Artikel 19 Algemene aanduidingsregels
19.1 luchtvaartverkeerzone
In aanvulling op hoofdstuk 2 geldt ter plaatse van de aanduiding 'luchtvaartverkeerzone' (met nummer) dat ten behoeve van het obstakelvrije (start- en landings)vlak met zijkanten de bouwhoogte van een bouwwerk in geen enkel opzicht meer mag bedragen dan de hoogte die wordt verkregen door lineaire interpolatie van:
-
a. binnen de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - 4' de hoogtematen van 25 m en 30 m boven NAP;
-
b. binnen de aanduiding 'Iuchtvaartverkeerszone - 5' de hoogtematen van 30 m en 35 m boven NAP;
-
c. binnen de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - 6' de hoogtematen van 35 m en 40 m boven NAP;
-
d. binnen de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - 7' de hoogtematen van 40 m en 45 m boven NAP;
-
e. binnen de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - 8' de hoogtematen van 45 m en 50 m boven NAP;
-
f. binnen de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - 9' de hoogtematen van 50 m en 55 m boven NAP;
-
g. binnen de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - 10' de hoogtematen van 55 m en 56 m boven NAP;
-
h. binnen de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - 11' de hoogtematen van 56 m en 115 boven NAP;
in verband met het beschermingsgebied van in- en uitvliegfunnel van vliegtuigen.
19.2 overig - IHCS - 1
In aanvulling op hoofdstuk 2 geldt ter plaatse van de aanduiding 'overig - IHCS - 1' (met nummer) ten behoeve van het obstakelvrije (start- en landings)vlak met zijkanten een bouwverbod voor gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, met een hogere bouwhoogte dan:
in verband met het beschermingsgebied van in- en uitvliegfunnel van vliegtuigen.
19.3 milieuzone - geluidsgevoelige functie - 2
In aanvulling op hoofdstuk 2 geldt ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'milieuzone - geluidsgevoelige functie - 2', de >35-45 Ke-lijn, de volgende regels:
19.3.1 Bouwregels
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
-
a. woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen mogen uitsluitend nieuw worden gebouwd indien wordt voldaan aan het bepaalde in artikel 5b van het Besluit Geluidsbelasting Grote Luchtvaart;
-
b. woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen mogen uitsluitend nieuw worden gebouwd ter vervanging van bestaande zodanige gebouwen, waarbij wordt voldaan aan het bepaalde in artikel 6 van het Besluit Geluidsbelasting Grote Luchtvaart;
-
c. bestaande woningen, of nog niet bestaande woningen waarvoor de omgevingsvergunning voor het bouwen is verleend, mogen gedeeltelijk worden veranderd of gedeeltelijk worden vernieuwd waarbij moet worden voldaan aan het bepaalde in artikel 10 en 11 van het Besluit Geluidsbelasting Grote Luchtvaart;
-
d. bestaande geluidsgevoelige gebouwen, of nog niet bestaande geluidsgevoelige gebouwen waarvoor de omgevingsvergunning voor het bouwen is verleend, mogen gedeeltelijk worden veranderd of gedeeltelijk worden vernieuwd waarbij moet worden voldaan aan het bepaalde in artikel 12 van het Besluit Geluidsbelasting Grote Luchtvaart.
19.3.2 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en Wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat:
-
a. het bepaalde in artikel 19.3.1 onder a, b, c en d wordt vervangen door onderstaande regels, mits het luchthavenbesluit in werking is getreden:
-
1. woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen mogen uitsluitend nieuw worden gebouwd indien wordt voldaan aan het bepaalde in artikel 6 van het Besluit Militaire Luchthavens;
-
2. bestaande woningen, of nog niet bestaande woningen waarvoor de omgevingsvergunning voor het bouwen is verleend, mogen gedeeltelijk worden veranderd of gedeeltelijk worden vernieuwd waarbij moet worden voldaan aan het bepaalde in artikel 9 van het Besluit Militaire Luchthavens;
-
3. bestaande andere geluidsgevoelige gebouwen, of nog niet bestaande andere geluidsgevoelige gebouwen waarvoor de omgevingsvergunning voor het bouwen is verleend, mogen gedeeltelijk worden veranderd of gedeeltelijk worden vernieuwd waarbij moet worden voldaan aan het bepaalde in artikel 11 van het Besluit Militaire Luchthavens;
-
b. de gebiedsaanduiding "milieuzone - geluidsgevoelige functie - 2" wordt verwijderd, mits:
-
1. het luchtvaartterrein ter plaatse is beƫindigd;
-
c. de gebiedsaanduiding "milieuzone - geluidsgevoelige functie - 2" wordt gewijzigd, mits:
-
1. de geluidsbelasting vanwege een luchtvaartterrein van de gevels van dit geluidsgevoelige object niet hoger zal zijn dan de voorkeursgrenswaarde of een vastgesteld hogere grenswaarde.
