Plan: | Landelijk gebied Oudewater & Willeskop |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0589.000006-0711 |
De Wet op de archeologische Monumentenzorg leidt tot de verplichting om bij ruimtelijke ingrepen, waarbij grondwerkzaamheden verricht worden, de archeologische waarde van het betreffende terrein te onderzoeken. Dit voordat tot deze grondwerkzaamheden wordt overgegaan.
De gemeente heeft archeologisch beleid met daarbij een waarden- en verwachtingenkaart laten opstellen (Vestigia, Archeologiebeleid gemeente Oudewater, 23 september 2010). Er kan onderscheid worden gemaakt in enerzijds archeologische waarden en anderzijds archeologische verwachtingswaarden. Op basis van archeologische kennis en gegevens zijn de verwachtingszones onderscheiden, namelijk hoog, middelhoog en laag en geen archeologische verwachting. Vanuit het beleid zijn onderzoekseisen en vrijstellingscriteria opgenomen.
Voor de stad Oudewater is sprake van een archeologisch waardevol terrein. In het buitengebied is alleen het Huis te Vliet aan de Goudsestraatweg aangewezen als archeologisch waardevol terrein. Dit gebied heeft de dubbelbestemming "Waarde – Archeologie" gekregen. In het plangebied zijn verder geen archeologische waardevolle terreinen aanwezig.
De gebieden met een hoge archeologische verwachtingswaarde zijn voornamelijk cultuurhistorische elementen en terreinen (bewoningslinten, oude woonplaatsen) met een hoge verwachting op het aantreffen van archeologische waarden uit de Late Middeleeuwen en Nieuwe tijd ("jonge archeologie"; relatie cultuurhistorie/monumenten) en landschappelijke eenheden (jongere beddinggordels/stroomruggen) met een hoge verwachting op het aantreffen van archeologische waarden (uit de prehistorie tot en met de Nieuwe tijd). De beleidsdoelstelling voor deze categorie is archeologisch vooronderzoek om bij ruimtelijke ontwikkeling vast te stellen of er sprake is van behoudenswaardige vindplaatsen.
De gebieden met een middelhoge archeologische verwachtingswaarde zijn vooral oudere, dieper gelegen stroomgordels en crevassen in de ondergrond, met een middelhoge kans op het aantreffen van archeologische waarden uit de Vroege en Late Prehistorie. De beleidsdoelstelling voor deze categorie is archeologisch vooronderzoek om de archeologische verwachting nader te specificeren, maar dan alleen bij grootschalige ruimtelijke ontwikkelingen en bodemingrepen. Vervolgens wordt besloten of nader onderzoek nodig is, dan wel planaanpassing of vrijgave van het gebied.
Op basis van de archeologische waarden- en verwachtingenkaart zijn de dubbelbestemmingen "Waarde – Archeologische verwachtingswaarde hoog" en "Waarde – Archeologische verwachtingswaarde middelhoog" opgenomen.
In de gemeente Oudewater zijn veel monumentale gebouwen. Ook in het plangebied zijn verschillende monumentale gebouwen aanwezig die van een bijzondere cultuurhistorische betekenis zijn. Dit betreffen zowel rijks- als gemeentelijke monumenten.
De rijksmonumenten zijn objecten van nationaal belang die tenminste 50 jaar oud zijn. Voor de rijksmonumenten is de Monumentenwet van toepassing.
De gemeentelijke monumenten zijn van regionaal belang. Voor de gemeentelijke monumenten geldt de gemeentelijke erfgoedverordening.
Bescherming, instandhouding, onderhoud en herstel van de cultuurhistorische waarden van de monumentale gebouwen wordt gedaan middels de monumentenzorg.
De ontginningsgeschiedenis van de gemeente Oudewater is sterk bepaald door het water. Het gebied wordt gekenmerkt door open polders met copeontginning en de besloten lintbebouwingen langs de waterlopen. Het plangebied bestaat grotendeels uit veenweidegebied. Langs de Hollandsche IJssel en de Lange Linschoten komen rivierkleigronden voor. Door inklinking van het omliggende veengebied zijn de rivierlopen als stroomruggen verhoogd in het landschap komen te liggen.
Aan weerszijden van de Lange Linschoten is sprake van een strokenverkaveling. Langs de rivieren Hollandsche IJssel en Lange Linschoten staan veel kenmerkende, cultuurhistorisch waardevolle boerderijen. Het bochtige riviertje is de basis geweest voor de ontginningen die in de middeleeuwen in noordwestelijke en zuidoostelijke richting hebben plaatsgevonden.