direct naar inhoud van 7.2 De nieuwe kostenraming
Plan: Nieuwe Driemanspolder - Roeleveen
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0637.BP291-0004

7.2 De nieuwe kostenraming

De nieuwe kostenraming is opgesteld aan de hand van het voorlopige ontwerp voor de herinrichting van maart 2008 en houdt rekening met de resultaten uit de milieueffectrapportage voor de beoogde herinrichting. De totale kosten voor de herinrichting worden thans geraamd op ca. € 50,5 miljoen. Deze vallen uiteen in een bedrag van circa € 19,1 miljoen voor de seizoensberging en een bedrag van ca. € 31,4 miljoen. voor de piekberging. Hierin meegenomen zijn tevens:

  • de kosten voor voorbereiding, aanbesteding en toezicht (VAT-kosten);
  • reserveringen ten behoeve van onvoorziene kostenposten;
  • een BTW-percentage van 19%.

Vergeleken met de kostenraming ten tijde van het voorontwerpbestemmingsplan zijn de kosten voor de aanleg van een robuust groengebied met seizoensberging toegenomen van circa € 16,5 miljoen in 2005 naar € 19,1 miljoen in 2008. Redenen hiervoor zijn de genoemde uitbreiding van het padenstelsel, het grotere oppervlak aan open water en het hiermee gemoeide grondverzet. De kostenstijging ten opzichte van de kostenraming uit 2005 kan volledig worden gedekt uit een hogere rijksbijdrage.

afbeelding "i_NL.IMRO.0637.BP291-0004_0023.jpg"

figuur 7.1

De kosten ten bedrage van € 19,1 miljoen worden gedekt uit bijdragen van de deelnemende partijen en uit een rijksbijdrage. De deelnemende partijen hebben op 18 december 2008 besloten over te gaan tot de bijdrageverlening volgens figuur 7.1. Hiermee is een budget van € 19.150.000,- beschikbaar, waarvan door Zoetermeer in totaal €1.560.000,- wordt bijgedragen.

De kostenstijging voor de piekwateropvang is te verklaren door extra investeringen die tijdens de planvorming noodzakelijk bleken, om een veilige aanvoer en berging van het piekwater te kunnen faciliteren. Reeds in het voorontwerpbestemmingsplan was aangegeven, dat omtrent de piekwaterberging nog verschillende kostenposten zouden kunnen wijzigen, omdat de feitelijke kosten destijds nog onbekend waren of omdat civieltechnische redenen hiertoe aanleiding zouden kunnen geven. Tijdens de verdere planvorming is vervolgens gebleken dat de volgende maatregelen een hogere investering vergen:

  • de stabiliteit van kades in de aanvoerroute voor piekwater langs de Zoetermeerse Ringvaart;
  • civieltechnische voorzieningen langs respectievelijk in deze route;
  • civieltechnische voorzieningen in de aanvoerroute voor piekwater vanuit de Molenvaart.

De waterbeheerders hebben hieromtrent te kennen gegeven, dat zij de meerkosten voor deze voorzieningen voor hun rekening zullen gaan nemen.