direct naar inhoud van 5.12 Paarden
Plan: Middelburg Buitengebied
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0687.BPBGM-VG99

5.12 Paarden

De paardenhouderij is in de laatste decennia sterk in opmars. Het gaat om hobbymatige activiteiten (bewoners buitengebied die paarden houden voor eigen gebruik) en bedrijfsmatige activiteiten (paardenstalling en manegefuncties). Er zijn twee vormen van paardenhouderij:

  • Productiegericht:
    • 1. fokkerij, gericht op voortplanting en daaraan ondergeschikte africhting en training;
    • 2. paardenmelkerij;
  • gebruiksgericht:
    • 1. paardenstalling als nevenactiviteit of vervolgfunctie op agrarische bedrijven: stallen en weiden van paarden met paardrij-faciliteiten; geen horeca en lesgeven (manege);
    • 2. niet-agrarische bedrijfsmatige paardenbedrijven: handelsstallen, trainings- en africhtingsbedrijven, sportstallen;
    • 3. maneges: recreatieve bedrijven gericht op de stalling, les geven en berijden van paarden; met eventueel horeca;
    • 4. particuliere paardenstalling: hobbymatig houden van paarden ten behoeve van eigen gebruik, in combinatie met woonfunctie

Verder is het onderscheid tussen hobbymatige en bedrijfsmatige activiteiten van belang. Op basis van de jurisprudentie is - in het kader van de ruimtelijke ordening in het algemeen - als omslagpunt van hobbymatig naar bedrijfsmatig de grens van 4 paarden aangehouden. Daarboven is in beginsel sprake van bedrijfsmatige activiteiten.

Onderscheid in bestemmingen tussen hobbymatig en bedrijfsmatige activiteiten

Een productiegerichte paardenhouderij (paardenfokkerij en –melkerij) is een agrarische activiteit die (rechtstreeks) past binnen de grondgebonden agrarische bestemming. Op agrarische bouwvlakken is deze agrarische vorm van paardenhouderij zonder meer toelaatbaar.

Binnen de gebruiksgerichte paardenhouderij kan onderscheid worden gemaakt in niet-recreatieve bedrijvigheid en recreatieve bedrijvigheid.

Specifieke bedrijven gericht op niet-recreatieve gebruiksgerichte paardenhouderij (stoeterijen, handelsstallen, trainings- en africhtingsbedrijven, sportstallen) worden in het bestemmingsplan voorzien van een specifieke bestemming. Recreatieve gebruiksgerichte paardenhouderij wordt voorzien van een recreatieve bestemming (recreatieve paardenhouderij, paardenstalling en manege).

Nieuwe gebruiksgerichte paardenhouderij, paardenstalling en maneges worden binnen de NED-regeling mogelijk gemaakt.

Ook de stalling van paarden (en andere dieren) als hobbymatige activiteit bij woningen wordt in het bestemmingsplan mogelijk gemaakt. Stalling is mogelijk in bestaande gebouwen. Als de bestaande gebouwen niet geschikt of te klein zijn, kan via ontheffing ook de mogelijkheid geboden worden voor de bouw van nieuwe stallen. Daarbij wordt een maximale oppervlaktemaat van 100 m² gehanteerd. Belangrijke voorwaarden daarbij zijn:

  • het voorkómen van hinder voor omliggende percelen;
  • oppervlakte van de percelen ten behoeve van de paarden;
  • een maximaal bebouwingspercentage;
  • bruikbaarheid van bestaande gebouwen als paardenstalling;
  • landschappelijke inpassing van de nieuwe gebouwen.

Paardenbakken, verlichting en hekwerken

Paardenhouderij-activiteiten kunnen een verrommeling in het landschapsbeeld veroorzaken, door paardenbakken, stap- en longeervoorzieningen, verlichting en hekwerken, zeker als deze voorzieningen buiten bouwvlakken worden gerealiseerd. Een goede regulering van dergelijke voorzieningen is gewenst. De betreffende voorzieningen worden in beginsel alleen op bouwvlakken toegestaan. Indien realisatie op een bouwvlak niet mogelijk is kan – in directe aansluiting op bouwvlakken waar een woning aanwezig is – onder voorwaarden medewerking worden verleend. Daarbij moet een goede landschappelijke inpassing en het voorkomen van hinder voor de omgeving te worden gewaarborgd. Verder wordt een maximale oppervlaktemaat gehanteerd en geldt een verbod op verlichting en geluidsinstallaties, met uitzondering voor maneges.