Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding
1.2 Plangebied
1.3 Geldende bestemmingsplannen
1.4 Opzet van de toelichting
Hoofdstuk 2 Huidige situatie en (her)ontwikkelingen
2.1 Bestaande ruimtelijke hoofdstructuur
2.2 Ontwikkelingen
Hoofdstuk 3 Beleidskader
3.1 Rijksbeleid
3.2 Provinciaal beleid
3.3 Gemeentelijk beleid
3.4 Conclusie
Hoofdstuk 4 Milieu en duurzaamheid
4.1 Archeologie en cultuurhistorie
4.2 Bodem
4.3 Waterhuishoudkundige aspecten
4.4 Flora en fauna
4.5 Milieuzonering
4.6 Geluidhinder
4.7 Luchtkwaliteit
4.8 Externe veiligheid
4.9 Duurzaamheid
4.10 Conclusie
Hoofdstuk 5 Beschrijving van het plan
5.1 Planvorm
5.2 Toelichting op de bestemmingen
5.2.1 Algemeen
5.2.2 Hoofdstuk 1 Inleidende regels
5.2.3 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
5.2.4 Hoofdstuk 3 Algemene regels
5.2.5 Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels
Hoofdstuk 6 Economische uitvoerbaarheid
Hoofdstuk 7 Maatschappelijke toetsing en overleg
7.1 Maatschappelijke toetsing
7.2 Overleg
Hoofdstuk 8 Overzicht van wijzigingen
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding
De bestemmingsplannen voor het bestaand stedelijk gebied van de gemeente Etten-Leur worden om de 10 jaar geactualiseerd. De bestemmingsplannen voor het plangebied Schoenmakershoek zijn inmiddels al weer 10 jaar oud. Hoewel deze plannen nog een voldoende actueel toetsingskader bieden bij de behandeling van aanvragen om een omgevingsvergunning, dienen deze toch opnieuw opgesteld te worden. Aanleiding hiervoor is het feit dat deze plannen niet zijn opgesteld conform de Standaard voor Vergelijkbare BestemmingsPlannen (SVBP). Daarom zijn deze plannen nog niet digitaal raadpleegbaar. Dit past niet meer in de huidige tijd. Met het oog hierop is het nieuwe bestemmingsplan Schoenmakershoek opgesteld. Dit bestemmingsplan heeft in hoofdzaak een conserverend karakter. Dit betekent dat de bestaande legale situatie en de mogelijkheden die de geldende bestemmingsplannen bieden, uitgangspunt zijn voor de nieuwe bestemming en regeling. Daarnaast heeft het vastgestelde beleid voor huisvesting mantelzorg en huisgebonden beroepen een regeling gekregen in het bestemmingsplan Schoenmakershoek.
1.2 Plangebied
Het plangebied wordt aan de noordzijde begrensd door de Tuindersweg, aan de oostzijde door het plangebied van het bestemmingsplan Schoenmakershoek Oost, aan de zuidzijde door de Lange Brugstraat en aan de westzijde door de Leursehaven. De exacte ligging is weergegeven in figuur 1.
Figuur 1, Ligging plangebied
1.3 Geldende bestemmingsplannen
De gronden in het plangebied zijn gelegen in diverse bestemmingsplannen. In het onderstaande overzicht zijn de geldende bestemmingsplannen opgenomen.
Het nieuwe bestemmingsplan "Schoenmakershoek" voorziet in een actuele regeling waarbij wordt voldaan aan recente wet- en regelgeving.
1.4 Opzet van de toelichting
In deze toelichting worden de uitgangspunten voor het nieuwe bestemmingsplan ‘Schoenmakershoek' weergegeven. De bestaande situatie en de mogelijke herontwikkelingen worden beschreven in hoofdstuk 2. In hoofdstuk 3 wordt ingegaan op de actuele en relevante beleidskaders, doelstellingen en wet- en regelgeving van het rijk, de provincie en de gemeente. Diverse mogelijke randvoorwaarden zoals geluidhinder, bodemverontreiniging en water, komen aan bod in hoofdstuk 4. In hoofdstuk 5 wordt een toelichting gegeven op het juridische deel van het bestemmingsplan, de planregels en planverbeelding. Hoofdstukken 6 en 7 hebben betrekking op de economische uitvoerbaarheid respectievelijk de maatschappelijke toetsing en het overleg zoals bedoeld in het Besluit ruimtelijke ordening. In de fase van vaststelling van het bestemmingsplan zal hoofdstuk 8 worden ingevuld.
Hoofdstuk 2 Huidige situatie en (her)ontwikkelingen
Het bestemmingsplan is gebaseerd op de feitelijke situatie. Met het oog hierop is het plangebied geïnventariseerd en geanalyseerd. In dit hoofdstuk wordt de ruimtelijke en functionele opbouw van het plangebied en de huidige kwaliteiten beschreven. Verder worden ontwikkellocaties beschreven. De beleidsmatige uitgangspunten worden hoofdstuk 3 beschreven.
2.1 Bestaande ruimtelijke hoofdstructuur
Stedenbouwkundige structuur
Schoenmakershoek is de meest recente grote woonwijk van Etten-Leur. De woonwijk is nog niet gereed. Dit bestemmingsplan gaat over het gerealiseerde deel van de woonijk. De stedenbouwkundige hoofdstructuur is in figuur 2 weergegeven. Belangrijke structuurdragers zijn de historische bebouwing langs de Lange Brugstraat, de Leurse Haven, de overgang naar het landelijk gebied, het Schoenmakerspark, drie lanen met de zichtlijnen op de Petruskerk (noord-zuid richting), het pand 'De Ster' en de molen 'De Lelie' (oost-west richting). Binnen de wijk zijn vier deelgebieden te herkennen.
Figuur 2, Stedenbouwkundige hoofdstructuur
De Lange Brugstraat
De Lange Brugstraat vormt samen met de Korte Brugstraat en de Leurse Haven het historisch centrum van de kern Leur. Op het kruispunt van de Leurse Haven en de beide Brugstraten ligt het centrum van de kern. Vanuit dit centrum heeft het dorp zich in de loop der tijd verder ontwikkeld.
Foto 1, Lange Brugstraat
De Lange Brugstraat laat zich ruimtelijk opdelen in een westelijk en oostelijk deel. De panden langs de westzijde zijn aaneengebouwd. De panden zijn individuele herkenbaar door de architectuur, materiaalgebruik, gevelindeling en kleine verspringingen. Ook de verschillende dakvormen dragen daaraan bij. Het oostelijk deel van de Lange Brugstraat vormt van oorsprong een geleidelijke overgang naar het buitengebied. De bebouwingsdichtheid was in oorsprong minder intenstief. Een deel van de panden was voorheen boerderij. De overige panden zijn veel kleiner dan de panden in het overig deel van de Lange Brugstraat. De panden hebben eigen identiteit qua massa, materiaalgebruik en kapvorm. In de afgelopen jaren zijn open ruimten met woningen bebouwd.
De Dorpstuinen (tussen Lange Brugstraat en Muldersweg)
De Dorpstuinen sluiten aan op de kavels van de Lange Brugstraat. De woonwijk sluit aan de historische kavellijnen. Het zuidelijk deel van de Dorpstuinen kent vrij dichte bebouwing, woningen met kap en voorzieningen aan de westzijde. Het noordelijk deel kent hoven met binnen en buitenranden. Elk hof heeft een eigen groene kern. Het westelijk hof bestaat uit appartementen. De andere hoven uit grondgebonden woningen.
Foto's 2 en 3 impressie bebouwing in Dorpstuinen, Schoenmakerspark en
Schoenmakerspark (tussen Muldersweg en Landjuweel)
Schoenmakerspark is een centraal element in de wijk. Qua opzet is Schoenmakerspark smal aan de zijde van de Donkerstraat en breed aan de zijde van de haven. Schoenmakerspark is een doe-park, uitnodigend en open. Voorzieningen voor jong en oud zijn aanwezig, zoals een ruim speelveld maar ook rustige zitjes. Het water in het park dient als retentievoorziening voor de gehele wijk.
Aan de randen van het park wordt gewoond, samen met de openheid in het park zorgt dit voor sociale controle.
De Buitentuinen (tussen Landjuweel en Tuindersweg)
In het noorden van de wijk liggen “De Buitentuinen”. Dit deel bestaat uit verschillende woonbuurtjes. Tussen de woonbuurtjes liggen drie lanen, de Hubertuslaan, Schutsgildelaan en de Busschieterslaan. Deze lanen zijn gericht op de Petruskerk; vanuit dit deel van de wijk is de kerk een duidelijk herkenningspunt in de kern van Leur. De zichtlijn op de Petruskerk versterkt de verbondenheid met de kern Leur, maar maakt het tevens mogelijk vanuit de wijk het omringend buitengebied te beleven.
De lanen zijn breed en hebben een rechte structuur. Vanuit de lanen worden de aangrenzende woonbuurtjes ontsloten. Elk woonbuurtje heeft een eigen herkenbare indeling en oriëntatie.
De noordrand vormt de overgang naar het landelijk gebied. De bebouwing langs Schoenmakerspark vormt een een front met het water. De westzijde maakt onderdeel uit van zone langs de Leurse Haven.
Foto 4 impressie lanen
Groenstructuur
De groenstructuur van de wijk word in grote mate bepaald door de aanwezigheid van het Schoenmakerspark, dit park is een centraal element in de wijk. Ook de Leurse Haven met de groen ingerichte oever en de verschillende lanen zoals de Hubertuslaan, Schutsgildelaan en de Busschieterslaan zijn belangrijke structuurdragers voor de in wijk aanwezige groenstructuur. Naast de genoemde structuurdragers komen er ook overige, kleinschalige, groenelementen zoals groenstroken en plantsoenen en speelgelegenheden in het plangebied voor. In figuur 3 is de groenstructuur opgenomen.
Figuur 3, Groenstructuur
Verkeersstructuur
Wegen
Bij het ontwerpen van de woonwijk Schoenmakershoek is er uitgegaan van een verkeersveilige woonwijk. Alle wegen in wijk zijn gelijkwaardig en zijn volgens het principe Duurzaam Veilig als 30 km/zone ingericht. De wegen zijn voornamelijk bedoeld voor de interne verkeersafwikkeling. Op basis van het Gemeentelijk Verkeers- en Vervoersplan zijn deze wegen als erftoegangswegen gecategoriseerd.
Aan de rand van de wijk is ligt de Tuindersweg, deze weg heeft, als enige weg binnen het plangebied, een verzamelfunctie en is gecategoriseerd als een gebiedsontsluitingsweg. De Tuindersweg kent een snelheidsregime van 50 km/uur. De Lange Brugstraat wordt heringericht tot 30 km weg.
