direct naar inhoud van 6.6 Bodem
Plan: Hoek van Holland - Woongebied
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0599.BP1051HvHWoongeb-oh02

6.6 Bodem

De kwaliteit van de bodem wordt gewaarborgd in de Wet Bodembescherming. De bodemkwaliteit kan van invloed zijn op de beoogde functies, of financiƫle haalbaarheid van een bestemmingsplan. De bodem zelf kan ook verschillende functies hebben, zoals een archeologische-, of aardkundige waarde, energie-opslag, waterberging, drinkwaterwinning. Deze functies worden indien relevant eerder in deze toelichting beschouwd. In deze paragraaf staat de kwaliteit van de bodem centraal.

Ter bescherming van toekomstige gebruikers worden bij nieuwe bestemmingen, of veranderingen van de huidige bestemmingen bepaalde eisen gesteld aan de kwaliteit van de bodem. Dat betekent dat soms onderzoek moet worden gedaan naar de bodemkwaliteit. Voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het bouwen, moet worden aangetoond dat de bodemkwaliteit goed genoeg is om te bebouwen ten behoeve van de toegekende bestemming (bodemgeschiktheids-verklaring): er mag pas worden gebouwd als de bodem schoon genoeg is bevonden. In het kader van de bouwplannen zal de bodem ter plaatse nader worden onderzocht. Indien nodig zal de bodem voorafgaand of tijdens de bouw geschikt gemaakt worden op basis van de nota "Naar een gezamenlijk Bodemsaneringsbeleid in provincie en stad".

In 2000 is de Indicatieve Bodemkwaliteitkaart Rotterdam opgesteld. Dit document geeft een indicatie van de mate waarin de bodem in een bepaald gebied is verontreinigd.

Voor de arbeiders die aan de Nieuwe Waterweg werkten, werd rond 1860 een nederzetting langs het westelijke deel van de huidige Prins Hendrikstraat gebouwd. Tussen 1890 en 1920 ontstaat een dorp aan weerszijden hiervan, vaak als gevolg van de toenemende bedrijvigheid: de aanleg van een spoorlijn, een ferrry naar Engeland en faciliteiten aan de ingang van de Nieuwe Waterweg. In de jaren zestig en zeventig jaren wordt Hoek van Holland steeds verder in oostwaartse richting ontwikkeld.

Verspreid over het oude centrumgebied is de bodem opgehoogd/verhard met afvalstoffen, koolassen en puin, waarschijnlijk vooral afkomstig van de gasfabriek bij NS-station Haven. Daarom wordt het gebied beschouwd als diffuus verontreinigd. Daarnaast zijn er veel puntbronverontreinigingen te verwachten. De bouwlocaties ten oosten van het centrum zijn vrijwel alleen met gebiedseigen zand en grond opgehoogd. Hier is een zeer geringe kans op verontreiniging en puntbronnen.