direct naar inhoud van 4.5 Externe veiligheid
Plan: Tilburgseweg 153
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0785.BP2010001Brederode-oh01

4.5 Externe veiligheid

Voor externe veiligheid zijn twee typen risico's gedefinieerd, het plaatsgebonden risico en het groepsrisico. Het plaatsgebonden risico is bedoeld voor de bescherming van individuen tegen de kans op overlijden ten gevolge van een ongeval; met gevaarlijke stoffen, het groepsrisico voor de bescherming van (groepen in) de samenleving tegen het ontwrichtende effect van een ramp met een groter aantal slachtoffers.

Het plaatsgebonden risico kan worden weergegeven als een contour op een kaart, die punten van gelijk risico met elkaar verbindt en leent zich daarmee goed voor het vaststellen van een veiligheidszone tussen de risicovolle activiteit en kwetsbare plandelen, zoals woonwijken.

Voor het groepsrisico geldt geen norm maar een oriënterende waarde. Het berekende groepsrisico wordt weergegeven in een curve, waarbij de kans op een ongeval wordt uitgezet tegen het aantal mensen dat daarbij omkomt. In dezelfde grafiek wordt de oriënterende waarde uitgezet. Deze informatie geldt als input bij de invulling van d wettelijke verantwoordingsplicht. Hoe meer curve de oriëntatiewaarde nadert, of zelfs overschrijft, hoe nadrukkelijker de verantwoordingsplicht moet worden uitgewerkt

4.5.1 Plaatsgebonden risico en groepsrisico

Om de externe veiligheidsaspecten vanwege transport over de weg (A58) van gevaarlijke stoffen te beoordelen is gebruikgemaakt van het onderzoek dat in het kader van de planontwikkeling voor Boschkens is opgesteld (Verantwoording Groepsrisico nieuwbouwplan Boschkens, september 2006, DHV). In dit onderzoek is zowel het plangebied Boschkens met 830 geprojecteerde woningen als het omliggende gebied, waaronder het plangebied meegenomen.

Plaatsgebonden risico

In het onderzoek wordt geconcludeerd dat de A58 in 2010 geen PR 10-6 contour heeft. Deze contour blijft binnen de snelweg. Dit betekent dat er voor het plaatsgebonden risico vanwege externe veiligheid geen minimale afstand geldt tussen de bebouwing in het plan en de A58.

Groepsrisico

In 2010 is er ook geen sprake van een overschrijding van de oriëntatiewaarde van het groepsrisico.

Geconcludeerd kan worden dat er op basis van het onderzoek en de afstand tot de A58 vanuit het oogpunt van externe veiligheid vanwege transport van gevaarlijke stoffen geen belemmeringen bestaan voor een goed woon- en leefmilieu.

4.5.2 Besluit externe veiligheid inrichtingen

Het Besluit externe veiligheid inrichtingen (hierna: Bevi) is op 27 oktober 2004 in werking getreden, inclusief de bijbehorende Regeling externe veiligheid inrichtingen. Het Bevi bevat normen voor het risico rondom inrichtingen die gevaar voor de omgeving met zich meebrengen. Sinds de inwerkingtreding van het Bevi vallen ook LPG-tankstations onder de werking van dit besluit. In en om het plangebied zijn geen Bevi-bedrijven aanwezig.

4.5.3 Risicoveroorzakende inrichtingen

In (de omgeving) van het plangebied zijn geen bedrijven gevestigd die onder Besluit risicozware ongevallen in het kader van de Wet milieubeheer vallen. Ook kent het plangebied of de omgeving geen bedrijven waar sprake is van grootschalige opslag gevaarlijke stoffen (CPR 15.2 en 15.3). Het aspect externe veiligheid speelt geen rol bij de verwerkelijking van het onderhavige bestemmingsplan.

4.5.4 Vuurwerk

Op 1 maart 2002 is het Vuurwerkbesluit in werking getreden. Hierin zijn veiligheidsafstanden opgenomen, die moeten worden aangehouden tussen opslagplaatsen voor vuurwerk en kwetsbare objecten (zoals woningen, bedrijfsgebouwen, maar ook winkels, scholen en cafés). Bestaande vuurwerkbedrijven (inclusief detailhandel) kunnen positief worden bestemd, mits aan de veiligheidsafstanden ten opzichte van kwetsbare objecten wordt voldaan. Indien in een bestaande situatie niet wordt voldaan aan de geldende veiligheidsafstand, dient òf een verandering in de inrichting te worden doorgevoerd waardoor dit wel aan de veiligheidsafstand wordt voldaan, òf dient het bedrijf te worden verplaatst. De veiligheidsafstanden worden gemeten vanaf de deuropening van de (buffer)bewaarplaats. Voor bedrijven waar niet meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk wordt opgeslagen, geldt een vaste afstand van 8 meter in voorwaartse richting tot (geprojecteerde) kwetsbare objecten.

Voor bedrijven die meer dan 10.000 kg opslaan, geldt een vaste afstand van 20 meter in voorwaartse richting, indien het uitsluitend verpakt consumentenvuurwerk betreft. Indien er (ook) sprake is van onverpakt vuurwerk, dient een grotere afstand te worden aangehouden, afhankelijk van de hoeveelheid vuurwerk in de bufferbewaarplaats (deze afstand kan oplopen tot 48 meter voorwaarts).

In of in de directe nabijheid van het plangebied zijn geen bedrijven gevestigd die vuurwerk verkopen.