Figuur 4, Wegenstructuur
Fiets- en wandelpaden
Volgens het principe Duurzaam Veilig maken fietsers en automobilisten bij erftoegangswegen van dezelfde rijbaan gebruik. Alle wegen kennen een eigen ruimte voor de voetgangers. In Schoenmakerspark, langs de haven en de Tuindersweg zijn vrijliggende fietspaden.
Parkeervoorzieningen
Het parkeren is per straat en woningtype verschillend opgelost. Er zijn straten/woningen waar het parkeren volledig op het openbaar gebied wordt afgewenteld (gegroepeerde openbare parkeergelegenheden), bij andere straten/woningen wordt het parkeren op eigen terrein opgelost. Uiteraard komen er ook verschillende mengvormen voor. De gehanteerde parkeernorm varieert per type woning. Aan de westzijde van de wijk zijn twee grote parkeerterreinen aanwezig:
• parkeerterrein Bierdragerspad, Turfschip (vrij parkeren t.b.v. het Turfschip);
• parkeerterrein Gruiterstraat (vrij parkeren t.b.v. het Turfschip en de brede school).
Er zijn op dit moment bij de gemeente geen parkeerproblemen in de wijk bekend.
Openbaar vervoer
De wijk wordt op dit moment door middel van de streekbus (lijn 316) over de Tuindersweg ontsloten. Verder wordt op dit moment het Turfschip, de Landmanweg en de Lange Brugstraat door de buurtbus (lijn 215/216) ontsloten.
Functionele structuur
Wonen
Het plangebied heeft hoofdzakelijk een woonfunctie. De woningen bestaan hoofdzakelijk uit grondgebonden woningen. Er zijn zowel aangebouwde als twee-aan-een, geschakelde, vrijstaande en patiowoningen aanwezig. Ten noordwesten van het plangebied, aan de Leurse Dijk en aan de Muldersweg/ Barbierstraat/ Schipperstraat/ Leurse Dijk komen appartementgebouwen voor. Op de hoek Barbierstraat/ Schipperstraat is een voorziening voor de huisvesting van demente ouderen. In de panden Lange Brugstraat 19, 21 en 23 worden kamers verhuurd.
|
Figuur 5, Functionele structuur
|
Winkels, horeca en bedrijven
De Lange Brugstraat kent oudsher verschillende functies. De laatste jaren heeft de woonfunctie de overhand heeft gekregen. Binnen het plangebied zijn er nabij het centrum nog drie horecapnden. Winkels, verzorgende ambachten en persoonljke dienstverlening vind je vooral aan de Geerkade en Havenkom. Aan de Lange Brugstraat is verder nog een kantoor en een antiquair aanwezig.
Overige voorzieningen
De woonwijk Schoenmakershoek heeft een brede school De Pijler, bestaande uit twee basisscholen (De Pontus en De Leest), peuter, buitenschoolse opvang en kinderdagverblijf. Het pand staat aan de Gruiterstraat.
Ten westen van de school staat aan de haven een multifunctioneelcentrum aanwezig. Dit centrum bestaat grandcafé, diverse vergader- en zaalruimten (waaronder een theaterruimte), een sportzaal en hotelkamers.
Het centrum heeft ook een wijkfunctie en diverse verenigingen maken van het centrum gebruik. De gemeente heeft hierover afspraken met eigenaar en exploitant. Verder wordt het centrum benut voor lokale en regionale activiteiten. Het gebruik voor zware horeca is uitgesloten.
Aan de Lange Brugstraat 61 is een klein natuurmuseum gevestigd. Op het adres Brouwerstraat 1 heeft het Gilde St. Hubertus een gildehuis met buitenschietbaan (kruisboog).
2.2 Ontwikkelingen
De wijk Schoenmakershoek is grotendeels gerealiseerd. De laatste projecten zijn in aanbouw of vergund
(76 appartementen aan de Leurse Dijk/Muldersweg, 24 woningen aan de Leurse Dijk, 8 patiowoningen aan de Herbergierstraat/Patronaatstraat). Aan de Gildebroederstraat is nog een bouwkavel onbebouwd.
Aan weerszijden van het pand Lange Brugstraat 81 kunnen nog twee vrijstaande woningen worden gebouwd.
Daarnaast zijn er drie ontwikkellocaties die afzonderlijk worden beschreven.
Bierdragerspad
De achtertuinen van de panden Lange Brugstraat 27 en 29 zijn opgenomen in een wijzigingsgebied. Deze achtertuinen grenzen aan het Bierdragerspad. In het bestemmingsplan "Centrum Leur" was hiervoor al een wijzigingsregeling opgenomen. De regeling maakt de bouw van twee vrijstaande woningen mogelijk. In het voorliggende bestemmingsplan wordt deze regeling (wijzigingsgebied 1) overgenomen.
Lange Brugstraat 53
Het pand Lange Brugstraat 53 is momenteel als antiekhandel met werkplaats in gebruik. Het pand loopt door tot aan het parkeerterrein aan de Gruiterstraat. Aan de oostzijde grenst het pand aan het pleintje aan de Patronaatstraat. Tot de antiekhandel hoort een erf tussen Lange Brugstraat 57 en 61.
Gehele of gedeeltelijke beëindiging van de bedrijfsfunctie draagt bij aan de verbetering van de leefomgeving. Het nieuwe bestemmingsplan 'Schoenmakershoek' biedt via wijzigingsregels ruimte voor herontwikkeling. Wijzigingsgebied 2 geldt voor het achterterrein. Onder voorwaarden kan de bestemming worden gewijzigd voor de bouw van vijf woningen. Op het onbebouwde deel tussen Lange Brugstraat 57 en 61 kan een vrijstaande woning gebouwd worden. De gronden aan de Lange Brugstraat zijn opgenomen in wijzigingsgebied 3. Ter hoogte van het pand is de bouw van een tweekapper mogelijk. Een van de voorwaarden is dat op eigen terrein kan worden geparkeerd.
Lange Brugstraat 77
Het perceel Lange Brugstraat 77 kent een voormalige boerderij. Op het erf staat langs de weg een Vlaamse schuur. In het bestemmingsplan "1e partiële herziening Bestemmingsplan Schoenmakershoek" is bepaald dat met toepassing van een wijzigingsregeling de schuur kan worden omgebouwd tot woning mits de karakteristieke waarden worden behouden. Uit onderzoek blijkt dat de toestand van de schuur slecht is en verbouwing met behoud van de karakteristieke waarden economisch niet haalbaar is. Om op termijn op deze locatie toch nieuwbouw te kunnen realiseren, wordt in het nieuwe bestemmingsplan "Schoenmakershoek" een wijzigingsregeling voor de bouw van een vrijstaande woning opgenomen (wijzigingsgebied 4).
De achtertuin van Lange Brugstraat 77 loopt door tot de Herbergierstraat. In het nieuwe plan wordt via wijziging de bouw van twee vrijstaande woningen (wijzigingsgebied 5) mogelijk gemaakt. In het bestemmingsplan "1e partiële herziening bestemmingsplan Schoenmakershoek" lag de achtertuin deels binnen de bestemming "Uit te werken woondoeleinden". Dit bestaand recht wordt gecontinueerd.
Hoofdstuk 3 Beleidskader
In dit hoofdstuk wordt ingegaan op beleidsdoelstelling van rijk, provincie en gemeente dat relevant is voor het bestemmingsplan 'Schoenmakershoek Dit plan heeft vooral een conserverend karakter. De beschrijving van het beleid blijft beperkt die van invloed zijn op het actueel maken van de regeling.
3.1 Rijksbeleid
Wet Ruimtelijke Ordening
De Wet ruimtelijke ordening (Wro) verplicht gemeenten om eens in de tien jaar de bestemmingsplannen te herzien en opnieuw vast te stellen. Deze plannen moeten digitaal beschikbaar zijn. Wijziging, uitwisseling, vergelijking, monitoring en toetsing van digitale bestemmingsplannen is technisch vele malen eenvoudiger dan bestemmingsplannen in papieren vorm.
Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR)
Op 13 maart 2012 heeft de Minister van Infrastructuur en Ruimte de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) ‘Nederland concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig’ vastgesteld. De SVIR vormt de nieuwe rijksstructuurvisie voor de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland tot 2028, met een doorkijk naar 2040.
Op het gebied van verstedelijking geldt de ladder voor duurzame verstedelijking (gebaseerd op de ‘SER-ladder’). In het Besluit ruimtelijke ordening is de toepassing van de ladder vastgesteld. Het uitgangspunt is dat toenemende ruimtebehoefte in beginsel wordt opgevangen in het bestaand stedelijk gebied. Op deze manier kan verder ruimtebeslag elders zo veel mogelijk worden voorkomen.
3.2 Provinciaal beleid
Structuurvisie ruimtelijke ordening provincie Noord-Brabant
Op provinciaal niveau is een samenhangend beleid op het gebied van ruimte, milieu, verkeer en vervoer en water vastgelegd in de Structuurvisie Ruimtelijke Ordening Noord-Brabant. De structuurvisie wordt periodiek herzien, deze laatste keer 7 februari 2014. De provincie kiest voor een duurzame ontwikkeling waarin de kwaliteiten van de provincie sturend zijn bij de ruimtelijke keuzes die de komende jaren op de provincie afkomen. Het bundelen van de verstedelijking is een van de speerpunten Woningbouw, werklocaties, voorzieningen worden ontwikkeld in stedelijke concentratiegebieden (bestaand stedelijk gebied van de grotere kernen). Alleen als inbreiding of transformatie niet mogelijk is, kan een beroep worden gedaan op ruimte buiten deze gebieden. Het plangebied Schoenmakershoek ligt binnen een stedelijk concentratiegebied.
Zorgvuldig ruimtegebruik en aandacht voor ruimtelijke kwaliteit zijn bij een nieuwe invulling maatgevend.
Verordening Ruimte Noord-Brabant
De Verordening Ruimte is één van de uitvoeringsinstrumenten voor de provincie om haar doelen te realiseren. In de verordening vertaalt de provincie de kaderstellende elementen uit het provinciaal beleid in regels die van toepassing zijn op (gemeentelijke) bestemmingsplannen. De voor dit plan van belang zijnde elementen zijn hiervoor beschreven.
Regionaal beleid
Op regionaal niveau zijn afspraken gemaakt over het aantal te bouwen woningen in de periode tot 2020.
Etten-Leur mag ca. 780 nieuwe woningen toevoegen. De in aanbouw zijnde woningen in de woonwijk maken onderdeel van het programma. Bij de toepassing van de diverse wijzigingsregelingen wordt bepaald of medewerking past binnen het programma.
