Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Middelblok
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0644.BP1022MI002-VG01

Artikel 26 Algemene wijzigingsregels

26.1 Algemene wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in de Wet ruimtelijke ordening, het plan te wijzigen ten behoeve van:
  1. een enigszins andere situering en/of begrenzing van de bouwvlakken, indien bij de uitvoering van het plan mocht blijken, dat verschuivingen in verband met de ingekomen bouwaanvragen nodig zijn, ter uitvoering van een bouwplan, mits de oppervlakte van het betreffende bouwvlak, met niet meer dan 10% wordt gewijzigd;
  2. het in geringe mate aanpassen van het plan, teneinde enig onderdeel van het plan, zoals een bestemmingsgrens, behalve die van de bestemmingen 'Verkeer', te veranderen, indien bij definitieve uitmeting en verkaveling blijkt, dat deze aanpassing in het belang van een juiste verwerkelijking van het plan redelijk gewenst of noodzakelijk is, mits de grenzen met niet meer dan 10 m worden verschoven

26.2 Wro-zone - wijzigingsgebied 1

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming binnen de op de verbeelding aangegeven aanduiding 'Wro-zone - wijzigingsgebied 1' te wijzigen in de bestemming 'Wonen' en 'Bedrijf', waarbij de volgende voorwaarden gelden:
  1. De bedrijfsfunctie ter plaatse is beëindigd.
  2. Ten hoogste zeven woningen met een maximale inhoud van 715 m3 mogen worden gerealiseerd, waarvan ten hoogste één bedrijfswoning;
  3. De bedrijfswoning moet horen bij en grenzen aan perceel Middelblok 26/28
  4. De oppervlakte van de erfbebouwing bedraagt niet meer dan 50 m2 per woning.
  5. De bestaande bebouwing op de percelen binnen het wijzigingsgebied wordt gesloopt.
  6. De goot- en bouwhoogte van de hoofdgebouwen bedragen niet meer dan respectievelijk 6 en 11 meter.
  7. De goot- en bouwhoogte van de bijgebouwen bedragen niet meer dan respectievelijk 3,30 en 5 meter.
  8. In het plan moet een openbare toegang tot de oever met een mogelijkheid tot extensief recreatief gebruik worden gerealiseerd
  9. De ontwikkeling van de oever moet passen binnen de uitgangspunten van het voorbeeld bestemmingsplan Hollandsche IJsseloevers wat betreft de functie natuur;
  10. Ten behoeve van het gestelde onder h en i dient een inrichtingsplan te worden overgelegd dat laat zien hoe de locatie wordt ingericht, zowel op het gebied van de woningen als van de natuurlijke oeverzone en de recreatie;
  11. Een beeldkwaliteitsplan moet worden aangeleverd waaruit blijkt dat de woningen landschappelijk zijn ingepast en passen binnen de bebouwingskarakteristiek van het lint.
  12. Voorzien wordt in voldoende parkeerplaatsen, waarbij een minimale parkeernorm geldt van 2 parkeerplaatsen per woning.
  13. De bestemmingswijziging mag niet tot gevolg hebben dat omliggende bedrijven onevenredig in hun bedrijfsvoering worden aangetast.
  14. Een planschadeovereenkomst met de gemeente moet worden afgesloten.
  15. Advies wordt ingewonnen bij het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard en Rijkswaterstaat.
  16. Advies wordt ingewonnen bij de stuurgroep Hollandsche IJssel tenzij dit orgaan is opgeheven.
  17. Uit nader onderzoek is gebleken dat voldaan wordt aan de Wet geluidhinder of de conform deze wet verleende hogere waarden, de Wet bodembescherming, de Wet luchtkwaliteit alsmede de watertoets.
  18. Artikel 5 Bedrijf en artikel 14 Wonen zijn van overeenkomstige toepassing.

