Plan: | Centrum Uitplein |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0612.BP00011-4001 |
Op 13 mei 2009 heeft de gemeenteraad van Spijkenisse de Structuurvisie 2010-2020 vastgesteld, waarin het toekomstbeeld en de ruimtelijke opgave voor de komende tien jaar zijn geschetst.De Structuurvisie 2010-2020 vervangt hiermee het oude Structuurplan uit 1991.
De Structuurvisie geeft de ruimtelijke en functionele ontwikkeling in Spijkenisse op hoofdlijnen weer. De visie is het uitgangspunt voor de politieke agenda. De Structuurvisie beschrijft een aantal aanwezige kernkwaliteiten, kansen voor de gemeente om zich te profileren . Relevant voor deze onderbouwing is de kernkwaliteit “kwalitatief hoogwaardig stadscentrum”.
Spijkenisse heeft een verrassend stadscentrum. De afgelopen jaren is een duidelijke verbeter- en inhaalslag gemaakt bij de ontwikkeling van het centrum als huiskamer van de stad. Een eerste gedeelte van dit commerciële centrum, het gebied Uitplein met aansluitend de Nieuwstraat en het ABC-complex, is in gebruik genomen en de bouw van de uitbreiding aan de oostzijde van het centrum, het plan Stadsplein, is inmiddels gestart.
Als dit deel gerealiseerd is, beschikt de gemeente over een representatief en goed functionerend stadshart dat past bij een stad van zo'n 80.000 inwoners.
Als belangrijk verbindend element is een heel nieuw 'tapijt' (bestrating) in de binnenstad in aanleg, inclusief nieuw straatmeubilair zoals banken en straatverlichting. Hierdoor is de kwaliteit van de openbare ruimte een stuk aantrekkelijker en toegankelijker geworden. Ook besteedt Spijkenisse veel aandacht aan het (ondergronds) parkeren. In de afgelopen jaren is de parkeergarage City Plaza gebouwd en binnen enkele jaren komen er nog twee (bibliotheekgarage en theatergarage) bij.
Na de beëindiging van de groeikerntaak en het op gang komen van de realisatie van de voorlopige laatste uitbreidingswijk (Maaswijk), werd in Spijkenisse breed de behoefte gevoeld aan een nadere oriëntatie en visieontwikkeling op de toekomst van de stad. In 1997 werd daarom gestart met het opstellen van een stadsplan voor de periode tot 2010.
Het proces daarvan werd opgedeeld in drie stappen. Allereerst werd per beleidsthema (economie, wonen, verkeer,etc.) een zgn. position paper opgesteld, dat de basis vormde voor stadsdebatten met burgers, maatschappelijk middenveld en externe deskundigen. De indruk op basis van deze debatten was dat er een grote behoefte bestond aan een rustiger en een meer evenwichtiger ontwikkelingsbeeld. De versterking van de kwaliteit en samenhang van de stad verdiende de voorkeur boven een nog verdere groei van de stad. De algemene visie op de verdere ontwikkeling van de stad werd daarom als volgt geformuleerd: "Spijkenisse wil een complete stad worden met een sterkere regiofunctie en een daaraan gekoppelde, kwaliteitsvolle identiteit". Op basis van deze doelstelling werd een drietal ontwikkelingsscenario's geformuleerd, variërend van een pas op de plaats tot optimale groei. De keuze viel uiteindelijk op het middenscenario "nieuwe kansen". In dit scenario ontwikkelt Spijkenisse zich tot een complete en volwassen stad met circa 80.000 inwoners. Dit vereist het realiseren van een strategisch en (dus) selectief programma van ontwikkelingen op die terreinen die meerwaarde opleveren (financieel, ruimtelijk, imago, woningmarkt), terwijl tegelijkertijd nadrukkelijk wordt ingezet op verbetering van de bestaande stad.
