Plan: | Batadorp e.o. |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0753.bpBatadorpeo-VG01 |
In deze regels wordt verstaan onder:
Het bestemmingsplan 'Batadorp e.o.' met identificatienummer NL.IMRO.0753.bpBatadorpeo-VG01 van de gemeente Best.
De geometrisch bepaalde planobjecten met de daarbij behorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
Een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht ondergeschikt is.
Een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
De grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
Een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerp-technisch of hiermee gelijk te stellen gebied, dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende gebouwen, met behoud van de woonfunctie kunnen worden uitgeoefend.
Onderzoek verricht door of namens de gemeente, of door een dienst, bedrijf of instelling erkend door het Centraal College van Deskundigen (CCvD) en werkend volgens de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie (KNA).
Gevel aan de achterzijde van een gebouw, tegenover de voorgevel.
Een bijgebouw dat qua ligging een ruimtelijke eenheid vormt met de woning en waarin een gedeelte van de huishouding uit een oogpunt van mantelzorg is gehuisvest.
Gebied of terrein van zeer hoge archeologische waarde dat van rijkswege of gemeentewege is beschermd. Indien het monument door de Minister is aangewezen, is het beschermd conform de Monumentenwet 1988.
De aan een gebied toegekende waarden in verband met de kennis en studie van de in dat gebied voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteit in het verleden.
De aan een gebied toegekende verwachting in verband met de kans op het voorkomen van archeologische relicten.
Eén of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
Een in de regels aangegeven percentage, dat de grootte van het bouwperceel en/ of bouwvlak aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd.
Een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, aan huis verbonden beroepen daaronder niet begrepen.
Een woning in of bij een gebouw of op een terrein, die slechts is bestemd voor bewoning door )het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar noodzakelijk is, gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein.
De totale vloeroppervlakte van kantoren, winkels of bedrijven met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen en overige dienstruimten.
Onder beperkt kwetsbare objecten wordt verstaan:
De grens van een bestemmingsvlak.
Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
Bedrijven zoals bedoeld in artikel 2, lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
Vrijstaand gebouw dat door zijn ligging, constructie en/of afmetingen ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
De grens van een bouwvlak.
Een boven het peil gelegen en doorlopend gedeelte van een gebouw, dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen binnenwerks is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder.
Een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
De grens van een bouwperceel.
Een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
Een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
Een overkapping in de vorm van een open constructie met minimaal 2 open wanden voor de overdekte stalling van motorvoertuigen.
Vuurwerk dat is bestemd voor particulier gebruik.
De aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan en door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis van dat bouwwerk of dat gebied heeft gemaakt, zoals dat onder meer tot uitdrukking komt in de beplanting, het reliëf, de verkaveling, het sloten- of wegenpatroon en/of de architectuur.
Het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit. Een webwinkel zonder toonbankfunctie wordt niet als detailhandel aangemerkt.
Een door burgemeester en wethouders aan te wijzen onafhankelijke deskundige of commissie van deskundigen aangaande een specifiek aspect van de ruimtelijke ordening, zoals een archeologisch deskundige, erfgoeddeskundige, landschapsdeskundige, milieudeskundige en natuurdeskundige.
Schuttingen, muren, terrasschermen en andere gebouwde verticale afscheidingen welke al dan niet op de erfgrens zijn geplaatst ten behoeve van het aanbrengen van een scheiding tussen percelen.
Een archeologische dienst, bedrijf of instelling, erkend door het Centraal College van Deskundigen (CCvD) en werkend volgens de specificaties van de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie.
Relatief rustige vormen van recreatie, die in de open lucht plaatsvinden in gebieden waarvan de hoofdfunctie een andere is en waar niet of nauwelijks specifieke voorzieningen voor getroffen worden, zoals onder andere wandelen, fietsen, paardrijden of kanoën.
Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
Hieronder worden verstaan: woningen, onderwijsgebouwen, ziekenhuizen, verpleeghuizen, andere gezondheidszorggebouwen dan de genoemde (t.w. verzorgingstehuizen, psychiatrische inrichtingen, medische centra, poliklinieken en medische kleuterdagverblijven), alsmede de terreinen die behoren bij de andere gezondheidszorggebouwen, voor zover deze bestemd zijn of worden gebruikt voor de in die gebouwen verleende zorg, alsmede woonwagenstandplaatsen.
