Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Zaamslag
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0715.BPZSL01-VG99

Artikel 19 Leiding - Hoogspanning

19.1 Bestemmingsomschrijving

19.1.1 Bestemming

De op de verbeelding voor Leiding - Hoogspanning (L-H) aangewezen gronden zijn, naast andere voor deze gronden aangewezen bestemmingen, bestemd als:
  1. ter plaatse van de dubbelbestemming Leiding - Hoogspanning alsmede de gronden binnen 5 meter gerekend vanuit het middelpunt van de leiding: een hoogspanningsleiding met een zone van 10 meter;
met inachtneming van het volgende:
  1. in geval van strijdigheid van regels gaan de regels van dit artikel voor de regels die ingevolge andere artikelen op de desbetreffende gronden van toepassing zijn.

19.1.2 Toelaatbaarheid bebouwing

Op deze gronden mogen, met inachtneming van de op de verbeelding aangegeven aanduidingen, uitsluitend ten dienste van de in artikel 19 lid 1.1 genoemde bestemmingen bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden opgericht.

19.2 Bouwregels

19.2.1 Bouwen ten behoeve van deze bestemming

Op de in artikel 19 lid 1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van deze dubbelbestemming worden gebouwd.

19.2.2 Andere gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Gebouwen en andere bouwwerken ten behoeve van andere, voor deze gronden geldende bestemmingen zijn niet toegestaan.

19.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van het doelmatig functioneren van de leiding, met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 2 en toestaan dat de in andere, voor deze gronden geldende bestemmingen genoemde bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouw, mits vooraf advies wordt ingewonnen van de betreffende leidingbeheerder.

19.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

19.4.1 Verbod

Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Leiding - Gas als bedoeld onder lid 1 onder a zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden) de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:
  1. het uitvoeren van grondwerkzaamheden dieper dan 30 centimeter, waartoe ook gerekend wordt woelen, mengen, diepploegen, egaliseren, aanleggen van drainage en ontginnen, en aanleggen, vergraven of verruimen van sloten, vijvers en andere wateren;
  2. het indrijven van voorwerpen in de bodem;
  3. het planten van bomen;
  4. het rooien van bomen waarbij de stobben worden verwijderd;
  5. het verlagen van het waterpeil;
  6. het aanleggen, verbreden of verharden van wegen, paden of parkeergelegenheden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
  7. het uitvoeren van alle overige werkzaamheden die de leiding aan kunnen tasten en die niet gerekend kunnen worden tot het normale gebruik of onderhoud van het terrein.

19.4.2 Uitzonderingen verbod

Het verbod zoals in lid 4.1 bedoeld is niet van toepassing op:
  1. werken of werkzaamheden die reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan;
  2. werken of werkzaamheden die mogen worden uitgevoerd krachtens een verleende aanleg- of omgevingsvergunning;
  3. het verrichten van onderhoud en onderzoek door de leidingbeheerder.

19.4.3 Toelaatbaarheid

De werken of werkzaamheden, zoals in lid 4.2 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar indien daardoor de belangen van de gasleiding niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad.

19.4.4 Adviesprocedure

Alvorens over het verlenen van een aanlegvergunning te beslissen, winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij de leidingbeheerder.