direct naar inhoud van Artikel 18 Verkeer
Plan: Buitengebied Hulst
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0677.bpbuitengebied-001V

Artikel 18 Verkeer

18.1 Bestemmingsomschrijving

De op de verbeelding voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wegen en straten;
  • b. voet- en fietspaden;
  • c. parkeervoorzieningen;

met daarbij behorende:

  • d. groen- en speelvoorzieningen;
  • e. straatmeubilair;
  • f. geluidswerende voorzieningen;
  • g. voorzieningen van algemeen nut;
  • h. kunstwerken;
  • i. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • j. kleinschalige natuurgerichte / dagrecreatieve voorzieningen.

18.2 Bouwregels

Op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de in 18.1 genoemde functies worden opgericht, waarvoor de volgende regels gelden:

  • a. de bouwhoogte bedraagt maximaal:
    • 1. voor vrijstaande antennes: 10 meter;
    • 2. voor lichtmasten en overige masten: 10 meter;
    • 3. voor bewegwijzering en overig straatmeubilair: 4,50 meter;
    • 4. voor overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde: 3 meter.

18.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. opslag van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • b. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • c. kamperen, met uitzondering van specifiek door het bevoegd gezag daarvoor aangewezen kampeerplaatsen.

18.4 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming 'Verkeer' te wijzigen in de bestemming Waterstaatswerken, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. de wijzigingsbevoegdheid wordt uitsluitend toegepast voor zover het dijken betreft die een waterstaatkundige functie krijgen, overeenkomstig het nieuwe stelsel van binnendijken;
  • b. een en ander dient te zijn vastgelegd in het kader van besluitvorming door het waterschap.