direct naar inhoud van Artikel 3 Bedrijf
Plan: XI Eindhoven binnen de Ring (Iristuinen)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0772.80180-0301

Artikel 3 Bedrijf

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor `Bedrijf´ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijfsgebouwen met daarin toegestane bedrijven genoemd in de "Lijst van bedrijfsactiviteiten" (bijlage 1) behorende tot categorie 1 met uitzondering van geluidszoneringplichtige inrichtingen of risicovolle inrichtingen;
  • b. productiegebonden detailhandel deel uitmakend van bedrijven vermeld onder bijlage 1, met uitzondering van detailhandel in voedings – en genotmiddelen;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'onderdoorgang', een onderdoorgang;


met de daarbij behorende:

  • d. erven en terreinen;
  • e. parkeervoorzieningen;
  • f. waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • g. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

3.2 Bouwregels
3.2.1 Bedrijfsgebouwen

Voor het bouwen van bedrijfsgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. de gebouwen mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding `bouwvlak´ worden gebouwd;
  • b. de minimale en de maximale bouwhoogte van een gebouw bedraagt 8 respectievelijk 10 m;
  • c. het bebouwingspercentage mag 100 bedragen;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'onderdoorgang' mag pas worden gebouwd vanaf een hoogte van 4 meter en dienen de gronden op maaiveld te worden ingericht als ontsluiting naar het achterliggende gebied.

3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de maximale bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen is 2 m, met dien verstande dat de maximale bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel c.q. het verlengde daarvan 1 m is;
  • b. de maximale bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, is 3 m.

3.3 Nadere eisen

Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de sociale veiligheid;
  • d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

3.4 Specifieke gebruiksregels
3.4.1 Strijdig gebruik

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals vermeld in lid 3.1 wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik, of te laten gebruiken van bedrijfsgebouwen voor bewoning;
  • b. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandel, anders dan vermeld in lid 3.1 sub b;
  • c. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een seksinrichting;
  • d. gebruik van bedrijfsgebouwen voor kantoordoeleinden, anders dan ten dienste van het aldaar gevestigde bedrijf.

3.5 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.1 onder a en tevens bedrijven toestaan die niet voorkomen in de `Lijst van bedrijfsactiviteiten´ mits het betrokken bedrijf naar de aard en de invloed op de omgeving gelijk te stellen is met bedrijven die zijn genoemd in de `Lijst van bedrijfsactiviteiten´ (onder de categorieën 1 en 2) en mits het niet betreft geluidzoneringsplichtige inrichtingen of risicovolle inrichtingen.