direct naar inhoud van Artikel 15 Leiding - Hoogspanningsverbinding
Plan: Maaswijk actualisering 2011
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0612.BP00013-4001

Artikel 15 Leiding - Hoogspanningsverbinding

15.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de aanleg, de instandhouding en bescherming van een bovengrondse hoogspanningsverbinding.

15.2 Bouwregels
  • a. op en onder deze gronden mogen ten behoeve van de in lid 15.1 bedoelde bestemming uitsluitend gebouwen worden gebouwd met een maximale bouwhoogte van 2,5 m;
  • b. de bouwhoogte van hoogspanningsmasten mag niet meer dan 25 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen;
  • d. ten behoeve van andere, voor deze gronden geldende bestemmingen mag, met inachtneming van de voor betrokken bestemming geldende bouwregels, uitsluitend worden gebouwd indien:
    • 1. het bouwplan betrekking heeft op vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid;
    • 2. het bouwwerken, geen gebouwen betreft.
15.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
15.3.1 Verbod

Het is verboden op of in de in lid 15.1 bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, die de veiligheid kunnen schaden of de continuiteit van de energievoorziening in gevaar kunnen brengen:

  • a. het aanbrengen van hoogopgaande beplanting en/of bomen;
  • b. het aanbrengen van bovengrondse constructies, installaties of apparatuur hoger dan 2,5 m;
  • c. het opslaan van materialen of stoffen, die onder bepaalde omstandigheden gevaar van brand of explosie op kunnen leveren;
  • d. het ophogen of egaliseren, bodemverlaging of afgraven of anderszins wijzigigen van maaiveld- of weghoogte.
15.3.2 Uitzondering

Het verbod als bedoeld in lid 15.3.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:

  • a. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan;
  • b. mogen worden uitgevoerd krachtens reeds verleende vergunning;
  • c. betrekking hebben op normaal onderhoud en beheer.
15.3.3 Voorwaarden

De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 15.3.2 zijn slechts toelaatbaar, indien en voor zover het leidingbelang hierdoor niet evenredig wordt benadeeld. Alvorens omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning te beslissen, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de beheerder van de leiding.