Kort samengevat worden de nieuwe kansen gerealiseerd door:
In oktober 2005 stelde de gemeenteraad de herziening van het Stadsplan vast. Het betreft hier een integrale en intersectorale analyse en herijking van doelen en uitgangspunten voor de periode tot 2020. De herziening moet beschouwd worden als een richtinggevende visie die uitgewerkt dient te worden in beleid en projecten. Zo kent het plan ook een ruimtelijke vertaling. Deze ruimtelijke vertaling zal een beeld schetsen van welke ruimtelijke mogelijkheden waar en onder welke condities mogelijk zijn. Evenzeer zal deze ruimtelijke vertaling inzicht geven in de ruimtelijke kaders en beperkingen waarvoor Spijkenisse zich in de toekomst gesteld ziet.
In het kader van het Stadsplan zijn voor het centrum in het Centrumplan (1999) doelstellingen geformuleerd om het centrum verder te ontwikkelen tot "huiskamer van de stad". De nadruk ligt daarbij op versterking van de kwaliteit en niet op het "zomaar" toevoegen van woningen, winkels en voorzieningen. Die kwaliteit zal vooral moeten komen van de ruimtelijk-functionele samenhang en van de mogelijkheid om "nieuw en bestaand" zo aan elkaar te koppelen dat het geheel meer is dan de som der delen. Een samenhangend stelsel van kwalitatief goede openbare ruimtes en routes (inclusief het water) zal als drager moeten fungeren voor het nieuwe centrum. Concreet zal de centrumontwikkeling gestalte moeten krijgen door:
Binnen het gekozen supercompacte model voor de centrumontwikkeling zullen de onderstaande belangrijkste samenhangende zones tot ontwikkeling worden gebracht:
Deze zones zijn uiteraard niet monofunctioneel, maar hebben zo wel een ontwikkelingsaccent gekregen waarmee een goed samenhangend geheel in het centrum kan ontstaan.
In de ontwikkeling van het centrum volgens het supercompacte model neemt het gebied Centrum Uitplein letterlijk en figuurlijk een centrale plaats in. In de gedachtevorming over de meest gewenste centrumontwikkeling heeft namelijk voortdurend gespeeld, dat het gewenst is om een goede verbinding te leggen tussen de oude dijkenstructuur en het nieuwere en nieuw te ontwikkelen centrum. Het goed leggen van deze verbinding geeft een impuls aan de winkels en voorzieningen aan de oude dijkenstructuur. Maar in de kern van het centrum gaat het vooral om het scheppen van herkenbaarheid en identiteit in een zich vernieuwend centrum.
Het gebied Centrum Uitplein is gesitueerd op een plek waar die verbinding tussen 'de oude dijkenstructuur en grote winkelcomplexen concreet vorm en gestalte krijgt. In het supercompacte model is daarom uitgegaan van een transformatie van dit gebied. De verwinkeling van dit gehele gebied biedt de mogelijkheid om dijkniveau en maaiveldniveau op een natuurlijke wijze met elkaar te verbinden (zowel inpandig als uitpandig). Tevens schept het de mogelijkheid om Nieuwstraat en (een deel van de) Voorstraat functioneel (als winkelgebied) en ruimtelijk beter met elkaar te verbinden. In combinatie met versterking van het karakter en de functie van het achterliggende gebied Kerkplein/Vredehofplein en een stevige investering in de openbare ruimte kunnen Nieuwstraat, Voorstraat en Noordeinde de noodzakelijke impuls krijgen.
Op 13 mei 2009 heeft de gemeenteraad van Spijkenisse de beleidsnota wonen vastgesteld.
In deze Woonvisie “Compleet Wonen” geeft het College van de gemeente Spijkenisse haar visie op de volkshuisvesting voor de gemeente Spijkenisse na 2010 weer. Deze woonvisie is een product dat tot stand is gekomen door middel van samenwerking tussen de gemeente Spijkenisse en diverse partners. De woonvisie is één van de onderdelen van het samenhangende ruimtelijk beleid van de Gemeente Spijkenisse. Het stadsplan 2020 'van Wonen naar Leven' en de daarop gebaseerde structuurvisie 2010-2020 zijn in deze visie uitgewerkt waarbij een relatie is gelegd met de overige beleidsvelden.
