direct naar inhoud van 4.7 Milieuhinder bedrijvigheid
Plan: West
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0606.BP0002-0002

4.7 Milieuhinder bedrijvigheid

Ten aanzien van de milieuzonering rond de in het plan voorkomende bedrijven en inrichtingen is aangesloten bij de publicatie Bedrijven en Milieuzonering 2009 van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG). Hierbij gaat het om de in deze publicatie opgenomen categorisering van bedrijfstypen en de daarbij behorende afstanden ten opzichte van woonbebouwing (uitgaande van een rustige woonwijk). Er zijn geen bedrijven/inrichtingen in het plangebied die ruimtelijk een knelpunt vormen. Voor de nieuwe ontwikkelingen welke met dit plan mogelijk worden gemaakt geldt dat wordt voldaan aan de in de VNG-publicatie genoemde richtafstanden.

De afronding van de Distillateursbuurt (Toernooiveld) vormt de bouw van twee appartementencomplexen langs de Vlaardingerdijk. De complexen zijn gelegen op enige afstand van de Wiltonhaven, waar sprake is van verschillende vormen van zeehavengebonden bedrijfsactiviteiten waarmee vanuit het oogpunt van bedrijfszonering en een goede ruimtelijke ordening rekening behoort te worden gehouden. Specifiek van belang voor deze ontwikkeling is het aspect geur in relatie tot het bedrijf Huisman Equipment B.V. (verder: Huisman).

Met betrekking tot geur is de provinciale 'Geuraanpak kerngebied Rijnmond' van toepassing. Het beleid streeft er naar om door middel van het toepassen van de best beschikbare technieken te komen tot een situatie waarbij buiten de terreingrens geen geur afkomstig van een inrichting waarneembaar is. Het beleid laat de ruimte een lager maatregelenniveau vast te leggen waarbij geen geur wordt waargenomen bij een geurgevoelige locatie (maatregelenniveau II) of geen geuroverlast wordt veroorzaakt bij een dergelijke locatie (maatregelenniveau III). Het op een inrichting van toepassing zijnde maatregelenniveau wordt in de milieuvergunning (als voorwaarde) vastgelegd.

Op grond van de huidige milieuvergunning van Huisman mag ter plaatse van woningen van derden geen geur afkomstig van de inrichting waarneembaar zijn (maatregelenniveau II). Voor de bouw van twee woontorens is op 27 maart 2007 bouwvergunning en vrijstelling van het bestemmingsplan verleend. Ten aanzien van deze ontwikkeling geldt dat sprake is van zowel geurwaarneming (131 uur per jaar) als geurhinder (8 uur per jaar) boven een hoogte van 13 meter. Ook indien wordt uitgegaan van een realistisch scenario (in plaats van hetgeen bij milieuvergunning vergund is) blijft sprake van geurwaarneming (88 uur per jaar) en -hinder (8 uur per jaar). Gelet op de geurwaarneming en -hinder ten gevolge van de bedrijfsvoering van Huisman zullen aanvullende (bron)maatregelen vereist zijn om te voldoen aan de voorwaarden uit de milieuvergunning.

Uitgangspunt bij het opstellen van een bestemmingsplan is dat de bestaande rechten worden vastgelegd in een nieuw bestemmingsplan. De bestaande rechten worden in dit geval bepaald door de op 27 maart 2007 verleende onherroepelijke vrijstelling van het bestemmingsplan. In het bestemmingsplan is er voor gekozen om dit plan conserverend te bestemmen. Het bestemmingsplan biedt daarnaast middels een wijzigingsbevoegdheid de ruimte voor een alternatieve invulling van deze locatie in situering, hoogte en programma. Het toepassen van deze wijzigingsbevoegdheid mag ten opzichte van de vergunde situatie niet leiden tot een nadeliger en waar mogelijk een voordeliger situatie voor Huisman. Het aspect geur vormt derhalve een aandachtspunt indien gebruik wordt gemaakt van de wijzigingsbevoegdheid.