direct naar inhoud van Artikel 11 Wonen
Plan: Buitengebied
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0610.bp03buitengebied-3002

Artikel 11 Wonen

11.1 Bestemmingsomschrijving
11.1.1 Algemeen

De voor ´Wonen´ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. woningen al dan niet in combinatie met aan huis gebonden beroepen;
  • b. niet-woonfuncties als bedoeld in 11.1.2 onder b;
  • c. waterhuishoudkundige doeleinden;

een en ander met de bijbehorende voorzieningen en overeenkomstig de in 11.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemming.

11.1.2 Nadere detaillering van de bestemming

In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 11.1.1:

a Aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit

Voor zover ingevolge deze regels een bedrijfswoning is toegestaan, is de uitoefening van een aan huis verbonden beroep of kleinschalige bedrijfsmatige activiteit toegestaan als ondergeschikte activiteit bij de woonfunctie met in achtneming dat niet meer dan 30% van het bebouwde oppervlak voor dit doel worden aangewend, tot een maximum van 40 m2.

De activiteit mag uitsluitend inpandig plaatsvinden.

b Staat van niet-woonfuncties

Uitsluitend ter plaatse van de onderstaande aanduidingen zijn tevens de volgende niet-woonfuncties toegestaan met de bestaande bebouwde oppervlakte als maximum, tenzij in de tabel hiervoor een bebouwde oppervlakte is opgenomen:

Aanduiding   Betekenis   Niet-woonfunctie   Adres   Bebouwde oppervlakte  
(sw-1)   specifieke vorm van wonen - 1
 
het houden van maximaal 12 paarden, waarbij manegeactiviteiten niet zijn toegestaan   Parallelweg 21    
(sw-2)   specifieke vorm van wonen - 2
 
inpandige opslag t.b.v. derden   Westeinde 18a    
11.2 Bouwregels
11.2.1 Algemeen

Uitsluitend mogen worden opgericht bouwwerken ten dienste van de bestemming, zoals woningen met bijgebouwen en bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

11.2.2 Aantal woningen

Per aangeduid bestemmingsvlak is maximaal één woning toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'wonen uitgesloten' geen woning is toegestaan en zijn geen bijgebouwen toegestaan.

11.2.3 Inhoud

Met betrekking tot de inhoud van de woningen gelden de volgende regels:

  • a. de inhoud van woningen, inclusief aanbouwen, mag maximaal 750 m3 bedragen;
  • b. indien de bestaande inhoud van een woning, inclusief aanbouwen, meer bedraagt dan 750 m3, geldt deze bestaande inhoud als maximaal toegestane inhoud.
11.2.4 Maatvoering bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Met betrekking tot de maatvoering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, dient aan het volgende te worden voldaan:

WONING   MIN.   MAX.  
GOOTHOOGTE   n.v.t.   6 m  
BOUWHOOGTE   n.v.t.   9 m  
AFSTAND ZIJDELINGSE BOUWPERCEELGRENS   min. 2 m  
INHOUD   zie 11.2.3  

BIJGEBOUWEN BIJ WONING   MIN.   MAX.  
BEBOUWDE OPPERVLAKTE   n.v.t.   75 m2   
GOOTHOOGTE   n.v.t.   3 m  
BOUWHOOGTE   n.v.t.   5,5 m  
BOUWWERKEN, GEEN GEBOUWEN ZIJNDE   MAX.  
HOOGTE ERFAFSCHEIDINGEN   vóór voorgevel woning: 1 m; overige: 2 m  
HOOGTE OVERIGE BOUWWERKEN, GEEN GEBOUWEN ZIJNDE   6 m  
11.2.5 Bouwregels wonen uitgesloten

In afwijking van het bepaalde in 11.2.4 zijn ter plaatse van de aanduiding 'wonen uitgesloten' geen bijgebouwen toegestaan.

11.2.6 Herbouw woning

Herbouw van bestaande woningen is, voorzover het de situering van de woning betreft, uitsluitend toegestaan indien en voorzover:

  • a. de voorgevel van de te herbouwen woning maximaal 15 m achter de voormalige voorgevelrooilijn wordt gesitueerd;
  • b. de bouwwijze (vrijstaand, halfvrijstaand of aaneengebouwd) van de te herbouwen woning(en) niet afwijkt van de bouwwijze van de oorspronkelijke woning(en);
  • c. het bepaalde in 11.2.3 en 11.2.4 wordt in acht genomen, met dien verstande dat voor zover de inhoud van de woning, inclusief aanbouwen, meer bedraagt dan 750 m3, deze overmaat moet worden teruggebracht naar 750 m3.
11.2.7 Afwijkingenregeling

In afwijking van het voorgaande geldt voor bestaande gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gebouwd krachtens een bouwvergunning, het volgende: indien en voorzover de bestaande maatvoering en/of oppervlaktes en/of situering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, de genoemde maxima, danwel minima overschrijden, geldt de bestaande maatvoering als maximum respectievelijk minimum.

