direct naar inhoud van Artikel 12 Wonen
Plan: Dorp III 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0617.bpdp-vg01

Artikel 12 Wonen

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het wonen met aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten niet zijnde detailhandel en horeca;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel': tevens detailhandel;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'kantoor': tevens kantoren;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'garage': uitsluitend garages en bergplaatsen ten behoeve van woningen;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'horeca': tevens horeca;
  • f. tuinen behorende bij de aangrenzende hoofdgebouwen;
  • g. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals erven, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, tuinen en water.

12.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

12.2.1 Algemeen
  • a. de gezamenlijke oppervlakte van woningen, aan- en uitbouwen en bijgebouwen bedraagt ten hoogste 60% van het perceel met een maximum van 250 m²;
  • b. in afwijking van het bepaalde in dit lid onder a mag de gezamenlijke oppervlakte van woningen, aan- en uitbouwen en bijgebouwen, bij vrijstaande woningen ten hoogste 40% van het perceel bedragen;
  • c. het bepaalde in dit lid onder a is niet van toepassing ter plaatse van de aanduiding 'gestapeld';
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'garage' mogen uitsluitend garages en bergplaatsen worden gebouwd met een goothoogte van ten hoogste 3 m.

12.2.2 Hoofdgebouwen
  • a. het aantal woningen binnen een bestemmingsvlak, voor zover aangegeven op de verbeelding, bedraagt niet meer dan het aantal aangegeven woningen binnen het desbetreffende bestemmingsvlak;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'vrijstaand': zijn uitsluitend vrijstaande woningen toegestaan;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'twee-aaneen': zijn uitsluitend twee-aaneen en vrijstaande woningen toegestaan;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'gestapeld': zijn uitsluitend gestapelde woningen toegestaan;
  • e. ter plaatse van andere gronden dan bedoeld in dit lid onder b, c en d zijn uitsluitend aaneengebouwde woningen toegestaan;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'gestapeld' zijn gebouwen uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak;
  • g. de goothoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste de met de maatvoeringaanduiding aangegeven goothoogte;
  • h. de voorgevel van een hoofdgebouw dient gebouwd te worden in de naar de ontsluitende weg gekeerde bestemmingsgrens of binnen een afstand van 3 meter achter deze begrenzing; indien er meerdere naar de weg gekeerde bestemmingsgrenzen zijn, dan dient de bestemmingsgrens te worden aangehouden waarin de ten tijde van de tervisielegging van het ontwerpbestemmingsplan bestaande voorgevel is gebouwd;
  • i. de diepte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste 15 meter;
  • j. de afstand van hoofdgebouwen tot de zijdelingse perceelsgrenzen bedraagt:
    • 1. bij vrijstaande hoofdgebouwen aan één zijde ten minste 3 meter en aan de andere zijde ten minste 5 meter;
    • 2. bij aaneengebouwde hoofdgebouwen aan de zijde waar de woning niet aaneengebouwd is ten minste 1,50 meter;

een en ander met dien verstande dat zijgevels van hoofdgebouwen op straathoeken niet mogen liggen voor de voorgevel van de hoofdgebouwen die om de hoek staan;

  • k. de afstand van hoofdgebouwen tot de achterste perceelsgrens mag niet minder bedragen dan 8 meter;
  • l. bij aaneengebouwde hoofdgebouwen mag de achtergevel ten hoogste 2,50 meter naar achteren liggen ten opzichte van de achtergevel van het aangrenzende hoofdgebouw.