19.5 milieuzone - geurzone
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - geurzone' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van het woon- en leefklimaat in verband met een agrarisch bedrijf waarvan de milieu-invloed zich uitstrekt tot binnen de plangrenzen van het bestemmingsplan.
19.6 veiligheidszone - brandstofleiding
-
a. De gronden ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - brandstofleiding' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van de brandstofleiding.
-
b. Ter plaatse van de aanduiding als bedoeld in artikel 19.6 onder a mogen geen gebouwen en bouwerken geen gebouwen zijnde worden opgericht.
-
c. Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in artikel 19.6 onder b voor het bouwen van gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde mits hiervoor instemming is verkregen van het Ministerie van Defensie.
19.7 veiligheidszone - lpg
-
a. De gronden ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - lpg' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van het veiligheidsrisico van kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten vanwege de verkoop van LPG. Het is op deze gronden niet toegestaan kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten op te richten.
-
b. Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 19.7 onder a en de 'veiligheidszone - lpg' verkleinen indien uit nader onderzoek kan worden aangetoond, naar het oordeel van het bevoegd gezag, dat de veiligheidszone kleiner is.
-
c. Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 19.7 onder a en de 'veiligheidszone - lpg' verwijderen mits de betreffende risicovolle inrichting ter plaatse is beƫindigd.
19.8 veiligheidszone - munitie - 3
In aanvulling op hoofdstuk 2 geldt ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - munitie - 3' de volgende regel:
-
a. het is niet toegestaan gebouwen te bouwen met vlies- of gordijngevelconstructies alsmede gebouwen te bouwen met zeer grote glasoppervlakten waarin zich als regel een groot aantal personen bevindt.
-
b. Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde onder a voor het bouwen van gebouwen met grote glasoppervlakten, mits hiervoor instemming is verkregen van het Ministerie van Defensie.
19.9 vrijwaringszone - weg
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'vrijwaringszone - weg' kunnen nieuwe, van het bestemmingsplan afwijkende ontwikkelingen, waaronder de in het plan opgenomen ontheffings- en afwijkingsmogelijkheden worden verstaan, slechts plaatsvinden na overleg met de wegbeheerder.
19.10 monumentale bomen
19.10.1 Bouwregels
Op de gronden gelegen binnen de aanduiding 'monumentale bomen' mag, in afwijking van het bepaalde in de daar voorkomende bestemming(en), niet worden gebouwd.
19.10.2 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 19.10.1 voor zover uit onderzoek (boomeffectanalyse) gebleken is dat de instandhouding van de boom niet wordt bedreigd en nadat ter zake advies is ingewonnen bij een door het bevoegd gezag aan te wijzen onafhankelijke boomdeskundige.
19.10.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
-
a. Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
-
1. het verrichten van handelingen, die de dood of ernstige beschadiging van bomen tot gevolg hebben of kunnen hebben, waaronder in ieder geval:
- het aanbrengen van grond;
- het verrichten van graafwerkzaamheden;
- het verwijderen van takken of wortels;
- het onttrekken van water uit de grond;
- het beschadigen van de stam;
-
2. het aanbrengen van ondergrondse transport-, energie- en telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur op de gronden gelegen binnen de aanduiding 'monumentale bomen';
-
3. het aanbrengen van bestrating op de gronden gelegen binnen de aanduiding 'monumentale bomen'.
-
b. Het onder a vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden, die:
-
1. het normale onderhoud van de gronden rondom de monumentale bomen alsmede het normale onderhoud aan de monumentale bomen betreffen;
-
2. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan met een daarvoor benodigde omgevingsvergunning.
-
c. De werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden als bedoeld onder a zijn slechts toelaatbaar indien door de werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen voor de waardevolle bomen, welke het plan beoogd te beschermen:
-
1. niet onevenredig aantast;
-
2. de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.