direct naar inhoud van Artikel 26 Waarde - Archeologie en Archeologie 1
Plan: Portland
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0613.BPPortland-VST2

Artikel 26 Waarde - Archeologie en Archeologie 1

26.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Archeologie en Archeologie 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor behoud van de aan de grond eigen zijnde archeologische waarden.

26.2 Bouwregels
26.2.1 Primair

Op de in lid 26.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend andere bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd met een maximale bouwhoogte van niet meer dan 3 m.

26.2.2 Secundair

Ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mogen uitsluitend bouwwerken worden gebouwd indien voldaan wordt aan een van de volgende voorwaarden:

Bestemming   maximale diepte   maximaal oppervlakte  
Archeologie   0 cm   0 m2  
Archeologie 1   100 cm   200 m2  
26.3 Afwijken van de bouwregels
26.3.1 Algemeen

Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 26.2.2, ten behoeve van de bouw van bouwwerken ten dienste van de andere daar voorkomende bestemmingen, onder de voorwaarde, dat archeologische waarden niet worden geschaad.

26.3.2 Advies

Alvorens een omgevingsvergunning te kunnen verlenen, dient de aanvrager van de omgevingsvergunning voor het bouwen, aan burgemeester en wethouders hieromtrent een schriftelijk advies van de archeologisch deskundige te overleggen.

26.3.3 Voorwaarden

Aan een omgevingsvergunning kunnen in ieder geval de volgende regels worden verbonden:

  • a. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor de archeologische monumenten in de bodem kunnen worden behouden;
  • b. de verplichting tot het doen van archeologisch (voor)onderzoek;
  • c. de verplichting de activiteit die tot bodemverstoring leidt, te laten begeleiden door een door de gemeente aan te wijzen op archeologisch gebied deskundige.
26.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
26.4.1 Verbod

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor een werk, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden van burgemeester en wethouders graafwerkzaamheden uit te voeren of te doen c.q. te laten uitvoeren die niet voldoen aan de volgende voorwaarden:

Bestemming   maximale diepte   maximaal oppervlakte  
Archeologie   0 cm   0 m2  
Archeologie 1   100 cm   200 m2  

26.4.2 Uitzondering

een omgevingsvergunning geldt niet voor bedoelde activiteiten gericht op het normale onderhoud en beheer van de betreffende gronden en werkzaamheden welke in uitvoering waren ten tijde van het van kracht worden van dit bestemmingsplan.

26.4.3 Toelaatbaarheid

een omgevingsvergunning wordt verleend indien daardoor de aanwezige archeologische waarden van de gronden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast.

26.4.4 Advies

Alvorens de omgevingsvergunning te kunnen verlenen, dient de aanvrager van de omgevingsvergunning aan burgemeester en wethouders hieromtrent een schriftelijk advies van de archeologisch deskundige te overleggen.

26.4.5 Voorwaarden

Aan een omgevingsvergunning worden de volgende voorwaarden worden verbonden:

  • a. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor archeologische monumenten in de bodem kunnen worden behouden;
  • b. de verplichting tot het doen van archeologisch (voor)onderzoek;
  • c. de verplichting de activiteit die tot bodemverstoring leidt, te laten begeleiden door een archeologisch deskundige.