3.3 Gemeentelijk beleid
Structuurvisie Plus, Etten-Leur in Bloei 2020
Op 23 mei 2005 heeft de gemeenteraad de Structuurvisie Plus 2020 vastgesteld. In deze visie is op hoofdlijnen de ruimtelijke ontwikkeling van de gemeente Etten-Leur vastgesteld. De wijk Schoenmakershoek is als ontwikkellocatie in dit plan opgenomen. Een herijking van deze visie vindt in 2015 plaats. De herijking neemt de bestaande situatie als uitgangspunt.
Woonvisie Etten-Leur 2007-2015
Op 25 juni 2007 heeft de gemeenteraad de Woonvisie Etten-leur 2007-2015 vastgesteld. De visie pleitte voor extra aandacht voor de geschikte huisvesting voor senioren en starters. Verder bevatte de visie een verdeling naar financieringscategorieën. Het woningbouwporgramma voor de woonwijk Schoenmakershoek werd voorafgaand aan de woonvisie vast gesteld. In de wijk zijn verhoudingsgewijs veel dure woningen en weinig goedkope en middeldure woningen. De woningdifferentiatie in deze wijk is 22% goedkoop - 22% middelduur - 56% duur.
Beleidsnotitie Huisvesting mantelzorg gemeente Etten-Leur
Op 1 november 2014 trad het nieuwe Besluit omgevingsrecht (Bor) in werking. Dit besluit bevat regels voor mantelzorg. Op 14 juli 2009 stelde de gemeenteraad de beleidsnotitie ‘huisvesting mantelzorg gemeente Etten-Leur’ vast. Deze notitie bevat regels voor de huisvesting voor mantelzorg bij woningen. Naast huisvesting in permanente aan-, uit- of bijgebouwen biedt de notitie ook de mogelijkheid tot het plaatsen van een tijdelijke woonunit. Aan deze afwijking hangt de voorwaarde dat indien de mantelzorg ten einde is een en ander weer terug gebracht moet worden conform het bestemmingsplan. Ofschoon de regeling in het Bor qua strekking ruimer is, blijven de beleidsnotitie aanvullend van toepassing.
Beleidsregel Aan huisgebonden beroepen
Bestemmingsplannen kennen al een (ruime) regeling voor aan-huis-gebonden beroepen en bedrijven. Uit de praktijk blijkt dat er soms onduidelijkheid bestaat over welke beroepen of bedrijven nu rechtstreeks toestaan zijn. Om discussies te voorkomen, hebben burgemeester en wethouders op 16 maart 2010 de beleidsregel 'aan-huis-gebonden beroepen en bedrijven' vastgesteld. Deze beleidsregel is op 22 maart 2010 in werking getreden. Deze beleidsregel is integraal als bijlage bij de toelichting opgenomen.
Kantorenvisie 2013-2018
De gemeenteraad stelde op 2 april 2013 een nieuwe Kantorenvisie vast. De visie heeft primair betrekking op zelfstandige kantoorpanden. Het aanbod overtreft de vraag. Het beleid is erop gericht om het aanbod te beperken door aan leegstaande kantoorpanden een andere bestemming te geven en zeer selectief nieuwbouw toe te staan. Binnen het plangebied Schoenmakershoek bevinden zich geen zelfstandige kantoorpanden. De meeste kantooractiviteiten vinden aan huis plaats. Alleen aan de Geerkade en Havenkom kan een zelfstandig kantoor worden gevestigd; het bedrijfsvloeroppervlak is beperkt tot 150 m².
Ruimtelijke structuurvisie detailhandel en horeca
Het vestigingsbeleid voor detailhandel en horeca is beschreven de Structuurvisie detailhandel en horeca (2007). In het Sociaal economisch beleidsplan is dit beleid bevestigd. De visie strekt tot 2015. Een herijking van het beleid vindt plaats in het kader van de algemene structuurvisie.
Op het gebied van detailhandel geldt als uitgangspunt dat de inwoners van Etten-Leur op korte afstand van de woning over een kwalitatief goed dagelijkse boodschappen aanbod kunnen voorzien. De bewoners van de wijk Schoenmakershoek zijn aangewezen op het Van Bergenplein-Geerkade-Havenkom. Dit wijkcentrum kent een divers aanbod voor dagelijkse boodschappen waaronder twee supermarkten. Binnen plangebied zijn de winkelpanden aan Geerkade en Havenkom opgenomen. Verder is in het plangebied slechts een winkel in de vorm van antiekhandel aanwezig. De regeling in het bestemmingsplan is afgestemd op bestaand gebruik; In het bestemmingsplan is geen rekening gehouden met uitbreiding van het winkelaanbod. De vestiging van grootschalige detailhandel of nieuwe supermarkt is uitgesloten. Beide winkelformules passen ter plekke niet binnen het beleid.
Het beleid voor de horeca is eveneens gericht op concentratie rondom het wijkcentrum. Binnen het plangebied zijn drie horecavestigingen aan de Lange Brugstraat aanwezig en het multifunctioneel centrum Het Turfschip aan de Leurse Dijk-Schipperstraat. Het multifunctioneel centrum bevat een grand café, zalen en hotelkamers. Het gebruik van het centrum voor zelfstandige horeca is toegestaan met uitzondering van de sporthal. Binnen deze ruimte is de horeca ondergeschikt aan het hoofdgebruik. Het houden van beurzen, tentoonstellingen en shows is toegestaan maar de omvang is gelimiteerd; detailhandel heeft daarbij een ondergeschikt karakter.
Aan de Geerkade en Havenkom is nieuwvestiging in de vorm van winkelondersteunende horeca mogelijk (afwijkingsregeling).
Evenementenbeleid 2015 Samen een bruisend Etten-Leur
De gemeente beschikt over een afzonderlijk beleidskader voor de toets van openlucht evenementen. Etten-Leur is een aantrekkelijke gemeente om te recreëren en veilige , prettige en gezonde omgeving om in te wonen. Een goede balans is nodig om aan beide aspecten te kunnen voldoen. Per locatie is bepaald hoeveel evenementen mogen plaatsvinden en welke regels in acht moeten worden gehouden. De evenementen zijn naar categorie ingedeeld en per locatie is bepaald hoe vaak evenementen mogen plaats vinden.
Het plangebied Schoenmakershoek maakt onderdeel van de locatie Etten-Leur Noord. De concentratie ligt op het Van Bergenplein, het gebied rondom de Leurse Haven, de Lange Brugstraat en Schoenmakerspark.
In de tabel op de volgende pagina is bepaald welke categorieën zijn toegestaan.
Categorie
|
Omschrijving op hoofdlijnen
|
Maximaal toegestaan
|
Categorie A
|
Evenementen met nagenoeg geen neveneffecten
|
Onbeperkt
|
Categorie B
|
Evenementen met beperkte neveneffecten
|
Onbeperkt
|
Categorie C
|
Evenementen met omvangrijke neveneffecten
|
3 keer per kalenderjaar
Schoenmakerspark 1 keer per kalenderjaar
|
Categorie D
|
Circussen, stuntshows en kermissen
|
circus, stuntshow: geen
kermis: 1 keer
|
Categorie E
|
Markten
1. Rommelmarkten
2. Themamarkten
3. Wintermarkten
|
twee keer per kalenderjaar
twee keer per kalenderjaar
1 keer per kalenderjaar
|
Gemeentelijk verkeers- en vervoersplan 2014-2018
De gemeenteraad stelde op 16 december 2013 het Gemeentelijk Verkeers- en Vervoers Plan ((GVVP) vast. In dit plan zijn opnieuw de wegen voor de hoofdwegenstructuur benoemd, waaronder de Tuindersweg en de Donkerstraat. Alle andere wegen in de wijk Schoenmakershoek zijn aangewezen als erftoegangsweg. De inrichting van wegen wordt afgestemd op de inrichtingseisen volgens Duurzaam Veilig. In het GVVP is ook het parkeerbeleid verwoord; de normen worden afgestemd op kengetallen van het CROW.
Milieuvisie 2010-2020
De Milieuvisie is op 13 juli 2010 door de gemeenteraad vastgesteld. Deze visie formuleert onder meer een aantal ambities, doelstellingen en uitgangspunten met betrekking tot milieu en duurzame ontwikkeling. Eén daarvan is de integratie van milieubeleid met ruimtelijk beleid. In hoofdstuk 4 worden bodem, water, flora en fauna, milieuzonering, geluidhinder, luchtkwaliteit, externe veiligheid en duurzaamheid voor dit plan uitgewerkt. Op het gebied van externe veiligheid zijn de doelstellingen uit de Beleidsvisie externe veiligheid (15 december 2008) relevant.
Verbreed Gemeentelijk rioleringsplan 2014-2018.
Op 29 oktober 2013 heeft de gemeenteraad het Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2014-2018 vastgesteld. Hierin wordt beschreven op welke wijze er invulling wordt gegeven aan de zorgtaken voor afvalwater, hemelwater en grondwater. De afgelopen jaren is er intensief gewerkt aan de verbetering van de riolering in Etten-Leur. Het accent verschuift daardoor de komende tijd van aanleg en verbetering naar het in stand houden van de riolering.
Groenbeleidsnota
Op 3 december 2013 heeft de gemeenteraad de Groenbeleidsnota 2013-2018 vastgesteld.
De Groenbeleidsnota zet in op het beschermen en versterken van het openbaar groen in bestaand stedelijk gebied. De nota vormt een integraal beleidskader voor de stedelijke groenstructuur. De nota kent toetsingskaders voor nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen. Een integrale afweging zorgt voor behoud van het groene karakter van Etten-Leur. Als absolute ondergrens voor de norm openbaar groen geldt gemiddeld 80 m² per woning. De wijk Schoenmakershoek voldoet aan deze norm.
3.4 Conclusie
Het beleid is meegenomen in de vertaling van de bestemmingen in het nieuwe bestemmingsplan rekening houdend met bestaande rechten (het bestemmingsplan heeft een conserverend karakter).
Hoofdstuk 4 Milieu en duurzaamheid
In dit hoofdstuk komen de onderwerpen met betrekking tot de kwaliteit van de leefomgeving aan de orde die van belang zijn voor de herziening van het plangebied 'Schoenmakershoek'.
4.1 Archeologie en cultuurhistorie
Archeologie
In Europees verband is het zogenaamde Verdrag van Malta tot stand gekomen. Uitgangspunt van dit verdrag is het archeologisch erfgoed zo veel mogelijk te behouden. Bij het ontwikkelen van ruimtelijk beleid moet het archeologisch belang vanaf het begin meewegen in de besluitvorming. Om dit te laten plaatsvinden wordt naast de in ontwikkeling zijnde regelgeving en beleid een economische factor toegevoegd. De kosten voor het zorgvuldig omgaan met het bodemarchief, dus de kosten voor inventarisatie, (voor)onderzoeken, bodemonderzoek en documentatie, worden door de initiatiefnemer betaald. Archeologie wordt een vast onderdeel van de planvoorbereiding van ingrepen in en om de bodem. Plannen worden getoetst aan het belang van het behoud van het archeologisch erfgoed en de consequenties voor het archeologisch bodemarchief worden nagegaan. Op 1 september 2007 is de Wet op de Archeologische Monumentenzorg van kracht geworden. Hiermee worden de uitgangspunten van het Verdrag van Malta binnen de Nederlandse wetgeving geïmplementeerd. De eigen rol van de overheden is daarmee officieel. Gemeenten moeten rekening houden met archeologie bij nieuwe bestemmingsplannen.
Op 11 oktober 2010 heeft de gemeenteraad een actualisatie van het archeologiebeleid, de archeologische beleidskaart en de erfgoedverordening vastgesteld. De beleidskaart is gebaseerd op de laatste archeologische stand van zaken en de actuele inzichten over dit onderwerp. De beleidskaart is leidend voor lokale projecten.
Volgens de archeologische beleidskaart komen in het plangebied de volgende beleidsgebieden voor:
|
|
figuur 6, aanwezige archeologische waarde
|
|
De verschillende archeologische beleidsgebieden zijn op basis van het geldend beleid ten aanzien van bodemingrepen vertaald naar de dubbelbestemming “Waarde-Archeologie” met het bijbehorende beschermingsregime.
Monumenten en karakteristieke panden
Binnen het plangebied zijn 4 rijks- en 15 gemeentelijke monumenten aanwezig. Al deze panden zijn aan, of in de nabijheid van de Lange Brugstraat gelegen (ze tabel).
Adres
|
Rijks-
monument
|
Gemeente monument
|
Lange Brugstraat 3
|
|
o
|
Lange Brugstraat 5
|
|
o
|
Lange Brugstraat 7
|
|
o
|
Lange Brugstraat 9
|
|
o
|
Lange Brugstraat 11
|
|
o
|
Lange Brugstraat 13
|
|
o
|
Lange Brugstraat 23
|
|
o
|
Lange Brugstraat 25/25a
|
|
o
|
Lange Brugstraat 27
|
|
o
|
Lange Brugstraat 31
|
o
|
|
Lange Brugstraat 33
|
o
|
|
Lange Brugstraat 35
|
|
o
|
Lange Brugstraat 37
|
|
o
|
Lange Brugstraat 49/49a
|
|
o
|
Lange Brugstraat 63
|
|
o
|
Lange Brugstraat 87
|
o
|
|
Lange Brugstraat 89
|
o
|
|
Brouwerstraat 1
|
|
o
|
Het behoud van rijks- en gemeentelijke monumenten wordt gewaarborgd door het vergunningenstelsel op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en de Monumentenwet 1988. Het is niet nodig om hiervoor nog een extra regeling in het bestemmingsplan op te nemen.
Molenbiotoop Molen de Lelie
Net buiten het plangebied staat aan de Geerkade de molen De Lelie. De molen is een ronde stenen (herbouwde) stellingmolen die dienst dpet als korenmolen. Om de werking van de molen te garanderen is een goede windvang nodig. Rondom de molen geldt een molenbiotoop. Binnen deze biotoop gelden beperkingen voor de bouwhoogte. In overleg met de eigenaar van de molen zijn de bouwhoogtes voor de nieuwbouw bepaald. De bestaande hoogtes van de bebouwing zijn opgenomen op de planverbeelding.
Conclusie
In het bestemmingsplan is rekening gehouden met regeling archeologie en molenbiotoop.
4.2 Bodem
Bodemkwaliteit
De woningen en andere gebouwen en in het plangebied zijn grotendeels gebouwd vanaf 2005. Daarvoor was het grootste gedeelte van het plangebied in gebruik voor agrarische doeleinden. Ten behoeve van de ontwikkeling van het plan Schoenmakershoek zijn vele bodemonderzoeken uitgevoerd. Uit die onderzoeken blijkt dat de bodem over het algemeen geschikt is om te dienen als woongebied. Waar dat niet het geval was, is de bodem gesaneerd.
Uitzondering hierop vormt de bebouwing langs de Lange Brugstraat. Deze lintbebouwing behoort voor een groot deel tot de historische bebouwing van Leur. Die bebouwing dateert van (ruim) voor 1950. Plaatselijk heeft daar wel bodemonderzoek plaatsgevonden in verband met verwerving van grond door de gemeente en of nieuwbouw op een enkele locatie.
De woningen langs de Lange Brugstraat zijn dus grotendeels gebouwd in een periode dat het nog niet gebruikelijk was om bodemonderzoeken uit te voeren. De ervaring leert dat het niet ongebruikelijk is dat de bovengrond dicht nabij historische bebouwing plaatselijk verontreinigd is met zware metalen en PAK. Zolang er geen fysieke contactmogelijkheden zijn is er geen gevaar voor de volksgezondheid.
De bodemkwaliteit in Etten-Leur is vastgelegd in het rapport “Bodemkwaliteitskaart regio Brabant” (oktober 2012). De bovengrond (0-0.5 m-mv) van het plangebied is ingedeeld in zone 2. Dat betekent dat de achtergrondwaarde in het gebied voldoet aan kwaliteitsklasse “Wonen”. De ondergrond (0.5-2.0 m-mv) is ingedeeld in zone 5 en voldoet aan kwaliteitsklasse “AW2000” (‘schone grond’).
Wettelijk is bepaald dat een vergunningplichtig bouwwerk niet mag worden gebouwd op een zodanig verontreinigd terrein dat er schade of gevaar is te verwachten voor de gezondheid van de gebruikers of het milieu. Bij relevante nieuwbouw zal voorafgaand aan het verlenen van de omgevingsvergunning moeten worden aangetoond dat de bodem schoon is. Het bestemmingsplan heeft een everwegend conserverend karakter. De locaties waar ontwikkelingen zijn voorzien, zijn al eerder in het kader van dat bestemmingsplan onderzocht. Voor de wijzigingsgebieden zijn voorwaarden m.b.t. de bodemkwaliteit in de regels opgenomen.
Bodemenergiesystemen
In het nieuwe deel van de wijk Schoenmakershoek is rekening gehouden met duurzaam bouwen. Dat komt enerzijds tot uitdrukking in de stedenbouwkundige opzet van de wijk en anderzijds in het gebruik van warmtepompen met bodemenergie. De wijk is een zogenaamde ‘all electric-wijk’, er ligt dus geen gasnet
Alle nieuwe woningen en andere gebouwen in Schoenmakershoek zijn voorzien van een bodemenergiesysteem. Het bodemenergiesysteem wordt gebruikt om gebouwen en woningen te verwarmen en/of te koelen. Er zijn twee soorten systemen, namelijk gesloten systemen en open systemen (wko). Bij gesloten systemen worden een of meerdere gesloten lussen in de bodem gebracht waardoor een vloeistof wordt gepompt. Via dat transport wordt thermische energie naar een warmtepomp gevoerd. Bij een open systeem wordt grondwater opgepompt en, na passage door een warmtepomp, weer geïnfiltreerd in de bodem.
Alle woningen in Schoenmakershoek zijn voorzien van een individueel gesloten bodemenergiesysteem. Dat betekent dat iedere woning zijn eigen bodembron(nen) heeft en een eigen warmtepomp.
De grotere gebouwen en appartementencomplexen zijn voorzien van open systemen. Omdat hier op een beperkte oppervlakte zeer intensief gebruik wordt gemaakt van de energie uit de bodem, is door middel van randvoorwaarden/ontwerpeisen bij de bouw en een strakke regie en intensieve controle door de gemeente gewaarborgd dat de systemen op lange termijn kunnen blijven functioneren.
Conclusie
Het bestemmingsplan kent voor de ontwikkellocaties de voorwaarde om de bouwkwaliteit te onderzoeken.
4.3 Waterhuishoudkundige aspecten
Algemeen
Bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen die effect hebben op het watersysteem dient rekening gehouden te worden met de belangen van het waterbeheer. Het waterschap voert hiertoe de zogenaamde watertoets uit. Het watertoetsproces is wettelijke verankerd in het Besluit ruimtelijke ordening. Het besluit verplicht om in de toelichting van een bestemmingsplan een beschrijving op te nemen van de wijze waarop in het plan rekening is gehouden met de gevolgen voor de waterhuishouding.
Het waterschap hanteert bij nieuwe ontwikkelingen het principe van waterneutraal bouwen, waarbij gestreefd wordt naar het behoud of herstel van de ‘natuurlijke’ waterhuishoudkundige situatie. Vanwege dit principe wordt bij uitbreiding van verhard oppervlak voor de omgang met hemelwater uitgegaan van de voorkeursvolgorde infiltreren, bergen, afvoeren. De technische eisen en uitgangspunten voor het ontwerp van watersystemen zijn opgenomen in de ‘beleidsregel hydraulische randvoorwaarden 2009’ van het waterschap 'Brabantse Delta'.
Bij nieuwe ontwikkelingen die effecten hebben op het watersysteem dient rekening gehouden te worden met dit beleid. Dit betekent concreet dat bij een nieuwe ontwikkeling die gepaard gaat met een toename van het verhard oppervlak met meer dan 2000 m² extra retentievoorzieningen aangelegd moeten worden. Uiteraard is het bij nieuwe ontwikkelingen altijd zinvol om na te gaan of er reële mogelijkheden zijn om het afstromend hemelwater (gedeeltelijk) te infiltreren of te bergen op locatie.
Waterhuishouding Schoenmakershoek
De woonwijk Schoenmakershoek is geheel overeenkomstig het principe van waterneutraal bouwen gerealiseerd. Het hemelwater wordt apart opgevangen en verzameld in de vijver in Schoenmakerspark. Vanuit deze vijver wordt gedoseerd geloosd op de Leurse Haven. Dit water heeft een ontwateringsfunctie voor het achterland; dat geldt ook voor de watergang aan de noordzijde van de Tuindersweg.
De noodzaak voor extra retentie wordt per ontwikkellocatie bepaald.
Waterkering
Langs de Leurse Haven ligt een waterkering. Een deel van het plangebied ligt binnen de waterkeringszone (beschermingszone). Binnen de zone is geen bebouwing toegestaan.
Alle regionale waterkeringen worden momenteel getoetst aan de neerslag bij een buit T=100 en T=200. De huidige kering voldoet niet. Op termijn zijn maatregelen nodig.
Waterkwaliteit
Om de kwaliteit van het oppervlaktewater niet te verslechteren is gebruik van milieuvriendelijke bouwmaterialen gewenst. Het gebruik van uitloogbare materialen (zoals lood, koper, pvc) moet worden vermeden. Deze materialen zetten zich vast in de bodem en verontreinigen bodem en water.
Conclusie
De bestaande waterhuishouding dient als basis voor de regeling in het bestemmingsplan. Behoudens enkele kleine ontwikkellocaties zijn geen grote ingrepen binnen het plangebied te vervangen. De waterkeringszone langs de Leurse Haven wordt via het bestemmingsplan beschermd.
4.4 Flora en fauna
Flora- en faunawet
De Flora- en faunawet regelt de bescherming van planten- en diersoorten. In deze wet zijn EU-richtlijnen voor de bescherming van soorten opgenomen (Habitatrichtlijn en Vogelrichtlijn). De doelstelling van de wet is de bescherming en behoud van in het wild levende planten en dieren. Het uitgangspunt van de wet is ‘nee, tenzij’. Dit betekent dat activiteiten met een schadelijk effect op beschermde soorten zonder ontheffing in principe verboden zijn.
Natuurbeschermingswet 1998
De Natuurbeschermingswet 1998 is gericht op gebiedsbescherming. De wet is op 1 oktober 2005 gewijzigd en sindsdien zijn de bepalingen vanuit de Europese Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn verwerkt. De volgende gebieden worden aangewezen en beschermd op grond van deze wet:
Het plangebied 'Schoenmakershoek' is niet aangewezen als, of in de directe nabijheid gelegen van een aangewezen beschermd gebied.
Bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen dient vooraf onderzocht te worden of en welke beschermde dier- en plantensoorten voorkomen, wat hun beschermingsstatus is en wat de effecten zijn van de ingreep op het voortbestaan van de gevonden soorten.
Conclusie
Het onderhavige bestemmingsplan heeft een overwegend conserverend karakter. Er worden op enkele ontwikkellocaties na, geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt. Het aspect 'Flora en fauna' is derhalve geen belemmering voor de vaststelling van het bestemmingsplan 'Schoenmakershoek'.
4.5 Milieuzonering
Algemeen
Vanuit het oogpunt van goede ruimtelijke ordening dient er een goede ruimtelijke scheiding te zijn tussen milieugevoelige bestemmingen (bijvoorbeeld woningbouw) en milieubelastende activiteiten. Uitgangspunt daarbij is dat ter plaatse van woningen sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat en dat bedrijven niet in hun bedrijfsvoering worden beperkt. Afstemming van bestaande en nieuwe functies dient te gebeuren door voldoende afstand in acht te houden. Hierbij kan gebruik worden gemaakt van de VNG-uitgave: Bedrijven en milieuzonering 2009. Hierin wordt een handreiking gegeven voor een goede ruimtelijke scheiding tussen milieugevoelige en milieubelastende bestemmingen. Er worden richtafstanden gegeven voor de aan te houden afstanden tussen dergelijke bestemmingen.
Bedrijven
Het bestemmingsplan ‘Schoenmakershoek’ heeft betrekking op een bestaande woonwijk. In het kader van de milieuzonering kan de woonwijk aangemerkt worden als 'rustige woonwijk' (omgevingstype). Het gebied rondom het centrum moet worden aangemerkt als een 'gemengd gebied'.
Inventarisatie van de activiteiten levert het volgende beeld op.
Adres
|
Activiteit
|
Afstand rustige woonwijk
|
Afstand gemengd gebied
|
Schipperstraat 2
|
multifunctioneel centrum
|
30
|
10
|
Lange Brugstraat 13
|
restaurant
|
10
|
--
|
Lange Brugstraat 15
|
café/restaurant
|
10
|
--
|
Lange Brugstraat 19
|
café (leegstaand)
|
10
|
--
|
Gruiterstraat 1
|
basisschool
|
30
|
10
|
Brouwerstraat 1
|
gildehuis/buitenschietbaan (kruisboog)
|
30
|
10
|
Lange Brugstraat 53
|
antiekhandel/werkplaats
|
10
|
--
|
Gebleken is dat deze bedrijven passen binnen het omgevingstype ‘rustige woonwijk’de bestaande milieucategorie. De bedrijven die niet voldoen worden echter door de milieuwetgeving zodanig beperkt in hun activiteiten dat hiermede de eventuele hinder naar de omgeving toe acceptabel is.
Binnen het plangebied zijn een groot aantal aan huisgebonden beroepen of bedrijven gevestigd, veelal betreffen dit zelfstandige ondernemers of postadressen. In bijlage 2 zijn de resultaten van een inventarisatie verwerkt. In alle gevallen is er sprake van onderschikt gebruik passend binnen de regeling voor aan-huis-gebonden bedrijven.
Direct buiten het plangebied aan de Donkerstraat 29 is een agrarisch bedrijf (akkerbouw, melkvee en nevenactiviteit varkens) gevestigd. De varkenshouderij heeft een geurcontour (grenswaarde van 2 OU/m3) die het plangebied beperkt raakt. Ten tijde van de vaststelling van het geldende bestemmingsplan was de regelgeving voor geur nog niet van toepassing.
Conclusie
Geconcludeerd kan worden dat er in het bestemmingsplan ‘Schoenmakershoek’ een goede ruimtelijke scheiding is tussen milieuhinderde en milieugevoelige functies aanwezig is.
4.6 Geluidhinder
Wegverkeerslawaai
Ingevolge artikel 74 Wet geluidhinder (Wgh) zijn in principe alle wegen gezoneerd. Uitzondering op deze regel zijn wegen waarvoor een maximum snelheid van 30 kilometer per uur geldt en woonerven.
De meeste wegen in het plangebied zijn 30-km wegen, alleen de Tuindersweg is een uitzondering en kent een snelheidsregime van 50 kilometer per uur.
Als een geluidzone geheel of gedeeltelijk binnen het plangebied valt, moet bij de voorbereiding van een bestemmingsplan akoestisch onderzoek worden verricht naar de geluidsbelasting op nieuwe woningen en nieuwe andere geluidsgevoelige bestemmingen binnen die geluidszone conform artikel 77 Wgh. Echter dit geldt alleen indien het bestemmingsplan nieuwe geluidgevoelige objecten mogelijk maakt. Dit geldt eveneens indien het bestemmingsplan de aanleg van een nieuwe gezoneerde weg mogelijk maakt.
Het bestemmingsplan ‘Schoenmakershoek’ heeft geen betrekking op de realisering van nieuwe geluidgevoelige bestemmingen of de aanleg van een nieuwe gezoneerde weg. Derhalve behoeft er met betrekking tot het wegverkeerslawaai geen akoestisch onderzoek te worden verricht.
Spoorweglawaai
Het plangebied is niet gelegen binnen de invloedsfeer (geluidszone) van spoorlijnen.
Industrielawaai
Het plangebied is niet gelegen binnen de invloedsfeer van gezoneerde bedrijventerreinen.
Evenementen
Het beleid voor de evenementen is verwoord in het document Evenementenbeleid Etten-Leur 2015. In het document zijn bepalingen opgenomen voor het geluid. De te verwachten geluidbelasting op de gevel van geluidgevoelige bestemmingen is maatgevend. In beginsel geldt een geluidbelasting van 75 dB op de gevels van woningen en andere geluidgevoelige objecten. Deze norm zorgt voor een goede balans tussen de beleving van het evenement en de omgeving. Voor de lage (bas) tonen geldt een beginsel een geluidbelasting van 90 dB(C).
Activiteitenbesluit
Het bestemmingsplan kent geen geluidnormen voor activiteiten. Het uitgangspunt in dit plan is een goede ruimtelijke scheiding. De normen voor geluid liggen vast in het Activiteitenbesluit. Het besluit is ook van toepassing op terrassen.
Conclusie
Samengevat kan geconcludeerd worden dat er in het kader van het bestemmingsplan ‘Schoenmakershoek’ geen nader akoestisch onderzoek behoeft plaats te vinden.
4.7 Luchtkwaliteit
Algemeen
In hoofdstuk 5 van de Wet milieubeheer zijn bepalingen opgenomen over de luchtkwaliteit. In hoofdlijnen is bepaald dat het bevoegd gezag erop toeziet dat een voorgenomen ontwikkeling niet leidt tot een overschrijding van de luchtkwaliteitgrenswaarde zoals die is opgenomen in bijlage 2 van de Wet milieubeheer. Deze bijlage bevat voor diverse luchtverontreinigende stoffen in de buitenlucht grens- waarden en plandrempels. De praktijk leert dat langs wegen alleen de jaargemiddelde concentraties van stikstofdioxide en zwevende deeltjes de normen kunnen overschrijden. Onderzoeken luchtkwaliteit zijn dan ook in hoofdzaak gericht op deze twee stoffen.
Conclusie
In het bestemmingsplan 'Schoenmakershoek' zijn geen nieuwe ontwikkelingen opgenomen die kunnen leiden tot meer bewegingen van gemotoriseerd verkeer. Derhalve behoeft er geen nader onderzoek plaats te vinden naar de gevolgen voor de luchtkwaliteit.
4.8 Externe veiligheid
Algemeen
Het beleid voor externe veiligheid is gericht op het beperken en beheersen van risico's voor de omgeving vanwege handelingen met gevaarlijke stoffen. De handelingen kunnen zowel betrekking hebben op het gebruik, de opslag en de productie als op het transport van gevaarlijke stoffen.
Centraal staat de vraag hoe groot het risico is dat een individu of een groep individuen hierbij loopt.
Bij het bepalen van het risico worden twee soorten risico’s onderscheiden, te weten het Plaatsgebonden Risico (PR) en het Groepsrisico (GR). Uit het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) en de richtlijnen voor vervoer van gevaarlijke stoffen vloeit de verplichting voort om in ruimtelijke plannen in te gaan op de risico's in het plangebied ten gevolge van handelingen met gevaarlijke stoffen.
Volgens de risicokaart van de provincie Noord-Brabant zijn er in de omgeving van het plangebied geen Bevi-inrichtingen gevestigd. Het plangebied ligt niet binnen de contour van het plaatsgebonden risico noch binnen een invloedsgebied van en dergelijk bedrijf.
|
Figuur 7, Uitsnede risicokaart
|
Conclusie
Het bestemmingsplan 'Schoenmakershoek' heeft een conserverend karakter, er worden geen nieuwe bevi-inrichtingen binnen het plangebied toegestaan.
4.9 Duurzaamheid
Algemeen
De wijk Schoenmakershoek is een zogenaamd 'all-electric-wijk'. In paragraaf 4.2 is hier al ingegaan.