Een inrichting waarbij als gevolg van de Wet geluidhinder rondom het terrein van vestiging in een bestemmingsplan een zone moet worden vastgesteld.
De kans per jaar en per kilometer transportleiding dat een groep van 10 of meer personen in de omgeving van een transportleiding in een keer het (dodelijk) slachtoffer wordt van een ongeval met die transportleiding. Het groepsrisico kan worden uitgedrukt in een logaritmische grafiek, de FN-curve. Voor de toetsing van het groepsrisico geldt geen wettelijke norm, maar een oriënterende waarde.
Met het groepsrisico wordt invulling gegeven aan het idee dat niet alleen de kans op een ongeval een rol speelt bij de beoordeling van risico's (deze wordt uitgedrukt door het plaatsgebonden risico), maar ook de effecten en eventuele maatschappijontwrichtende gevolgen daarvan.
Een woning die deel uitmaakt van een blok van maximaal twee woningen, waarvan het hoofdgebouw aan het op het aangrenzende bouwperceel gelegen hoofdgebouw is gebouwd dan wel door garages geschakelde woningen waarbij het hoofdgebouw aan één zijde op de zijdelingse perceelsgrens gebouwd is of mag worden;
Gebouw, of gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
Plaats die fungeert als vaste woon- of verblijfsplaats en/of het centrum van de sociale en maatschappelijke activiteiten van betrokken.
Het bedrijfsmatig verstrekken van dranken en/of etenswaren en/of logies, waarbij een onderscheid gemaakt in:
ondersteunende horeca
niet-zelfstandige horeca, uitsluitend horeca-categorie 1, horeca-categorie 2 of horeca-categorie 3, die is of wordt gerealiseerd binnen een andere hoofdfunctie en daar naar oppervlakte en ruimtelijke uitstraling ondergeschikt aan is, welke uitsluitend toegankelijk is via de hoofdfunctie en waarvan de openingstijden zijn aangepast aan de openingstijden van de hoofdfunctie;
horeca - categorie 1
een horecabedrijf, dat qua exploitatievorm aansluit bij winkelvoorzieningen en waar naast overwegend niet ter plaatse bereide kleinere etenswaren en in hoofdzaak alcoholvrije drank worden verstrekt;
horeca - categorie 2
een inrichting die geheel of in overwegende mate gericht is op het verstrekken van maaltijden of etenswaren die al da niet ter plaatse genuttigd plegen te worden. Daaronder worden begrepen: cafetaria/snackbar, fastfood en broodjeszaken/lunchroom, konditorei, ijssalon/ijswinkel, koffie en/of theeschenkerij, afhaalcentrum, eetwinkels, restaurant;
horeca - categorie 3
een inrichting die geheel of in overwegende mate gericht op het verstrekken van (alcoholische) dranken voor consumptie ter plaatse, alsmede het verstrekken van maaltijden of etenswaren die ter plaatse genuttigd plegen te worden, alsmede (in sommige gevallen) de gelegenheid biedt tot dansen. Daaronder worden begrepen: café, bar, grandcafé, eetcafé, danscafé, pubs, juice- en healthbar;
horeca - categorie 4
een inrichting die geheel of in overwegende mate gericht is op het bieden van vermaak en ontspanning (niet zijnde een recreatieve voorziening) en/of het geven van gelegenheid tot de dansbeoefening, al dan niet met levende muziek en al dan niet met de verstrekking van dranken en kleine etenswaren. Daaronder worden begrepen: discotheek/dancing, nacht-café en een zalencentrum (met nachtvergunning);
horeca - categorie 5
een inrichting die geheel of in overwegende mate gericht is op het verstrekken van nachtverblijf. Daaronder worden begrepen: hotel, motel, pension en overige logiesverstrekkers.
Een alleenstaande, of twee of meer personen die een duurzame gemeenschappelijke huishouding voeren of willen gaan voeren.
Gronden met een bijzondere betekenis voor het watersysteem van het plansysteem in verband met beekherstel, verdrogingsbestrijding, waterberging en/of waterkering.
Een collector voor warmteopwekking of een paneel voor elektriciteitsopwekking.
Een kabel is een geheel van geleiders welke voorzien is van één ommanteling en bestemd is voor transport van energie of data.
Voorzieningen gericht op het verlenen van dienst op administratief, financieel, architectonisch, juridisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen gebied, waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
Het verlenen van dienst of het uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid door middel van handwerk, waarvan de omvang in een woning met bijbehorende gebouwen past en de woonfunctie in ruimtelijke en visuele zin in overwegende mate blijft behouden. Hieronder wordt mede begrepen consumentenverzorging.
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde van weg- en waterbouwkundige aard, zoals bruggen, viaducten, duikers, keerwanden, beschoeiingen, kademuren en dergelijke.
Onder kwetsbare objecten wordt verstaan:
De door het het bevoegd gezag gestelde commissie of aangewezen instantie, die als taak heeft het bevoegd gezag op verzoek of uit eigen beweging te adviseren over de toepassing van de Monumentenwet 1988, over de gemeentelijke archeologieverordening en over het gemeentelijke monumentenbeleid.
Waarden in verband met de aanwezigheid van bijzondere platen, dieren en leefgemeenschappen in onderlinge samenhang en in samenhang met hun leefomgeving (biotoop) en welke verband houden met zaken als verscheidenheid/zeldzaamheid, natuurlijkheid/ongestoordheid en kenmerkendheid voor het gebied.
De gemeentelijke Nota Parkeernormen zoals vastgesteld op 3 november 2014.
Voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling, apparatuur voor telecommunicatie, voorzieningen ten behoeve van het openbaar vervoer en/of het wegverkeer.
Een (gedeelte van) een bouwwerk, waarvan de bovenkant van de vloer is gelegen op ten minste 1,75 meter beneden peil.
De achtergevel van het hoofdgebouw zoals dat ten tijde van de afronding van de bouwwerkzaamheden, overeenkomstig de voor het hoofdgebouw verleende vergunning, is opgeleverd.
Het hoofdgebouw zoals dat ten tijde van de afronding van de bouwwerkzaamheden, overeenkomstig de voor het hoofdgebouw verleende vergunning, is opgeleverd.
Een bouwwerk, geen gebouw zijnde, omsloten door maximaal één wand en voorzien van een gesloten dak, waaronder begrepen een carport.
Elke al dan niet overdekte stallingsgelegenheid ten behoeve van al dan niet gemotoriseerd verkeer.
Risico op een plaats, uitgedrukt als de kans per jaar dat een persoon die onafgebroken en onbeschermd op die plaats zou verblijven, overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongewoon voorval waarbij een gevaarlijke stof betrokken is. Voor dit risico geldt een grenswaarde voor kwetsbare objecten en een richtwaarde voor beperkt kwetsbare objecten.
Detailhandel in goederen die ter plaatse worden vervaardigd, gerepareerd en/of toegepast in het productieproces, waarbij de detailhandelsfunctie ondergeschikt is aan de productiefunctie.
Het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding.
Een inrichting, waarbij ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde, richtwaarde van het risico dan wel risico-afstand moet worden aangehouden bij het in het bestemmingsplan toegelaten kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten.
De voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub, of een prostitutiebedrijf, waaronder begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar.
De aan een gebied toegekende waarde in verband met stedenbouwkundige elementen, zoals situatie en infrastructuur alsmede de ligging van bouwwerken in dat gebied.
Openbare voorzieningen van geringe afmetingen, zoals banken, bloem- en plantenbakken, gedenktekens, speeltoestellen, straatverlichting, wegbebakening en - bewijzering en andere, hiermee gelijk te stellen bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
De gevel vaan de voorzijde van een gebouw.
De denkbeeldige lijn die strak loopt langs de voorgevel (de meest gezichtsbepalende gevel) van het hoofdgebouw wordt getrokken tot aan de zijdelingse perceelsgrenzen.
Voorzieningen ten behoeve van het op het openbare net aangesloten nutsvoorziening, het telecommunicatieverkeer, het openbaar vervoer en/of het wegverkeer.
Een bijgebouw dat niet aan het hoofdgebouw verbonden is.
Een woning, waarvan het hoofdgebouw niet aan een op een aangrenzend bouwperceel gelegen hoofdgebouw is gebouwd.
Al het oppervlaktewater zoals sloten, greppels, (infiltratie)vijvers, kanalen, beken en andere waterlopen, ook als deze incidenteel of structureel droogvallen. Alsmede voor voorzieningen, die nodig zijn ten behoeve van een goede wateraanvoer, waterafvoer, waterberging, hemelinfiltratie en waterkwaliteit. Hierbij kan gedacht worden aan duikers, stuwen, infiltratievoorzieningen, gemalen, inlaten en dergelijke.
