direct naar inhoud van Artikel 18 Verkeer
Plan: Buitengebied 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0733.BpBuitengebied-VA01

Artikel 18 Verkeer

18.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wegen, straten en paden met hoofdzakelijk een verkeersfunctie; en/of
  • b. voet- en rijwielpaden;
  • c. de functies als bedoeld in lid 19.1, ter plaatse van onder- of bovengrondse kruisingen met spoorwegen;
  • d. parkeervoorzieningen;
  • e. een parkeerterrein, ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein';
  • f. bermen en beplanting;
  • g. straatmeubilair;
  • h. (voorzieningen voor) ambulante detailhandel;
  • i. waterlopen en waterpartijen;
  • j. oeververbindingen (bruggen);
  • k. kunstwerken, voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding en geluidwerende voorzieningen;
  • l. andere voorzieningen, zoals voor elektrotechnische systemen en ecologische doeleinden.

18.2 Bouwregels
18.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. op of in deze gronden mogen uitsluitend gebouwen ten behoeve van voorzieningen van algemeen nut worden gebouwd;
  • b. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt maximaal 3 m;
  • c. de maximale oppervlakte van gebouwen bedraagt 15 m2;
  • d. ten behoeve van elektrotechnische systemen mogen gebouwen worden gebouwd, mits de oppervlakte van elk gebouw niet meer dan 30 m2 bedraagt, de afstand tot de meest nabijgelegen woning niet minder dan 50 m bedraagt, de afstand tot aan het buitenste spoor niet meer dan 25 m bedraagt, en de hoogte, vanaf de voet gemeten, niet meer dan 5 m bedraagt.

18.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van kunstwerken mag maximaal 10 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van voorzieningen ten behoeve van de geleiding van het verkeer, lichtmasten en geluidwerende voorzieningen mag maximaal 12 m bedragen.
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag maximaal 5 m bedragen.

18.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. het opslaan van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • b. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond.