7.2 Bouwregels
7.2.1 Toelaatbaarheid van bouwwerken
Op deze gronden zijn uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan.
7.2.2 Maatvoering
De goothoogte, bouwhoogte, de oppervlakte en / of de inhoud van een gebouw of bouwwerk, geen gebouw zijnde, bedragen ten hoogste de volgende aangegeven maten:
|
bouwwerk
|
goothoogte
|
bouwhoogte
|
oppervlakte/ inhoud
|
a.
|
terreinafscheidingen
|
-
|
2 m
|
-
|
b.
|
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde
|
-
|
2 m
|
-
|
7.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden
7.3.1 Aanlegverbod zonder omgevingsvergunning
Het is verboden om zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders (Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden) de navolgende werken en / of werkzaamheden uit te voeren op of in de gronden met de bestemming Natuur:
-
a. het aanleggen van paden, wegen en parkeergelegenheden alsmede het aanbrengen van oppervlakteverhardingen;
-
b. het aanbrengen van boven- en ondergrondse transport-, energie- of telecommunicatie- leidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur;
-
c. het ontginnen, verlagen, afgraven, ophogen of egaliseren van de bodem;
-
d. het aanleggen, vergraven, verruimen of dempen van sloten, greppels, vijvers en andere wateren;
-
e. het aanbrengen van oeverbeschoeiingen, kaden of aanlegplaatsen;
-
f. het aanleggen van drainage;
-
g. het afbranden van vegetatie;
-
h. het vellen of rooien van struiken of bomen;
-
i. het beplanten van gronden met struiken of bomen.
7.3.2 Uitzondering op aanlegverbod
Het verbod van lid 7.3.1 geldt niet voor het uitvoeren van werken, of werkzaamheden die:
-
a. behoren tot normaal onderhoud en beheer ten dienste van de bestemming;
-
b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan;
-
c. reeds mogen worden uitgevoerd krachtens een verleende vergunning.
7.3.3 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning
Werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 7.3.1 zijn slechts toelaatbaar indien daardoor de in lid 7.1 onder a genoemde aanwezige waarden van de gronden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, danwel de mogelijkheden voor het herstel van de waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
7.3.4 Advisering over omgevingsvergunning
Alvorens te beslissen omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in lid 7.3.1 winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in van de natuur- en landschapsdeskundige, omtrent de voorwaarde zoals genoemd in lid 7.3.3.