Conclusie
Het energieconcept is niet van invloed op de regeling in het nieuwe bestemmingsplan.
4.10 Conclusie
Het bestemmingsplan 'Schoenmakershoek' past binnen de geldende regelgeving en beleid met betrekking tot milieu en duurzaamheid. Het betreft een bestaande woonwijk. Er is geen aanleiding om te veronderstellen dat er in het plangebied situaties voorkomen die van uit een oogpunt van goede ruimtelijke ordening niet aanvaardbaar zijn.
Hoofdstuk 5 Beschrijving van het plan
5.1 Planvorm
Het bestemmingsplan 'Schoenmakershoek' heeft een conserverend karakter. Dit betekent dat de bestaande legale situatie en de bouw- en gebruiksmogelijkheden die de geldende bestemmingsplannen bieden, uitgangspunt zijn voor dit nieuwe bestemmingsplan. Daarnaast heeft het eerder vastgestelde beleid voor de huisvesting mantelzorg een regeling gekregen in dit plan. Het bestemmingsplan is opgesteld conform de Standaard voor Vergelijkbare BestemmingsPlannen 2012.
Er is sprake van een planopzet met een aantal bestemmingen, een gedetailleerde planverbeelding en een uniforme opzet van de planregels. Ten behoeve van gebiedseigen karakteristieken is uiteraard ook maatwerk geleverd. Uitgangspunt is dat de planverbeelding zo veel mogelijk informatie biedt over de toelaatbare gebruiksvorm en de bouwmogelijkheden op een perceel. Voordeel hiervan is een snel inzicht in de gebruiks- en bouwmogelijkheden waardoor het mogelijk is gebruikers van het bestemmingsplan goed te informeren.
Het juridisch gedeelte van het bestemmingsplan bestaat uit de planverbeelding met planregels. Bij ieder plan hoort een toelichting. Deze heeft als zodanig geen rechtskracht. De planregels zijn opgebouwd uit inleidende regels (hoofdstuk 1), bestemmingsregels ( hoofdstuk 2), algemene regels (hoofdstuk 3) en overgangs- en slotregels (hoofdstuk 4).
5.2 Toelichting op de bestemmingen
5.2.1 Algemeen
Alvorens per artikel een toelichting wordt gegeven, is het van belang om in te gaan op de regeling voor aan-huis-gebonden beroepen en de regeling om huisvesting voor mantelzorg mogelijk te maken.
Aan- huis-gebonden beroepen.
Bij de woonbestemmingen is bepaald dat het gebruik van een derde deel van de woning inclusief de aan- of uitbouwen, aangebouwde bijgebouwen of een vrijstaande praktijkruimte voor een aan-huis-gebonden beroep (standaard maximaal 50 m²) onder voorwaarden niet strijdig is met de woonbestemming. Gezien de technologische en maatschappelijke ontwikkelingen zal dit gebruik in de toekomst alleen maar toenemen. De regeling van aan-huis-gebonden beroepen is voor Wonen-Gestapeld en Wonen-Patio beperkt tot het gebruik van de woning.
In bijlage 1 bij deze toelichting is uiteengezet welke beroepen/bedrijven passend zijn in een woonomgeving. Hiermee worden eventuele onduidelijkheden voorkomen.
Mantelzorg.
Bij de woonbestemmingen behalve de bestemming Wonen-Gestapeld zijn regels opgenomen om huisvesting voor mantelzorg mogelijk te maken. Dit kan rechtstreeks via inwoning of met een afwijking van de planregels voor de plaatsing van een tijdelijke woonunit of voor het geschikt maken van een vrijstaand bijgebouw als afhankelijke woonruimte. Bij Wonen-Patio zal alleen inwoning mogelijk zijn.
5.2.2 Hoofdstuk 1 Inleidende regels
Begrippen (artikel 1)
In dit artikel worden de begrippen gedefinieerd die in de regels worden gehanteerd. Bij de toetsing aan het bestemmingsplan moet worden uitgegaan van de in dit artikel aan de betreffende woorden toegekende betekenis.
Wijze van meten (artikel 2)
In dit artikel wordt aangegeven hoe de in de regels gehanteerde maten gemeten moeten worden.
5.2.3 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Gemengd (artikel 3)
Deze bestemming is opgenomen voor de percelen aan de Geerkade en Havenkom. De Geerkade verbindt de Havenkom met het Van Bergenplein en maakt onderdeel uit van het winkelgebied. Binnen deze bestemming Gemengd zijn verschillende centrumfuncties toegestaan. Naast de functie detailhandel zijn ook andere vormen van dienstverlening, al dan niet in combinatie met woningen, toegestaan. Ten behoeve van winkelondersteunende horeca is een afwijkingsmogelijkheid opgenomen. Binnen de bestemming zijn bouwvlakken opgenomen. Er zijn algemene bouwregels opgenomen voor gebouwen.
Gemengd – Historisch lint (artikel 4)
Deze bestemming is opgenomen voor de percelen aan de Lange Brugstraat. Binnen de bestemming is de functie wonen op alle percelen toegestaan. Door middel van functieaanduidingen zijn op enkele percelen de functies; horeca, kantoor, detailhandel, zakelijke dienstverlening en maatschappelijk toegestaan. Bij de percelen Lange Brugstraat 19 en 21 is een bijzonder vorm van wonen, kamerverhuur, toegestaan. Aan de Lange Brugstraat 53 is een antiquair gevestigd, dit bedrijf heeft een specifieke aanduiding gekregen en kan zijn huidige bedrijfsvoering voortzetten. Ter plaatse van de Lange Brugstraat 61 is het Natuurmuseum gevestigd, door middel van de aanduiding 'museum' zijn hier maatschappelijke functies en wonen toegestaan. Aan de Brouwerstraat 1 is een verenigingsgebouw van het Gilde St. Hubertus gevestigd. Door middel van de aanduiding 'maatschappelijk' zijn hier maatschappelijke functies toegestaan, de functie wonen is niet toegestaan.
Binnen de bestemming zijn bouwvlakken opgenomen. Het bouwvlak heeft een standaard diepte van maximaal 15 meter of is agestemd op de daadwerkelijke bouwdiepte. Bij het bepalen van de bouwvlakken is behoud van de ruimtelijke karakteristiek van het historisch lint gevolgd. Er zijn algemene bouwregels opgenomen voor gebouwen en er geldt een algemeen bouwpercentage van 50% voor het achtererf. Voor afwijking hiervan is een regeling getroffen. De omvang van bebouwing en bijhorende erven maken het mogelijk om af te wijken van de standaardregeling voor bijgebouwen (tot maximaal 100 m²) en praktijkruimten (100 m²). Daar waar al een grotere praktijkruimte aanwezig is, is dit door middel van een aanduiding 'praktijkruimte'(prr) aangegeven.
Gemengd – Multifunctioneel centrum (artikel 5)
Het multifunctioneel centrum het Turfschip is in een aparte bestemming geregeld afgestemd op de diverse functies en de geldende regeling (waaronder vrijstelling d.d. 4 april 2009). Binnen de bestemming is het gebruik voor sport, cultuur en ontspanning, horeca, congressen en maatschappelijk toegestaan. Zware horeca is uitgesloten. De sporthal mag niet voor horecadoeleinden worden gebruikt. De uitoefening van horeca in de sporthal is beperkt tot nevenactiviteiten voor de andere functies (geen feesten en partijen). Uitzondering is mogelijk voor het carnavalsfeest. Het gebruik voor logies is beperkt tot 8 kamers. Het gebruik van zaalruimten voor beurzen, tentoonstellingen en presentaties wordt beperkt tot een oppervlakte van maximaal 500 m².
Detailhandel is alleen als ondergeschikte nevenactiviteit mogelijk.
In de bestemmingsomschrijving is gebruik voor gestapelde woningen opgenomen. Dit gebruik is momenteel niet aanwezig; de regeling voor dit gebruik wordt uit het geldende bestemmingsplan overgenomen.
De bebouwing moet worden opgericht binnen het bouwvlak; dit bouwvlak mag volledig worden bebouwd. De hoogtematen zijn ook op de planverbeelding opgenomen.
Groen (artikel 6)
Het structurele groen in het plangebied (en andere belangrijke groenelementen) is bestemd als ‘Groen’. Het Schoenmakerspark heeft ook deze bestemming. Verblijf en spelen geldt als uitgangspunt voor dit park. Andere gronden met de bestemming 'Groen' mogen worden aangewend als speelterrein.
In het park is via een aanduiding het gebruik voor evenementen geregeld.
de gelden specifieke hoogtematen. Aan de situering van bouwwerken kunnen nadere eisen gesteld worden.
Maatschappelijk (artikel7)
Deze bestemming geldt voor de brede school De Pijler aan de Gruiterstraat. Behoudens gebruik voor lesdoeleinden, buitenschoolse opvang, peuter- en kinderopvang is gebruik voor sociale, sociaal-medische, (para)medische, sociaal-culturele en levensbeschouwelijke functies mogelijk. De bouwmogelijkheden zijn via een bouwvlak op de planverbeelding bepaald. De hoogtematen en bebouwingspercentage zijn ook hierop opgenomen. Buiten het bouwvlak mogen kleine vrijstaande bijgebouwen worden gebouwd zoals bijvoorbeeld fietsenstallingen en berghokken.
Tuin (artikel 8)
Deze bestemming geldt vor de voortuinen van woningen. Alleen een erker of tochtportaal mag binnen deze bestemming worden gebouwd.
Verkeer (artikel 9)
In dit artikel zijn regels opgenomen ten behoeve van wegen die gericht zijn op de afwikkeling van het doorgaande verkeer, de gebiedsontsluitingswegen. Binnen deze bestemming zijn enkel bouwwerken geen gebouwen zijnde toegestaan. Specifieke bouwregels voor straatmeubilair worden niet gegeven, omdat dergelijke bouwwerken geen gebouwen zijnde vergunningsvrij zijn. Voor overige bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn wel specifieke bouwhoogten opgenomen. Aan de situering kunnen nadere eisen gesteld worden.
Verkeer – Verblijf (artikel 10)
De overige wegen, verblijfsgebieden, parkeerterreinen binnen het plangebied hebben de bestemming ‘Verkeer-Verblijf’. Binnen deze bestemming zijn bijvoorbeeld transformatorhuisjes en bouwwerken geen gebouwen zijnde toegestaan. Specifieke bouwregels voor straatmeubilair worden niet gegeven, omdat dergelijke bouwwerken geen gebouwen zijnde vergunningvrij zijn. Voor overige bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn wel specifieke bouwhoogten opgenomen. Aan de situering kunnen nadere eisen gesteld worden.
