Plan: | Buitengebied |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0610.bp03buitengebied-3002 |
De voor ´Wonen´ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met de bijbehorende voorzieningen en overeenkomstig de in 11.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemming.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 11.1.1:
Voor zover ingevolge deze regels een bedrijfswoning is toegestaan, is de uitoefening van een aan huis verbonden beroep of kleinschalige bedrijfsmatige activiteit toegestaan als ondergeschikte activiteit bij de woonfunctie met in achtneming dat niet meer dan 30% van het bebouwde oppervlak voor dit doel worden aangewend, tot een maximum van 40 m2.
De activiteit mag uitsluitend inpandig plaatsvinden.
Uitsluitend ter plaatse van de onderstaande aanduidingen zijn tevens de volgende niet-woonfuncties toegestaan met de bestaande bebouwde oppervlakte als maximum, tenzij in de tabel hiervoor een bebouwde oppervlakte is opgenomen:
Aanduiding | Betekenis | Niet-woonfunctie | Adres | Bebouwde oppervlakte | |
(sw-1) | specifieke vorm van wonen - 1 |
het houden van maximaal 12 paarden, waarbij manegeactiviteiten niet zijn toegestaan | Parallelweg 21 | ||
(sw-2) | specifieke vorm van wonen - 2 |
inpandige opslag t.b.v. derden | Westeinde 18a |
Uitsluitend mogen worden opgericht bouwwerken ten dienste van de bestemming, zoals woningen met bijgebouwen en bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
Per aangeduid bestemmingsvlak is maximaal één woning toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'wonen uitgesloten' geen woning is toegestaan en zijn geen bijgebouwen toegestaan.
Met betrekking tot de inhoud van de woningen gelden de volgende regels:
Met betrekking tot de maatvoering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, dient aan het volgende te worden voldaan:
WONING | MIN. | MAX. |
GOOTHOOGTE | n.v.t. | 6 m |
BOUWHOOGTE | n.v.t. | 9 m |
AFSTAND ZIJDELINGSE BOUWPERCEELGRENS | min. 2 m | |
INHOUD | zie 11.2.3 |
BIJGEBOUWEN BIJ WONING | MIN. | MAX. |
BEBOUWDE OPPERVLAKTE | n.v.t. | 75 m2 |
GOOTHOOGTE | n.v.t. | 3 m |
BOUWHOOGTE | n.v.t. | 5,5 m |
BOUWWERKEN, GEEN GEBOUWEN ZIJNDE | MAX. | |
HOOGTE ERFAFSCHEIDINGEN | vóór voorgevel woning: 1 m; overige: 2 m | |
HOOGTE OVERIGE BOUWWERKEN, GEEN GEBOUWEN ZIJNDE | 6 m |
In afwijking van het bepaalde in 11.2.4 zijn ter plaatse van de aanduiding 'wonen uitgesloten' geen bijgebouwen toegestaan.
Herbouw van bestaande woningen is, voorzover het de situering van de woning betreft, uitsluitend toegestaan indien en voorzover:
In afwijking van het voorgaande geldt voor bestaande gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gebouwd krachtens een bouwvergunning, het volgende: indien en voorzover de bestaande maatvoering en/of oppervlaktes en/of situering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, de genoemde maxima, danwel minima overschrijden, geldt de bestaande maatvoering als maximum respectievelijk minimum.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 11.2.2 en toestaan dat woningsplitsing van een bestaande woning plaatsvindt, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 11.2.4 teneinde de toegestane bebouwde oppervlakte van de bijgebouwen te vergroten, mits voormalige bedrijfsgebouwen worden gesloopt. Hierbij dient aan het volgende te worden voldaan:
indien sprake is van sloop van voormalige bedrijfsgebouwen, kan een bebouwde oppervlakte van vrijstaande bijgebouwen worden toegestaan van 75 m2 vermeerderd met maximaal 20% van het meerdere van de bebouwde oppervlakte van de voormalige bedrijfsgebouwen, tot een totaal maximum van 150 m2;
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 11.2.6 teneinde de voorgevel te kunnen plaatsen op een grotere afstand dan 15 m van de voormalige voorgevelrooilijn, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
In ieder geval geldt als strijdig met de bestemming gebruik van gronden en/of opstallen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 11.4.1 lid g, teneinde het realiseren van paardenbakken toe te staan, waarbij aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: