direct naar inhoud van 4.1 Aanleg Rijksweg 13/16
Plan: Terbregsehof
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0599.BP1002Terbregshof-oh02

4.1 Aanleg Rijksweg 13/16

De belangrijkste ontwikkelingen in de omgeving van het plangebied is de geplande verbinding tussen de rijkswegen A13 en A16. Voor het gebied ten noorden van het plangebied 'Terbregsehof' bestaat reeds jaren het voornemen om de rijksweg A16 door te trekken vanaf het verkeersknooppunt Terbregseplein en aan te laten sluiten op de A13 ten noorden van Hillegersberg-Schiebroek.

Het besluit over een eventuele aanleg van de Rijksweg 13/16 is door de rijksoverheid uitgesteld op grond van het Meerjarenprogramma Infrastructuur en Transport (MIT). Volgens planning zal niet eerder dan eind 2010 het tracébesluit genomen zijn. Realisatie is uitgesteld tenzij er omstandigheden zijn waardoor eerdere aanleg mogelijk wordt, bijvoorbeeld in het kader van het Bereikbaarheidsoffensief Randstad (BOR) of bij medefinanciering door private partijen. In het programma voor infrastructuur in ontwerp van het 'Ruimtelijk plan regio Rotterdam 2020' (RR2020) wordt een periode tussen 2015 en 2020 genoemd. Deze verbinding dient ervoor om het wegennet op een duurzame wijze te completeren, waardoor de milieudruk niet verder toeneemt.

In het kader van de besluitvorming over de Trajectnota/MER Rijksweg 13/16 wordt op dit moment onderzocht op welke wijze Rijksweg 13/16 rechtstreeks op de Hoofdweg kan worden aangesloten. Inpassing van de nieuwe afrit in het Terbregseplein maakt het noodzakelijk naar creatieve oplossingen te zoeken. Daarbij worden ook oplossingen bekeken die het bestemmingsplangebied Terbregsehof ten oosten van de Terbregseweg doorsnijden (zoals verbreding van het viaduct Terbregseweg/spoorbaan ten behoeve van een combinatie met bovenbedoelde afrit). Dergelijke oplossingen hebben invloed op het bestemmingsplan. Ook wordt bij de planontwikkeling nagedacht over een mogelijke verbreding van de Terbregseweg om in de nieuwe situatie de toename van het noord-zuidverkeer op het onderliggende wegennet te kunnen opvangen.