Via een aanduiding op de planverbeelding wordt het gebruik voor evenementen geregeld. Ook terassen voor horecavestigen zijn mogelijk.
Water (artikel 11)
Primaire watergangen, waterpartijen en overige watergerelateerde elementen (zoals de haven) en voorzieningen zijn bestemd als ‘Water’. Binnen de bestemming mogen bouwwerken ten dienste van de bestemming worden opgericht met een maximale bouwhoogte van 2,00 meter.
Wonen – Aaneengesloten (artikel 12)
Voor de in het plangebied opgenomen rijwoningen (drie of meer woningen aaneen) is de bestemming ‘Wonen - Aaneengesloten’ opgenomen. Gekozen is voor een op de planverbeelding ingetekend bouwvlak. Het bouwvlak heeft een standaard diepte van maximaal 12 meter. Op de planverbeelding zijn de goot- en bouwhoogte van hoofdgebouwen opgenomen. In de regels is onder meer opgenomen dat de woning de gevellijn niet mag overschrijden. Tevens is de maximale breedte van de woning vastgelegd. De regels bieden de ruimte voor aan- en uitbouwen en bijgebouwen. Voor aan- en uitbouwen en bijgebouwen zijn verschillende regels opgenomen. Tevens zijn er in de bouwregels regels opgenomen omtrent het oprichten van bouwwerken geen gebouwen zijnde. Zie voor regeling aan-huis-gebonden beroepen en mantelzorg paragraaf 5.2.1.
Wonen - Geschakeld (artikel 13)
Binnen het plangebied zijn ook woningen aanwezig die geschakeld zijn middels een garage of aan/uit/aangebouwd bijgebouw vastzitten aan de hoofdmassa van de volgende woning. Hiervoor zijn specifieke bouwregels voor opgesteld. De hoofdgebouwen moeten worden opgericht binnen een bouwvlak.
Het bouwvlak heeft een standaard diepte van maximaal 15 meter. Op de planverbeelding zijn de goot- en bouwhoogte van hoofdgebouwen opgenomen. In de regels is onder meer opgenomen dat de woning de gevellijn niet mag overschrijden. Tevens is de maximale breedte van de woning vastgelegd. De regels bieden de ruimte voor aan- en uitbouwen en bijgebouwen. Voor aan- en uitbouwen en bijgebouwen zijn verschillende regels opgenomen. Tevens zijn er in de bouwregels regels opgenomen omtrent het oprichten van bouwwerken geen gebouwen zijnde. Zie voor regeling aan-huis-gebonden beroepen en mantelzorg paragraaf 5.2.1.
Wonen – Gestapeld (artikel 14)
Voor de in het plangebied opgenomen gestapelde woningen, zoals flatgebouwen of appartementen, is de bestemming ‘Wonen - Gestapeld’ opgenomen. Er is wederom gekozen voor een bouwvlak. Omdat elke appartementencomplex een unieke afmeting heeft, is er geen standaard bouwdiepte van het bouwvlak. Er is een aanduiding met de goot- en bouwhoogte van het gebouw opgenomen. Bijgebouwen dienen te worden geïntegreerd in het hoofdgebouw. Zie voor regeling aan-huis-gebonden beroepen en mantelzorg paragraaf 5.2.1.
Wonen – Patio (artikel 15)
Voor de in het plangebied opgenomen patiowoningen is de bestemming ‘Wonen-Patio’ opgenomen. Door een bouwpercentage op te nemen wordt een patio gegarandeerd. Door middel van een flexibiliteitsbepaling is het mogelijk een tweede bouwlaag te realiseren. De tweede bouwlaag van een patiowoning mag niet meer dan 60% van de eerste (begane grond) laag omvatten en dient in de gevellijn te worden gebouwd. Zie voor regeling aan-huis-gebonden beroepen en mantelzorg paragraaf 5.2.1.
Wonen – Twee-aaneen (artikel 16)
Voor de in het plangebied opgenomen halfvrijstaande woningen (twee onder één kap), maximaal twee aaneen, is de bestemming ‘Wonen – Twee aaneen’ opgenomen. De bebouwing moet worden opgericht binnen het bouwvlak. Dit vlak heeft een standaard diepte van maximaal 15 meter. Er is een aanduiding met de goot- en bouwhoogte van het gebouw opgenomen. Tevens is de maximale breedte van de woning en de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens vastgelegd. De regels bieden de ruimte voor aan- en uitbouwen en bijgebouwen. Tevens zijn er in de bouwregels regels opgenomen over het oprichten van bouwwerken geen gebouwen zijnde.
Zie voor regeling aan-huis-gebonden beroepen en mantelzorg paragraaf 5.2.1..
Wonen - Vrijstaand (artikel 17)
Voor de in het plangebied aanwezige vrijstaande woningen is de bestemming ‘Wonen - Vrijstaand’ opgenomen. De bebouwing moet worden opgericht binnen het bouwvlak. Dit vlak heeft een standaard diepte van maximaal 15 meter. Er is een aanduiding met de goot- en bouwhoogte van het gebouw opgenomen. Tevens is de maximale breedte van de woning en de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens vastgelegd. De regels bieden de ruimte voor aan- en uitbouwen en bijgebouwen. Tevens zijn er in de bouwregels regels opgenomen over het oprichten van bouwwerken geen gebouwen zijnde. Afhankelijk van de omvang van het bouwperceel kan worden afgeweken van de standaardregeling voor bijgebouwen. Zie voor regeling aan-huis-gebonden beroepen en mantelzorg paragraaf 5.2.1.
Wonen - Zorgwoning (artikel 18)
Voor de in het plangebied aanwezige woningen voor bijzondere woonruimte is de bestemming „Wonen - Zorgwoning‟ opgenomen. Het gaat hier om een complex op de hoek Schipperstraat /Barbierstraat. Er is een bouwvlak opgenomen en een aanduiding met een maximale goot- en bouwhoogte van het gebouw. D
Dubbelbestemmingen
Waarde – Archeologie 1 (artikel 19)
De gronden binnen deze dubbelbestemming zijn behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden. Daartoe zijn regels opgenomen die archeologische waarden beschermen in relatie tot bodemingrepen. Daarbij is de archeologische beleidsadvieskaart leidend geweest.
Waterstaat - Waterkering (artikel 20)
Deze dubbelbestemming betreft de binnen het plangebied aanwezige waterkeringen en/of kades. De gronden zijn naast de overige aan de gronden gegeven bestemming bestemd voor waterkeringen. De gronden mogen uitsluitend worden bebouwd ten dienste van de waterkering. Door middel van afwijking kunnen de gronden
overeenkomstig de onderliggende bestemming worden bebouwd. Hierbij dient de beheerder van de waterkering te worden gehoord. Daarnaast geldt dat voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden een omgevingsvergunning is vereist.
5.2.4 Hoofdstuk 3 Algemene regels
Anti-dubbeltelregel (artikel 21)
Een antidubbeltelregel wordt opgenomen om te voorkomen dat, wanneer volgens een bestemmingsplan bepaalde bouwwerken niet meer dan een bepaald deel van een bouwperceel mogen beslaan, het opengebleven terrein ook nog eens meetelt bij het toestaan van een ander gebouw of bouwwerk, waaraan een soortgelijke eis wordt gesteld. De opgenomen anti-dubbeltelregel is gelijkluidend aan de in het Besluit ruimtelijke ordening voorgeschreven formulering.
Algemene bouwregels (artikel 22)
Voor het hele plangebied, en dus alle bestemmingen, geldt een aantal algemene bouwregels. In dit artikel is opgenomen dat voor het uitvoeren van ondergrondse werken geen bouwwerken zijnde en werkzaamheden geen beperkingen gelden. Voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken zijn er regels opgenomen.
Daarnaast worden bestaande afstanden en maten van bouwwerken die middels een omgevingsvergunning zijn gerealiseerd, maar nu afwijken van dit bestemmingsplan gerespecteerd. Ook is voorzien in een regeling ten aanzien van ondergronds bouwen.
Algemene gebruiksregels (artikel 23)
In dit artikel is een algemeen gebruiksverbod gegeven voor gebruik van gronden alsmede gebouwen en bouwwerken in strijd met de bestemming.
Algemene afwijkingsregels (artikel 24)
In deze bepaling wordt aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid gegeven om met een omgevingsvergunning af te wijken van bepaalde, in het bestemmingsplan geregelde, onderwerpen. Hierbij gaat het afwijkingsregels die gelden voor alle bestemmingen in het plan. Aangegeven wordt van welke regel met een omgevingsvergunning afgeweken kan worden en waarvoor. Verder bevat de bepaling een algemene regeling voor het houden van evenementen.
Algemene wijzigingsregels (artikel 25)
In deze bepaling wordt aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid gegeven om meerdere bestemmingen te wijzigen. De voorwaarden, die bij toepassing van de wijzigingsbevoegdheid in acht moeten worden genomen, zijn daarbij aangegeven.
5.2.5 Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels
Overgangsrecht (artikel 26)
in deze regels wordt het overgangsrecht, zoals voorgeschreven in het Besluit ruimtelijke ordening en de Wabo, overgenomen.
Slotregel (artikel 27)
Als laatste wordt de slotregel opgenomen, ook zoals voorgeschreven in het Besluit ruimtelijke ordening. Deze regel geeft aan hoe het plan kan worden aangehaald.
Hoofdstuk 6 Economische uitvoerbaarheid
Het bestemmingsplan 'Schoenmakershoek' is een conserverend bestemmingsplan, er worden met het plan geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt. De economische uitvoerbaarheid van dit bestemmingsplan is voldoende gegarandeerd. Voor de ontwikkellocaties zijn de grondexploitatieregels uit de Wro van toepassing. Met initiatiefnemers worden afspraken gemaakt over de kosten. Deze kosten komen geheel ten laste van hen. In dat kader worden ook afspraken gemaakt over verhaal van planschadevergoedingen.
Hoofdstuk 7 Maatschappelijke toetsing en overleg
7.1 Maatschappelijke toetsing
Het voorontwerp-bestemmingsplan 'Schoenmakershoek' lag voor inspraak ter inzage gedurende de periode 24 september tot en met 5 november 2014 . Tijdens de periode kon worden ingesproken. Er werden vier reacties ontvangen. Het antwoord op deze reacties is opgenomen in het Eindverslag overleg en inspraak voorontwerp bestemmingsplan Schoenmakershoek (bijlage 3).
De inspraak leidde tot de volgende aanpassingen:
-
De juiste naam wordt verwerkt op planverbeelding.
-
De term volumineuze goederen wordt geschrapt in de bestemmingen “Gemengd” en “Gemengd – Historisch lint”.