Spijkenisse streeft er naar te groeien tot een complete stad. De complete stad staat voor het optimaliseren van de directe woon- en leefomgeving en het vervolmaken van de stad, zodat alle stedelijke voorzieningen aanwezig zijn. Het waarborgen en toevoegen van de woonmogelijkheden en de kwaliteit van het wonen voor Spijkenissers tot 2020 staat in deze woonvisie centraal. Spijkenissers moeten in alle levensfasen in een veilig en aantrekkelijk Spijkenisse een passend aanbod kunnen vinden waar ze graag willen wonen, waar ze zich goed op hun gemak voelen en trots op zijn.
Voor de Gemeente Spijkenisse ligt een belangrijke opgave in de bestaande stad. Een gestructureerde aanpak van de wijken is noodzakelijk. De bestaande woonwijken moeten klaargestoomd worden voor een nieuwe generatie. Realisatie van een diversiteit aan woonmilieus is daarbij van belang. De diversiteit van de woningvoorraad moet het mogelijk maken om een wooncarrière te doorlopen binnen gemeente. De woningvoorraad moet bestaan uit woningen voor senioren, woonvoorzieningen voor ouderen, luxe woningen in groene omgevingen of levensloopbestendige woningen. De diversiteit is belangrijk voor de mogelijkheden van doorstroming binnen Spijkenisse, waardoor de inwoners meer aan de stad worden gebonden. Een goede doorstroming zorgt er voor dat nieuwkomers op de woningmarkt een kans krijgen. Om de huidige bewoners aan de stad te binden en nieuwkomers van buiten Spijkenisse aan te kunnen trekken is een sterke identiteit van Spijkenisse als aantrekkelijke woon- en leefgemeente een voorwaarde.
Daarom zal de modernisering gepaard gaan met een diversiteit aan kwalitatief goede voorzieningen, relatie met het buitengebied, goede infrastructuur en aandacht voor de toegankelijkheid en veiligheid van de openbare ruimte. Gemeente Spijkenisse moet een aantrekkelijke, dynamische woon- en leefstad zijn met een volwaardig hart, sterke uitstraling en goede stedelijke voorzieningen. Spijkenisse is een stad voor mensen, die wonen in goede woonwijken; en waarbij de bereikbaarheid en de verbindingen met de nationale infrastructuur voortdurend inzet van gemeentelijk beleid zijn.
Voor de realisatie van deze uitgangspunten zijn in deze woonvisie verschillende opgaven met betrekking tot volkshuisvesting geformuleerd die als richtlijn fungeren voor het woonbeleid:
Realisatie van het in Spijkenisse ontbrekende woningmarktsegment;
Aandacht voor de bestaande woningvoorraad en waar mogelijk of nodig versterking van de aanwezige woonmilieus;
Aantrekkelijke en passende huisvesting voor de verschillende doelgroepen en in het bijzonder aandacht aan jonge gezinnen, starters, senioren en de bijzondere doelgroepen.
Een woonruimteverdelingsbeleid gericht op versterking van de sociale structuren.
Deze opgaven worden in een later stadium vertaald naar “beleidsmatige” acties. Het is bij het realiseren van deze opgaven van belang dat voortdurend in de gaten wordt gehouden wat de actuele ontwikkelingen op de woningmarkt zijn. Indien nodig zal dit leiden tot de herijking van de woonvisie over 5 jaar.
Leidraad voor het economische beleid van de gemeente Spijkenisse is de in januari 2009 door de raad vastgestelde Actieprogramma Economie.
De gemeente streeft ter uitwerking van dit programma onder meer naar een sterke regiofunctie middels een complete stad met een kwaliteitsvolle identiteit.
Spijkenisse wil zich profileren als een complete, aantrekkelijke woon- en werkstad en als regiocentrum van Voorne-Putten. Dit houdt in een gevarieerd aanbod van detailhandel, horeca en een breed aanbod aan consumentenverzorgende dienstverlening.
Het beleid is mede hierdoor erop gericht te streven naar een kwalitatief hoogwaardig niveau aan voorzieningen om het centrum van de stad tot een prettig woon-werk en verblijfsgebied te transformeren.
