direct naar inhoud van Artikel 18 Tuin
Plan: Hoek van Holland - Woongebied
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0599.BP1051HvHWoongeb-oh02

Artikel 18 Tuin

18.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

18.2 Bouwregels
18.2.1 Algemeen

Op de voor 'Tuin' bestemde gronden mag niet worden gebouwd, behoudens:

  • a. in de bestemming passende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals pergola's, erfafscheidingen, keermuren en gebouwde terrassen, alsmede hellingbanen en brandtrappen;
  • b. uitstekende delen aan gebouwen;
  • c. aanbouwen en bijgebouwen, uitsluitend in de achter- en zijtuin van grondgebonden woningen.
18.2.2 Medebestemming

Voor zover de gronden mede zijn bestemd voor 'Waarde - Archeologie' , 'Waterstaat - Waterkering', Waarde - Cultuurhistorie en Waterstaat - Waterstaatkundige functie is voor het bouwen het bepaalde terzake in genoemde bestemmingen mede van toepassing.

18.2.3 Bebouwingsnormen
  • a. niet meer dan 50% van het oppervlak van de achtertuin mag worden bebouwd;
  • b. een aanbouw aan de zijgevel van het hoofdgebouw mag niet breder zijn dan 3 meter, gemeten vanaf de oorspronkelijke zijgevel van het hoofdgebouw. In die gevallen dat er sprake is van mogelijk geschakelde uitbouwen tussen woningen en er bij een maximale breedte van 3 meter minder dan 0,5 meter tot de erfgrens overblijft, is bebouwing tot deze erfgrens (dus maximaal 3,5 meter) mogelijk;
  • c. een aanbouw aan de achtergevel van het hoofdgebouw mag niet dieper zijn dan 3 meter, gemeten vanaf de oorspronkelijke achtergevel van het hoofdgebouw;
  • d. in uitzondering van het bepaalde onder c mag de aanbouw aan de achtergevel van het hoofdgebouw maximaal 3,50 meter diep zijn, gemeten vanaf de oorspronkelijke achtergevel van het hoofdgebouw, mits de resterende achtertuin een diepte van 9 meter of meer behoudt;
  • e. de goothoogte van een aanbouw mag niet hoger zijn dan het vloerniveau (+ 25 cm) van de eerste verdieping van het hoofdgebouw, met dien verstande dat een aanbouw mag worden afgedekt met een schuin dakvlak met dezelfde hellingshoek als de kap/schuin dakvlak op het hoofdgebouw;
  • f. een bijgebouw mag niet groter zijn dan 30 m2 b.v.o;
  • g. een bijgebouw mag niet hoger zijn dan 3 meter, gemeten vanaf maaiveld;
  • h. aanbouwen/bijgebouwen dienen een afstand van tenminste 1 meter tot de denkbeeldige lijn getrokken in het verlengde van de voorgevel van het hoofdgebouw aan te houden;
  • i. aanbouwen/bijgebouwen dienen een afstand van tenminste 1 meter tot de erfgrens aan te houden aan de zijde waar de kavel grenst aan openbaar gebied;
  • j. gebouwde terrassen (dakterrassen worden niet hieronder begrepen) mogen niet hoger worden dan 0,2 meter boven maaiveld;
  • k. uitstekende delen aan gebouwen, mogen niet dieper dan 2,5 meter uit de gevel steken en moeten tenminste 2,2 meter boven maaiveld blijven;
  • l. erfafscheidingen mogen niet hoger zijn dan 2 meter worden, met uitzondering van de erfafscheiding van de voortuin, die niet hoger mag zijn dan 1 meter; pergola's mogen niet hoger zijn dan 3 meter.