direct naar inhoud van Artikel 17 Tuin
Plan: Kern Borssele 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0654.BPBS2012-vo02

Artikel 17 Tuin

17.1 Bestemmingsomschrijving
17.1.1 Bestemming

De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. sier- en moestuin.

17.1.2 Toelaatbare bebouwing

Op deze gronden mogen, met inachtneming van de op de kaart aangegeven aanduidingen, uitsluitend ten dienste van de in lid 17.1.1 genoemde bestemming worden gebouwd:

  • a. ter plaatse van de aanduiding "bijgebouwen":
    • 1. gebouwen;
    • 2. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • b. ter plaatse van de gronden zonder de aanduiding "bijgebouwen":
    • 1. uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

17.2 Bouwregels
17.2.1 Gebouwen

Gebouwen worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen het op de kaart aangegeven bouwvlak worden opgericht;
  • b. de bebouwde oppervlakte van gronden met de aanduiding "bijgebouwen" mag per bouwperceel maximaal 30 m² bedragen;
  • c. de goothoogte van gebouwen zal maximaal 3,25 meter en de bouwhoogte maximaal 7 meter bedragen. Indien een dakhelling wordt toegepast bedraagt de helling minimaal 300..

17.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal:
    • 1. antennes: 5 meter;
    • 2. speeltoestellen: 6 meter;
    • 3. openbare nutsvoorzieningen: 3,5 meter;
    • 4. lichtmasten en overige masten: 8 meter;
    • 5. overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde: 2 meter.

17.3 Afwijken van de bouwregels
17.3.1 Afwijken middels omgevingsvergunning

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in:

  • a. lid 17.2.2, sub a tot een bouwhoogte van maximaal 10 meter.

17.3.2 Vergunningvereiste

De in lid 17.3.1 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • a. de samenhang in het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.