Plan: | Buitengebied 2011 |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0757.Bp01buitengeb2011-onh1 |
De bekenstructuur in Boxtel is geomorfologisch bepaald. Als gevolg van pleistocene verspoelingen zijn van zuid naar noord een aantal scherpe erosiegeulen ontstaan waarin beeksystemen zijn ontwikkeld. De bekenstructuur in Boxtel maakt onderdeel uit van het Dommelsysteem. De rivier de Dommel is van het type laaglandbeek. Boxtel ligt in het stroomgebieden Beneden Dommel en Beerze. Dit deelstroomgebied ligt in de benedenloop van de Dommel en is vrij vlak. De Dommel gaat in 's-Hertogenbosch samen met de Aa over in de Dieze, die uitmondt in de Maas.
Ten oosten van Boxtel is tussen 1933 en 1936 het Omleidingskanaal gegraven. Tegelijkertijd zijn toen enige meanders afgesneden, die nog steeds in het landschap te herkennen zijn.
Dit Omleidingskanaal ligt parallel aan de Rijksweg A2.
Naast de Dommel zijn er binnen de Gemeente Boxtel nog een aantal waterlopen aanwezig, die uiteindelijk allemaal in de Dommel uitmonden. De Essche Stroom vloeit ten noorden van de gemeente in de Dommel. Deze stroom is geheel genormaliseerd.
Een deel van de gemeente valt binnen het stroomgebied van de Beerze, overgaand in het Smalwater en de Kleine Aa. De Molengraaf is in de Middeleeuwen gegraven als verbinding tussen de Beerze en de Dommel om een watermolen aan te drijven. Tijdens een ruilverkaveling is de Beerze/het Smalwater genormaliseerd en heeft het veel van zijn waarde verloren. Slechts in het natuurgebied Kampina ligt nog een authentiek stukje Beerze.
Op de grens van de Kampina en het Banisveld is de Heiloop gegraven. Dit kanaal dient als omleidingskanaal van de meanderende Beerze in de Kampina. Ter ontwatering van het Banisveld en het gebied ten zuiden van Lennisheuvel dient de Koevoortseloop, met een uit het zuidoosten komende zijtak. Vanuit het omringende gebied wateren diverse waterlopen af op de Koevoortseloop. Ook de Zwartvoortse Waterloop is een belangrijke afvoerwaterloop voor het omringende landbouwgebied.
Ten zuid oosten van Lennisheuvel ligt de Heerenbeekloop. Deze mondt ten zuiden van de Lennisheuvel in het Smalwater uit. Ook deze watergang is van belang voor de afvoer van water. Er vindt aan en langs deze beek natuurontwikkeling plaats.
Ten zuiden van de kern van Boxtel stroomt de Blauwhoefse loop. De Blauwhoefse loop begint in het natuurgebied de Prangen (onder Vrilkhovense akker) en stroomt van hieruit in noordwestelijke richting en mondt daar uit in de Dommel.
In het oosten van de Gemeente Boxtel stromen de Beerendonkloop en de Berkenloop.
Deze beken zijn gegraven voor de afwatering. De waterlopen monden uit in de Groote waterloop, die vervolgens ten oosten van Liempde in de Dommel uitmondt.
Naast de waterlopen in de Gemeente Boxtel is er ook een groot aantal vennen aanwezig, met name in het natuurgebied Kampina. Deze vennen zijn grotendeels hydrologisch geïsoleerd en worden gevoed met regenwater.
Onderscheid wordt gemaakt tussen de grondwaterstroming in regionale watersystemen en de grondwaterstroming in lokale watersystemen. Binnen een grondwatersysteem wordt onderscheid gemaakt in infiltratie- en kwelgebieden. De infiltratiegebieden liggen op de hogere delen waar de neerslag onder invloed van de zwaartekracht infiltreert in de bodem en door neerwaartse stroming de diepere grondwatervoorraden aanvult. De kwelgebieden liggen op de lagere delen waar het grondwater, als gevolg van stijghoogteverschillen met grondwater in de hoger gelegen infiltratiegebieden, permanent onder opwaartse druk staat en de stroming naar het oppervlak gericht is.