11.3 Afwijken van de bouwregels
11.3.1 Omgevingsvergunning woningsplitsing

Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 11.2.2 en toestaan dat woningsplitsing van een bestaande woning plaatsvindt, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • a. de bestaande woning betreft een voormalig boerderijgebouw;
  • b. de bebouwde oppervlakte van het voormalige boerderijgebouw (inclusief de inpandige stal / het inpandig deel) mag niet worden vergroot;
  • c. de agrarische verschijningsvorm van de voormalige boerderij mag niet worden aangetast;
  • d. de bestaande situering van de bebouwing mag niet worden gewijzigd;
  • e. de splitsing mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende agrarische bedrijven, voortvloeiende uit de milieu- en dieren welzijnswetgeving;
  • f. de bebouwde oppervlakte van de vrijstaande bijgebouwen mag niet meer bedragen dan 75 m2 per woning;
    indien sprake is van sloop van voormalige bedrijfsgebouwen, kan een bebouwde oppervlakte van vrijstaande bijgebouwen worden toegestaan van 75 m2 vermeerderd met maximaal 20% van het meerdere van de bebouwde oppervlakte van de voormalige bedrijfsgebouwen, tot een totaal maximum van 100 m2 per woning;
  • g. een woning kan uitsluitend worden toegestaan indien voldaan wordt aan de geldende geurnormen of afstanden en er sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat;
  • h. er wordt voldaan aan de eisen ten aanzien van externe veiligheid;
  • i. de nieuwe woning is niet gelegen binnen een milieucirkel van één of meer agrarische bedrijven;
  • j. uit een onderzoek naar de bodemkwaliteit dient te blijken dat de bodem geschikt is voor de nieuwe functie;
  • k. voldaan wordt aan de wettelijke voorkeursgrenswaarde als bedoeld in de Wet geluidhinder;
  • l. de regels van dit artikel Wonen zijn na wijziging van overeenkomstige toepassing.
11.3.2 Omgevingsvergunning bebouwde oppervlakte bijgebouwen (sloopbonus)

Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 11.2.4 teneinde de toegestane bebouwde oppervlakte van de bijgebouwen te vergroten, mits voormalige bedrijfsgebouwen worden gesloopt. Hierbij dient aan het volgende te worden voldaan:

indien sprake is van sloop van voormalige bedrijfsgebouwen, kan een bebouwde oppervlakte van vrijstaande bijgebouwen worden toegestaan van 75 m2 vermeerderd met maximaal 20% van het meerdere van de bebouwde oppervlakte van de voormalige bedrijfsgebouwen, tot een totaal maximum van 150 m2;

11.3.3 Omgevingsvergunning situering woning

Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 11.2.6 teneinde de voorgevel te kunnen plaatsen op een grotere afstand dan 15 m van de voormalige voorgevelrooilijn, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • a. de nieuwe situering van de woning is stedenbouwkundig en milieukundig aanvaardbaar;
  • b. de situering van de woning kan uitsluitend worden toegestaan indien voldaan wordt aan de geldende geurnormen of afstanden en er sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat;
  • c. er wordt voldaan aan de eisen ten aanzien van externe veiligheid;
  • d. door de herbouw wordt het landelijke karakter van het gebied niet onevenredig aangetast;
  • e. de nieuwe situering van de woning leidt niet tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende bedrijven, voortvloeiende uit milieuregelgeving.
11.4 Specifieke gebruiksregels
11.4.1 Strijdig gebruik

In ieder geval geldt als strijdig met de bestemming gebruik van gronden en/of opstallen:

  • a. voor het bedrijfsmatig vervaardigen, opslaan, verwerken of herstellen van goederen en het opslaan en bewerken of verwerken van producten, behoudens voor zover dat noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de grond van de grond en opstallen;
  • b. voor detailhandel, behoudens daar waar ingevolge de tabel niet-woonfuncties als bedoeld in 11.1.2 onder b, detailhandel of verkoop wordt toegestaan;
  • c. voor verblijfsrecreatie;
  • d. als seksinrichting;
  • e. van vrijstaande bijgebouwen voor zelfstandige bewoning en afhankelijke woonruimte;
  • f. het parkeren van vrachtwagens;
  • g. het aanleggen van een paardenbak.
11.5 Afwijken van de gebruiksregels
11.5.1 Omgevingsvergunning paardenbakken

Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 11.4.1 lid g, teneinde het realiseren van paardenbakken toe te staan, waarbij aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • a. het woon- en leefklimaat mag niet onevenredig worden aangetast, waarbij in ieder geval een afstand van minimaal 25 m wordt aangehouden ten opzichte van (bedrijfs)woningen van derden;
  • b. de paardenbak mag niet leiden tot een onevenredige aantasting van de aanwezige landschappelijke waarden;
  • c. er is sprake van een zorgvuldige landschappelijke inpassing;
  • d. de omvang van de paardenbakken mag in totaal niet meer bedragen dan 800 m2 per bestemmingsvlak;
  • e. lichtmasten zijn niet toegestaan;
  • f. de hoogte van afrasteringen mag niet meer bedragen dan 1,5 m.