direct naar inhoud van Artikel 4 Bedrijf
Plan: Nieuw-Beijerland
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0588.BPNBA11-VG01

Artikel 4 Bedrijf

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf ten hoogste categorie 2': bedrijven uit ten hoogste categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'Bedrijventerreinen';
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf ten hoogste categorie 3.1': bedrijven uit ten hoogste categorie 3.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'Bedrijventerreinen';
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf ten hoogste categorie 3.2': bedrijven uit ten hoogste categorie 3.2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'Bedrijventerreinen';
  • d. ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van bedrijf–1 tot en met 9': tevens een bedrijfsactiviteit met de SBI–code zoals hierna in de tabel genoemd, uit ten hoogste voor deze bedrijfsactiviteit in de tabel aangegeven categorie van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'Bedrijventerreinen':

aanduiding   SBI–code   uit ten hoogste milieucategorie  
specifieke vorm van bedrijf–1   5020.4A   3.2  
specifieke vorm van bedrijf–2   2222   3.2  
specifieke vorm van bedrijf–3   281.1
284
29
355  
3.2
3.2
3.2
3.2  
specifieke vorm van bedrijf–4   6024, 6321.2   3.2  
specifieke vorm van bedrijf–5   5157.2/3   3.2  
specifieke vorm van bedrijf–6   29/518.3   3.2  
specifieke vorm van bedrijf–7   1582   3.2  
specifieke vorm van bedrijf–8   2852.1   3.2  
specifieke vorm van bedrijf–9   6024.0   3.2  

  • e. ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt voor motorbrandstoffen, inclusief lpg (vml)': uitsluitend een verkooppunt voor motorbrandstoffen, inclusief lpg, met daarbij behorende ondergeschikte detailhandel, post servicepunt, verhuisaanhangwagenverhuur voor particulieren en een autowasstraat;
  • f. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'vulpunt' een vulpunt ten behoeve van het op hetzelfde bouwperceel aanwezige verkooppunt van motorbrandstoffen, inclusief lpg;
  • g. detailhandel in nieuwe en gebruikte auto's, motorfietsen, auto-accessoires en -onderdelen;
  • h. ter plaatse van de aanduiding 'kantoor': tevens een kantoor;
  • i. ter plaatse van de aanduiding 'maatschappelijk': tevens een jeugdsoos;
  • j. ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening' uitsluitend een nutsvoorziening;
  • k. ter plaatse van de aanduiding 'opslag': tevens opslag;
  • l. bij deze bestemming behorende voorzieningen zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen en laad– en losvoorzieningen.

4.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen worden binnen in het bouwvlak gebouwd;
  • b. de goothoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de met de aanduiding 'maximale goothoogte (m)' aangegeven goothoogte;
  • c. de totale oppervlakte van gebouwen en overkappingen bedraagt ten hoogste de met de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage (%)' aangegeven bebouwingspercentage van het bouwvlak; indien geen bebouwingspercentage is aangegeven, geldt een bebouwingspercentage van 75% van het bouwperceel;
  • d. per bedrijfsperceel is ten hoogste één bedrijfswoning toegestaan;
  • e. de inhoud van een bedrijfswoning inclusief aan– en uitbouwen bedraagt ten hoogste 600 m³;
  • f. de totale oppervlakte van gebouwen en overkappingen ter plaatse van de aanduiding 'maatschappelijk' bedraagt ten hoogste 100 m2;
  • g. de afstand van gebouwen tot de perceelsgrens bedraagt ten minste 3 m;
  • h. indien gebouwen op een bouwperceel niet aaneen worden gebouwd, geldt een onderlinge afstand van ten minste 3 m;
  • i. de bouwhoogte van erfafscheidingen bedraagt ten hoogste 2 m;
  • j. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 9 m;
  • k. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 3 m.

4.3 Afwijken van de bouwregels

Bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.2 onder g en h, indien zulks voor een meer doelmatige bedrijfsvoering noodzakelijk is en de bereikbaarheid ingeval van calamiteiten in voldoende mate kan worden gewaarborgd.

4.4 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:

  • a. Bevi–inrichtingen zijn niet toegestaan;
  • b. opslag van goederen met een totale stapelhoogte van meer dan 4 m is op onbebouwde gronden niet toegestaan;
  • c. opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan;
  • d. Wgh–inrichtingen zijn niet toegestaan;
  • e. activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieueffectrapportage 1994 zijn niet toegestaan in de gevallen, zoals genoemd in kolom 2 van de desbetreffende bijlage;
  • f. per bedrijf is kantoorvloeroppervlakte die meer bedraagt dan 50% van het brutovloeroppervlak niet toegestaan; kantoorvloeroppervlakte van meer dan 2000 m² per bedrijf is in geen geval toegestaan;
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt voor motorbrandstoffen, inclusief lpg' bedraagt de verkoopvloeroppervlakte ten behoeve van detailhandel ten hoogste 125 m²;
  • h. bedrijfswoningen, ten dienste van bedrijven die gevestigd zijn ter plaatse van de in lid 4.1 onder a en b bedoelde gronden, zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
  • i. een lpg–vulpunt is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'vulpunt lpg'.

4.5 Afwijken van de gebruiksregels
4.5.1 Afwijking van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'bedrijventerrein'

Bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 4.1:

  • a. om bedrijven toe te laten uit ten hoogste twee categorieën hoger dan in lid 4.1, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) geacht kan worden te behoren tot de categorieën, zoals in lid 4.1 genoemd;
  • b. om bedrijven toe te laten die niet in de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'bedrijventerrein' zijn genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden te behoren tot de categorieën, zoals in lid 4.1 genoemd.

4.5.2 Afwijking detailhandelsbedrijven

Bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.1 teneinde detailhandelsbedrijven in volumineuze goederen mogelijk te maken, met dien verstande dat omgevingsvergunning voor het afwijken uitsluitend mag worden verleend indien het een bedrijf betreft dat voorziet in een lokale behoefte en past bij de schaal en het karakter van het dorp en/of indien het uitplaatsen van een in de kern gevestigd bedrijf betreft en van Gedeputeerde Staten een verklaring van geen bezwaar is ontvangen.

4.5.3 Hogere stapelhoogte

Bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.4 onder b teneinde een hogere stapelhoogte toe te staan, met dien verstande dat:

  • a. dit uitsluitend is toegestaan aan de achterzijde van hoofdgebouwen;
  • b. de stapelhoogte niet hoger is dan de goothoogte van het ter plaatse aanwezige hoofdgebouw;
  • c. de ruimtelijke kwaliteit van de omgeving niet wordt aangetast.

4.6 Wijzigingsbevoegdheid
4.6.1 Wijzigingsbevoegdheid Staat van Bedrijfsactiviteiten 'Bedrijventerrein'

Bevoegd gezag kan de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'Bedrijventerrein' wijzigen, in die zin dat de categorie–indeling van bedrijven kan worden gewijzigd, indien en voor zover een wijziging van de belasting van de desbetreffende typen van bedrijven op het milieu als gevolg van technologische ontwikkelingen daartoe aanleiding geeft.