26.3 Wro-zone - wijzigingsgebied 2

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bouwvlak binnen de op de verbeelding aangegeven aanduiding 'Wro-zone - wijzigingsgebied 2' te wijzigen, waarbij de volgende voorwaarden gelden:
  1. De bedrijfsfunctie ter plaatse is beëindigd.
  2. Ten hoogste één woning met een maximale inhoud van 650 m3 mag worden gerealiseerd.
  3. De oppervlakte van de erfbebouwing bedraagt niet meer dan 50 m2 per woning.
  4. De bestaande bebouwing op de percelen binnen het wijzigingsgebied wordt gesloopt.
  5. De goot- en bouwhoogte van de hoofdgebouwen bedragen niet meer dan respectievelijk 6 en 11 meter.
  6. De goot- en bouwhoogte van de bijgebouwen bedragen niet meer dan respectievelijk 3,30 en 5 meter.
  7. De woning wordt georiënteerd op de aangrenzende weg.
  8. Een beeldkwaliteitsplan moet worden aangeleverd waaruit blijkt dat de woningen landschappelijk zijn ingepast en passen binnen de bebouwingskarakteristiek van het lint.
  9. Voorzien wordt in voldoende parkeerplaatsen, waarbij een minimale parkeernorm geldt van 2 parkeerplaatsen per woning.
  10. De bestemmingswijziging mag niet tot gevolg hebben dat omliggende bedrijven onevenredig in hun bedrijfsvoering worden aangetast.
  11. Een planschadeovereenkomst met de gemeente moet worden afgesloten.
  12. Advies wordt ingewonnen bij het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard en Rijkswaterstaat.
  13. Advies wordt ingewonnen bij de stuurgroep Hollandsche IJssel tenzij dit orgaan is opgeheven.
  14. Uit nader onderzoek is gebleken dat voldaan wordt aan de Wet geluidhinder of de conform deze wet verleende hogere waarden, de Wet bodembescherming, de Wet luchtkwaliteit alsmede de watertoets.
  15. Artikel 14 Wonen is van overeenkomstige toepassing.

26.4 Nieuwe landgoederen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemmingen 'Agrarisch', 'Agrarisch met waarden', 'Water-2 en Wonen te wijzigen in de bestemming 'Wonen' en 'Natuur' ten behoeve van de bouw van een landhuis in combinatie met een deels openbaar landgoed voor natuur- en/of recreatiegebied, waarbij de volgende voorwaarden gelden:
  1. de te wijzigen bestemmingen liggen niet in de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) of een nog niet gerealiseerde ecologische verbinding van de Ecologische Hoofdstructuur op grond van de Verordening Ruimte;
  2. de ruimtelijke kwaliteit ter plaatse wordt duurzaam verbeterd;
  3. het landgoed wordt minimaal 5 hectare groot en is nagenoeg aaneengesloten;
  4. minimaal 90% van het landgoed is voor het publiek toegankelijk, met dien verstande dat dit gebied niet wordt bebouwd, maar ingericht met groene en/of blauwe functies die aansluiten bij het bij het gebied passende natuurdoeltype, in overeenstemming met het Landelijk Handboek Natuurdoeltype;
  5. maximaal 10% van het landgoed mag behoren tot het private deel, met dien verstande dat de huiskavel voor maximaal 20% mag worden bebouwd, waarbij één landhuis met maximaal drie wooneenheden is toegestaan.
  6. Een beeldkwaliteitsplan moet worden aangeleverd waaruit blijkt dat de woningen landschappelijk zijn ingepast en passen binnen de bebouwingskarakteristiek van het lint.
  7. Advies wordt ingewonnen bij het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard.
  8. Uit nader onderzoek is gebleken dat voldaan wordt aan de Wet geluidhinder of de conform deze wet verleende hogere waarden, de Wet bodembescherming, de Wet luchtkwaliteit alsmede de watertoets.
  9. Artikel 8 Natuur en artikel 14 Wonen is van overeenkomstige toepassing.
 

26.5 Procedureregels

  1. Bij de toepassing van de wijzigingsbevoegdheid als bedoeld in artikel 26, lid 1, lid 2, lid 3 en lid 4 kunnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies inwinnen bij een stedenbouwkundige.
  2. Bij de toepassing van de wijzigingsbevoegdheid als bedoeld in artikel 26, lid 1, lid 2, lid 3 en lid 4 zijn de algemene procedureregels van toepassing zoals opgenomen in artikel 27 van deze regels.