-
Aan artikel 4.4.3 van de bestemming “Gemengd - Historisch lint” wordt een gebruiksverbod voor een supermarkt toegevoegd.
-
De wijzigingsregels voor de wetgevingszone wijzigingsgebieden 2 en 3 worden in overeenstemming gebracht met de globale opzet voor herontwikkeling van het perceel Lange Brugstraat 53-55.
-
De planregels voor de bestemming “Gemengd-multifunctioneel centrum” worden aangepast inhoudende ondergeschikt gebruik van de sporthal voor horecadoeleinden en het schrappen van beperkende specifieke gebruiksregels voor diverse functies. In het ontwerp wordt een beperking opgenomen voor de oppervlak voor beurzen, tentoonstellingen en presentaties.
7.2 Overleg
In het kader van het wettelijk voorgeschreven vooroverleg ex. artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening zijn de volgende instanties op digitaal geïnformeerd over het voor-ontwerp bestemmingsplan 'Schoenmakershoek'.
De betreffende instanties waren tot en met 5 november 2014 in de gelegenheid gesteld een reactie in te dienen en hebben binnen die termijn gereageerd. Het antwoord op deze reacties is opgenomen in het Eindverslag overleg en inspraak voorontwerp bestemmingsplan Schoenmakershoek (bijlage 3).
Het overleg leidde tot de volgende aanpassingen:
-
In het ontwerp bestemmingsplan wordt de dubbelbestemming “Gasleiding” van de planverbeelding en uit de planregels verwijderd.
-
Aan de waterparagraaf wordt een passage toegevoegd over het gebruik van milieuvriendelijke bouwmaterialen en het achterwege laten van uitlogende materialen.
-
De dubbelbestemming “Waterkering” wordt in overeenstemming gebracht met de zone in de waterschapslegger.
7.3.Ontwerp bestemmingsplan
Het ontwerp bestemmingsplan heeft ter inzage gelegen in de periode van 30 april tot en met 10 juni 2015.
Er werd een zienswijze ingediend. De zienswijze was te laat en de indiener niet ontvankelijk verklaard.
Ambtshalve toets van de zienswijze leidt niet tot aanpassing.
Hoofdstuk 8 Overzicht van wijzigingen
Naast wijzigingen uit het overleg en inspraak zijn diverse ambtshalve wijzigingen aangebracht. Het gaat om het opheffen van onjuistheden of onvolkomenheden of aanpassing aan gewijzigd inzicht. Het gaat om aanpassingen op planverbeelding en in de planregels. Per aanpassing wordt een verklaring gegeven. De toelichting is als geheel geactualiseerd.
Aan deel van openbaar gebied van Leurse Dijk (deels), Havenkom en Lange Brugstraat de functieaan-duiding “evenemententerrein” toevoegen
|
De planologische regeling voor het gebruik van deze openbare ruimten voor het houden van openluchtevenementen.
|
Aan deel van het Schoenmakerspark de functieaanduiding “evenemententerrein” toevoegen
|
De planologische regeling voor het gebruik van een deel van het park voor het houden van openluchtevenementen.
|
Aanpassing aanduidingen bouwvlak Schipperstraat 2 (Turfschip)
|
Het bebouwingspercentage wordt geschrapt.
|
Het verwijderen van de bouwaan-duiding karakteristiek voor het pand Brouwerstraat 1 en wijziging functieaanduiding
|
Deze bouwaanduiding kan worden verwijderd. Dit pand is op de gemeentelijke monumentenlijst geplaatst.
De functie aanduiding wordt maatschappelijk. Deze aanduiding sluit beter aan de geldende bestemming.
|
Het verwijderen van de bouwaanduiding karakteristiek voor het pand
Lange Brugstraat 49-49a
|
Deze bouwaanduiding kan worden verwijderd. Dit pand is op de gemeentelijke monumentenlijst geplaatst.
|
Het verwijderen van de bouwaan-duiding karakteristiek voor de vlaamse schuur bij het pand Lange Brugstraat 77
|
Deze bouwaanduiding geldt voor de Vlaamse schuur bij de woning Lange Brugstraat 77. De toestand van deze schuur is erg slecht. Herstel leidt tot algehele nieuwbouw. Het handhaven van deze bouwaanduiding is ongewenst.
|
Begrenzing wetgevingszone wijzigingsgebied 2
|
De begrenzing wordt in overeenstemming gebracht met de eigendomsgrens.
|
Aanpassen functieaanduiding horeca bij Lange Brugstraat 13, 15 en 19
|
De functieaanduiding voor gebruik tot horeca blijft beperkt tot “h”; in de planregels wordt geregeld welke vormen worden toegelaten.
|
Aanpassen goot- en bouwhoogteregeling bebouwing Havenkom
|
De goot- en bouwhoogtes van 8,5 m worden omgezet naar
9 m. De hoogte stemt overeen met geldende regeling.
|
Toevoegen bouwaanduiding voor erf naast woning Havenkom
|
Voor erf naast woning Havenkom wordt bepaald dat ter plaatse geen bebouwing in de vorm van aan-, uitbouwen of bijgebouwen mag worden opgericht. De regeling is daarmee in overeenstemming met geldende regels.
|
Aanpassen begrenzing groen aan noordzijde van de waterpartij
|
De begrenzing wordt rechtgetrokken; de bestemming Verkeer en Verblijf wordt iets breder. De aanleg van extra parkeerplaatsen wordt daardoor vereenvoudigd.
|
Legenda
|
De legenda wordt in overeenstemming gebracht aan aanpassingen en toevoegingen.
|
Artikel 1 Begrippen
|
-
Toevoegen omschrijving voor cultuur en ontspanning.
-
Toevoegen omschrijving publiekverzorgend ambacht.
-
Aan het begrip evenement is toegevoegd “in openbare ruimte”
-
Aan begrip maatschappelijke voorzieningen/dienstverlening toevoegen: dagopvang.
-
Begrippen die niet in planregels voorkomen zijn geschrapt.
|
Artikel 3 Gemengd
|
-
Aan de bouwregels is toegevoegd een regeling voor de omvang van aan-, uitbouwen en bijgebouwen.
-
In het gebruiksverbod algemene regeling voor gebruik voor horeca opnemen. Het verbod voor bardancing/discotheek wordt geschrapt.
-
De regels voor afwijken van de gebruiksregels wordt aangepast aan de nieuwe staat van horeca-activiteiten.
|
Artikel 4 Gemengd-Historisch lint
|
-
De regeling voor de uitoefening van horeca wordt aangepast. De regeling geldt voor de panden Lange Brugstraat 13, 15 en 19. Alleen het gebruik voor uitoefening van categorieën 1 en 2 van de staat van horeca-activiteiten is toegestaan. Aan het ontwerp bestemmingsplan wordt een nieuwe staat toegevoegd. Hiermee wordt de regeling overeenstemming gebracht met het bestaande gebruik.
-
De functieaanduiding “karakteristiek”en de regeling voor het slopen van een bouwwerk wordt geschrapt. Deze regeling geldt voor karakteristieke panden niet zijnde (gemeentelijk of rijks) monument. In het voorontwerp waren nog drie panden aangewezen, maar om verschillende reden kan aanduiding achterwege blijven (zie ook planverbeelding).
-
De regeling voor het pand Brouwerstraat 1. wordt aangepast. De functieaanduiding verenigingsleven wordt gewijzigd in maatschappelijk. De regeling sluit daarmee aan op de geldende bestemming. Aan de gebruiksregeling wordt toegevoegd dat voor deze functie kan worden afgeweken voor een horeca als ondergeschikte nevenactiviteit.
-
De oppervlakte voor een aan-huisgebonden beroep bij de functieaanduiding “praktijkruimte” wordt 120 m² (in overeenstemming met de daadwerkelijke oppervlak).
-
Aan bouwregels wordt toegevoegd een regeling dat aan-, uit-, bijgebouwen en overkappingen tot minimaal 1 meter achter de gevellijn zijn toegestaan. De regeling sluit daarmee aan op het Bor.
-
Een aparte regeling wordt toegevoegd voor aan-, uit en bijgebouwen buiten het bouwvlak voor bouwpercelen groter dan 1000 m². Deze regeling sluit aan op bestaande bouwrechten (maximaal 100 m²).
-
Het verbruiksverbod voor horeca wordt afgestemd op de toegestane categorieën en uitoefening van horeca als ondergeschikte nevenactiviteit bij de functieaanduiding maatschappelijk mogelijk gemaakt.
-
In lid 4.5. wordt de regeling om nieuwe panden aan te wijzen voor horeca geschrapt. De uitbreiding van het aanbod past niet binnen het beleid.
|
Artikel Gemengd multifunctioneel centrum
|
-
In de bouwregels wordt bepaling over bebouwingspercentage geschrapt.
-
De regeling voor horeca wordt agestemd op nieuwe staat van horeca-activiteiten.
-
De oppervlaktebepaling voor het gebruik als hotel wordt geschrapt maar beperkt tot het aantal kamers.
-
Aan het gebruiksverbod worden speelhallen/casinos toegevoegd.
|
Artikel 6 Groen
|
|
Artikel 7 Maatschappelijk
|
-
Aan de bestemmingsomschrijving wordt dagopvang toegevoegd.
-
De regeling voor het bebouwen van het bouwvlak koppelen aan een bebouwingspercentage. Het is niet de bedoeling dat het bouwvlak volledig wordt bebouwd.
|
Artikel 8 Tuin
|
-
In de bouwregels wordt het gezamenlijk oppervlak aan aan-, uit-, bijgebouwen en overkappingen 6,00 m2 . De regeling sluit aan op de standaardregels.
|
Artikel 9 Verkeer
|
|
Artikel 10 Verkeer - Verblijf
|
|
Artikel 17 Wonen - vrijstaand
|
|
Artikel 19 Leiding - Gas
|
|
Artikel 25 Algemene afwijkingsregeling
|
|
Artikel 26 wetgevingszones – wijzigingsgebied
|
-
Aan alle zones wordt de voorwaarde opgenomen dat de ontwikkeling moet passen in regionale afspraken over het woningbouwprogramma.
-
De regeling voor het wijzigingsgebied 4 wordt niet meer gekoppeld aan behoud van de bestaande Vlaamse schuur op het perceel Lange Brugstraat 77. (zie aanpassing bij planverbeelding). Aan de regeling wordt toegevoegd een bepaling dat de omvang aan bijgebouwen wordt terug gebracht tot standaardregels.
-
De redactie wordt in overeenstemming gebracht met andere regels ( zoals gebruik “m” in plaats van “meter”).
|
Bijlage 1
|
|