direct naar inhoud van 5.5 Bedrijven en milieuzonering
Plan: Buitengebied Giessenlanden
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0689.BP8001-vast

5.5 Bedrijven en milieuzonering

5.5.1 Toetsingskader

In het plangebied zijn verschillende niet-agrarische bedrijven aanwezig. De aard van de bedrijfsactiviteiten is divers. Om te kunnen bepalen of de mogelijke milieubelasting van een bedrijf hoog of laag is, wordt gebruikgemaakt van de Staat van Bedrijfsactiviteiten (SvB). De SvB is een lijst waarin de meest voorkomende bedrijven en bedrijfsactiviteiten zijn gerangschikt naar toenemende milieubelasting. Deze Staat is gebaseerd op de VNG-brochure 'Bedrijven en milieuzonering' (editie 2009). Met behulp van een indeling in categorieën wordt aangegeven hoe groot de mogelijke milieubelasting van een bedrijf is.

Voor dit plangebied wordt gebruikgemaakt van de Standaard SvB. Deze SvB geeft met zogenaamde richtafstanden aan in welke milieucategorie een bedrijf valt. Er zijn richtafstanden voor aspecten als gevaar, geluids-, stof- en geurhinder. De genoemde richtafstanden gelden voor het referentiekader van een 'rustige woonwijk'. Zoals ook in de VNG-publicatie is aangegeven en in vaste jurisprudentie is bevestigd, kan voor andere omgevingstypen dan een rustige woonwijk worden afgeweken van deze richtafstanden. Voor een nadere toelichting op de aanpak van de milieuzonering met behulp van de SvB wordt verwezen naar Bijlage 3.

5.5.2 Onderzoek

Algemene toelaatbaarheid

De bestaande bedrijfspercelen binnen het plangebied hebben de bestemming 'Bedrijf' gekregen. Ter plaatse zijn bedrijven uit categorie 1 en 2 uit de SvB algemeen toelaatbaar. Dit zijn bedrijven die, gelet op hun aard en invloed op de omgeving, toelaatbaar zijn tussen of onmiddellijk naast woonbebouwing (in gebieden met gemengde functies).

Bedrijfsinventarisatie

De binnen het plangebied aanwezige bedrijven zijn geïnventariseerd en ingeschaald op basis van de SvB, de bedrijvenlijst is opgenomen in Bijlage 5. Indien hier in de huidige situatie een bedrijf aanwezig is dat niet binnen de algemene toelaatbaarheid (categorie 2) past, krijgt dit bedrijf een specifieke bedrijfsaanduiding. Hierdoor zijn de betreffende bedrijfsactiviteiten volgens het bestemmingsplan toegestaan. Bij beëindiging van het bedrijf kan zich hier eenzelfde bedrijf of een bedrijf dat binnen de algemene toelaatbaarheid valt vestigen. Op deze manier worden bedrijven niet in hun bedrijfsvoering beperkt en wordt bij opheffing of bedrijfsverplaatsing voorkomen dat er een hogere milieubelasting kan optreden dan in de huidige situatie mogelijk is.

Bedrijfswoningen

Het bestemmingsplan gaat uit van handhaving van de bestaande bedrijfswoningen. Wanneer geen bedrijfswoning aanwezig is, is dit expliciet op de plankaart aangegeven. Oprichting of uitbreiding van het aantal bedrijfswoningen is niet toegestaan.

Nieuwvestiging

Nieuwvestiging van niet-agrarische bedrijvigheid in het buitengebied is niet mogelijk. Nieuwvestiging zou leiden tot een ongewenste verstedelijkingsdruk en verdichting van het buitengebied. De gebiedswaarden en functies in het buitengebied kunnen daardoor worden aangetast.

Conclusie

Door het hanteren van bovengenoemde algemene toelaatbaarheid in combinatie met de specifieke bedrijfsaanduidingen wordt geborgd dat ter plaatse van woningen sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat en dat bestaande bedrijven niet in hun bedrijfsvoering woorden beperkt.