Het regionale watersysteem, waar de Gemeente Boxtel deel van uitmaakt, is het Lommel-Neerpelt systeem. Het infiltratiegebied daarvan ligt op de hogere gronden langs de Nederlands - Belgische grens. De grondwaterstroming is globaal gezien naar het noorden gericht. In de Gemeente Boxtel komt in het dal van de Beerze en de Essche Stroom kwelwater aan de oppervlakte, dat gevoed wordt door grondwaterstromen van het Lommel-Neerpelt systeem.
Door reliëf en drainerende werking van de beken treden lokaal andere stroomrichtingen op. Zo is in het zuidelijk deel van de gemeente het zogenaamde Bestsysteem van belang, waarbij onder andere de Oirschotse heide een belangrijk inzijgingsgebied is en kwel optreedt in het Dommeldal.
Op een vergelijkbaar niveau is het Schijndel - Mierlo systeem van belang. Het wordt begrensd door de beekdalen van de Dommel en de Aa. Inzijging vindt plaats op de hogere gronden van Mierlo tot Schijndel. Door kanalisatie van beken, verbeterde ontwatering en grondwateronttrekking is het oorspronkelijke patroon van inzijging en kwel echter op veel plaatsen veranderd.
Op de Bodemkaart van Nederland zijn grondwatertrappen aangegeven.
Deze grondwatertrappen geven aan waar hoge en lage grondwaterstanden aanwezig zijn. Binnen de Gemeente Boxtel zijn de grondwatertrappen II en III (met hoge optredende grondwaterstanden) voornamelijk aanwezig in (oude) beekdalen van de Dommel, de Beerze, de Heerenbeekloop en de Berendonkloop. In het gebied rondom Liempde is grondwatertrap VII aanwezig. In het overig deel van de gemeente is voornamelijk grondwatertrap V en VI aanwezig. De verklaring van de grondwatertrappen is weergegeven in tabel 2.1. De aanwezigheid van grondwatertrap II en III duidt op een kwelsituatie. Grondwatertrap VI en VII komen voor bij infiltratiegebieden.
Grondwatertrap | I | II | III | IV | V | VI | VII |
Gemiddeld Hoogste Grondwaterstand (m-mv) | (<0,2) | (<0,4) | <0,4 | >0,4 | <0,4 | 0,4-0,8 | >0,8 |
Gemiddeld Laagste Grondwaterstand (m-mv) | <0,5 | 0,5-0,8 | 0,8-1,2 | 0,8-1,2 | >1,2 | >1,2 | >1,6 |
Het stroomgebied Beneden Dommel en Zandleij is het meest noordelijk gelegen stroomgebied van het waterschap. Het bestaat uit de deelstroomgebieden Beneden Dommel en Zandleij en Broekleij.
Specifiek kenmerkend voor deelstroomgebied Beneden Dommel en Zandleij is de hoogwaterproblematiek. Bij hoogwater op de Maas kan de afvoer van de Dommel stremmen, waardoor de peilen oplopen. Via het Wilhelminakanaal en het Drongelens Kanaal kan bij veel regen een deel van het water van de Dommel ook afgevoerd worden naar de Maas. Bij extreem veel water kunnen gebieden onder water gezet worden, zoals 't Bossche Broek bij 's-Hertogenbosch.
In de Gemeente Boxtel is sprake van verdroging. Hierdoor komt vooral de oppervlakte- en kwelwater afhankelijke natuur onder druk komt te staan. Daarmee dreigt verarming van natuur en landschap omdat de gevarieerdheid verdwijnt. De verdrogingsproblematiek heeft verschillende oorzaken. De belangrijkste oorzaak is de afwatering ten behoeve van landbouw en verstedelijking. Het regen- en kwelwater wordt middels een systeem van sloten, beken en kanalen zo snel mogelijk afgevoerd, waardoor de grondwaterstand laag kan worden gehouden. Daarnaast zijn locale grondwateronttrekkingen ten behoeve van onder andere beregening debet aan de verdroging. Onder meer via de aanpak van "natte natuurparels" (nieuwe benaming: attentiegebieden EHS) wordt verdroging in gebieden (onder andere Geelders, Scheeken) bestreden.