a. Binnen de aanduiding "waardevolle boom" geldt dat op deze gronden niet mag worden gebouwd.
b. Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in het vorige lid voor zover uit onderzoek gebleken is dat de instandhouding van de boom niet wordt bedreigd en nadat ter zake advies is ingewonnen bij een door burgemeester en wethouders aan te wijzen natuur- en landschapsdeskundige.
c. Het bepaalde in lid 19.1 a is niet van toepassing voor het normale onderhoud van de boom.
19.2 Karakteristieke bebouwing
a. Binnen de aanduiding "karakteristiek" is het overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.3 van de Wet ruimtelijke ordening, verboden bouwwerken te slopen.
b. Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 19.2 onder a indien handhaving van de bestaande bebouwing in redelijkheid niet van de eigenaar kan worden gevergd.
c. Alvorens af te wijken van het bepaalde in lid 19.2 onder a wordt voorafgaand een advies ingewonnen bij de gemeentelijke monumentencommissie.
d. Het verbod als bedoeld in lid 19.2 onder a geldt niet voor zover het betreft bouwwerkzaamheden ten behoeven van het onderhoud van het pand.
19.3 Geluidzone industrie
a. Binnen de aanduiding "geluidzone - industrie" is het verboden nieuwe woningen of andere geluidgevoelige bestemmingen te realiseren.
b. Burgermeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaald in lid 19.3 onder a indien is aangetoond dat voldaan wordt aan de voorkeurswaarde van 50 dB(A) ingevolge de Wet geluidhinder dan wel een hogere grenswaarde is vastgesteld tot ten hoogste 55 dB(A).
19.4 Vrijwaringszone - spoor
Ter plaatse van de aanduiding “vrijwaringzone – spoor” is het verboden gebouwen bedoeld voor verblijf van mensen te bouwen.