Een specifieke vorm van detailhandel zonder uitstalling, verkoop en levering van goederen ter plaatse, waarbij de goederen via internet worden aangeboden en overwegend per post worden geleverd.
Een complex van ruimten, geschikt en bestemd voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden, danwel voor de huisvesting van maximaal 4 personen , die geen gezamenlijk huishouden vormen maar wel gezamenlijk gebruik maken van de voorzieningen als ware het één huishouden. In het laatste geval dient sprake te zijn van een gebruiksoppervlakte van minimaal 12 m2 per persoon. Binnen een woning is sprake van één zelfstandige wooneenheid, dat wil zeggen één eenheid waarin een zelfstandig huishouden kan worden gevoerd doordat die eenheid beschikt over de daartoe strekkende voorzieningen (sanitair, kookgelegenheid en dergelijke) en een eigen huisnummer.
De gronden die behoren bij het hoofdgebouw en gelegen zijn aan de zijkant(en) van dat hoofdgebouw tussen de denkbeeldige lijnen in het verlengde van de voor- en achtergevelrooilijn.
Zolder onder een kap voor zover de hoogte van de borstwering ter plaatse van de omtrekmuren minder dan 80 cm boven de vloer is gelegen.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
Langs het dakvlak gemeten ten opzichte van het horizontale vlak.
Vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
Tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
Vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
Tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
De kortste afstand van het buitenwerkse gevelvlak van een gebouw tot de bestemmingsgrens.
Tussen de grens van het bouwperceel en een bepaald punt van het bouwwerk, waar die afstand het kortst is.
De oppervlakte van alle op een bouwperceel aanwezige bouwwerken tezamen.
vanaf het bouwkundig peil tot het diepste punt van het bouwwerk, de fundering niet meegerekend.
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, liftschachten, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw- en/of bestemmingsgrenzen niet meer dan 1,00 meter bedraagt.
De voor 'Bedrijventerrein - Cultuurhistorisch waardevol' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
aanduiding | SBI-code | uit ten hoogste milieucategorie |
specifieke vorm van bedrijf - 1 | 51.523 / 51523 | 3.2 |
met de daarbij behorende voorzieningen, zoals:
De voor Bedrijventerrein - Cultuurhistorisch waardevol aangewezen gronden zijn mede bestemd voor het behoud, het herstel en de versterking van het historische en ruimtelijk karakter.
Voor het bouwen van gebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering en de afmetingen van de bebouwing en de aanleg van parkeervoorzieningen, ten behoeve van:
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van lid 3.2.1 sub c en bepalen dat tot aan de perceelsgrens mag worden gebouwd, met dien verstande dat de volgende aspecten aantoonbaar binnen het bouwperceel worden opgelost:
Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 3.1 ten behoeve van:
Bij de beoordeling van de aard en invloed van de milieubelasting van een bedrijf of bedrijfsactiviteiten zoals bedoeld in sub a en sub b dienen de volgende milieubelastingcomponenten mede in de beoordeling te worden betrokken: geluid, geurproductie, stofuitworp en gevaar, waarbij tevens kan worden gekeken naar de verontreiniging van lucht en bodem, de diversiteit en het al dan niet continue karakter van het bedrijf of bedrijfsactiviteiten en de visuele hinder en verkeersaantrekkende werking.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd overeenkomstig artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming zodanig wijzigen dat de opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is toegestaan, met in acht name van de volgende regels:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd overeenkomstig artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming zodanig wijzigen dat nieuwe Bevi-inrichtingen zijn toegestaan, met inachtneming van de volgende regels:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Bedrijventerrein - Cultuurhistorisch waardevol een oorspronkelijk hoofdgebouw, dan wel de direct aan een hoofdgebouw verbonden oorspronkelijke bouwwerken, geen gebouwen zijnde, in de vorm van dakoverstekken, luifels en bankjes, te slopen.
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende voorzieningen, zoals:
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering en de afmetingen van de bebouwing ten behoeve van:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
De voor 'Groen - Cultuurhistorisch waardevol' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende voorzieningen, zoals:
De voor Groen - Cultuurhistorisch waardevol aangewezen gronden zijn mede bestemd voor het behoud, het herstel en de versterking van het historische en ruimtelijk karakter.
