direct naar inhoud van Artikel 13 Verkeer
Plan: Gasthuiswaard
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0779.092-VS01

Artikel 13 Verkeer

13.1 Bestemmingsomschrijving
13.1.1 Algemene bestemmingsomschrijving

De voor Verkeer aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wegen en straten;
  • b. voet- en fietspaden;
  • c. bermen en beplanting;
  • d. groenvoorzieningen;
  • e. waterhuishoudkundige doeleinden;
  • f. nutsvoorzieningen;
  • g. parkeervoorzieningen;
  • h. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;

één en ander met de bijbehorende voorzieningen zoals bruggen.

13.2 Bouwregels
13.2.1 Algemeen

Uitsluitend mogen worden opgericht gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die ten dienste staan van deze bestemming.

13.2.2 Gebouwen

Voor gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. er mogen uitsluitend gebouwen in de vorm van nutsgebouwen, telefooncellen en abri's worden gebouwd;
  • b. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 3 m;
  • c. de oppervlakte mag niet meer bedragen dan 15 m².
13.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, in de vorm van lichtmasten, wegbewijzering en verkeersregelinstallaties mag niet meer bedragen dan 12 m;+
  • b. in de directe nabijheid van de aanduiding "verkooppunt motorbrandstoffen" is één reclamezuil toegestaan met een hoogte die niet meer mag bedragen dan 8 m;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 4 m.
13.3 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn ingevolge artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening bevoegd, om ter plaatse van de aanduiding "Wijzigingsbevoegdheid naar bedrijventerrein" de bestemming te wijzigen in "Bedrijventerrein", mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde zijn toegestaan;
  • b. er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het belang van de verkeersveiligheid;
  • c. door middel van een onderzoek naar de waterstaatkundige consequenties dient te worden aangetoond dat het waterbelang voldoende is meegewogen.