Voor wat betreft de detailhandel is in 2005 (als vervolg op het rapport van 1999) door Kardol een rapport "Spijkenisse 2005: De winkelstructuur van Spijkenisse" uitgebracht. Hieruit is gebleken dat het detailhandelsaanbod in de dagelijkse sector achterblijft bij qua inwoneraantal vergelijkbare plaatsen. Het detailhandelsaanbod blijft in de niet-dagelijkse sector zelfs ver achter bij het aanbod in vergelijkbare plaatsen. Wanneer een en ander naar de toekomst wordt doorvertaald nemen de geconstateerde tekorten aan dagelijkse en niet dagelijkse behoeften proportioneel toe. Gestreefd wordt naar een kwalitatief hoogwaardig niveau aan voorzieningen om het centrum van de stad tot een prettig woon-werk en verblijfsgebied te transformeren.
Beeldkwaliteitplan openbare ruimte centrum
Het beeldkwaliteitplan Openbare Ruimte van het centrum van Spijkenisse (september 2001) geeft het beleid aan ten aanzien van de inrichting en het beheer van het openbaar gebied in het stadscentrum. In de doelstellingen van het plan wordt benadrukt dat bij de inrichting een hoog ambitie- en kwaliteitsniveau en een heldere samenhang wordt nagestreefd. Als belangrijke kwaliteitsaspecten worden o.a. genoemd sfeer, eenheid, functionaliteit, veiligheid, duurzaamheid en visuele aantrekkelijkheid. Voorts staat in het Beeldkwaliteitsplan aangegeven in welke kleuren, maten, types en op welke wijze de diverse materialen aangebracht kunnen worden.
Het plan onderkent in het centrumgebied de volgende drie identiteiten: de historische dijkenstructuur, het moderne winkelgebied en de haven
Beleidsnota verkeer en vervoer
In deze nota (vastgesteld bij raadsbesluit van 28 februari 1996), staan twee thema's centraal welke ook voor het centrum gelden:
Nota kernpunten
In de bij de Beleidsnota verkeer en vervoer horende projectennota is een drietal (studie)projecten opgenomen waaruit maatregelen voortkomen die tot een verbetering van de lokale verkeerssituatie leiden. Dit zijn de projecten 'Autobereikbaarheid Centrum', 'Busroutes Centrum' en 'Revitalisering Verkeersring'. De resultaten van deze drie studies zijn gebundeld in de 'Nota Kernpunten', raadsbesluit 11 juni 1997.
De rode draad van alle maatregelen, waarmee zowel de bereikbaarheid als de leefbaarheid zijn gediend, wordt gevormd door de uitgangspunten dat:
Wegcategoriseringsplan
In de 'Beleidsnota Verkeer en Vervoer' en vanuit 'Duurzaam Veilig' is de noodzaak aangegeven om een wegcategoriseringsplan op te stellen. Hiermee wordt een duidelijke wegenstructuur met onderscheidende categorieën bereikt waardoor het verkeer over de daarvoor bedoelde wegen vlot en veilig afgewikkeld kan worden.
In het goedgekeurde wegcategoriseringsplan, raadsbesluit 6 april 2005, staat aangegeven in welke categorieën de wegen zijn ingedeeld. Het autoverkeer dient op gebiedsontsluitingswegen gebundeld te worden. Deze wegen hebben een verkeersfunctie waar de doorstroming van het verkeer prioriteit geniet en zijn de dragers in de verkeersstructuur van de gemeente. De overige wegen behoren tot de categorie erftoegangswegen waar de verblijfsfunctie voorop staat. Het zijn de wegen die als 30 km-zone worden ingericht.
Parkeernota
Als gevolg van de uitbreiding van winkels, voorzieningen en woningen in het centrum neemt de behoefte aan parkeerruimte toe. Om een beter inzicht te krijgen in de toekomstige parkeersituatie is de bij het programma benodigde parkeercapaciteit berekend.
