direct naar inhoud van 10.2 Vooroverleg
Plan: Hoek van Holland - Woongebied
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0599.BP1051HvHWoongeb-oh02

10.2 Vooroverleg

In het kader van het overleg ex art. 3.1.1. van het Besluit op de ruimtelijke ordening is het concept ontwerpbestemmingsplan “Hoek van Holland - Woongebied” toegezonden aan:

  • 1. BOOR
  • 2. Hoogheemraadschap van Delfland
  • 3. Gasunie
  • 4. Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond
  • 5. Kamer van Koophandel
  • 6. Gedeputeerde Staten van Zuid Holland
  • 7. Rotterdam-Antwerpen Pijpleiding
  • 8. Tennet
  • 9. Ministerie van Infrastructuur en Milieu
  • 10. Ministerie van Defensie
  • 11. Ministerie van Landbouw
  • 12. Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed
  • 13. Rijkswaterstaat Zuid-Holland
  • 14. Stadsregio Rotterdam
  • 15. Deltalinqs
  • 16. Havenbedrijf Rotterdam
  • 17. KPN Telecom
  • 18. Luchtverkeersleiding Nederland
  • 19. NV Rotterdam Rijn Pijpleiding Maatschappij
  • 20. Pro Rail
  • 21. Rijksluchtvaartdienst
  • 22. Stedin
  • 23. VWS Pipeline Control

Door de partijen vermeld onder nummers 1 tot en met 8 (vetgedrukt) is schriftelijk gereageerd. Daarvan hadden partijen 6, 7 en 8 geen inhoudelijke opmerkingen. Van de overige partijen is geen reactie ontvangen.

1. BOOR

De gemaakte opmerkingen zijn opgenomen in het bestemmingsplan.

2. Hoogheemraadschap van Delfland

Het Hoogheemraadschap verzoekt om het gemaal Krimsloot met de bestemming "Bedrijf- nutsvoorziening" en de rioolpersleiding met de bijbehorende beheerszone van 5 meter op de planverbeelding op te nemen.

Reactie

Op de planverbeelding heeft het gemaal de bestemming "Bedrijf-nutsvoorziening" gekregen.

Binnen de systematiek van de Rotterdamse bestemmingsplannen worden leidingen zonder wettelijke (externe veiligheidscontouren), zoals de aangehaalde rioolpersleiding, niet op de planverbeelding opgenomen.

3. Gasunie

De Gasunie wenst dat het in het plangebied gelegen gasontvangstation de bestemming "Bedrijf - Gasontvangstation" krijgt. Tevens doen zij een voorstel voor de planregels.

Reactie

In het bestemmingsplan heeft het gasontvangstation de bestemming "Bedrijf - Nutsvoorziening" gekregen. Aan de planregels is het volgende toegevoegd: aan de Nieuwlandsedijk 151 is een gasontvangstation toegestaan met de bijbehorende bovengrondse en ondergrondse leidingen. De maximale bouwhoogte is op de planverbeelding aangegeven.

4. Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond

De VRR adviseert om de volgende voorzieningen te realiseren, teneinde de zelfredzaamheid en de mogelijkheden voor de hulpverlening te vergroten:

4.1 Toxische wolk

Bij eventuele (her)ontwikkeling geldt dat bij een toxische wolk de mogelijkheden tot zelfredzaamheid van personen verbeterd kan worden door gebouwen geschikt te maken om enkele uren in te schuilen (“safe haven” principe). Hierdoor zullen deuren, ramen en ventilatieopeningen afsluitbaar moeten zijn en het luchtverversingssysteem uitgeschakeld kunnen worden.

Reactie

Hoewel genoemde aandachtspunten bijdragen aan de veiligheid, kunnen deze niet worden afgedwongen via een bestemmingsplan. De opmerking wordt voor kennisgeving aangenomen.

4.2 Nooduitgangen

Zorg dat bij eventuele (her)ontwikkeling(en) (nood)uitgang(en) zodanig worden gesitueerd dat aanwezige personen veilig in tegengestelde richting van een incident met de nat/aardgastransportleiding en het Q8 LPG-tankstation kunnen vluchten, waardoor de zelfredzaamheid van aanwezigen wordt verbeterd en slachtoffers kunnen worden voorkomen. Daarbij is van belang dat alle (nood)uitgang(en) in voldoende mate aansluiten op de bestaande infrastructuur binnen en buiten het plangebied.

Reactie

De nieuwe ontwikkelingen die in dit bestemmingsplan mogelijk worden gemaakt liggen niet binnen het invloedsgebied van het LPG-tankstation of de nat/aard-gastransportleiding.

