Plan: | Lombardijen |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0599.BP1019Lombard-oh01 |
De gemeente Rotterdam kent een groot aantal panden en gebieden die vanwege cultuurhistorische waarden worden beschermd. Voor de bescherming wordt gebruik gemaakt van bestaand instrumentarium. In het bestemmingsplan zijn geen nadere planologische regelingen opgenomen - behoudens (indien aan de orde) de planologische bescherming die overeenkomstig de Monumentenwet (1988) die dient te rusten op een beschermd dorps- of stadsgezicht. Gemeente Rotterdam maakt onderscheid tussen de volgende gebieden en gebouwen: Beschermde stadsgezichten (BS), Wederopbouwaandachtsgebieden, Rijksmonumenten (RM) en Gemeentelijke monumenten (GM) Beeldbepalende objecten (BO) en Beeldbepalende gevelwanden (BG).
In het bestemmingsplan Lombardijen liggen vijf gemeentelijke monumenten en een boerderij met een beeldbepaald karakter. Een gemeentelijk monument is van algemeen belang voor Rotterdam vanwege de schoonheid, betekenis voor de wetenschap of de cultuurhistorische waarde. Dit is vastgelegd in respectievelijk de monumentenverordening Rotterdam 2003. Bij een monument gaat het om één gebouw of complex, zowel buiten als van binnen.
Het woonhuis is gebouwd voor een arts naar ontwerp van de Rotterdamse architect J. Hoogstad (1930) in de stijl van het naoorlogs modernisme. Het woonhuis is een bungalow en gesitueerd in een vroeg naoorlogse woonbuurt met overwegend bungalows in Lombardijen. Het vrijstaande pand staat op een royale kavel op de hoek van de Karl Marxstraat en de Nietschestraat. De voorgevel is naar eerstgenoemde straat gericht.
De praktijkwoning is gebouwd voor een arts naar ontwerp van architect H.P.C. Haan (1914-1996) in de stijl van het naoorlogs modernisme. Kenmerkend is de functionele scheiding van het woon- en werkgedeelte in twee met elkaar verbonden rechthoekige bouwmassa's; beide met een eigen ingang aan twee verschillende straten. De praktijkwoning staat in een vroeg naoorlogse woonbuurt in Lombardijen. Het woongedeelte staat overhoeks aan de Schopenhauerweg.
De drie identieke portiekflats aan de Platostraat/Aristotelesstraat zijn gebouwd naar ontwerp van de Rotterdamse architect E.F. Groosman (1917-1999), in een modernistische bouwstijl. Elke flat bestaat uit zestien appartementen en één bedrijfsruimte rond een centraal trappenhuis. De drie identieke portiekflats hebben cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van de bestrijding van de woningnood in de wederopbouwperiode. De flats zijn een herkenbaar voorbeeld van gestapelde woningen in het succesvolle bouwsysteem MUWI: een geïndustrialiseerde manier van bouwen die tijdens de jaren vijftig en zestig weliswaar op grote schaal is gebruikt, maar in deze flats een typologisch zeldzame toepassing met een uitdrukkingsvolle architectuur heeft gekregen.
De boerderij is een beeldbepalend object. Dit betekent dat de boerderij geen officiële status heeft maar wel cultuurhistorische waarde. Beeldbepalende objecten bepalen voor een belangrijk deel het karakter van de stad. De boerderij aan de Pascalweg 171, bestaande uit een voorhuis en aangebouwde schuur, is een fysiek overblijfsel van het agrarisch verleden van het gebied. Het gebouw is een uitdrukking van een activiteit die eeuwenlang op de Zuid-Hollandse eilanden plaatsvond en het beeld van het landschap bepaalde. Door de ligging op de hoek van de voormalige Dordtsestraatweg (de oude route naar Parijs) en de Kooiwalweg, en de vrije ligging van het voormalige boerenerf te midden van een veranderde omgeving, is de boerderij een blikvanger en herkenningspunt. Om te voorkomen dat de vorm van de boerderij drastisch wordt gewijzigd, zijn in de regels de goothoogte, de nokhoogte en de dakhelling vastgelegd.