Plan: | Nieuwe Driemanspolder |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0637.BP00035-0004 |
Het bestemmingsplan is gericht op een verreikende functiewijziging van de Nieuwe Driemanspolder. Met de functiewijziging worden mogelijkheden gecreëerd voor ontwikkeling van natuur en recreatie voor het omliggende stedelijke gebied en een verbetering van de ecologische en recreatieve verbindingen met de omgeving. Tevens wordt beoogd een bijdrage te leveren aan het realiseren van een duurzaam watersysteem door het creëren van mogelijkheden voor seizoens- en piekberging. Bij de functiewijziging wordt rekening gehouden met de bestaande landschappelijke en cultuurhistorische waarden. Met de functiewijziging wordt de kwaliteit van de Nieuwe Driemanspolder als buffer tussen het stedelijke gebied van Den Haag, Leidschendam-Voorburg en Zoetermeer versterkt en blijvend gewaarborgd. Samengevat voorziet het bestemmingsplan voor de Nieuwe Driemanspolder in drie doelen:
Het plan is ontwikkelingsgericht en verschaft daarmee het noodzakelijke juridisch instrumentarium om uitvoering mogelijk te maken. De gewenste ontwikkelingen zijn vastgelegd in de vorm van bestemmingen of aanduidingen en in regels in de vorm van bouwregels en gebruiksregels. Naast een programmafunctie vervult het bestemmingsplan ook een belangrijke beheersfunctie voor het gebied door in de eerste plaats als toetsingskader te fungeren voor bouwplannen (via de bouwvergunning) en in aangegeven gevallen voor andere werkzaamheden (via aanlegvergunningen). In de tweede plaats wordt de beheersfunctie ingevuld door bindende regels voor het gebruik van gronden en opstallen.
De juridisch-planologische regeling van dit bestemmingsplan geschiedt conform de gangbare bestemmingsplannormen (Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen - SVBP 2012) en standaards voor digitaal uitwisselbare ruimtelijke plannen (DURP). De plandocumenten omvatten de bindende planstukken, te weten de regels en de plankaart, en de toelichtende planstukken (de toelichting en andere onderzoeken). De regels bevatten een juridische vertaling van de beleidsvoorwaarden vanuit de hogere overheden enerzijds (zie hoofdstuk 3) en van het beoogde ruimtelijke toekomstperspectief anderzijds (zie hoofdstuk 5). De bindende planstukken worden nader onderbouwd met: