Kern Ouderkerk aan den IJssel

Artikel 26 Algemene wijzigingsregels

26.1 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in de Wet ruimtelijke ordening, het plan wijzigen ten behoeve van:

1. een enigszins andere situering en/of begrenzing van de bouwpercelen dan wel bouwvlakken, indien bij de uitvoering van het plan mocht blijken, dat verschuivingen in verband met de ingekomen bouwaanvragen nodig zijn, ter uitvoering van een bouwplan, mits de oppervlakte van het betreffende bouwvlak, met niet meer dan 10% wordt gewijzigd;
2. het in geringe mate aanpassen van het plan, teneinde enig onderdeel van het plan, zoals een bestemmingsgrens, behalve die van de bestemmingen "Verkeer", te veranderen, indien bij definitieve uitmeting en verkaveling blijkt, dat deze aanpassing in het belang van een juiste verwerkelijking van het plan redelijk gewenst of noodzakelijk is, mits de grenzen met niet meer dan 10 m worden verschoven.

26.2 Wijzigingsgebied 1

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in de Wet ruimtelijke ordening, het plan binnen wro-zone – wijzigingsgebied 1 te wijzigen van de bestemming "Bedrijf" naar de bestemming "Wonen", met dien verstande dat:

1. ten hoogste 1 woning mag worden gebouwd;
2. de bedrijfsfunctie ter plaatse is beëindigd;
3. de hoofdbebouwing een maximale goothoogte van 6 m en een maximale bouwhoogte van 11 m mag hebben;
4. voor het nieuw te realiseren hoofdgebouw een bebouwingspercentage van maximaal 70% geldt;
5. het bepaalde in artikel 14 is van overeenkomstige toepassing;
6. de gebouwen zoveel mogelijk gebouwd worden in de rooilijn van de naastgelegen hoofdbebouwing en de voorgevel van het hoofdgebouw wordt georiënteerd op de Kerkweg;
7. uit (nader) onderzoek is gebleken dat voldaan wordt aan het bepaalde in de Wet geluidhinder of de conform deze wet verleende hogere waarden, de Flora- en faunawet, de Wet bodembescherming, de Wet luchtkwaliteit alsmede de watertoets;
8. voorzien wordt in voldoende parkeerplaatsen, waarbij in ieder geval op eigen terrein 1 parkeerplaats (een garage niet meegerekend) wordt gerealiseerd;
9. overleg plaats heeft gevonden met het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard.

26.3 Wijzigingsgebied 2

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in de Wet ruimtelijke ordening, het plan binnen wro-zone – wijzigingsgebied 2 te wijzigen van de bestemming "Bedrijf" naar de bestemming "Wonen", met dien verstande dat:

1. de bedrijfswoning wordt omgezet naar een zelfstandige woning;
2. de bedrijfsfunctie ter plaatse is beëindigd;
3. de bestaande bouwhoogte van de hoofdbebouwing als ten hoogste toelaatbaar wordt aangehouden ;
4. het bepaalde in artikel 14 is van overeenkomstige toepassing;
5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken niet onevenredig worden aangetast;
6. uit (nader) onderzoek is gebleken dat voldaan wordt aan het bepaalde in de Wet geluidhinder of de conform deze wet verleende hogere waarden, de Flora- en faunawet, de Wet bodembescherming, de Wet luchtkwaliteit alsmede de watertoets;
7. voorzien wordt in voldoende parkeerplaatsen, waarbij in ieder geval op eigen terrein 1 parkeerplaats (een garage niet meegerekend) wordt gerealiseerd;

26.4 Wijzigingsgebied 3

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in de Wet ruimtelijke ordening, het plan binnen de wro-zone - wijzigingsgebied 3 te wijzigen van de bestemming "Kantoor" naar de bestemming "Centrum" of "Maatschappelijk", met dien verstande dat:

1. de bestaande bedrijfsfuncite is beëindigd;
2. het bouwvlak en de toegestane maximale goothoogte ongewijzigd blijven;
3. het bepaalde in artikel 4 Centrum respectievelijk artikel 9 Maatschappelijk, met dien verstande dat:
4. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken neit onevenredig worden aangetast;
5. uit (nader) onderzoek is gebleken dat voldaan wordt aan het bepaalde in de Wet geluidhinder, of de conform deze wet verleende hogere waarde, de Flora- en faunawet, de Wet bodembescherming, de Wet luchtkwaliteit alsmede de watertoets;
6. Voorzien wordt in voldoende parkeerplaatsen afhankelijk van de specifieke functie.

26.5 Procedureregels

1. Bij de toepassing van de wijzigingsbevoegdheid als bedoeld in artikel 26, lid 1 kunnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies inwinnen bij een stedenbouwkundige.
2. Bij toepassing van de wijzigingsbevoegdheid als bedoeld in artikel 26, lid 1 is het bepaalde in artikel 26 van toepassing.