direct naar inhoud van Artikel 10 Algemene aanduidingsregels
Plan: Nieuwendijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0715.BPAXL03-VG99

Artikel 10 Algemene aanduidingsregels

10.1 Molenbiotoop
10.1.1 Bouwregels

Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - molenbiotoop' gelden de volgende regels:

  • a. binnen een afstand van 100 tot 400 m tot het middelpunt van de stadsmolen Axelwordt geen bebouwing opgericht met een hoogte die meer bedraagt dan 1/50 van de afstand van het bouwwerk tot het middelpunt van de molen, gerekend vanaf de onderste punt van de verticaal staande wiek vermeerderd met 3,7 m;
  • b. het bepaalde onder a is niet van toepassing op:
    • 1. een bouwwerk dat, gezien vanuit de molen, aan de achterzijde van bestaande bebouwing wordt opgericht en waarbij de hoogte en de breedte blijven binnen de maximaal toelaatbare bouwhoogte en breedte van deze bestaande bebouwing;
    • 2. een bouwwerk ter vervanging van bestaande bebouwing mits eventuele afwijkingen van dit plan voor wat betreft de breedte, gezien vanuit de molen, en de hoogte niet worden vergroot en de herbouw op dezelfde plaats plaatsvindt.
  • c. indien op grond van hoofdstuk 2 een lagere maximale bouwhoogte geldt dan de maximaal toelaatbare bouwhoogte ingevolge dit lid onder a en b prevaleert de maximaal toelaatbare bouwhoogte van hoofdstuk 2.

10.1.2 Afwijking van de bouwregels
  • a. Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder a en b, indien: toepassing van de in lid 10.1.1 onder a en b bedoelde maten de belangen in verband met de nieuw op te richten bebouwing onevenredig zouden schaden.
  • b. Alvorens af te wijken vraagt het bevoegd gezag schriftelijk advies bij de molendeskundige.