
  • f. de gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' mag bij een bouwperceel van 500 m² of meer niet meer bedragen dan 100 m²;
  • g. de goothoogte van bijgebouwen en garages mag maximaal 3,25 meter bedragen;
  • h. de bouwhoogte van bijgebouwen en garages mag maximaal 5 meter bedragen.
12.2.4 Carports

Voor het bouwen van een carport gelden naast het bepaalde in lid 12.2.1 de volgende regels:

  • a. de oppervlakte van een carport mag niet meer dan 30 m2 bedragen;
  • b. de carport dient achter (het verlengde van) de voorgevel van de woning te worden gebouwd;
  • c. carports moeten grotendeels worden opgericht naast de zijgevel van de woning;
  • d. op een bouwperceel mag maximaal één carport worden opgericht;
  • e. de bouwhoogte van een carport mag niet meer dan 3,25 meter bedragen.
12.2.5 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt naast het bepaalde in lid 12.2.1 de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 meter bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel niet meer dan 1 meter mag bedragen;
  • b. de bouwhoogte van antenne- en vlaggenmasten mag niet meer dan 5 meter bedragen;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 1,5 meter bedragen.
12.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, wordt in ieder geval gerekend het gebruik van vrijstaande en aangebouwde bijgebouwen als zelfstandige woning en als afhankelijke woonruimte.

12.4 Afwijken van de bouwregels

Erf- en terreinafscheidingen

Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 12.2.5, onder a, voor het toestaan van erf- en terreinafscheidingen met een bouwhoogte van maximaal 2 meter vóór de naar de weg gekeerde gevel, mits:

  • a. dit past binnen het straat- en bebouwingsbeeld van de omgeving;
  • b. dit mogelijk is uit oogpunt van een veilige verkeerssituatie.