Bij de indiening van bouwaanvragen in het kader van herontwikkeling van (kwetsbare) locaties wordt de brandweer in de gelegenheid gesteld om te adviseren op het bouwplan. Hier kan worden aangegeven dat alle (nood)uitgang(en) in voldoende mate aansluiten op de bestaande infrastructuur binnen en buiten het plangebied.

4.3 100%-letaliteitscontour

Ten behoeve van de zelfredzaamheid is het wenselijk dat, bij eventuele (her)ontwikkelingen binnen de 100% letaliteitscontour (30 meter) van de nat/aard-gastransportleiding, zeer kwetsbare objecten, zoals een kinderdagverblijf of verzorgingstehuis wordt vermeden.

Reactie

Er worden in dit bestemmingsplan geen nieuwe (kwetsbare) ontwikkelingen mogelijk gemaakt binnen de 30 meter van de nat/aard-gastransportleiding. Herontwikkeling van (kwetsbare) bestemmingen binnen de 30 meter is niet mogelijk. Binnen de plangrenzen van bestemmingsplan Hoek van Holland-Woongebied is herontwikkeling in de 100% letaliteitscontour van het LPG-tankstation niet mogelijk.

4.4 Bereikbaarheid, ontsluiting en bluswatervoorziening

Draag zorg voor de bereikbaarheid, ontsluiting en bluswatervoorziening binnen het plangebied zoals gesteld conform de richtlijnen van de Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding (NVBR). Neem hiervoor contact op met de afdeling Brandveiligheid van de Regionale Brandweer Rotterdam-Rijnmond District Waterweg.

Reactie

Het bestemmingsplan maakt herinrichting van de openbare ruimte, bijvoorbeeld ten behoeve van het wegnemen van knelpunten qua bereikbaarheid en de aanwezigheid van bluswatervoorzieningen mogelijk.

4.5 Voorlichting

Draag zorg voor een goede voorlichting en instructie van de aanwezigen personen zodat men weet hoe te handelen tijdens een calamiteit door middel van de campagne “Goed voorbereid zijn heb je zelf in de hand”.

Reactie

Hoewel genoemde aandachtspunten bijdragen aan de veiligheid, kunnen deze niet worden afgedwongen via een bestemmingsplan. De opmerking wordt voor kennisgeving aangenomen.

4.6 Resteffect

De beschouwde risicobronnen kunnen in de voorziene plannen tot incidenten leiden die vallen in de maatrampklasse I (fakkelbrand met nat/aard-gastransportleidingen en BLEVE bij het Q8 LPG-tankstation) en maatrampklasse II (toxische wolk als gevolg van een ongeval op de Nieuwe Waterweg). De maatrampklasseschaal loopt op van I tot en met V, waarbij III beheersbaar wordt geacht door de hulpverleningsdiensten. Voor maatrampklasse IV zal hulp van omliggende (veiligheids)regio's ingeschakeld moeten worden. De genoemde maatregelen hebben nauwelijks tot geen kwantificeerbaar effect op het berekende aantal slachtoffers.

Echter, gezien de kans op het zich catastrofaal ontwikkelen van een incident neemt af en de effecten kunnen verder teruggedrongen worden.

Reactie

De voorziene ontwikkelingen vallen in maatrampklasse I en II. Incidenten tot maatrampklasse III worden door de hulpverleningsdiensten uit het plangebied beheersbaar geacht.

5. Kamer van Koophandel

Kamer van Koophandel ziet graag dat de mogelijkheid van vestiging van bedrijven, die behoren tot milieucategorie 4 op het bedrijventerrein "De Zekken" gehandhaafd blijft, aangezien in het bestemmingsplan is aangegeven dat de milieucategorisering zal worden verlaagd naar 3.2.

Reactie

Het bedrijventerrein "De Zekken" is gelegen buiten het plangebied. Zoals aangegeven in paragraaf 4.2 van de plantoelichting is bedrijventerrein "De Zekken" van invloed op de mogelijkheden voor de invulling van ontwikkelingslocatie Lemaireweg in het plangebied. Ten aanzien van het bedrijventerrein "De Zekken" staat in de Gebiedsvisie Hoek van Holland 2011-2020 en de Economisch Ruimtelijke Visie 2010-2014 vermeld dat door de beperkte aanwezigheid van bedrijven die behoren tot milieucategorie 4 het wellicht wenselijk is om de maximaal toegestane milieucategorie terug te brengen naar 3.2. Dit zal worden vastgelegd in het bestemmingsplan voor het bedrijventerrein "De Zekken", waarmee een start is gemaakt in 2011. In 2011 is tevens de revitalisering van het verouderde bedrijventerrein gestart.