Bij de verdeling van de nieuw te realiseren parkeerplaatsen is in de Parkeernota, raadsbesluit 11 december 2002, een aantal uitgangspunten gehanteerd. De parkeerplaatsen voor bewoners van nieuwe woningen worden binnen het project gerealiseerd. De bezoekers aan het centrum vinden verspreid over het centrum een parkeerplaats, die vanwege intensief ruimtegebruik geconcentreerd in een gebouwde parkeervoorziening is ondergebracht. In het oude centrum, en dan met name in de Voorstraat en het noordelijk deel van de Nieuwstraat, dienen de voetgangersstromen te worden versterkt. Dit kan worden bereikt door een juiste situering van bronpunten van voetgangers, zoals bijvoorbeeld een fietsenstalling, een bushalte of een parkeergarage. Om de verkeersstromen beter over de beschikbare (weg)capaciteit te verdelen is een evenwichtige spreiding van de openbare parkeervoorzieningen nodig.
Het verkeer wordt zoveel mogelijk naar de gebouwde parkeervoorzieningen geleid om het openbare gebied zo veel als mogelijk te vrijwaren van geparkeerde auto's. Dit geldt zowel voor parkeren langs de rijbanen, als parkeerterreinen op maaiveld en de omliggende woonwijken. Het woon-werkverkeer wordt geacht een vrije parkeerplaats aan de randen van het centrum te zoeken. Woningen Uitplein en ABC-complex hebben eigen privé parkeerplaatsen binnen het bouwblok. Centrum bezoekers kunnen o.a. in de stadhuisgarage terecht.
De door de gemeenteraad in juli 2004 vastgestelde Beleidsnota welstand geeft voor bedrijfsterreinlocaties en kantoor- en voorzieningengebieden een gedifferentieerde beschrijving van de gewenste architectonische en stedenbouwkundige kenmerken. Ook diverse markante locaties in het centrumgebied zijn van een dergelijk etiket voorzien. In dergelijke zones is het noodzakelijk om in de gevels naar transparantie en hoge architectonische kwaliteit te streven. De nota noemt daartoe een aantal algemene welstandscriteria voor de beeldkwaliteit in die deelgebieden. Een tweetal absolute criteria hebben een directe relatie met de Beleidsnota voor reclame-objecten.
De in 2000 vastgestelde Visie ten aanzien van de horeca-ontwikkeling in Spijkenisse voor de periode 2001-2006 concludeert onder meer dat het gewenst is het aantal horeca-ondernemingen uit te breiden. Volgens de gewenste variant zouden er ingaande 2001 circa 50 horecabedrijven (inclusief cateraars en logiesverstrekkers) bij moeten komen. Een minder uitbundige groei lijkt meer in het belang van de totale ontwikkeling van de gemeente, met name voor het centrum. Aangezien de horecanota een geldigheidsduur heeft van 5 jaar, is besloten de groei van het aantal horecabedrijven in de gemeente in eerste instantie te beperken tot diezelfde periode. De daaraan gekoppelde gewenste groei bedraagt circa 25 horecabedrijven (ongeveer 3.600 m2 bvo) voor het gehele grondgebied van Spijkenisse.
Voor wat betreft de bestaande horecavestigingen in het plangebied Centrum Uitplein en de mogelijkheden in het gebied wordt verwezen naar hoofdstuk 6. Daarbij is van belang te weten dat de horecavisie voor het totale centrumgebied een ruimtelijke en functionele zonering voorstaat ten aanzien van de volgende drie gebieden:
In 2008 is een start gemaakt met het opstellen van een Horecanota die het betreffende beleidskader aangeeft voor de komende vijf jaar. In het derde kwartaal 2009 zal de Horecanota Spijkenisse 2009-2014 door de gemeenteraad worden vastgesteld.
Het is een nota waarin naar voren komt dat de gemeente Spijkenisse ambitie heeft. In de afgelopen jaren, en ook nu nog, heeft de gemeente geïnvesteerd in een prachtig nieuw stadshart. Het winkelgebied en daarmee ook de winkelmogelijkheden zijn en worden flink uitgebreid. De culturele mogelijkheden krijgen door de bouw van een nieuw stadstheater, een nieuwe bibliotheek en een nieuw multifunctioneel uitgaanscentrum een impuls. Door onder andere deze ontwikkelingen is Spijkenisse op weg een stad te worden met een adequaat en hoogwaardig voorzieningenpakket, waarin verblijven, winkelen, recreëren en ontmoeting op een eigentijdse en sfeervolle wijze kan plaatsvinden.