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering en de afmetingen van de bebouwing ten behoeve van:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
De voor 'Sport - Cultuurhistorisch waardevol' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende voorzieningen, zoals:
De voor Sport - Cultuurhistorisch waardevol aangewezen gronden zijn mede bestemd voor het behoud, het herstel en de versterking van het historische en ruimtelijk karakter.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering en de afmetingen van de bouwwerken ten behoeve van:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Sport - Cultuurhistorisch waardevol een oorspronkelijk hoofdgebouw, dan wel de direct aan een hoofdgebouw verbonden oorspronkelijke bouwwerken, geen gebouwen zijnde, in de vorm van dakoverstekken, luifels en bankjes, te slopen.
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende voorzieningen, zoals:
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering en de afmetingen van de bouwwerken, ten behoeve van:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende voorzieningen, zoals:
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering en de afmetingen van de bouwwerken, ten behoeve van:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied cultuurhistorisch waardevol' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende voorzieningen, zoals:
De voor Verkeer - Verblijfsgebied cultuurhistorisch waardevol aangewezen gronden zijn mede bestemd voor het behoud, het herstel en de versterking van het historische en ruimtelijk karakter.
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
De bouwhoogte van garageboxen als bedoeld in 9.1 c mag niet meer bedragen dan 3 meter.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering en de afmetingen van de bouwwerken, ten behoeve van:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende voorzieningen, zoals:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbijbehorende voorzieningen, zoals:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van aanbouwen en bijgebouwen gelden de volgende regels:
met dien verstande dat de bouwhoogte van een aanbouw niet meer mag bedragen dan de bouwhoogte van het hoofdgebouw;
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering en de afmetingen van de bouwwerken ten behoeve van:
Voor het uitoefenen van een aan huis verbonden beroep gelden de volgende regels:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 11.4.2 onder b voor het gebruik van gronden en bouwwerken voor kleinschalige bedrijvigheid, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
De voor 'Wonen - Cultuurhistorisch waardevol' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbijbehorende voorzieningen, zoals:
De voor Wonen - Cultuurhistorisch waardevol aangewezen gronden zijn mede bestemd voor het behoud, het herstel en de versterking van het historische en ruimtelijk karakter.
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van aanbouwen en bijgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering en de afmetingen van de bouwwerken ten behoeve van:
Voor het uitoefenen van een aan huis verbonden beroep gelden de volgende regels:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 12.4.2 onder b voor het gebruik van gronden en bouwwerken voor kleinschalige bedrijvigheid, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Wonen - Cultuurhistorisch waardevol, de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod als bedoeld in 12.6.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Wonen - Cultuurhistorisch waardevol een oorspronkelijk hoofdgebouw, dan wel de direct aan een hoofdgebouw verbonden oorspronkelijke bouwwerken, geen gebouwen zijnde, in de vorm van dakoverstekken, luifels en bankjes, te slopen.
De voor 'Leiding - Brandstof' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming - mede bestemd voor een brandstoftransportleiding.
Op en in de voor Leiding - Brandstof bestemde gronden gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 13.2 en toestaan dat overeenkomstig de andere bestemmingen van deze gronden wordt gebouwd, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
De plaatsgebonden risicocontour van de leidingen is gelegen binnen de voor 'Leiding - Brandstof' aangewezen gronden.
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Leiding - Brandstof zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, aan te leggen of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 13.5.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van een ondergrondse hoge druk gastransportleiding met de daarbij behorende belemmeringenstrook.
Voor het bouwen gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 14.2 en toestaan dat overeenkomstig de andere bestemmingen van deze gronden wordt gebouwd, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Leiding - Gas' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod als bedoeld in 14.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 14.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien:
De voor ‘Waarde - Archeologie 5' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden.
Binnen het gebied ‘Waarde - Archeologie 5' mogen uitsluitend bouwwerken worden opgericht ten behoeve van de op deze gronden liggende andere bestemmingen, indien en voor zover het een bouwplan betreft:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van de afmetingen en situering van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermingswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn erop gericht dat de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) worden behouden.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijken van het bepaalde in lid 15.2 voor het oprichten van bouwwerken ten behoeve van de op deze gronden liggende andere bestemming(en), met inachtneming van de volgende bepalingen:
In het belang van de archeologische monumentenzorg en ter voorkoming van onevenredige aantasting van aanwezige archeologische waarden, is het verboden, behoudens het bepaalde in lid 15.2, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te (laten) voeren, over een oppervlakte van 2500 m² of meer:
Het onder lid 15.5.1 gestelde verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden:
Het is verboden binnen de 'Waarde - Archeologie 5’ aangewezen gronden, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de aanwezige bouwwerken te slopen indien de oppervlakte groter is dan 2500 m² en de diepte meer dan 0,5 m bedraagt;
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijken van het bepaalde in lid 18.6.1 , met inachtneming van de volgende bepalingen:
De voor 'Waarde - Ecologie' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor
Op en in de voor 'Waarde - Ecologie' bestemde gronden gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 16.2 sub b, indien de bij de betrokken bestemming behorende bouwregels in acht worden genomen en de waarden zoals in lid 16.1 benoemd door de bouwactiviteiten niet onevenredig c.q. onherstelbaar worden aangetast.
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Waarde - Ecologie' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, aan te leggen of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 16.4.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor de waterkering.
Op en in de voor 'Waterstaat - Waterkering' bestemde gronden gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 17.2 onder c, indien de bij de betrokken bestemming behorende bouwregels in acht worden genomen en het waterkeringsbelang door de bouwactiviteiten niet onevenredig wordt geschaad.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
In die gevallen dat de bestaande goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte en/of inhoud van bouwwerken, die in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet of de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht tot stand zijn gekomen meer bedraagt dan in de bouwregels in Hoofdstuk 2 van deze regels is toegestaan, geldt die goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte en/of inhoud in afwijking daarvan als maximaal toegestaan.
In die gevallen dat de bestaande afstand van een bouwwerk tot enige op de verbeelding of in de regels aangegeven lijn dan wel tot een ander bouwwerk, die in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet of de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht tot stand is gekomen minder bedraagt dan in de bouwregels in Hoofdstuk 2 van deze regels is toegestaan, geldt die afstand in afwijking daarvan als minimaal toegestaan.
In die gevallen dat een bestaand bebouwingspercentage, dat in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet of de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht tot stand is gekomen, meer bedraagt dan in de bouwregels in Hoofdstuk 2 van deze regels is toegestaan, geldt dat bebouwingspercentage in afwijking daarvan als maximaal toegestaan.
Onder strijdig gebruik met de bestemming wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en/of bouwwerken ten behoeve van seksinrichtingen en prostitutie.
Bij een gebouw moet ten behoeve van het parkeren en het stallen van auto's in de juiste mate ruimte zijn aangebracht in, op of onder dat gebouw dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort, met dien verstande dat:
Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in artikel 20.2.1 voor zover op andere wijze in de nodige parkeer- of stallingruimte wordt voorzien.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6, lid 1, onder a van de Wet ruimtelijke ordening, de in artikel 20.2.1 bedoelde parkeernormen en bedragen te wijzigen.
Burgemeester en wethouders kunnen een of meer bepalingen van de Nota parkeernormen zoals opgenomen in bijlage 3 buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing daarvan - gelet op het belang waarvoor de Nota parkeernormen tot stand is gebracht - leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.
Ter plaatse van de aanduiding 'geluidszone - industrie' geldt het volgende:
Voor zover de gronden zijn gelegen binnen de aanduiding 'veiligheidszone - externe veiligheid vuurwerk', mogen geen (beperkt) kwetsbare objecten als bedoeld in het Bevi (Besluit externe veiligheid inrichtingen Stb. 2004, 250) worden opgericht.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de aanduiding 'veiligheidszone - externe veiligheid vuurwerk' van de verbeelding te verwijderen, indien:
Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - vaarweg' geldt het volgende:
Indien niet op grond van een andere bepaling kan worden afgeweken van deze regels kan het bevoegd gezag door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het volgende:
De in 22.1 genoemde omgevingsvergunning voor afwijking van het bestemmingsplan kan uitsluitend verleend worden, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de in het plan opgenomen bestemmingen te wijzigen ten behoeve van:
Voor zover toepassing van het overgangsrecht gebruik leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard voor een of meer natuurlijke personen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan grond en opstallen gebruiken in strijd met het voordien geldende bestemmingsplan kan het bevoegd gezag ten behoeve van die persoon of personen van dat overgangsrecht afwijken.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Batadorp e.o.'.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 30 november 2015. | ||||||||
De voorzitter, | De griffier, | |||||||
………. | ……… | |||||||