3.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
3.2.1 Gebouwen en overkappingen
-
a. de goothoogte van gebouwen en overkappingen bedraagt ten hoogste 3 m;
-
b. de totale oppervlakte van gebouwen en overkappingen per bestemmingsvlak bedraagt ten hoogste 50 m²;
-
c. in afwijking van het bepaalde in dit lid onder b bedraagt ter plaatse van de aanduiding 'bebouwd oppervlak (m²)' de totale oppervlakte van gebouwen en overkappingen ten hoogste 120 m²;
-
d. de afstand van gebouwen en overkappingen tot de perceelsgrens bedraagt ten minste 3 m;
-
e. het bouwen van kassen is niet toegestaan.
3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
-
a. de bouwhoogte van erfafscheidingen bedraagt ten hoogste 2 m;
-
b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen en overkappingen zijnde, bedraagt ten hoogste 3 m.