Om in het centrum te kunnen verblijven, recreëren en ontmoeten is ook horeca nodig. Horeca als plek om tijdens het winkelen uit te rusten, om na het winkelen wat te kunnen drinken, als plaats om wat te kunnen eten, om elkaar te ontmoeten, om uit te gaan, om een zakelijke lunch of diner te kunnen houden, etc. Horeca vervult hiermee een belangrijke bijdrage aan een bruisend centrum.
In deze nota wordt de visie van de gemeente op de huidige en toekomstige ontwikkeling van de horeca neergelegd. Het geeft een beeld van de locaties waar en welke soorten horeca gevestigd dienen te worden en hoe de kwaliteit van de horeca in het algemeen in Spijkenisse verbeterd kan worden. Daarnaast geeft de nota de toekomstige ontwikkelingen op het gebied van wetgeving en vergunningverlening weer waarbij lastenverlichting voor de ondernemer, communicatie en veilig uitgaan een centrale rol hebben.
De visie van de gemeente Spijkenisse is gestoeld op een aantal uitgangspunten, zoals: versterk de positie van het centrum als 'uitgaanscentrum', de markt bepaalt, de gemeente schept condities en het creëren van een gevarieerd horeca-aanbod van goede kwaliteit.
Om een voorzieningenniveau te hebben dat aansluit bij het aantal inwoners van Spijkenisse, dan zullen er zo'n 50 horecabedrijven of vertaald in vloeroppervlakte zo'n 7.500 m2 verkoopvloeroppervlakte bij moeten komen. Minimum streefcijfer voor de gewenste groei is de horecadichtheid zoals die in de regio is, namelijk 1,77 horeca-inrichting per 1.000 inwoners.
Gestreefd moet worden naar een cluster/concentratie van horecavoorzieningen. Clustering heeft ook een meerwaarde voor de terrasontwikkeling. Het horecagebied zal zowel een autonome als een ondersteunde functie voor andere centrumfuncties moeten vervullen. Een toename van uitgaansgelegenheden als cafés en restaurants is gewenst. Uitbreiding van het horeca-aanbod dient in de daarvoor aangewezen gebieden in het centrum van Spijkenisse plaats te vinden.
Voor de horeca in de winkelstraten wordt het beleid zoals dat de afgelopen periode is gehanteerd voortgezet. In de winkelstraten is uitbreiding van daghoreca incidenteel toelaatbaar, voor zover de horeca in positieve zin bijdraagt aan het winkellint.
Naast diversiteit dient de kwaliteit van het huidige aanbod verbeterd te worden. Dit kan door enerzijds nieuw winkelondersteunend aanbod toe te voegen en anderzijds hogere eisen stellen aan de kwaliteit van het huidige aanbod.
Onderzocht zal worden of het mogelijk is om aanvragen te toetsen, waarbij een afweging wordt gemaakt waarin de te verwachten uitstraling van de horeca wordt betrokken en waarin het aantal horecagelegenheden elders in de straat een rol speelt en of dit via het bestemmingsplan kan worden geregeld met eventueel een maximum bepaling.
Partijen zullen winkelondersteunende horeca kunnen gebruiken als schakel naar de Voorstraat en het Havenplein
Er zijn meerdere vormen van reclame-uitingen:
De onder overige reclame vermelde reclame-uitingen vallen onder de vergunningplicht van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV).
Aanvullende regelgeving is opgenomen in de Beleidsnota voor reclame-objecten in Spijkenisse (raadsbesluit 040401). Met name aan het uiterlijk aanzien van terrassen wordt hier aandacht geschonken.
Dit beleid is vastgelegd in de Nota Prostitutiebeleid (raadsbesluit 22.11.2000). Het prostitutiebeleid van de gemeente Spijkenisse kent drie uitgangspunten, namelijk:
Essentie van dit beleid is dat seksinrichtingen zich dienen te concentreren in het centrumgebied. Echter alle seksinrichtingen worden in dit bestemmingsplan (Centrum Uitplein) uitdrukkelijk uitgesloten, aangezien de aard en het gebruik van de bebouwing binnen dit plangebied zich verzetten tegen een dergelijke vestiging.