12.2.3 Aan- en uitbouwen, overkappingen en bijgebouwen
  • a. bijgebouwen en aanbouwen mogen uitsluitend aan de achterzijde of zijkant van het hoofdgebouw gebouwd worden;
  • b. de afstand van aan- en uitbouwen, overkappingen en bijgebouwen tot de voorgevel van het hoofdgebouw bedraagt ten minste 2,50 m;
  • c. de afstand van de voorzijde van garages tot de bestemming 'Verkeer' bedraagt ten minste 5 m;
  • d. de totale oppervlakte aan aan- en uitbouwen en bijgebouwen op het zij- en achtererf mag niet meer bedragen dan 65 m², met dien verstande dat de oppervlakte van dierenverblijven niet meer mag bedragen dan 10 m²;
  • e. op de gronden tussen het hoofdgebouw en de zijdelingse perceelsgrens aan de zijde waar de afstand van 5 meter, als bedoeld in lid 12.2.2 onder j. sub 1, dient te worden aangehouden, zijn geen bijgebouwen en aan- en uitbouwen toegestaan;
  • f. voor zover bijgebouwen en aan- en uitbouwen niet in de zijdelingse perceelsgrens worden gebouwd, moet de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens ten minste 1 meter bedragen; een en ander met dien verstande dat zijgevels van bijgebouwen en aan- en uitbouwen op straathoeken niet mogen liggen voor de voorgevel van de hoofdgebouwen en uitbouwen die om de hoek staan;
  • g. aan de zijden waar aan- of uitbouwen of bijgebouwen niet aan een ander gebouw wordt gebouwd, bedraagt de afstand tot het naastgelegen gebouw ten minste 1 meter;
  • h. de achtergevel van aan- en uitbouwen bij aaneengebouwde hoofdgebouwen mag niet meer dan 2,75 meter naar achteren liggen ten opzichte van de achtergevel van het aangrenzende hoofdgebouw, dan wel de achtergevel van een aan- of uitbouw aan het aangrenzende hoofdgebouw, indien een dergelijke aan- of uitbouw aanwezig is en bovendien in de onderlinge zijdelingse perceelsgrens is gelegen;
  • i. de goothoogte van bijgebouwen, aan- en uitbouwen en overkappingen mag niet meer bedragen dan 3 meter.

12.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
  • a. de bouwhoogte van erfafscheidingen en overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, voor de voorgevel van het hoofdgebouw bedraagt ten hoogste 1 meter;
  • b. de bouwhoogte van erfafscheidingen en overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, aan de zijkant van het hoofdgebouw die gelegen zijn binnen een afstand van 1,50 meter van de zijdelingse perceelsgrens en die aan die zijde direct grenzen aan een openbare ruimte, bedraagt ten hoogste 1 meter.

12.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van:

  • a. het bepaalde in lid 12.2.3 onder b. teneinde het mogelijk te maken dat de voorgevel van een aan- of uitbouw minder dan 2,50 meter achter de voorgevel van het hoofdgebouw wordt gebouwd dan wel op één lijn met genoemde voorgevel wordt gebouwd, met dien verstande dat dit niet mag leiden tot aantasting van het straatbeeld;
  • b. het bepaalde in lid 12.2.3 onder c. teneinde de bouw van de garage niet tot gevolg heeft dat de aanwezige parkeergelegenheid verloren gaat ter plaatse van de uitrit van de te bouwen garage;
  • c. het bepaalde in lid 12.2.3 onder h. teneinde de genoemde maat van 2,75 meter te verruimen tot maximaal 3,50 meter, met dien verstande dat dit niet mag leiden tot aantasting van de gebruiksmogelijkheden van naburige percelen;
  • d. het bepaalde in lid 12.2.4 onder b. teneinde bouwwerken, geen gebouwen zijnde toe te staan tot een hoogte van 2 meter mits de verkeerskundige en stedenbouwkundige situatie ter plaatse dat mogelijk maakt.

12.4 Specifieke gebruiksregels

Onder de uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten in samenhang met het wonen wordt verstaan het gebruik van gedeelten van woningen ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, voor zover:

  • a. het vloeroppervlak ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen en de kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten niet groter is dan 25% van het vloeroppervlak van de woning, inclusief aan- en uitbouwen en bijgebouwen;
  • b. ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen en de kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien;
  • c. de kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer en niet gepaard gaan met horeca en detailhandel, uitgezonderd beperkte verkoop die ondergeschikt is aan de uitoefening van de betrokken kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten.